In het afluisterschandaal rond de Baskische partij Batasuna zal het Federaal parket een buitenvervolgingstelling vragen aan de raadkamer. Dat bevestigt woordvoerder Jean Thoreau aan MO*. Reconstructie van een spannend 007-verhaal dat na acht jaar aanslepend onderzoek eindigt in mineur.
‘De televisie hapert. Last van interferenties. Kunnen jullie eens nagaan wat het probleem is?’ Na maanden van storingen op het Spaanse kanaal TVE was Gorka Elejabarrieta Diaz het beu. Hij belde de Brusselse kabelmaatschappij Brutele en vroeg een technicus langs te sturen.
De technicus kon de storingen niet thuisbrengen, zoiets had hij in zijn hele carrière nog nooit meegemaakt. Mogelijk zorgde een ander toestel voor interferenties.
Uiteindelijk trok Gorka dan maar zelf op onderzoek. In de hoek van de living –die dienst doet als kantoor van Batasuna– vond hij op 23 januari 2007 achter een plint een verborgen gesofisticeerd toestel. Het bleek om afluisterapparatuur te gaan, verbonden met een elektriciteitskabel in de muur. Het had bovendien de mogelijkheid om vanop afstand geactiveerd te worden en een audiosignaal uit te zenden.
Het afluistertoestel zat verborgen achter een plint in de living.
Nu wist Gorka zeker wat hij al jaren vermoedde. Gorka: ‘Vanaf het begin dat ik in België vertoefde, had ik het gevoel dat ik bespioneerd werd. Soms had ik de indruk dat iemand mij op straat achtervolgde.’
‘Vanaf het begin dat ik in België vertoefde, had ik het gevoel dat ik bespioneerd werd.’
‘Op andere momenten merkte ik dat mijn gsm en telefoon werden afgetapt, en mijn e-mails gescreend. Wanneer ik bijvoorbeeld voor Batasuna naar het buitenland ging om politici te ontmoeten, gebeurde het wel eens dat die politici door Spaanse diplomaten werden aangesproken over de nakende ontmoetingen. Hoe wisten ze van mijn geplande trips? Dat kon alleen via spionage.’
Gorka kwam in 2002 naar België als assistent van het Baskische Europarlementslid Koldo Gorrostiaga. Samen betrokken ze een ruim appartement boven een Marokkaanse winkel in de Elsense Steenweg, een drukke winkelstraat in hartje Brussel.
Ook nadat Gorrostiaga in 2004 niet herkozen raakte –de Baskische politieke partij Batasuna was intussen in Spanje buiten de wet gesteld en belandde op de lijst van terroristische organisaties van de EU– bleef Gorka als lobbyist voor Batasuna in het appartement wonen.
N-VA: ‘Onze vermoedens gaan richting Spanje’
Na de vondst van de afluisterapparatuur belegde Gorka thuis een persconferentie. ‘Dit apparaat, en de manier waarop het geplaatst werd, vertonen frappante gelijkenissen met afluisterapparatuur die ontdekt werd in het hoofdkantoor van Batasuna in het Franse Bayonne’, klonk het.
‘Het apparaat heeft de mogelijkheid om, na vanop afstand geactiveerd te zijn, een audiosignaal uit te zenden van alles wat in de vergaderruimte gezegd werd. Het apparaat kan niet functioneren zonder een gesloten ontvangstruimte.’
Persconferentie (2007): ‘Het afluistertoestel stuurde een audiosignaal uit.’
RV
Het nieuws sloeg in als een bom. ‘Het zal de eerste en laatste keer niet zijn dat inlichtingendiensten buiten het wettelijk kader in België of in andere landen opereren’, reageerde Brice De Ruyver, veiligheidsadviseur van toenmalig premier Verhofstadt, in De Morgen.
Voor het eerst gaf een Belgische minister van Justitie de problematiek van spionage door buitenlandse inlichtingendiensten toe.
‘We willen van de regering een serieus engagement om uit te zoeken wat er bij Batasuna is gebeurd’, zei Piet De Zaeger in dezelfde krant, destijds N-VA-medewerker en thans algemeen directeur van de N-VA. ‘Zou het kunnen dat hier een buitenlandse dienst aan het werk geweest is? We willen hier niet voor deze of gene partij kiezen, daar gaat het ons niet om, maar onze vermoedens gaan natuurlijk wel richting Spanje.’
Onduldbaar
Batasunaleden Gorka Elejabarrieta Diaz (r) en Karmelo Landa in 2007, kort na de ontdekking van de afluisterapparatuur.
© Filip Claus
Het federaal parket meldde niets af te weten van een onderzoek naar Batasuna –bijgevolg kon de afluisterapparatuur niet door de Federale Politie geplaatst zijn. En de Staatsveiligheid mocht in die tijd sowieso niemand afluisteren, aangezien er toen nog geen wettelijk kader was voor bijzondere inlichtingenmethoden.
De Batasuna-case leidde op 27 februari 2007 in de Kamer tot een interessante zitting van de Commissie voor de Justitie.
‘Men kan niet zeggen dat de Staatsveiligheid momenteel uitgerust is om op een efficiënte manier het hoofd te bieden aan elk type van dreiging, inclusief de spionageactiviteiten ten voordele van buitenlandse entiteiten die op ons grondgebied kunnen plaatsvinden’, reageerde toenmalig justitieminister Onkelinx op interpellaties van kamerleden. ‘Ik durf zelfs zeggen dat vandaag de dag de Staatsveiligheid in grote mate afhankelijk is van de buitenlandse inlichtingendiensten die doen wat hij niet kan. Deze situatie is onduldbaar geworden en in strijd met onze rechtstaat.’
Voor het eerst gaf een Belgische minister van Justitie met zoveel woorden de problematiek van spionage door buitenlandse inlichtingendiensten toe.
‘Indien een buitenlandse dienst hiervoor verantwoordelijk zou zijn, is het duidelijk dat ik de bevoegde buitenlandse autoriteiten hierover zal interpelleren in naam van onze soevereiniteit en van onze rechtstaat’, aldus nog Onkelinx.
‘Dit wordt tussen staten onderling opgelost’
Achter een andere plint in zijn living had Gorka nog een tweede afluisterapparaat gevonden. Hij diende klacht in bij de lokale politie van Elsene. Het Brussels parket opende een onderzoek. Het Federaal parket nam het dossier op 13 juli 2007 over. Onderzoeksrechter Colette Callewaert leidde het onderzoek.
‘Persoonlijk denk ik dat de Spaanse geheime dienst hier achter zit, al heb ik er geen bewijzen voor.’
Over de uitkomst van het strafonderzoek toonde Gorka zich aanvankelijk niet echt hoopvol. ‘Mijn indruk is dat België de zaak ernstig onderzoekt. Maar ik denk niet dat er ooit iemand op het beklaagdenbankje zal verschijnen. Dit soort affaires wordt tussen staten onderling opgelost’, zei Gorka in augustus 2008 in een lang gesprek met MO*.
‘Persoonlijk denk ik dat de Spaanse geheime dienst hier achter zit, al heb ik er geen bewijzen voor. Wie anders zou geïnteresseerd zijn in onze vergaderingen hier in het appartement? Op het moment van de ontdekking van de apparatuur zaten we trouwens midden in een vredesproces. De ontwikkeling van een vredesproces in Baskenland is nauw verbonden met de steun van de EU en haar instellingen. Het is dan ook cruciaal dat de hoofdstad van Europa daarbij een ruimte voor dialoog kan blijven, voor de uitwisseling van politieke ideeën, voor het respect voor de wet, de democratie en de burgerlijke en politieke rechten.’
Belgische nationaliteit afgenomen na één maand
Na het losbarsten van de spionage-affaire vroeg Gorka de Belgische nationaliteit aan. Op 9 mei 2008 publiceerde het Staatsblad de boodschap dat naturalisatie werd verleend aan Gorka. De vreugde was echter van korte duur. Twee weken later, ‘rekening houdend met bijkomende inlichtingen die de commissie voor de Naturalisaties heeft ontvangen’, dienden drie kamerleden een wetsvoorstel in om Gorka de Belgische nationaliteit te ontnemen. Op 5 juni 2008 publiceerde het Staatsblad de tekst: Gorka was zijn nationaliteit opnieuw kwijt.
In 2010 verhuisde Gorka naar Baskenland. Hij ging er aan de slag voor de politieke partij Sortu, die in februari 2011 is opgericht.
Serienummer 139SV5.1
‘De dag dat ik de afluisterapparatuur vond, dacht ik meteen aan Spanje. Acht jaar later wordt die verdenking bevestigd door elk spoor dat gevonden is’, reageert Gorka op de nakende buitenvervolgingstelling. ‘Alleen kan ik het niet bewijzen.’
Over de Belgische justitie is Gorka niet bepaald tevreden. ‘Tijdens heel het onderzoek was het steeds mijn advocaat, Baul Bekaert, die nieuwe onderzoeksdaden voorstelde en het initiatief nam.’
Het gerechtelijk onderzoek spitste zich onder meer toe op de perimeter rond Gorka’s voormalige woonplaats in Elsene. Het aangetroffen spionagetoestel – met serienummer 139SV5.1– zond immers audio uit naar buiten het gebouw. Maar wat bleek? Het audiosignaal raakte alvast niet tot bij de Spaanse ambassade, nog geen twee kilometer verderop. Ook de toenmalige buren van Gorka werden doorgelicht –opnieuw zonder resultaat.
Diplomatiek incident
‘Het toestel bleek afkomstig van een Deense firma, die het had verkocht aan een bedrijf in Madrid dat levert aan overheidsinstellingen.’
In het gerechtelijk onderzoek werd een expert van de Koninklijke Militaire School aangesteld . Hij schreef een technisch rapport over het afluistertoestel. Gorka: ‘Ze hebben uiteindelijk ook ontdekt waar het afluistertoestel gemaakt is en wie het verkocht heeft. Het bleek een toestel te zijn afkomstig van een Deense firma, die het toestel had verkocht aan een bedrijf in Madrid dat naar verluidt enkel verkoopt aan overheidsinstellingen. Alleen bleek in Madrid de factuur plots niet meer beschikbaar te zijn. De verkoper kon zich ook niet meer herinneren wie het toestel had aangeschaft. Dat vind ik vreemd. Zo’n apparatuur verkoop je toch niet in honderden stuks? Ik denk dat de verkoper zijn klanten wel kent, maar niets zegt om zijn business niet te schaden.’
‘Wie koopt er in Madrid een afluistertoestel om in Brussel te gebruiken tegen Baskische vertegenwoordigers?’, vraagt Gorka zich luidop af. ‘Alles wijst in dezelfde richting, maar er was geen politieke wil om dit onderzoek vooruit te helpen. Het zou alleen maar tot een diplomatiek incident tussen twee EU-lidstaten hebben geleid.’
RV
Gorka woont terug in Baskenland en werkt bij de politieke partij Sortu.
De geschiedenis herhaalt zich. Ook in de Justus Lipsius-case –het onderzoek naar de vijf zwarte dozen met spionageapparatuur die in 2003 ontdekt werden in het gebouw van de Europese Raad in Brussel– bleven de daders onbestraft. Op 30 november 2010 vroeg het Federaal parket een buitenvervolgingstelling in dat dossier.
Wanneer de zaak-Batasuna voorkomt voor de raadkamer, staat nog niet vast.