Sarah Lake en Nico Muzi (Madre Brava)
Waarom een marktverschuiving naar duurzamere eiwitten nodig is
“‘‘Europaʼs vleesverslaving voedt de wereldwijde voedselcrisis’’
Covid, oorlog en klimaatverandering hebben tot een snel toenemende voedselonzekerheid in ontwikkelingslanden geleid. Met een cruciale ingreep in de voedselproductie kan de EU de inflatie van de voedselprijzen verlichten en de mondiale voedselvoorziening schragen, schrijven Sarah Lake en Nico Muzi.
Europa maakt de ergste crisis qua levensduurte sinds decennia door als gevolg van de stijgende energie- en voedselprijzen. Covid, de oorlog in Oekraïne en de klimaatverandering hebben de stijging van de grondstoffenprijzen nog verergerd, met voedseltekorten en een snel toenemende voedselonzekerheid in de ontwikkelingslanden tot gevolg. Maar er is ook goed nieuws, schrijven Sarah Lake en Nico Muzi van non-profitorganisatie Madre Brava: met een eenvoudige maar cruciale verandering in de voedselproductie kan de Europese Unie de inflatie van de voedselprijzen verlichten en de mondiale voedselvoorziening schragen.
Uit een analyse van adviesbureau SYSTEMIQ blijkt dat de EU, door de vleesproductie met slechts dertien procent te verlagen – waarvoor Europese consumenten één dag per week zouden moeten afzien van vlees –, voldoende graan en land kan herbestemmen om de 23 miljoen ton tarwe%20from%20last%20year.) die Oekraïne in 2020 produceerde, te compenseren.
Dit hoeft niet te verbazen. Vlees is immers een notoir inefficiënte voedingsbron. Voor elke honderd voedercalorieën die vee verbruikt, produceren we slechts één rundvleescalorie. Op dit moment gebruiken we enorme hoeveelheden land en meststoffen om voedsel te verbouwen dat alleen door vee kan worden gegeten.
Ondertussen zijn de kunstmestprijzen het afgelopen jaar met zestig procent gestegen, door de verminderde export uit Rusland en Oekraïne (die samen goed zijn voor ruim een kwart van alle kunstmestproductie) en door productieonderbrekingen in heel Europa als gevolg van de stijgende gasprijzen. ʻOm een toekomstige crisis af te wenden, moeten we de kunstmestprijzen omlaag brengen,ʼ waarschuwde Rebeca Grynspan, secretaris-generaal van de Conferentie van de Verenigde Naties voor handel en ontwikkeling (UNCTAD), onlangs.
Een verschuiving van de productie van vlees naar granen, groenten, peulvruchten en alternatieve eiwitten zou een veel effectievere manier zijn om een groeiende bevolking op een opwarmende planeet te voeden.
Eenvoudig gezegd: het inefficiënte gebruik van meststoffen door de vleesindustrie drijft de voedselprijzen op, verergert de honger in de wereld en drijft de boeren de armoede in. Een verschuiving van de productie van vlees naar granen, groenten, peulvruchten en alternatieve eiwitten zou een veel effectievere manier zijn om een groeiende bevolking op een opwarmende planeet te voeden. Er is bijvoorbeeld gemiddeld 48 vierkante meter nodig om één gram rundvleeseiwit te produceren voor elke vierkante meter die nodig is om één gram eiwit uit erwten te produceren.
Een vermindering van de vleesproductie in de EU zou ook aanzienlijke klimaatvoordelen opleveren. De veeteelt veroorzaakt immers evenveel broeikasgassen als alle auto’s, vrachtwagens, vliegtuigen en schepen ter wereld samen. Volgens onze berekeningen zou een vermindering van de uitstoot van vee met vijf miljoen ton kooldioxide hetzelfde zijn als meer dan vier miljoen nieuwe benzineautoʼs van de Europese wegen halen.
Zelfs een relatief bescheiden vermindering van de vleesproductie in Europa zou een belangrijk mondiaal effect hebben. Volgens de UNCTAD zijn landen met lagere inkomens die te kampen hebben met acute voedselonzekerheid, zoals Benin, Somalië en Laos, bijna volledig afhankelijk van de invoer van tarwe uit Oekraïne en Rusland.
Tegen deze achtergrond blijven de OESO-landen een onevenredige hoeveelheid land bestemmen voor het voederen van vee. Dit weerspiegelt deels massale overconsumptie: de gemiddelde EU-burger consumeert tweemaal zo veel vlees als het wereldgemiddelde. Bijgevolg wordt tweederde van alle graan in de EU gebruikt voor diervoeder.
Door graan over te hevelen van vee naar menselijke consumptie kunnen grote voedseltekorten in de ontwikkelingslanden worden voorkomen, maar kan ook de voedselonzekerheid in rijkere landen, die zelf met ernstige problemen inzake de toegang tot voedsel kampen, worden verminderd. In Frankrijk bijvoorbeeld is ongeveer tien procent van de bevolking afhankelijk van voedselbanken.
Europese beleidsmakers die worstelen met de stijgende voedsel- en energieprijzen moeten de wereldwijde voedselcrisis en klimaatverandering bestrijden door de prikkels voor industriële vleesproductie te verminderen en prikkels te creëren voor plantaardige eiwitten en duurzame vleesvervangers.
Door een marktverschuiving naar duurzamere eiwitten te stimuleren via initiatieven zoals het EU-raamwerk voor duurzame voedselsystemen, kunnen beleidsmakers supermarkten en fastfoodrestaurants aanmoedigen om meer eiwitten met een lage uitstoot aan te bieden, zoals plantaardig vlees en andere opkomende vleesvervangers. Een dergelijk beleid zou investeringen in Europese bedrijven bevorderen en tegelijkertijd aanzienlijke milieu- en gezondheidsvoordelen opleveren.
De beleidsmakers moeten er ook voor zorgen dat de landbouwers niet buitenspel worden gezet.
Maar de beleidsmakers moeten er ook voor zorgen dat de landbouwers niet buitenspel worden gezet. Zij moeten maatregelen nemen om veehouders te ondersteunen en hen aan te moedigen om af te stappen van de industriële vleesproductie. Zo zouden veeboeren en landbouwers financiële prikkels moeten krijgen om hun veestapel in te krimpen en over te schakelen op regeneratieve landbouwpraktijken. Op die manier kunnen we ervoor zorgen dat consumenten toegang krijgen tot betaalbare eiwitten zonder dat de Europese boeren hun broodwinning verliezen.
Gezien de grotere frequentie van extreme weersomstandigheden zoals overstromingen en droogte, en de aanhoudende oorlog in Oekraïne, is het moeilijk voor te stellen dat de voedselprijzen snel zullen dalen. Maar net zoals ze geleerd hebben de thermostaten lager te zetten om hun afhankelijkheid van Russisch gas te verminderen, kunnen de Europeanen minder vlees eten. Het redden van miljoenen kwetsbare mensen van de hongersnood is een dergelijke bescheiden inspanning zeker waard.
Sarah Lake is Executive Director van Madre Brava. Nico Muzi is Managing Director van Madre Brava.
Vertaling: Menno Grootveld
Copyright: Project Syndicate, 2022
www.project-syndicate.org