‘Zonne-energie kan belangrijkste bron van stroom worden tegen 2050, maar dan moeten arme landen meer steun krijgen’

Nieuws

Britse wetenschappers wijzen op enorme potentieel van zonne-energie

‘Zonne-energie kan belangrijkste bron van stroom worden tegen 2050, maar dan moeten arme landen meer steun krijgen’

‘Zonne-energie kan belangrijkste bron van stroom worden tegen 2050, maar dan moeten arme landen meer steun krijgen’
‘Zonne-energie kan belangrijkste bron van stroom worden tegen 2050, maar dan moeten arme landen meer steun krijgen’

IPS / Claudia Caruana

07 november 2023

Er is te weinig financiële ondersteuning voor zonne-energie in de armste landen van de wereld. Dat weerhoudt zonne-energie ervan om overal het volledige potentieel te bereiken, zo stellen Britse wetenschappers in een analyse.

Sungrow EMEA / Unsplash

De sector van zonne-energie heeft alles in zijn mars om fossiele brandstoffen van de troon te stoten als de dominante wereldwijde energiebron.

Sungrow EMEA / Unsplash

Er is te weinig financiële ondersteuning van zonne-energie in de armste landen van de wereld. Dat weerhoudt zonne-energie ervan om overal het volledige potentieel te bereiken. Nochtans heeft de sector alles in zijn mars om fossiele brandstoffen van de troon te stoten als de dominante wereldwijde energiebron, stellen Britse wetenschappers in een analyse.

Op basis van technologische en economische modellen hebben de onderzoekers geconcludeerd dat fotovoltaïsche zonne-energie al een ‘kantelpunt’ heeft bereikt en waarschijnlijk nog voor 2050 de belangrijkste energiebron zal worden - zelfs zonder de steun van ambitieuzer klimaatbeleid.

Ze zien wel dat de landen die dicht bij de evenaar liggen - en die het meeste zonlicht krijgen - weinig profiteren van deze trend door een gebrek aan financiële steun en infrastructuur.

‘Internationale leningen zouden een oplossing kunnen bieden om het vertrouwen van investeerders te bevorderen.’

‘Toegang tot middelen kan daar een uitdaging zijn, maar is nodig om te kunnen voorzien in de nodige infrastructuur’, zegt Femke Nijsse, docent aan de Universiteit van Exeter en hoofdonderzoeker in de studie die is gepubliceerd in Nature Communications.

In landen met lage inkomens werkt zonne-energie voor kleinschalige off-grid toepassingen, waardoor mensen die ver van het elektriciteitsnet wonen toch toegang krijgen tot elektriciteit. Voor de grootschalige projecten en de bijhorende netwerkinfrastructuur moet nog een financiële barrière worden overwonnen, stelt Nijsse.

‘Investeerders kunnen hernieuwbare energie en infrastructuur in de armste landen wat riskant vinden, vanwege de weinige ervaring die daar al is met hernieuwbare energie’, zegt ze. ‘Internationale leningen zouden een oplossing kunnen bieden om het vertrouwen van investeerders te bevorderen.’

Goedkoper dan steenkool

Ondanks het achterblijven van een deel van de wereld, is het kantelpunt globaal gezien al wel bereikt, stellen de onderzoekers van Exeter en de University College London. Zij zijn ervan overtuigd dat zonne-energie in 2050 de belangrijkste bron van stroom zal zijn.

Het team zal een rapport voorstellen op de VN-klimaattop (COP28) in Dubai, later deze maand. Volgens Nijsse wordt het een uitgebreide beoordeling van de belangrijke omslagpunten in het klimaat en de positieve kantelpunten die de klimaatcrisis kunnen aanpakken.

Hernieuwbare energiebronnen werden lange tijd beschouwd als een dure optie, die hoge subsidies of CO2-taksen vereisten om ze levensvatbaar te maken, aldus het onderzoek. ‘Maar na een vruchtbare periode van innovatie en klimaatbeleid kunnen hernieuwbare energiebronnen nu steeds beter concurreren met fossiele brandstoffen.’

‘Nu zonne-energie zo goedkoop is geworden, kan het beleid wat minder focussen op louter de kosten.’

‘Of hernieuwbare energiebronnen het nieuwe normaal worden, hangt steeds meer af van de ontwikkeling van de industrie dan dat het louter een budgetkwestie zou zijn.’

Volgens het Internationaal Agentschap voor Hernieuwbare Energie (IRENA) is de kost van hernieuwbare energie nu lager dan zelfs de goedkoopste kolengestookte centrale. Tussen 2010 en 2020 zijn de kosten voor elektriciteit uit zonne-energie met 85 procent gedaald, zegt het agentschap.

‘Nu zonne-energie zo goedkoop is geworden, kan het beleid wat minder focussen op louter de kosten. Voor veel landen is het nu belangrijk om vooral bezig te zijn met transmissienetwerken en innovatiebeleid rond opslag’, zegt Nijsse.

Barrières overwinnen

Eind vorige maand lanceerde IRENA, samen met het COP28-voorzitterschap en de Global Renewables Alliance, een gezamenlijk rapport in aanloop naar de klimaattop die op 30 november van start gaat. In het rapport wordt uiteengezet wat er nodig is om hernieuwbare energie te verdrievoudigen tegen 2030 en energie-efficiëntie te verdubbelen tegen diezelfde datum.

Het rapport bevat beleidsaanbevelingen voor regeringen en de particuliere sector om de wereldwijde capaciteit voor hernieuwbare energie te verhogen tot ten minste 11.000 gigawatt (GW). Ter vergelijking: eind 2022 was dat net iets meer dan 3000 GW.

Volgens IRENA zal dit een belangrijke stap zijn om te verwezenlijken dat de wereldwijde temperatuurstijging beperkt blijft tot 1,5 graden Celsius boven het pre-industriële niveau.

Volgens IRENA-directeur-generaal Francesco La Camera is het nodig om gezamenlijk te handelen en de ‘diepgewortelde systemische barrières op het gebied van infrastructuur, beleid en institutionele capaciteiten aan te pakken’. Volgens hem stammen die nog uit het tijdperk van de fossiele brandstoffen.

Andere belemmeringen

Naast een tekort aan financiering identificeert het Britse onderzoek nog een aantal andere belemmeringen die de groei van zonne-energie tegenhouden: een gebrek aan stabiele elektriciteitsnetten, zwakke toeleveringsketens en politieke weerstand van regio’s die geconfronteerd worden met banenverlies als gevolg van de rem op CO2-uitstoot

De onderzoekers geloven dat gericht beleid dat deze barrières aanpakt, effectiever kan zijn dan ingrepen zoals CO2-taksen om de overgang naar schone energie te versnellen.

De opwekking van zonne-energie varieert nog steeds afhankelijk van het weer, de seizoenen en het tijdstip van de dag, zegt Nijsse. ‘Netwerken moeten daarop worden afgestemd en daarom zijn overheidssubsidies en financiering voor onderzoek en ontwikkeling belangrijk.’

De groei van zonne-energie zal onvermijdelijk nog wel een tijdlang afhankelijk zijn van financiering, maar die is momenteel geconcentreerd in landen met een hoog inkomen. ‘Zelfs internationale financiering draait grotendeels in het voordeel uit van landen met een middeninkomen. Daardoor hebben landen met een lager inkomen, met name in Afrika, een tekort aan zonne-energiefinanciering, ondanks het enorme investeringspotentieel’, voegt Nijsse toe.

Jessica Jewell, universitair hoofddocent aan de Chalmers Universiteit in Zweden reageert op het rapport van de Britse onderzoekers en zegt: ‘Dit is een belangrijk onderzoek omdat het er terecht op wijst dat de groei van zonne-energie vanaf nu of in ieder geval in de nabije toekomst niet zozeer wordt beperkt door de kosten, maar door andere factoren - variërend van netwerkintegratie tot politieke tegenstand.’

Het rapport wijst er ook op dat toekomstig beleid gericht moet zijn op het verminderen van deze barrières. ‘Dat is een redelijke aanbeveling, hoewel enige vorm van financiële steun voor zonne-energie nog steeds nodig kan zijn, gezien de volatiliteit van elektriciteitsmarkten en prijzen.’