ETC Group maakt zich zorgen
Zwitserland zet geo-engineering op VN-agenda
IPS
01 maart 2019
Zwitserland wil dat de internationale gemeenschap het debat opent over geo-engineering als laatste reddingsmiddel tegen de klimaatverandering. Het land diende daartoe een resolutie in bij het VN-milieuagentschap.
Schematische voorstelling van het SPICE-project (Stratospheric Particle Injection for Climate Engineering) van verschikkende Britse universiteiten.
© Hughhunt (CC BY-SA 3.0)
Er wordt al jaren gefantaseerd over grootschalige technische ingrepen om het klimaat te redden, bijvoorbeeld door zonlicht te reflecteren of CO2 uit de atmosfeer te halen. Maar nu de CO2-concentraties in de atmosfeer blijven stijgen en het onderzoek vordert, stijgt ook de bekommernis dat de technieken ingezet kunnen worden zonder bescherming tegen de ernstige risico’s die ermee gepaard gaan. Bovendien kan het vooruitzicht van een technologische uitweg als excuus gebruikt worden om volop te blijven vervuilen.
Internationaal debat
Om het gesprek daarover in gang te zetten, zal Zwitserland deze maand nog een resolutie indienen bij het VN-milieuagentschap (UNEP). Daarin vraagt het land om een inschatting van de potentiële methoden en een beleidskader voor elke methode tegen augustus 2020. Het kan als een eerste stap gezien worden in de richting van een internationale regelgeving van de technologieën.
“het wetenschappelijk onderzoek staat niet stil. We kunnen niet langer onze ogen sluiten en alles wegzetten als sciencefiction.”
“Het risico bestaat dat geo-engineering uitgevoerd wordt door een partij, zonder enige internationale controle, en daar zijn we erg bezorgd over”, zegt Franz Perrez, hoofd Internationale Betrekkingen aan het Zwitserse Federale Bureau voor Leefmilieu. “Er worden al tests gedaan met zonnestralingsbeheer en het wetenschappelijk onderzoek staat niet stil. We kunnen niet langer onze ogen sluiten en alles wegzetten als sciencefiction.”
De Zwitserse ontwerpresolutie krijgt al steun van Burkina Faso, Micronesië, Georgië, Liechtenstein, Mali, Mexico, Montenegro, Niger, Zuid-Korea en Senegal, volgens de laatste versie van 25 februari.
De zon dimmen
De term geo-engineering heeft betrekking op een hele waaier aan technieken om het klimaatsysteem te regelen, van de massale aanplanting van bomen tot morrelen aan het wolkendek.
Vooral technologieën om zonnestralen te reflecteren - en in essentie de zon te dimmen - baren zorgen.
Maar vooral technologieën om zonnestralen te reflecteren - en in essentie de zon te dimmen - baren zorgen. De ideeën gaan van de verspreiding van areosolpartikels door vliegtuigen (om het effect van een vulkaanuitbarsting te imiteren) tot zeewater sproeien in wolken om ze meer reflecterend te maken. Die ingrepen kunnen ook leiden tot veranderende weerpatronen, chaos in de landbouw of toenemende geopolitieke spanningen.
Bovendien: als ze niet gepaard gaan met ernstige uitstootreducties, zouden de inspanningen moeten blijven doorgaan, vrijwel eindeloos, zei klimaatwetenschapper Douglas MacMartin, een van de toonaangevende deskundigen, op een conferentie van de invloedrijke denktank Chatham House in London.
Toch kan de technologie, tenminste als ze door een overheid wordt gecontroleerd, de voorkeur verdienen boven een ongebreidelde klimaatverandering. “Je maakt ook voor je plezier geen chemotherapie, of je laat de airbag in je auto niet zomaar openen”, aldus MacMartin. “Er zijn duidelijk ernstige uitdagingen verbonden met zonne-engineering, en die zijn enkel zinnig in de context van de uitdagingen van de klimaatverandering zelf.”
CO2 uit de atmosfeer halen
Een tweede grote groep van technologieën heeft tot doel CO2 uit de atmosfeer te halen. Dat gaat van herbebossing tot de combinatie van biomassacentrales met technologie om uitstoot te vangen op te slaan onder de grond (ook bekend als BECCS). Maar zelfs voor relatief eenvoudige ingrepen zoals het aanplanten van bomen zijn internationale regels nodig, om er zeker van te zijn dat ze op andere plaatsen niet tot negatieve effecten leiden.
De aandacht voor die vormen van geo-engineering groeit, nu de wereldwijde temperatuur op koers blijft om met minstens 3 graden te stijgen. Het VN-klimaatpanel concludeerde in haar laatste rapport in oktober dat het zonder die radicale technologieën moeilijk wordt om binnen de doelstelling van 1,5 graden Celsius te blijven die in Parijs is afgesproken .
moeten worden.
“Investeringen in geo-engineering zijn nu al een excuus voor grote vervuilers om CO2 te blijven uitstoten en echte reducties uit te stellen.”
“De realiteit is dat het verwijderen van CO2 uit de atmosfeer niet langer een vraag is van wel of niet”, zei voormalig VN-ondersecretaris-generaal Janos Pasztor op de conferentie. Pasztor is nu directeur van het Carnegie Climate Geoengineering Governance Initiative (C2G2).
“De vraag is welke technologie we gebruiken, in welke mate, wanneer we starten en wie het gaat betalen”, zei hij. “Maar over zonnereflectie is er, tenminste buiten wetenschappelijke kringen, erg weinig debat. Het wordt nog steeds gezien als esoterisch, sciencefiction, moeilijk en uitdagend - en dat klopt allemaal.”
Gevaarlijk
Maar voor sommigen is geo-engineering zo gevaarlijk dat het gewoon verboden zou
De technologieën zouden het klimaat immers nog kunnen verslechteren, als wapen ingezet kunnen worden of geopolitieke spanningen kunnen versterken, vindt Silvia Ribeiro van de ETC Group, een organisatie die de sociaaleconomische en ecologische gevolgen van nieuwe technologieën inschat. “Investeringen in geo-engineering zijn nu al een excuus voor grote vervuilers om CO2 te blijven uitstoten en echte reducties uit te stellen.”
Tot nog toe hebben de VN gekozen voor een voorzichtige aanpak. De 190 partijen in de Conventie inzake Biologische Diversiteit verlengden in 2016 een moratorium op alle klimaatgerelateerde technologieën, terwijl een conventie rond zeevervuiling uit 2013 geo-engineering van de oceanen uitsluit.
Aanvaardbaar
De ETC Group maakt zich zorgen dat de Zwitserse ontwerpresolutie impliciet aanneemt dat geo-engineering aanvaardbaar is en enkel behoefte heeft aan een internationaal kader.
Franz Perrez brengt daartegenin dat het land UNEP net wil vragen om de huidige staat van de wetenschap in kaart te brengen, inclusief de lacunes in de kennis, de risico’s, kansen en onzekerheid, de huidige spelers in research en development en hoe dat allemaal gereguleerd kan worden. Pas dan, zegt hij, kunnen landen praten over wat ze toelaten en wat niet, en hoe.
Maar met de huidige uitstoot “is het moeilijk te begrijpen dat dit niet nodig zou zijn”, aldus Pasztor van C2G2. “De realiteit is dat uitstootreducties niet meer voldoende zijn, omdat we al zoveel CO2 hebben uitgestoten dat zelfs als we vandaag stoppen, de klimaatverandering nog honderden jaren zullen blijven aanzwengelen.”
Bron: Climate Home News