Saoedi-Arabië zet hardhandig arbeidsmigranten uit

Nieuws

Saoedi-Arabië zet hardhandig arbeidsmigranten uit

Saoedi-Arabië zet hardhandig arbeidsmigranten uit
Saoedi-Arabië zet hardhandig arbeidsmigranten uit

Laura Ritter

10 mei 2015

Mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch (HRW) trekt aan de bel voor arbeidsmigranten in Saoedi-Arabië. Vanaf november 2013 namen Saoedische politieagenten illegale arbeidsmigranten in hechtenis om hen vervolgens het land uit te zetten. Binnen een half jaar hebben 427.000 migranten dat beleid ondervonden, maakte het Saoedische ministerie van Binnenlandse Zaken bekend.

Op 10 mei publiceert HRW een 36 pagina’s tellend rapport. Hierin uit de orgzanisatie haar zorgen over mishandeling van migranten door Saoedische politieagenten en ambtenaren, en over de gewijzigde arbeidswetgeving van Saoedi-Arabië. Die maakt arbeidsmigranten ‘kwetsbaar voor uitbuiting en mishandeling’, stelt HRW.

2000 mensen per dag

Politieagenten en arbeidsinspecteurs startten op 3 november 2013 een landelijke campagne om illegale arbeidsmigranten op te sporen, in hechtenis te nemen, en Saoedi-Arabië uit te zetten. Dat is mogelijk door een wijziging in de arbeidswetgeving, zeven maanden eerder.

In de eerste weken vielen politieagenten bedrijven en gemeenschappen binnen, op zoek naar illegalen. Daarnaast plaatsten zij checkpoints op straat, waar voorbijgangers zich moesten legitimeren. Binnen twee dagen pakten agenten zo 20.000 illegale arbeidsmigranten op.

‘Saoedi-Arabië, stop met massale uitzettingen.’

Hier bleef het niet bij. Saoedische autoriteiten maakten op 23 maart bekend dat 300.000 illegale arbeidsmigranten de laatste vijf maanden het land zijn uitgezet. Dat zijn bijna tweeduizend mensen per dag. HRW roept op om ‘met die massale uitzettingen te stoppen.’

Ondanks de landelijke uitzetcampagne, blijft Saoedi-Arabië een van de landen met de meeste arbeidsmigranten. Volgens het Saoedische ministerie van Werk bedraagt die groep negen miljoen mensen.

Vluchten voor de machetes

De politie gaat hardhandig te werk, zegt HRW. De wijk Manfoeha, gelegen in de hoofdstad Riyad, beleefde op 9 november 2013 een dieptepunt. Agenten vermoordden drie Ethiopiërs. Zij zijn de grootste bevolkingsgroep in die wijk. ‘Die dag zat ik met 22 vrienden bij iemand thuis. Twintig jongemannen drongen het huis binnen met pistolen en machetes in hun hand, en vielen ons aan. Ik en vijf anderen konden vluchten. Wat er met de rest is gebeurd, weet ik niet’, getuigt een man (26). Volgens de politie zijn twee mensen overleden en 561 opgepakt omdat zij ‘tot rellen aanzetten en met stenen gooiden.’

‘Wat er met de rest is gebeurd, weet ik niet.’

In diezelfde week kozen 23.000 Ethiopiërs ervoor om vrijwillig het land te verlaten. De meesten woonden in de Manfoeha-wijk, zegt Mohammed Hassan Kabiera, de Ethiopische ambassadeur in Riad, tegen de krant Arab News.

Honden zijn beter

Naast Ethiopiërs zijn er veel arbeidsmigranten uit Jemen en Somalië in Saoedi-Arabië.

Jemenieten verblijven vaak korter in de gevangenis dan illegale arbeidsmigranten uit andere landen. Zij kunnen namelijk per bus worden uitgezet, wat makkelijker te regelen is dan een vliegtuig. ‘Ik zat een paar dagen in hechtenis. Daarna werd ik met 119 anderen in een bus, bedoeld voor 45 personen, geduwd’, vertelt de Jemenitische arbeidsmigrant Mansoer.

‘Het water uit de twee toiletten voor 1200 mensen, was soms het enige beschikbare drinkwater.’

De omstandigheden in de gevangenissen zijn erbarmelijk, schrijft HRW. ‘Ik heb 57 dagen in vijf gevangenissen gezeten. In een kamp waren twee toiletten voor 1200 mensen. Iedereen vocht om het kleine beetje voedsel, waardoor alleen de sterksten wat kregen’, aldus de Somalische Mohammed.

‘Dat toilet was in sommige gevallen het enige beschikbare drinkwater’, vult Moesa (33) uit Jemen aan.

Daarnaast zaten de cellen overvol. Op 3 maart schreef de Saudi Gazette dat een migrant door die drukte was overleden, negen anderen raakten gewond. ‘Met driehonderd man zat ik in een cel. De bewakers sloegen ons, en gooiden koud water over ons als we sliepen. Een agent zei dat honden beter zijn dan wij Jemenieten’, vertelt Nagi (57).

HRW laat abeidsmigranten aan het woord

Liftend naar huis

‘We zijn bezorgd omdat arbeidsmigranten zijn uitgezet naar onveilige plaatsen’, zegt Sarah Leah Whitson, HRW-directeur voor het Midden-Oosten en Noord-Afrika. ‘Twee uitgezette Somaliërs zeiden dat Al-Shabaab en de Somalische regering hen na aankomst bedreigden’, vervolgt de HRW- directeur.

‘Geen enkele arbeidsmigrant kreeg een kans om zijn uitzetting aan te vechten.’

Geen enkele arbeidsmigrant die HRW sprak, kreeg een kans om zijn uitzetting aan te vechten. Bovendien kunnen mensen die in hun herkomstland in gevaar zijn, geen asiel in Saoedi-Arabië aanvragen omdat een systeem simpelweg ontbreekt, stelt het rapport.

‘Ambtenaren pakten onze spullen af. Wie weigerde, werd met kabels geslagen’, zegt arbeidsmigrant Saleh. Hij is in november 2014 de grens met Jemen overgezet. Bij die grens zag een HRW-medewerker regelmatig mensen liften. ‘Het geld van migranten was afgepakt, hierdoor was het onmogelijk om met het openbaar vervoer naar huis te gaan. Overheidshulp ontbrak’, aldus HRW.

In Ethiopië kwam de overheid wel in actie. In de hoofdstad Addis Abeba is opvang geregeld voor 150.000 mensen. Van de vijf centra zijn er nog twee over omdat het animo afnam.

Naar de Somalische hoofdstad Mogadishu zijn in negen maanden tijd, vanaf december 2013, 40.799 arbeidsmigranten uitgezet. Een ervan was Sadiyo. ‘Ik was negen maanden zwanger toen ik op het vliegtuig ben gezet. Tijdens de vlucht is mijn baby geboren.’

Vakbonden verboden

De Golfstaten werken met een sponsorsysteem voor arbeidsmigranten: kafala. Hierin sponsort de werkgever een visum voor arbeidsmigranten. Een arbeidsrechtactivist uit Jemen vertelde HRW dat arbeidsmigranten voor dat ‘gratis’ visum alsnog gemiddeld 3570 euro per jaar betalen.

‘Misbruik, uitbuiting en mishandeling ligt op de loer.’

‘Andere landen in het Midden-Oosten werken niet met het kafala-systeem. Zij industrialiseerden in de negentiende eeuw, arbeiders hebben sindsdien een contract en salaris’, vertelt Moestafa Tlili vanuit Jordanië. Hij werkt voor de Arabische Vakbondsconfederatie (ATUC). In de zes Golfstaten werkt dat anders. ‘Daar is de werkgever afhankelijk van de beschermheer, de patroon. Naast dit patrimonialisme volgen de Golfstaten sinds de achttiende eeuw de conservatieve leer van het wahabisme. Andere landen in de regio doen dat niet’, vervolgt Tlili.

In de Golfstaten is de baas verantwoordelijk voor de arbeidsmigrant. Hij moet toestemming geven als de migrant Saoedi-Arabië in of uit wil, en als hij van baan wil wisselen. De werkgever heeft hierdoor veel macht. Wie van baan verandert zonder goedkeuring, zit automatisch zonder papieren. Vanaf dat moment is de arbeidsmigrant dus illegaal. ‘Door dit systeem ligt misbruik, uitbuiting en mishandeling op de loer’, stelt HRW.

De ATUC zet zich in voor werknemersrechten. Tlili: ‘We willen arbeidsmigranten waarschuwen voor valkuilen van het kafala-systeem. Die campagnes voeren we vanuit Koeweit, Bahrein en Amman omdat vakbonden in Saoedi-Arabië verboden zijn.’

Klagen is uitzetten

‘Je kunt moeilijk klagen als je geen papieren hebt’, zegt Mahmoud (27). In 2011 kwam hij illegaal naar Saoedi-Arabië. Door een werkongeluk verloor hij zijn rechterarm. ‘Toen een Indiase collega mij naar het ziekenhuis bracht, belde mijn baas. Ik moest liegen over het ongeluk, en zeggen dat het niet op zijn werkvloer was gebeurd. Medische zorg gaf hij niet. Ik besloot de politie de waarheid te vertellen. Na een ziekenhuisverblijf van ruim twee maanden, werd ik het land uitgezet.’

‘Als ik zou klagen, zou de baas me aangeven bij de politie.’

Ra’id (24) kwam, in tegenstelling tot Mahmoud, wel legaal het land binnen. ‘Ik had een visum om voor een vrachtbedrijf te werken. Toen ik aankwam was de werkgever verdwenen. Daarom ben ik maar bij een tankstation gaan werken, illegaal.’ Na een tijd dook Ra’ids werkgever op en vertelde dat het vrachtbedrijf niet bestond. ‘Ik moest 950 euro betalen voor een verblijf- en werkvergunning. Ik betaalde, maar kreeg geen papieren. Als ik zou klagen, zou die baas me aangeven bij de politie.’ Ra’id besloot terug naar Jemen te keren, maar ook hier is toestemming van de werkgever voor nodig. ‘Ik betaalde opnieuw 950 euro en kon naar huis’, vertelt Ra’id verbitterd.

Volgens Tlili verdienen arbeidsmigranten 90 tot 180 euro per maand. ‘In het kafala-systeem ontbreekt concurrentie. Je kunt niet zeggen, ik ga elders werken en beide werkgevers tegen elkaar laten opbieden. Je loon blijft hetzelfde als op je eerste werkdag. De werkgever kan dat verhogen, maar doet dat zelden. Arbeiders gaan dus niet vooruit.’

Er is geen middenweg

Whitson doet een oproep aan Saoedi-Arabië: ‘Wees ervan bewust dat de huidige arbeidswetten misbruik aanmoedigen. Zolang jullie het systeem niet grondig aanpassen: de visaregels veranderen en zorgen dat arbeiders van baan kunnen wisselen, blijven er problemen. Kortom, hervorm het kafala-systeem of schaf het af.’ Volgens Tlili is hervormen onmogelijk: ‘Je hebt kafala, of je hebt het niet. Er is geen middenweg.’

‘Je hebt kafala, of je hebt het niet.’

Golfstaat Bahrein volgt die redenering en schafte het systeem twee jaar geleden af. ‘Of het de facto is afgeschaft vraag ik me af. Toch is de opheffing een grote stap voor een Golfstaat’, meent Tlili.

Saoedi-Arabië zegt ook een stap te maken. In december heeft de minister van Werk, Adil Faqih, een toezegging gedaan: ‘Werkgevers die migranten laten overkomen maar hen geen baan geven, klagen we aan voor mensensmokkel.’ Volgens HRW is er nog geen veroordeling geweest.

Naast juridische stappen tegen de werkgever is er kans op soepelere regels voor de arbeidsmigranten. Ambtenaren zijn bezorgd over het aantal autochtone werklozen. Daarom is er per sector afgesproken hoeveel Saoedi’s elk bedrijf in dienst moet hebben. Voldoet de werkgever hier niet aan, kunnen ambtenaren arbeidsmigranten toestemming geven om een nieuwe baan te zoeken. Hun plek wordt dan opgevuld door een autochtoon. ‘Zo komt er iets meer vrijheid voor de migranten’, voorspelt HRW.

Accepteren of werkloos

‘Zendende landen, voer de druk op.’

Voor zendende landen als Jemen, Ethiopië en Somalië is er ook werk aan de winkel. Zij moeten de druk opvoeren, vindt HRW. In de zomer van 2013 heeft Saoedi-Arabië verdragen gesloten met vier Aziatische landen die veel arbeidsmigranten leveren. Die afspraken moeten landen als Jemen ook afdwingen, meent HRW.

Daarnaast moeten de zendende landen informatiecampagnes opzetten voor de eigen bevolking, stelt HRW. Ook de ATUC is daarmee bezig. ‘Toch is dat lastig’, zegt Tlili. ‘Veel arbeiders accepteren de situatie omdat ze anders werkloos zijn.’

De getuigenissen zijn afkomstig uit het HRW-rapport: Detained, Beaten, Deported: Saudi Abuses against Migrants during Mass Expulsions.