“‘Kabila's verkiezingsstrategie werkt’
Naar aanleiding van de 29ste verjaardag van zijn partij UDPS (Union pour la démocratie et le progrès social) bevestigde Etenne Tshisekedi op 15 februari vastberaden zijn kandidatuur voor de Congolese presidentsverkiezingen van november 2011. Hij voegde hier aan toe tot geen enkel compromis bereid te zijn, want, zo stelde hij: “Ik heb geen 20 jaren gestreden om mijn plaats aan een ander te laten. Het is om te blijven, de macht te grijpen en de rechtsstaat in te voeren”. Tijdens een persconferentie op 20 februari riep hij de oppositie op om zich te verenigen rond zijn kandidatuur, om in gesloten slagorde de verkiezingsstrijd met de huidige president Kabila aan te gaan.
Groot was de verbazing bij de andere oppositiepartijen, die dachten gezamenlijk beslist te hebben dat de uitdager van Kabila bij consensus zou gekozen worden op een nog bijeen te roepen congres van de oppositie. Van de aanvankelijke eensgezindheid, vooral geïnspireerd door de verontwaardiging over de grondwetswijziging die Kabila met de steun van het nationale parlement heeft doorgevoerd, is bij de oppositie dus geen sprake meer. Tshisekedi speelt weer eens cavalier seul. Politiek opportunisme is wel vaker deel geweest van zijn politieke strategieën. Ten tijde van Mobutu wisselde hij bijvoorbeeld vlotjes af tussen oppositie voeren en regeringsdeelname.
Volgens de krant “Le Climat Tempéré” wordt hij dezer dagen binnen zijn eigen partij gecontesteerd. Geen goede uitgangspositie dus in de onderhandelingen binnen de oppositie over wie de ultieme uitdager van titelverdediger Kabila mag worden. Een door interne partijdisputen verzwakte voorzitter belooft immers geen sterke verkiezingskandidaat te worden. De sprong voorwaarts is dan misschien wel de beste strategie. Iedereen in snelheid nemen en geen twijfel meer laten bestaan over de eigen ambities…
Vital Kamerhe, presidentskandidaat voor de nieuwe politieke partij UNC (Union pour la Nation Congolaise), heeft sinds de spraakmakende uitspraken al enkele keren met Tshisekedi vergaderd. Wat de beide tenoren besproken hebben, is voorlopig niet duidelijk. Tegenover Radio Okapi herhaalde Kamerhe op 23 februari, na zijn derde ontmoeting met de leider van de UDPS, dat er nood is aan een hereniging van de oppositie en aan een gemeenschappelijke strategie. De bijeenkomst had tot doel de visies te harmoniseren in het vooruitzicht van de nakende verkiezingen, aldus nog Kamerhe.
Nog volgens Radio Okapi, liet het MLC (Mouvement National Congolais) bij monde van de adjunct-secretaris Jean Lucien Busa weten, absoluut niet te willen ingaan op het verzoek van Tshisekedi om eensgezind zijn kandidatuur te steunen. Het MLC is de partij van Jean-Pierre Bemba die de belangrijkste tegenkandidaat van Kabila was tijdens de presidentsverkiezingen van 2006. Het Internationaal Strafhof in den Haag voert momenteel tegen hem een strafrechtelijk proces wegens oorlogsmisdaden. Nu Bemba zelf om evidente redenen geen presidentskandidaat is, lijkt zijn partij maar niet te kunnen beslissen over een alternatieve keuze. Kwatongen beweren dat men niet durft, dat men schrik heeft het opgesloten boegbeeld voor het hoofd te stoten.
Dat de Congolese oppositierangen verre van gesloten zijn, lijkt langzamerhand duidelijk. Men heeft de mond vol van gemeenschappelijke programma’s en strategieën en van één enkele oppositiekandidaat, maar ondertussen schuiven alle partijen hun eigen presidentskandidaat naar voren.
Dat de Congolese oppositierangen verre van gesloten zijn, lijkt langzamerhand duidelijk. Men heeft de mond vol van gemeenschappelijke programma’s en strategieën en van één enkele oppositiekandidaat, maar ondertussen schuiven alle partijen hun eigen presidentskandidaat naar voren. Of, zoals Otis Basunga schrijft in zijn opiniestuk in de krant “Le Climat Tempéré”: “We wisten al langer dat de Congolese oppositie niet in staat is om tot een akkoord te komen, maar de huidige overvloed aan kandidaturen toont de ongeschiktheid van de politieke klasse aan, evenals het structurele onvermogen van de leiders om hun ego’s opzij te zetten en zich te concentreren op het essentiële”.
Joseph Kabila lijkt dus de juiste overwinningsstrategie te hebben gekozen. De fel gecontesteerde grondwetsherziening voorziet immers in slechts één verkiezingsronde. In 2006 waren er nog twee nodig, wat een bitse strijd opleverde tussen Kabila en Bemba. Door de aanpassing volstaat nu een gewone meerderheid. Een hachelijke situatie wanneer er slechts één sterke tegenkandidaat is, een makkie wanneer alle oppositiepartijen elk hun eigen presidentskandidaat in de strijd gooien.
Dat Kabila niets aan het toeval overlaat mag deze dagen duidelijk zijn. Als Katangees rekent hij niet enkel op de mobilisatiekracht van zijn politieke coalitie AMP (Alliance de la Majorité Présidentielle), maar ook op die van etnische organisaties. Met name bij de Katangese Baluba lijkt de verkiezingskoorts te stijgen. Kabila behoort langs vaderszijde tot deze etnische groep. Vandaar. Men kan maar beter op twee paarden wedden, moet hij, de zelfverklaarde anti-tribalist gedacht hebben…
Erik Gobbers bestudeert stedelijke socio-culturele verenigingen in Lubumbashi in het kader van zijn thesis aan de VUB