Olielobby krijgt tegengas van desinvesteerders

Nieuws

Olielobby krijgt tegengas van desinvesteerders

Olielobby krijgt tegengas van desinvesteerders
Olielobby krijgt tegengas van desinvesteerders

Leehi Yona en Diego Arguedas Ortiz (IPS)

09 december 2014

Terwijl olie- en gasbedrijven alomtegenwoordig lijken op de klimaattop (COP20)  in Lima, komen in verschillende landen campagnes van de grond om investeringen uit de vervuilende fossiele brandstoffenindustrie terug te trekken.

Klimaatactivisten in Lima vrezen dat een internationaal klimaatakkoord om de opwarming van de aarde tegen te gaan, vertraagd wordt door de fossiele brandstoffenindustrie. In Lima riepen studenten in de afgelopen dagen op tot ‘divesteren’ of ‘desinvesteren’: geld weghalen uit de fossiele brandstoffensector om het elders te investeren. Doelwit van de desinvestering zijn de tweehonderd grootste bedrijven in de sector, waaronder bedrijven als Gazprom, Chevron en Shell.

Maddy Salzman, voormalig organisator van Fossil Free Washington University, ziet divesteren als een mogelijke oplossing voor de huidige impasse op het gebied van klimaatactie. ‘De noodzakelijke wetgeving en investeringsbeslissingen kunnen en zullen er niet komen in ons huidige politieke systeem. Als burgers moeten we een een actieve rol spelen in het bereiken van de veranderingen waar we in geloven’, zegt ze.

Desinvesteringsdag

‘Het is moreel verkeerd om de aarde te vernielen en daarvan te profiteren.’

De campagne is geïnspireerd op een in 2011 verschenen rapport van het Carbon Tracker Initiative, waarin gewaarschuwd wordt dat mogelijk vier vijfde van de totaal bekende hoeveelheid fossiele brandstoffen wereldwijd onder de grond moet blijven om de ergste gevolgen van de klimaatverandering te voorkomen.

Volgens de campagnevoerders is het eenvoudig: het is moreel verkeerd om de aarde te vernielen en daarvan te profiteren. In de hele wereld lopen honderden campagnes die divestering uit de fossiele brandstoffenindustrie promoten. De meeste campagnes richten zich op universiteiten, maar ook pensioenfondsen, overheden en kerkgenootschappen worden aangesproken.

Studenten die wereldwijd betrokken zijn bij de campagne, hebben onlangs een Global Divestment Day (Wereldwijde Desinvesteringsdag) aangekondigd, een actiedag om de campagne kracht bij te zetten.

Druk

‘Zelfs tijdens de bijeenkomst hier om een wereldwijd antwoord te vinden op de klimaatverandering, oefenen olie- en gasbedrijven druk uit en proberen ze de uitkomsten van het akkoord af te zwakken’, zegt Dyanna Jaye, voorzitter van de Virginia Student Environmental Coalition.

Afgelopen maandag protesteerden klimaatactivisten tegen een event dat georganiseerd was door oliebedrijf Shell. Aanvankelijk kreeg die bijeenkomst de naam ‘Why divest from fossil fuels when a future with low emission fossil energy use is already reality? (Waarom divesteren uit fossiele brandstoffen, als een toekomst met lage emissie uit fossiele brandstoffen er al is?). De naam van het event werd vervolgen verschillende keren veranderd, onder meer in ‘Hoe kunnen we klimaatdoelen verzoenen met groeiende vraag naar energie?’

Olie- en gasbedrijven kunnen volgens Sally Bunner van Earlham College Responsible Energy Investment überhaupt geen onderdeel zijn van de oplossing op COP20. ‘Ze gedragen zich onverantwoordelijk. Al tientallen jaren weten we dat het verbranden van fossiele brandstoffen schadelijk is voor mensen, water, lucht en bodem. De industrie is niet overgestapt naar een betere vorm van productie, omdat dat niet genoeg winst oplevert.’

Het Shell-event is niet het enige voorbeeld van aanwezigheid van de fossiele brandstoffenindustrie op de conferentie. Oliebedrijven hebben met verschillende onderhandelingsdelegaties gesproken in Lima. ‘Je kunt het gedrag van oliebedrijven niet veranderen als je niet met ze praat’, verklaarde Mary Polak, de minister van Milieu van British Columbia zaterdag op Twitter, naar aanleiding van een ontmoeting met de adviseur klimaatverandering van Chevron.