Thomas Leysen
“‘Bonusbeperking is een nevenverschijnsel’
Naar aanleiding van het voorakkoord in het Europees Parlement over het beperken van bonussen in de financiële wereld vroeg MO* Thomas Leysen, voorzitter van de raad van bestuur van de KBC Groep NV, om een reactie.
Sinds enige tijd heeft het idee ingang gevonden dat de zogenaamde “bonuscultuur” in de financiële wereld aan de basis ligt van de financiële crisis. Zoals de meeste oneliners over de financiële crisis, is dat wat simplistisch en vormt het een veralgemening die geen rekening houdt met de verscheidenheid aan situaties. Maar ten gronde is het inderdaad juist dat de overmatige focus op korte termijn, die effectief nefaste gevolgen heeft gehad, mede aangewakkerd werd door de verloningssystemen die in tal van banken werden gebruikt.
Nu is het zo dat, zeker in continentaal Europa, de meeste raden van bestuur van grote financiële instellingen heel wat lessen hebben getrokken uit wat er allemaal is misgegaan. Die lessen hebben te maken met duidelijkere strategische keuzes, scherpere risicoanalyses en controlemechanismen, en ook met gewijzigde verloningssystemen. Bovendien zijn de nationale toezichthouders en regelgevers veel scherper gaan toezien op het verloningsbeleid.
Goldman Sachs, KBC en Colruyt
Bij KBC is er in de laatste twee jaar bijvoorbeeld reeds een grens van één op één in de verhouding vaste en variabele vergoeding voor alle medewerkers gebruikt, zoals het Europees Parlement die nu wil vastleggen. Voor de leden van het directiecomité van KBC was het zelfs zo dat zij gedurende drie van de laatste vijf jaar helemaal geen variabele vergoeding gekregen hebben. Als er variabele vergoeding uitbetaald wordt, wordt die dan ook nog eens gespreid uitbetaald over een periode van drie tot vijf jaar, en kan zij onderworpen worden aan een “malus” en aan een “claw-back” (terugvorderingsclausule bij onregelmatigheden).
De “bonuscultuur” zoals zij nog steeds leeft bij tal van internationale zakenbanken, meestal gebaseerd in London en New York, staat dus heel ver van de realiteit bij een Belgische bankverzekeraar. “Dé bankiers” bestaan dan ook niet. Het cultuurverschil tussen Goldman Sachs en KBC is vandaag wellicht groter dan het cultuurverschil tussen KBC en pakweg Colruyt. Spijtig dat er in het publieke debat nog steeds zo weinig onderscheid wordt gemaakt tussen fundamenteel verschillende situaties.
Het voorakkoord dat het Europees Parlement bereikt heeft, is voor ons dan ook een nevenverschijnsel. In London bekijkt men dat even anders.