Togo weigert Nigeriaans onderhandelingsteam toegang
Ali Idrissou-Toure
11 februari 2005
De politie in de Togolese hoofdstad Lome gebruikte vrijdag traangas bij een protestactie tegen de recente machtsovername door Faure Gnassingbe. Donderdag mocht het vliegtuig met een Nigeriaanse delegatie niet landen in Togo. De delegatie wou regionale onderhandelingen voorbereiden om de politieke crisis op te lossen na wat sommigen een staatsgreep noemen.
West-Afrikaanse leiders uit onder meer Benin, Ghana, Mali en Niger wilden het Nigeriaanse team volgen naar Togo voor besprekingen onder de auspiciën van ECOWAS, de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Landen. Ook de Nigeriaanse president Olusegun Obasanjo zou aan de gesprekken deelnemen. Maar hij liet inmiddels weten dat hij niet naar Togo zal afreizen.
Togo zou de weigering om het vliegtuig met Nigerianen te laten landen aan een misverstand wijten.
Woensdag had ECOWAS gedreigd Togo uit alle organen te schorsen als het land de “normale grondwettelijke orde” niet herstelt. In Togo werd Faure Gnassingbe maandag geïnstalleerd als nieuwe president , in opvolging van zijn overleden vader, president Gnassingbe Eyadema. Om zoon Gnassingbe aan de macht te brengen, was een wijziging van de grondwet nodig.
Op de ECOWAS-bijeenkomst in Niger woensdag stelden Benin en Ghana voor om Togo een twee- tot zesmaandelijkse overgangsperiode toe te staan om terug te keren naar grondwettelijk bestuur. Ze zouden vrezen dat te sterke internationale stuk de houding van de autoriteiten in Togo verhard en tot wijdverbreid geweld zou kunnen leiden.
De president van Benin, Matthieu Kerekou, zegt te vrezen dat Togo evolueert tot “een tweede Ivoorkust”. Dat West-Afrikaanse land wordt verscheurd door gevechten tussen de overheid en rebellen.
De Europese Unie veroordeelde de machtswissel en vooral de rol die het leger erin speelde. Sinds 1993 heeft de EU zijn hulp aan Togo stopgezet omwille van het democratische deficit van de regering. Vanuit het EU-hoofdkwartier in Luxemburg vertrok eerder al een oproep om op een vreedzame manier te werken aan een de opbouw van een effectieve democratie. (ADR)