“‘Tonen we de beelden van IS?’
De jongste gruwelvideo van IS, waarin getoond wordt hoe een Jordaanse piloot levend verbrand wordt, doet het debat weer oplaaien over al dan niet tonen van dergelijke propaganda. Walter Zinzen, voormalig VRT-journalist, vindt dat het antwoord moet vertrekken van de vraag: 'Wat is de relevantie?' Maar ook: wat doen we met geweld dat bewust niét getoond wordt? Bestaat dat niet?
Iedere journalist, die naam waardig, vraagt zich minstens een paar keer per dag af : ‘Wat is de relevantie?, of toch minstens: ‘Wat is de nieuwswaarde?’
Een groot deel van de journalistieke arbeid gaat immers over selectie. Keuzes maken dus in de vaak onoverzichtelijke brij die het nieuwsaanbod is.
Het gaat dan uiteraard niet alleen over teksten maar ook over foto’s c.q. bewegende beelden Sedert de uitvinding van de televisie en zeker sedert het digitale tijdperk is het belang van beeldmateriaal in de informatieverstrekking alleen maar toegenomen.
Terecht. Beelden zorgen voor een onvervangbare toegevoegde waarde. Vaak is die eerder emotioneel. Een moeder die in een hongerend land haar baby niet meer dan een uitgedroogde borst kan bieden doet de kijker naar de portemonnee grijpen .
Of moet ik zeggen: deed? Want wat waar was in de jaren tachtig, toen de wereld voor het eerst kennis maakte met de gigantische hongersnood in de Sahel, is dat nu niet meer. Stervende zwarte kindjes, hoe mooi ook gefilmd, wekken bij de kijker vandaag de dag eerder verveling op. Gewenning heet dat.
Geen rechte lijn
De vraag naar de relevantie en de nieuwswaarde is daarom niet altijd eenduidig en zeker niet simpel te beantwoorden. Soms verschilt het antwoord zelfs van de ene redactie tot de andere. Denken we maar aan de discussie die losbrandde toen Het Nieuwsblad foto’s publiceerde van de kinderen die in Zwitserland bij een busongeval om het leven waren gekomen. Wat was daarvan in hemelsnaam de nieuwswaarde of de relevantie, zo vroegen velen zich af.
Maar soms is er geen twijfel mogelijk: toen de foto’s uit de Abu Ghraibgevangenis, die de mishandeling van gevangenen door Amerikaanse militairen toonden, op de redacties binnen waaiden, was het devies: publiceren die handel. Dat was ook het geval toen beelden opdoken waarop te zien was hoe Amerikaanse militairen in Irak onschuldige voorbijgangers neermaaiden. Relevantie en nieuwswaarde spraken voor zichzelf.
Relevantie-Sensatie: 0-5
Maar toen kwam IS met zijn professioneel gemaakte video’s van onthoofdingen, mensen die van daken worden gegooid en nu zelfs met de verbranding van een levende Jordaanse piloot. Wat doen we nu met het recht op informatie? Is het geen journalistieke plicht de barbarij van IS in al zijn gruwelijkheid te tonen? ‘Moeten we,’ zo schrijft Karel Verhoeven, hoofdredacteur van De Standaard vandaag (5 februari), ‘niet goed bekijken welk kwaad we bekampen? Van dichtbij, met alle details, zodat we weten waartoe ze in staat zijn?’
‘Fox News had kennelijk alleen maar sensatie op het oog en het voldoen van scabreuze nieuwsgierigheid.’
Hij geeft er ook onmiddellijk het antwoord bij: ‘De Standaard oordeelt dat we dat punt voorbij zijn. We hebben besloten beelden noch details te publiceren.’
Zijn collega’s in de Vlaamse media lijken dezelfde afweging te hebben gemaakt. Buitenlandse kwaliteitskranten, zoals de New York Times , idem dito. Andere kiezen voor foto’s die de piloot tonen vlak voor de verbranding .
Er is één grote uitzondering: de rechtse Amerikaanse zender Fox News liet de hele executie-video zien, 22 minuten lang. Blijkbaar waren ze daar niet onder de indruk van het argument dat ze op die manier IS in de kaart spelen en precies doen wat IS op het oog heeft: propaganda voeren door angst te zaaien.
Fox News had kennelijk alleen maar sensatie op het oog en het voldoen van scabreuze nieuwsgierigheid. Want overduidelijk hebben ze zich ook geen ogenblik afgevraagd wat de nieuwswaarde of de relevantie van die gruwelvideo is. Die is namelijk nul komma nul. We weten ook zo wel erg precies waartoe IS in staat is. Er is in dit geval geen enkele toegevoegde waarde.
Collaboratie
Maar er is meer. De video’s van de IS-terechtstellingen zijn een hedendaagse versie van de executies in de Middeleeuwen: ze zijn openbaar.
‘Executies als volksvermaak zijn zelfs in de VS geen optie meer. In Saudi-Arabië, dat IS mee bestrijdt, nog wel.’
In beschaafde landen is de doodstraf afgeschaft. In onbeschaafde, zoals een aantal Amerikaanse staten, wordt ze uitgevoerd buiten het oog van de grote massa. Executies als volksvermaak zijn zelfs in de VS geen optie meer. In Saudi-Arabië, dat IS mee bestrijdt, nog wel.
Media die de IS-video’s geheel of gedeeltelijk uitzenden of publiceren verlagen zich tot het niveau van de moordenaars: ze maken zich medeplichtig aan het exploiteren van het lijden van de slachtoffers. Natuurlijk, de video’s circuleren vrijelijk op internet, beschikbaar voor ieder die wil. Dat is toch wel een groot verschil met een nieuwsuitzending, bedoeld voor kijkers die niet op gruwel zitten te wachten. Wie op internet kijkt, maakt een bewuste keuze en moet het met zijn/haar eigen geweten proberen in overeenstemming te brengen.
Ik wens ze veel slapeloze nachten.
Onzichtbaar geweld
Laten we evenwel niet vergeten dat IS niet het monopolie heeft op gruwel en barbarij. De media besteden wereldwijd wel heel weinig aandacht aan de slachtoffers van de Amerikaanse drones in Pakistan, Afghanistan, Jemen en Somalië. Het gaat hier niet alleen om al dan niet vermeende terroristen, die net zoals dat bij IS het geval is, zonder vorm van proces worden omgebracht.
‘Terreur bestrijden met terroristische methodes: we weten het wel, maar beseffen het niet.’
De drones doden ook veel onschuldigen, vrouwen en kinderen. Toch is er is wel degelijk een verschil met IS: de Amerikanen maken wellicht ook opnames van hun moordpartijen maar gooien ze niet op internet. Dat zou immers niet in overeenstemming zijn met de zo geprezen waarden van de democratische rechtsstaat.
Geen beelden, geen nieuws. Dus ook niemand die ter verantwoording kan worden geroepen. Terreur bestrijden met terroristische methodes: we weten het wel, maar beseffen het niet. Zouden onze redacties ook niet eens moeten nadenken over de vraag hoe ze met dit gegeven omgaan? Relevantie, nieuwswaarde en recht op informatie, weet je wel.
Vond je dit artikel de moeite? Schrijf je hier in op de MO*Daily en ontvang elke dag 5 topartikels.