Stortregens vergroten ellende op Haïti
Ansel Herz
08 november 2010
De doortocht van de orkaan Tomas op Haïti eind vorige week was minder verwoestend dan gevreesd, maar stortregens hebben de penibele situatie in sommige vluchtelingenkampen nog verergerd. Door de overstromingen kan ook de cholera verder uitbreiding nemen.
In de stad Leogane, 29 kilometer ten westen van de hoofdstad Port-au-Prince, zijn 35.000 mensen getroffen door overstromingen, schat de hulporganisatie Save the Children. Leogane ligt dicht bij het epicentrum van de zware aardbeving van januari. Er waren ook overstromingen in Les Cayes, Jacmel en Gonaives.
Cholerapiek
Het water voert uitwerpselen en afval mee. “Dat schept nog betere voorwaarden voor de dodelijke cholerabacteriën”, liet Save the Children weten in een persmededeling. Het Haïtiaanse gezondheidsministerie zegt dat er nu al meer dan vijfhonderd mensen zijn gestorven aan de epidemie, die drie weken geleden uitbrak. Zaterdag werden nieuwe gevallen in het centrum van het land gemeld. Al meer dan 7300 Haïtianen zijn besmet met de gevaarlijke bacteriën.
Als gevolg van de orkaan zal de piek van de cholera-epidemie “vroeger en sneller” komen”, zegt Christian Lindmeier, een woordvoerder van de Wereldgezondheidsorganisatie. Volgens de Haïtiaanse overheid stierf bijna de helft van de slachtoffers in zijn eigen omgeving, en dus niet in het ziekenhuis. “De uitdaging is snel genoeg bij de patiënten te komen en zo het aantal sterfgevallen binnen de perken te houden”, zegt Lindmeier.
Iedereen doorweekt
Hulporganisaties waren dit weekend druk bezig de schade op te meten die de orkaan en de stortregens hadden aangericht. Volgens een rapport van een groep van organisaties die zich op huisvesting toeleggen, werden in Grand Goave ten westen van Port-au-Prince, 189 noodonderkomens in verschillende kampen beschadigd. In het kamp Pinchinat in Jacmel, ten zuiden van de hoofdstad, richtte de regen grote schade aan. Tenten gingen tegen de vlakte en iedereen was doorweekt, schreven ooggetuigen op Facebook. In Cité Soleil, een sloppenwijk bij Port-au-Prince, stroomde in minstens één vluchtelingenkamp water met afval binnen.
Voor de komst van de orkaan waren er pogingen om sommige bewoners van kampen in laaggelegen gebieden te evacueren. Maar de inwoners van Cozbami en Immaculée, twee kampen in Cité Soleil, weigerden te vertrekken uit angst voor dieven.
Te kleine hulpvoorraden
Haïti haalde dit weekend opgelucht adem omdat de orkaan in de hoofdstad Port-au-Prince relatief weinig schade aanrichtte. Maar het is moeilijk zelfs die beperkte problemen op te lossen. In en om de hoofdstad leven nog altijd 1,3 miljoen mensen in tenten en onder zeilen. Hulporganisaties in Haïti schatten dat honderdduizend gezinnen nieuwe tenten of extra zeilen nodig hebben. De hulpverleners hebben twee derde van het benodigde materiaal in voorraad, terwijl twintigduizend bijkomende zeilen nog vastzitten bij de Haïtiaanse douane.
Eind september kreeg Port-au-Prince al eens te maken met een storm die de tenten van meer dan tienduizend kampbewoners vernielde. Ze moesten twee nachten onder de sterren of opeengepakt in de tenten van familie of kennissen doorbrengen voor ze geholpen werden. Meteen zaten de hulporganisaties door hun voorraden heen.
Net voor de komst van de orkaan Tomas lanceerden de VN nog een wanhopige oproep aan donoren om meer materiaal voor noodonderkomens ter beschikking te stellen. Volgens de VN moeten de hulporganisaties met het oog op het orkaanrisico 150.000 zeilen meer in voorraad hebben dan nu het geval is. Ook de voorraden van andere hulpgoederen zijn te klein.