Na referendum is dialoog verder af dan ooit - analyse
Alejandro Kirk
18 augustus 2004
De Venezolaanse vice-president José Vicente Rangel maakte dinsdag bekend dat hij is aangesteld door president Hugo Chávez om de oppositie de hand te reiken in een proces van nationale verzoening. Maar na het referendum waarin 58% van de kiezers oordeelden dat Chávez zijn mandaat mag volmaken, lijkt de kans op dialoog vrijwel onbestaand. Het politieke klimaat is vergiftigd – niet alleen doordat de oppositie blijft volhouden dat er massaal verkiezingsfraude is gepleegd, maar ook door geweldplegingen tussen manifestanten.
Tijdens een onduidelijk incident maandag op de Plaza Altamira – een bastion van de oppositie gelegen in het oosten van de Venezolaanse hoofdstad – werd een vrouw doodgeschoten en raakten acht anderen gewond. Onder hen bevond zich een parlementsvertegenwoordiger van de oppositie.
Intussen is er nog steeds maar één enkel oppositielid dat de overwinning van Chávez tijdens het referendum van zondag heeft erkend, en zelfs die deed dat schoorvoetend. Dat de fraudebeschuldigingen categoriek van de hand gewezen worden door de Organisatie van de Amerikaanse Staten en het Centrum voor de Vrede van de voormalige VS-president Jimmy Carter, maakt verder op niemand van de oppositie indruk. De Coordinadora Democrática (CD), die de oppositiepartijen groepeert, blijft aandringen op een herhaling van het referendum.
In dat klimaat lijken de nieuwe verzoeningspogingen van vice-president Rangel - een veteraan van de linkse zijde in Venezuela - al op voorhand tot mislukken gedoemd. Net als bij vorige pogingen is het grote probleem gesprekspartners te vinden, zo geeft hij zelf toe. Volgens hem worden de oppositieleiders bang gemaakt door een geradicaliseerde sociale basis uit het oosten van de hoofdstad die onophoudelijk opgehitst wordt door de private media.
Maar “de zogezegde voornemens van Rangel zijn niet meer dan mooipraterij bestemd voor de internationale pers, en daarna volgen dwang en schendingen van rechten zoals altijd”, klinkt het uit de mond van een zaakvoerder die anoniem wilt blijven.
Tijdens een persconferentie maandag riep Chávez de oud-parlementariër en presidentskandidaat van de christensocialisten Eduardo Fernández op om zich kandidaat te stellen als leider van de oppositie. Die liet echter al weten dat te weigeren omdat hij daartoe geen mandaat heeft gekregen. De gevraagde gesprekspartner blijft voorlopig uit – hoewel diverse oppositieleiders geïnteresseerd zijn.
Venezuela staat op amper meer dan vijf weken van de verkiezingen waarbij burgemeesters en gouverneurs van de 23 deelstaten zullen worden verkozen. Volgens een editoriaal van een oppositiekrant dreigt de oppositie op een nieuwe nederlaag af te stevenen als ze zich blijven fixeren op een herhaling van het referendum (ADR).