‘Zuid-Zuidsamenwerking is redmiddel voor minst ontwikkelde landen’

Nieuws

‘Zuid-Zuidsamenwerking is redmiddel voor minst ontwikkelde landen’

‘Zuid-Zuidsamenwerking is redmiddel voor minst ontwikkelde landen’
‘Zuid-Zuidsamenwerking is redmiddel voor minst ontwikkelde landen’

Mathias de Graag

17 november 2011

Onderzoekers van de VN handel en ontwikkelingsorganisatie UNCTAD concluderen dat de toekomst van de minst ontwikkelde landen in de wereld (MOL) in handen ligt van de omringende zuidelijke ontwikkelingslanden en de handel die zij drijven met de MOL. Dit schrijft UNCTAD in het rapport dat de organisatie donderdag publiceert.

In het afgelopen decennium is de economische relatie tussen de minst ontwikkelde landen en de opkomende economieën in het Zuiden versterkt. Hierdoor steeg ook de export van de MOL. Hoewel het niveau van 176 miljard Amerkaanse dollar uit 2008 in 2010 niet werd gehaald, ziet UNCTAD wel een exportgroei die aanhoudt. Naar verwachting zal deze groei in 2011 uitkomen op 4,9 procent. Voorwaarde voor deze groei is de nauwe Zuid-Zuidsamenwerking.

Het verloren continent

Afrika blijft nog altijd koploper als het gaat om het aantal minst ontwikkelde landen. Het continent telt 33 landen die tot de MOL worden gerekend. Azië is met veertien landen op de lijst iets minder slecht ontwikkeld. Dit komt vooral doordat de regio profiteert van de economische groei van China en India. In Midden-Amerika wordt Haïti als enige tot de MOL gerekend.

Twaalf procent van de totale wereldbevolking woont in de minst ontwikkelde landen. In de wereldeconomie spelen de betreffende landen een marginale rol. Slechts een procent van de wereldwijde export is voor hun rekening. Met de bijdrage van 0,9 procent van het wereldwijde binnenlandse product is het ook niet veel beter gesteld.

Toegang tot wereldeconomie

Toch is econoom Alberto Gabriel, medeverantwoordelijk voor het UNCTAD rapport, positief over de positie van de MOL. ‘De export neemt nog steeds toe en de handelsrelaties met verschillende ontwikkelingslanden blijven sterk. Als dit niet verslapt, kijgen de bewuste landen indirect toegang tot de wereldeconomie. Hoewel de transformatie van een laagontwikkeld land naar een ontwikkelingsland een zeer moeizaam proces is, is het niet onmogelijk.’

Gevaar

Hoewel de MOL profiteren van de groeiende welvaart van andere landen, is er voor henzelf ook het gevaar dat zij worden opgeslokt door deze economische groei bij buur -en partnerlanden. Intensieve arbeidsprocessen in het buitenland kunnen mogelijk zorgen voor een afbraak aan de eigen economie, omdat binnenlandse arbeiders worden aangetrokken om elders hun werk te doen. UNCTAD benadrukt in het rapport dan ook het belang van nieuw beleid, waardoor dit voorkomen kan worden.

Tags