Honger in Brussel is trieste graadmeter van falend armoedebeleid

Brussels Platform Armoede

28 mei 2020
Opinie

Armoedeverenigingen in Brussel vragen structurele maatregelen

Honger in Brussel is trieste graadmeter van falend armoedebeleid

Honger in Brussel is trieste graadmeter van falend armoedebeleid
Honger in Brussel is trieste graadmeter van falend armoedebeleid

Het Brussels Platform Armoede vraagt structurele oplossingen voor de problemen die de coronacrisis blootlegde. Want steun voor mensen in armoede bleef uit, en dat is geen nieuw fenomeen. 'We hebben nu allemaal een glimp opgevangen van wat het betekent om in sociaal isolement te leven. Laat ons dan solidair zijn met mensen in armoede.'

© Brussels Platform Armoede

Een voedselbedeling in Brussel. ‘In sommige Brusselse buurten lijden mensen honger.’

© Brussels Platform Armoede

Het Brussels Platform Armoede vraagt structurele oplossingen voor de problemen die de coronacrisis blootlegde. Want steun voor mensen in armoede bleef uit, en dat is geen nieuw fenomeen.

Als een tsunami, zo kwam de lockdown op ons af. In een mum van tijd vielen zowel de formele als informele economie stil, sloten diensten en organisaties hun deuren. ‘In uw kot blijven’ en social distancing, afstand houden, werden de norm. Dit vergde voor iedereen heel wat aanpassingen.

Maar de gevolgen van de lockdownmaatregelen lieten zich overmatig sterk voelen bij mensen in armoede. Fragiele overlevingsstrategieën kwamen onder druk te staan of vielen volledig weg, wat voor velen een dramatische omwenteling in hun levensomstandigheden veroorzaakte. In sommige Brusselse buurten lijden mensen honger.

We werden overspoeld door vragen naar eten en andere basisproducten, en we zagen dat hier geen antwoord op kwam vanuit de Brusselse overheden.

Martin (schuilnaam), die sinds 2005 zonder wettig verblijf in België woont, vertelt: ‘Ik woon reeds enkele jaren in een politieke bezetting aan Madou. Voor de coronacrisis leefde ik al van dag tot dag. Ik overleefde door hier en daar betaalde klusjes te doen, zoals verhuizingen. En wanneer de nood echt hoog was, kon ik beroep doen op mensen die zich in een gelijkaardige situatie bevonden. Nu zijn zelfs die opties weggevallen en is het moeilijk om aan eten te komen. Wanneer er zeep en handgel beschikbaar is, volgen we binnen onze politieke bezetting zoveel mogelijk de hygiënische richtlijnen. Social distancing respecteren is onmogelijk. We wonen er met meer dan honderd mensen en er is niet voldoende plaats om onze bedden te scheiden. Het is praktisch onmogelijk om alternatieve opvang te bekomen.’

Martins verhaal klinkt bij heel wat straathoekwerkers en eerstelijnsmedewerkers bekend in de oren: Al snel na het ingaan van de lockdown werden opvangplaatsen en eten van de voedselbanken schaarse goederen, terwijl de vraag steeg.

Middenveld verstrekt noodhulp

Ook onze verenigingen waar armen het woord nemen zagen al vlug de nood stijgen bij hun publiek. Net als heel wat andere organisaties uit het middenveld trokken meerdere verenigingen onmiddellijk aan de alarmbel om deze schrijnende toestanden aan te kaarten.

Zo ook Voyaach, het samenwerkingsverband tussen onze vereniging Pigment en Project Meeting (Samenlevingsopbouw Brussel). ‘We werden overspoeld door vragen naar voedselvoorziening en andere basisproducten, en we zagen dat hier geen antwoord op kwam vanuit de Brusselse overheden’, getuigt Nele Verbist. De vereniging besliste dan maar om zelf noodhulp te organiseren.

© Brussels Platform Armoede

Een voedselbedeling in Brussel. ‘We werden overspoeld door vragen naar eten en andere basisproducten, en we zagen dat hier geen antwoord op kwam vanuit de Brusselse overheden.’

© Brussels Platform Armoede

De verschillende overheden aarzelden nochtans niet met het aankondigen van allerhande steunmaatregelen. In eerste instantie werden schikkingen getroffen voor bedrijven en handelszaken. Ondersteuning voor de middenklasse volgde snel en ook mensen in armoede mét een job kregen enkele broodkruimels toegeworpen. Maar steun aan de meest kwetsbaren in onze samenleving — zoals dak- en thuislozen en mensen zonder wettig verblijf — bleef grotendeels uit.

Dit is ook Martin niet ontgaan: ‘De overheid roept op tot solidariteit, maar solidariteit met wie? Zelfs deze pandemie beweegt de overheid er niet toe om ons als mensen te behandelen.’

‘Omdat de nood zo hoog was, zijn we dankzij financiële steun van particulieren en de Koning Boudewijnstichting zelf in actie geschoten’, vertelt Nele Verbist. ‘We hebben onze reguliere activiteiten, het structureel werken aan basisrechten met mensen zonder wettig verblijf, grotendeels opgeschort, om ons volledig te kunnen toeleggen op het verschaffen van noodhulp. Voyaach is tijdelijk omgetoverd tot een distributiecentrum waar elke donderdag pakketten met basisvoorzieningen — voedingswaren aangevuld met hygiënische producten — op afspraak opgehaald kunnen worden.’

Voyaach is lang niet de enige organisatie die in de bres sprong. De realiteit van vandaag is dat middenveldorganisaties en burgerinitiatieven (deels) de taak van de talmende overheden op zich hebben genomen en zo goed als mogelijk een antwoord proberen te bieden op de opvang- en voedselcrisis.

De crisismaatregelen die door het middenveld naar voor worden geschoven — en ook door ons worden aangehangen — zijn nochtans eenvoudig:

  • regularisatie van mensen zonder wettig verblijf;

  • veilige opvang voor alle daklozen, bijvoorbeeld in leegstaande gebouwen en hotels;

  • en het overnemen van de coördinatie en financiering van voedselbedeling en andere sociale diensten (zoals laagdrempelige medische posten).

Voorlopig vallen deze voorstellen grotendeels in dovemansoren. Mogelijke verklaringen zijn het gebrek aan (bindende) vertegenwoordiging van armoedeorganisaties en mensen in armoede zélf in de verschillende taskforces belast met het formuleren van coronamaatregelen en de versnipperde bevoegdheden tussen de verschillende overheden, zodat niemand zich verantwoordelijk voelt.

Structurele oplossingen voor kwetsbaarheid

Maar er is meer aan de hand. Deze crisis legt enkel bloot wat al lang onderhuids speelt: heel wat mensen in onze samenleving balanceren op de rand van armoede en sommigen zelfs op de rand van overleven. Een maatschappelijke of persoonlijke tegenslag doet hen aankloppen bij voedselbanken.

We hebben nu allemaal een glimp opgevangen van wat het betekent om in sociaal isolement te leven. Laat ons dan solidair zijn met mensen in armoede.

Deze kwetsbaarheid uit zich niet enkel in materiële tekorten, maar heeft ook belangrijke psychologische gevolgen. Het leven van mensen in armoede wordt immers getekend door onzekerheden, beperkte sociale netwerken en ontoereikende huisvesting. Dit is óók het geval op coronavrije dagen, maar de lockdown versterkt de gevolgen van deze precaire situatie. Deze mensen staan bij onze overheden al jaren achteraan in de rij.

Wij roepen daarom op om de coronacrisis aan te grijpen om structurele maatregelen te treffen die de wortels van deze kwetsbaarheid aanpakken en de coronacrisis ver overstijgen.

Het is hoog tijd om duurzaam te investeren in:

  • degelijke en permanente huisvesting voor iedereen;

  • laagdrempelige toegang tot alle vormen van basisgezondheidszorg, inclusief geestelijke gezondheidszorg, en ongeacht het verblijfsstatuut;

  • (vervangings)inkomens die boven de armoedegrens liggen;

  • en het aanpakken van administratieve en institutionele drempels die het opnemen van grondrechten verhinderen.

Ook vragen wij om de versoepeling van de voorwaarden voor regularisatie van mensen zonder wettig op tafel te leggen, iets wat nog weinig organisaties aan Vlaamse kant durven voorstellen.

Tenslotte heeft de coronacrisis het cruciale belang van sociale contacten aangetoond. Sociaal isolement is een realiteit die voor heel wat mensen in armoede altijd om de hoek loert en enkel op een afstand wordt gehouden door contacten met brugfiguren, sociaal assistenten en deelname aan het verenigingsleven. Wij roepen daarom óók op om fondsen vrij te maken — niet voor projectmatige financiering — maar voor structurele middelen voor meer personeel in verenigingen, buurtwerkingen en sociale diensten.

We hebben nu allemaal een glimp opgevangen van wat het betekent om in sociaal isolement te leven — velen onder ons weliswaar in comfortabele omstandigheden . Laat ons dan solidair zijn met degenen voor wie dit het zwaarst weegt, niet alleen in crisistijden, maar ook op de lange termijn.

Brussels Platform Armoede (BPA) is de netwerkorganisatie van de Brusselse verenigingen waar armen het woord nemen en haar verenigingen: Ara vzw, Buurthuis Bonnevie, Pigment vzw, Vrienden van het Huizeke, Chez nous/Bij ons, Wijkpartenariaat de Schakel en De Buurtwinkel .