Morales praat met oppositie
Wouter Derijck
08 januari 2008
In een poging om een uitweg te zoeken in de diepe politieke crisis in Bolivia, pleegt President Evo Morales overleg met de vijf provinciegouverneurs die de oppositie aanvoeren.
De politieke krachtmeting met de oppositie verhit nu al meer dan een jaar de Boliviaanse gemoederen en draait steeds vaker uit op geweldadige incidenten. Beide partijen beseffen dat een open gesprek zich opdringt.
Onder strenge veiligheidsmaatregelen ging dit overleg maandagavond 7 januari van start in het presidentiële paleis te La Paz. Tot diep in de nacht werden de thema’s afgesproken en de noodzakelijke overlegcommissies opgericht. De eigenlijke gesprekken zullen de komende dagen achter gesloten deuren plaatsgrijpen. Morales hoopt zo tot een Nationaal Akkoord te komen dat de basis moet vormen voor “een nieuw en eengemaakt Bolivia”.
Het conflict tussen Morales en de vijf gouverneurs loopt langs een etnische en socio-economische breuklijn die Bolivia doormidden deelt. De provincies in het oosten, bewoond door Bolivianen van Europese origine, hebben de rijkste gasvoorraden en beste landbouwgronden. Ze verzetten zich tegen Morales’ plannen om de gasrijkdom te nationaliseren en de landbouwgronden te herverdelen onder arme boeren.
Toen president Evo Morales begin 2006 aan de macht kwam, kondigde hij meteen een nieuwe grondwet aan die de economische gelijkheid en sociale rechtvaardigheid in Bolivia, het armste land in Latijns-Amerika, moet vergroten.
De conservatieve oppositie heeft het echter allesbehalve begrepen op de nieuwe grondwet. Ze vreest een te sterke machtscentralisatie rond Morales’ persoon, en hoopt met meer regionale autonomie haar greep te behouden op de ontginning van de natuurlijke rijkdommen in (hun) oostelijke provincies.
Deze polarisatie tussen oost-west, links-rechts, arm-rijk, houdt Bolivia nu al meer dan een jaar in de ban. Of dit national overleg een keerpunt kan betekenen, valt af te wachten.