"Westelijke Sahara is het Palestina van Marokko"
Tom Stevenson
04 januari 2013
Er vallen gelijkenissen te trekken tussen de bezette Palestijnse gebieden en de Westelijke Sahara, dat al decennialang door Marokko wordt bestuurd. Maar terwijl het ene conflict ongelooflijk gemediatiseerd is, weten maar weinig mensen wat er zich ten zuiden van Marokko afspeelt.
In Laayoune, de hoofdstad van de Westelijke Sahara, zijn de veiligheidsdiensten alomtegenwoordig om demonstraties uiteen te drijven. Het laatste incident dateert van 10 december, toen ze met knuppels een betoging voor het kantoor van de Marokkaanse Adviesraad voor de Mensenrechten de kop indrukten.
Sinds 1975 is de Westelijke Sahara in Marokkaanse handen. Nadat de Spanjaarden na de dood van Franco waren weggetrokken, vielen Marokko en Mauritanië het territorium binnen. Tegen 1979 had intern verzet de Mauritaniërs al verdreven, maar de Marokkaanse koning Hassan II was vastberaden het gebied als zijn achtertuin te houden.
Kolonisten
Honderdduizend Marokkaanse kolonisten werden aangemoedigd met subsidies en banen om zich in de Westelijke Sahara te vestigen onder legerbescherming. Marokko vocht toen een oorlog uit tegen de inheemse Sahrawi-strijders die afliep in 1991 omdat de VN een staakt-het-vuren hadden bemiddeld en beloofden om binnen de zes maanden een onafhankelijk referendum te houden.
Dat referendum is er nooit gekomen. Marokko controleert nog altijd de Westelijke Sahara en zijn lucratieve grondstoffen zoals fosfaat en vis. Het land is nu het laatste “niet-zelfbestuurde territorium” van de VN in Afrika. Er leven 100.000 tot 140.000 Marokkaanse militairen (op een totale bevolking van amper 500.000).
Door de gevechten zijn veel van de oorspronkelijke bewoners van de Westelijke Sahara gevlucht naar kampen in het zuiden van Algerije, maar sommigen zijn als een minderheid in het gebied gebleven.
De VN-vredesmissie hier stelt weinig voor en heeft een opvallend beperkte jurisdictie: ze kreeg van de Veiligheidsraad niet eens het mandaat om mensenrechtenschendingen te onderzoeken.
Ook de toegang voor journalisten tot de Westelijke Sahara is zwaar aan banden gelegd. Daardoor is er weinig geweten over het leven van de Sahrawi in het betwiste gebied.
Discriminatie
“Onze groep is ondergedoken”, zegt Fatima Tobarra, voorzitter van het Sahrawi Centrum voor Vrouwen en Kinderen aan Al Jazeera. “We wilden een officiële organisatie oprichten, maar de autoriteiten weigerden zelfs onze aanvraag te behandelen.”
Het Centrum noemt discriminatie en misbruik tegen de lokale bevolking schering en inslag. “De politie bewaakt de scholen hier en intimideert de Sahrawi-kinderen. Eenmaal binnen in de school hebben ze af te rekenen met discriminatie door de leerkrachten, bijna altijd Marokkanen”, vertelt Tobarra. “Onze kinderen mogen zich zelfs niet bij activiteitengroepen van Marokkaanse kinderen aansluiten.”
Zo kunnen we en willen we niet leven, zegt ze. “We willen onze vrijheid heroveren, net als de mensen in andere landen zoals Tunesië en Jemen.”
Straffeloosheid
Ondanks de massale aanwezigheid van veiligheidsdiensten, houden de Sahrawi al jaren manifestaties tegen de Marokkaanse overheersing en het feit dat ze zich tweederangsburgers voelen.
Khalil, een jonge activiste van de protestbeweging Coördinatie Gdeim Izik, vertelt dat de veiligheidsdiensten het gewoon zijn om preventief elke vorm van protest neer te slaan, dikwijls met knuppels. “Ze geven er niet om of je jong, oud, man of vrouw bent – als je een van de betogers bent, vallen ze je aan.”
Er vallen vaak gewonden en soms ook doden, maar dan ontkent de politie elke betrokkenheid. Ook Human Rights Watch kan erover mee spreken. In 2010 werd een van hun onderzoekers ineengeslagen op klaarlichte dag. De organisatie noemde de aanval een typisch voorbeeld van de straffeloosheid voor politiegeweld.
De feitelijke leider van Coördinatie Gdeim Izik, Lahib Salhi, verwoordt het zo: “We leven hier altijd onder toezicht, onder de knuppels van de Marokkanen. De internationale gemeenschap moet doen wat ze beloofd heeft: het referendum organiseren en ons de kans geven om te leven zoals we dat willen.”
Palestina
Er zijn gelijkenissen te trekken tussen de situatie in de Westelijke Sahara en Palestina, menen sommigen. Uit beide gebieden zijn gewezen grootmachten weggetrokken en kwamen er troepen van buitenaf in de plaats, op beide plaatsen wordt de inheemse bevolking onderdrukt en houden de permanente leden van de VN-Veiligheidsraad het status-quo in stand.
Maar terwijl het Israëlisch-Palestijnse conflict een van de meest gemediatiseerde verhalen ter wereld is, weten weinig mensen wat er in de Westelijke Sahara gaande is.
Veel Sahrawi geven de internationale gemeenschap de schuld. “De Marokkanen leggen beslag op ons land omdat ze dat kunnen, omdat ze sterk zijn en de steun hebben van Frankrijk, de VS en Groot-Brittannië. Maar ze weten dat hun claim vals is. Hoe lang nog zal de wereld dit onrecht pikken?”, vraagt Salhi zich af.