‘Extreemrechts voelt zich gesterkt door Trumps aanval op vrouwenrechten en diversiteitsbeleid’

An Van Raemdonck (UGent)

30 januari 2025
Opinie

Middenveldorganisaties moeten zich ongerust maken

‘Extreemrechts voelt zich gesterkt door Trumps aanval op vrouwenrechten en diversiteitsbeleid’

Tijdens zijn eerste week als president werd meteen duidelijk dat Donald Trump een grote afkeer heeft van vrouwenrechten en diversiteitsbeleid. Volgens arabiste en antropologe An Van Raemdonck voelen autoritaire en extreemrechtse bewegingen in onze contreien zich gesterkt door Trumps beleid. Zij zetten de aanval op gelijkheid en diversiteit in onder het mom van een strijd tegen de zogenaamde ‘woke-cultuur’. Het middenveld is gewaarschuwd.

Op zijn eerste werkdag heeft Trump alle diversiteitsmedewerkers van het Witte Huis onmiddellijk op non-actief gezet. Op de tweede dag werd Linda Fagan, de eerste vrouwelijke leider van een militaire dienst, ontslagen omdat ze zich teveel bekommerde om een diversiteitsbeleid. In de rest van de week werden zwarte en vrouwelijke luchtmachtpiloten ‘weggeretoucheerd’ uit trainingsfilmpjes van het leger en herstelde hij de ‘global gag rule’, een regel die ervoor zorgt dat er wereldwijd geen Amerikaanse subsidies mogen gaan naar organisaties die voorlichting bieden over abortus of abortus uitvoeren.

Trumps aanval op de vrouwenrechten en het Diversity, Equity and Inclusion (DEI)-beleid was al ruim op voorhand aangekondigd tijdens de campagne. Het was dan ook te verwachten dat extreemrechts in de rest van de wereld zich na zijn verkiezing gesterkt zou voelen. Vorige week liet Vlaams Belanger Chris Janssens van zich horen in het Vlaams Parlement omwille van de erkenning van elf gelijkekansenorganisaties. De paar gesubsidieerde organisaties die zich inzetten voor mensen met een beperking vond hij nog wel redelijk.

De beweging die ‘tegen gender’ is, mobiliseert al lang, wereldwijd, om verwezenlijkingen in kritische theorievorming en idealen van gelijkheid terug te dringen en de mond te snoeren.

Wat hij uiterst verwerpelijk vond zijn organisaties die streven naar de gelijkheid van mannen en vrouwen, of werken aan een intersectionele analyse van etniciteit en gender, of informatie verschaffen aan transgender mensen. Dat deed hij onder luid applaus, alsof het volkomen evident is dat dergelijke thema’s geen publieke ondersteuning verdienen. Zij werden in de hoek gezet van de ‘woke-cultuur’. Het lijkt hoe langer hoe meer voldoende om met deze eenvoudige vingerwijzing de discussie af te ronden. Want zijn we het er allemaal niet over eens geworden dat woke ‘overdreven’ en 'extreem' is? Met dank aan alle politici en publieke figuren die eraan meewerkten om deze gedachte te voeden.

Wat de aanval van Janssens op het Vlaams middenveld en de eerste week van Trump 2.0 laat zien, is helemaal niet nieuw. Het bouwt al jaren op. De beweging die ‘tegen gender’ is, mobiliseert al lang, wereldwijd, om verwezenlijkingen in kritische theorievorming en idealen van gelijkheid terug te dringen en de mond te snoeren. Het meest prominente voorbeeld uit het buitenland is Viktor Orbans afschaffing van genderstudies aan de universiteit, in 2018.

Merk op: we hebben het hier niet over bepaalde mensen niet langer uitnodigen of boeken niet langer op een leeslijst zetten, maar wel degelijk over het verdacht maken en volledig stopzetten van een wetenschappelijk onderzoeksveld.

Intussen hebben de meeste landen in Europa al kennisgemaakt met groepen die er gelijkaardig over denken. De bewegingen tegen gender en het discours tegen ‘woke’ ondersteunen elkaar. Wat beiden ook kenmerkt is dat ze aanleunen bij een autoritair nieuw nationalisme of extreemrechts. Zij willen zonder verpinken de lijnen hertekenen van geldende sociale idealen. Maatregelen die streven naar fundamentele menselijke gelijkheid of raciale en seksuele rechtvaardigheid, worden afgedaan als extreem.

Als de politiek diversiteitsprincipes verlaat, geeft men een vrijgeleide aan racisme, seksisme en andere vormen van hate speech.

Het is vandaag bon ton om te zeggen dat ‘woke’ bepaalde culturele elementen ‘cancellen’ en sommigen het woord zouden ontnemen. Het zogenaamde ‘woke-denken’ verplicht inderdaad de gehele samenleving om te reflecteren over wie vandaag nog een podium verdient in de letteren, theater of in de media. Daarin worden keuzes gemaakt om sommigen minder of niet langer in de schijnwerpers te zetten ten voordele van andere, historisch niet-gehoorde en geziene stemmen.

De culturele impact van ‘woke’ kan je echter niet vergelijken met de zeer concrete gevolgen van een extreem-rechts ‘anti-woke’-beleid voor grote groepen sociaal kwetsbare mensen. Zo’n beleid neemt rechten en levenskwaliteit af. Als de politiek diversiteitsprincipes verlaat, geeft men een vrijgeleide aan racisme, seksisme en andere vormen van hate speech. De gevolgen zijn meer discriminatie in het dagelijkse leven: in huisvesting, om stages te kunnen volgen, om jobs te kunnen krijgen. Meer hatelijke opmerkingen en fysiek geweld tegen mensen die ‘anders’ zijn.

De culturele impact van ‘woke’ is ook niet af te meten tegen de algehele autoritaire stijl en anti-intellectuele natuur van de aanval tegen alles wat past in pro-diversiteitsbeleid. Die aangerichte schade is niet alleen menselijk en sociaal, maar een politieke afbraak van substantiële democratische beloftes en principes.

De welbekende hetero witte cisgender man heeft het recht om wat ontredderd of gedesoriënteerd te zijn. Wie zich wil afzetten tegen ‘woke’, raad ik wel aan om eens goed rond te kijken naar de politieke middens waartussen men zich bevindt. Dit is hoe anti-woke eruitziet in het echt. Dit zijn de fracties die het in de praktijk brengen. Men vraag zich best af welk wereldbeeld en mensbeeld deze groepen aanhangen, in het verleden en vandaag, om te weten of ‘woke’ wel degelijk het gevaar vormt.

An Van Raemdonck is arabiste en antropologe. Ze werkt als postdoctoraal onderzoekster aan de vakgroep Talen en Culturen van de Universiteit Gent en geeft les in de interuniversitaire masteropleiding Gender en Diversiteit.