'De oceaan kan zonder mijnbouw, maar niet zonder onderzoek'
Nog geen beslissing over moratorium op diepzeemijnbouw
Wat is de impact van diepzeemijnbouw op de oceaanbodem? Daarover is nog weinig geweten. Intussen moeten maatregelen genomen worden om erger te voorkomen, zo pleit een resolutie die recent in een Kamercommissie van het federale parlement werd besproken. ‘Diepzeemijnbouw zou pas mogen wanneer de effecten voldoende onderzocht zijn’, stelt de tekst die voorligt. Maar een beslissing is er nog niet.
‘Elke onderzoeksmissie naar de diepzee levert nu honderden nieuwe soorten op.’
© Dos Winkel
Wat is de impact van diepzeemijnbouw op de oceaanbodem? Daarover is nog weinig geweten. Intussen moeten maatregelen genomen worden om erger te voorkomen, zo pleit een resolutie die vorige week in een Kamercommissie van het federale parlement werd besproken. Maar een beslissing over steun aan zo’n moratorium is er nog niet.
Op 24 juni nodigde ons parlement Belgische en internationale experts uit voor een hoorzitting over diepzeemijnbouw. Onder hen was Diva Amon uit Trinidad and Tobago, die tot de wereldtop van mariene biologen behoort. Ze benadrukte dat de oceaan en de diepzee nu pas hun geheimen prijsgeven. ‘Elke onderzoeksmissie naar de diepzee levert nu honderden nieuwe soorten op’, aldus Amon.
Die onderzoeksmissies zijn duur en moeilijk, en er zijn er veel te weinig. Het idee dat er diep in de oceaan nauwelijks leven is, is achterhaald. Het staat nu vast dat ook daar een grote rijkdom aan soorten leeft. Maar de basiskennis blijft beperkt en ontzaglijk veel moet nog worden uitgeplozen.
Vaak hecht leven in de diepzee zich vast aan zogenaamde mangaanknollen of nodules. Waar nodules liggen, is er dierlijk leven. Waar nodules worden geruimd of gemijnd, verdwijnt het leven onmiddellijk. Het duurt vele decennia voor het zich herstelt.
De Duitse chemicus Matthias Haeckel toonde foto’s van bijna veertig jaar oud. Daarop waren sporen te zien van een rupsvoertuig dat toen nodules ruimde op de oceaanbodem. De sporen lijken vers, alsof ze gisteren getrokken zijn.
Exploratie, nog geen exploitatie
De hoorzitting van de Kamercommissie (die je ook online kan bekijken) kwam er na een voorstel van resolutie van december 2019, ingediend door volksvertegenwoordigers van de PvdA. Zij maken zich ongerust, en met hen een reeks Belgische en internationale milieuorganisaties. Raken aan de oceaanbodem brengt onherstelbare schade toe aan de ecosystemen van de diepzee.
Hoeveel schade, hoelang, hoe ver in de omtrek? Om dat uit te maken, is veel meer onderzoek nodig dan tot nu toe is gebeurd.
Intussen moeten maatregelen genomen worden om erger te voorkomen. Daarom pleit de resolutie voor een moratorium op diepzeemijnbouw. Het Europees Parlement nam twee jaar geleden al een gelijkluidende resolutie aan.
Werken op de oceaanbodem zal ook sociale gevolgen hebben, voor de visserijsector onder meer. Daarom hebben ook de Europese visserijorganisaties zich achter de oproep voor een moratorium geschaard.
Werken op de oceaanbodem zal ook sociale gevolgen hebben, onder meer voor de visserij.
België is betrokken partij bij dit dossier. Ons land treedt op als sponsor van de firma GSR, een filiaal van de Belgische baggermultinational DEME. Die wil mangaanknollen ophalen op ongeveer 4000 meter diepte in de Stille Oceaan.
GSR-DEME doet aan exploratie, nog geen daadwerkelijke ontginning. Maar ons land, stelt de resolutie, mag niet toelaten dat de firma een exploitatievergunning krijgt ‘totdat de effecten van diepzeemijnbouw op het mariene milieu, de biodiversiteit en menselijke activiteiten op zee voldoende zijn bestudeerd en onderzocht en alle mogelijke risico’s zijn onderkend en alternatieven voor duurzame productie en consumptie op basis van sdg-12 ten volle zijn bestudeerd en toegepast’.
Het einde van wetenschappelijk onderzoek?
GSR-DEME verzet zich fel tegen zo’n moratorium. Volgens haar spreker in de commissie, general manager Kris Van Nijen, betekent een moratorium het einde van het wetenschappelijk onderzoek. Tegelijk erkende Van Nijen dat er momenteel een de facto moratorium geldt, tot er een eindrapport is over de milieu-impact van GSR’s activiteiten in de diepzee.
Slechts een handjevol privéondernemingen streeft naar diepzeemijnbouw. Met hun expedities maken ze een deel van de research mogelijk, want de publieke sector heeft daarvoor te weinig geld. Maar openbare onderzoeksinstellingen, zoals IFREMER (Frankrijk) en BGR (Duitsland), werken al langer in de diepzee. En bij de Europese Unie concentreert een internationaal consortium van vorsers zich op research naar de impact van diepzeemijnbouw op het leven in en de systemen van de oceaan.
Dat onderzoek stilvalt als de mijnbouwers moeten inbinden, het ‘de facto moratorium’ waarvan sprake, is dus nonsens. De publieke sector zou wel langere tijd intensief aan onderzoek van de diepzee moeten kunnen doen, met de zekerheid dat een moratorium intussen actieve mijnbouw verhindert. Van Nijen’s dreiging dat alles stopt als de baggeraar rood licht krijgt, kreeg bijval van Bram Delvaux (Open Vld), die de hoorzitting voorzat.
Maar Michael Lodge waagde zich nog verder. Hij is de secretaris-generaal van de Internationale Zeebodemautoriteit (ISA), die namens de Verenigde Naties de bescherming en mogelijke uitbating van de internationale wateren beheert. Lodge zei het zo: ‘Een moratorium is antiwetenschap, antikennis, anti-ontwikkeling en anti-internationaal recht.’ Hij vergist zich niet alleen — moratoria zijn wel degelijk een wettelijk instrument — maar hij verbindt met zijn uitspraak ook de Zeebodemautoriteit en zet zodoende de 167 lidstaten voor schut.
Er komt in het parlement nog een vervolg op de hoorzitting over de Belgische positie ten aanzien van diepzeemijnbouw, maar dat debat zou niet voor deze herfst plaatsvinden.
Bekijk de discussie in de Kamercommissie
Ons parlement nodigde 24 juni Belgische en internationale experts uit voor een hoorzitting over diepzeemijnbouw.
Aanwezig waren onder andere:
de Duitse chemicus Matthias Haeckel,
Matthew Gianni van de Deep Sea Conservation Coalition,
marien biologe Diva Amon van het National History Museum in Londen
Manuel Sintubin, Niels Hulsbosch en Philippe Muchez van de afdeling Geologie — en Omgevingswetenschappen van de KU Leuven
Sophie Mirgaux, Belgische afgevaardigde voor de oceaan en medewerkster van de dienst Marien Milieu (FOD Volksgezondheid)
Steven Vandenborre van de dienst Marien Milieu (FOD Volksgezondheid)
Patrick Schotte van de dienst Continentaal Plat (FOD Economie)
Kris Van Nijen, ceo van Global Sea Mineral Resources NV
Michael Lodge, secretaris-generaal van de Internationale Zeebodemautoriteit (ISA)
Daarna volgde een discussie over het moratorium.
Je kan de opname van de Kamercommissie zelf bekijken via deze link.