Onderzoek op basis van natuurhistorische museumcollecties
Zelfs één graad warmer heeft al ingrijpende gevolgen voor dieren en planten
IPS
26 januari 2023
Slechts één graad opwarming kan al ingrijpende gevolgen hebben voor diersoorten, blijkt uit nieuw onderzoek van de Technische-natuurwetenschappelijke Universiteit van Noorwegen. De onderzoekers bepaalden de klimaatimpact op diersoorten door collecties van natuurhistorische musea te analyseren.
De onderzoekers ontdekten dat het aantal broedende vogels afneemt naarmate het warmer wordt.
‘Het klimaat beïnvloedt de levenscyclus van soorten, het aantal individuen van een soort, het totale aantal soorten en de samenstelling en verspreiding van soorten in een gebied’, zegt hoofdauteur van de studie James Speed.
Maar vanaf welke temperatuurwijziging treden er verstrekkende gevolgen op voor diersoorten? Dat is niet eenvoudig te bepalen en verschilt sterk van soort tot soort. Sommige soorten gedijen in een groot en gevarieerd gebied, terwijl andere het slechts in zeer beperkte gebieden goed doen.
Fossielen en logboeken
Onderzoekers van de Noorse universiteit hebben nu een handige methode gevonden om na te gaan hoe soorten in een bepaald gebied gedurende een langere periode door temperaturen zijn beïnvloed.
Ze gebruikten natuurhistorische museumcollecties, zoals fossielen en logboeken, die sinds eind 18de eeuw zorgvuldig zijn opgebouwd. Op die manier hebben ze de reactie van de centraal-Noorse fauna en flora op de klimaatverandering van de laatste 250 jaar in kaart gebracht. Ze selecteerden een aantal soorten, waaronder gewervelde dieren, ongewervelde dieren, planten en schimmels.
De resultaten van de analyse geven duidelijk aan dat zelfs één enkele graad opwarming grote veranderingen kan veroorzaken.
‘Natuurhistorische collecties zijn een essentiële en onschatbare bron voor ecologisch onderzoek over een lange periode.’
De onderzoekers ontdekten onder meer dat de populatie zoöplankton daalt met bijna 7700 individuen per kubieke meter water, per graad warmer in het Jonsvatnet-meer in Trondheim. Ook het aantal broedende vogels neemt af naarmate het warmer wordt. Per graad warmer zijn er twee broedgebieden minder te vinden per vierkante kilometer in Budalen in de centrale provincie Trøndelag. In heel Trøndelag bloeien de planten vroeger, gemiddeld twee dagen eerder per graad warmer.
Voor sommige plantensoorten ontdekten de wetenschappers dat ze gemiddeld negen dagen eerder per eeuw bloeien. Dat betekent dat sommige Noorse plantensoorten nu drie weken eerder bloeien dan 250 jaar geleden.
Veerkrachtige natuur
‘Maar niet alles verandert met het klimaat. Sommige aspecten van de natuur zijn veerkrachtiger. Over het algemeen blijft de verspreiding van soorten en de soortendiversiteit in de loop van de tijd stabiel. Dat verbaasde ons’, zegt professor Speed.
De onderzoekers stelden vast dat schommelingen in het aantal dieren en in de samenstelling van soorten niet direct volgen op schommelingen in temperatuur. In 250 jaar kunnen er zowel periodes van opwarming als van stabiel klimaat plaatsvinden. Soorten kunnen mogelijk vertraagd reageren op de klimaatverandering.
De vorsers wijzen erop dat ze die inzichten niet zouden hebben vergaard indien botanisten en biologen, vaak hobbyisten, vanaf de 18de eeuw geen materiaal en informatie over de natuur hadden vergaard.
‘Natuurhistorische collecties kunnen een uniek inzicht geven in een breed scala aan ecologische reacties over een periode die veel langer is dan wat de meeste observatieprogramma’s aankunnen. De collecties zijn dus een essentiële en onschatbare bron voor ecologisch onderzoek over een lange periode’, aldus professor Speed.