Klimaatbeweging vraagt parlementaire steun voor aanpassing artikel 7bis
“‘Om de plundering van de toekomst te stoppen, moet de grondwet aangepast worden’
Er is de voorbije legislaturen ongelooflijk geklungeld op vlak van klimaatbeleid, en dat moet héél dringend veranderen. Een kleine grondwetswijziging kan daarbij helpen. Politieke partijen moeten nu dinsdag kleur bekennen.
Zeven bomen uit Castellarano, Italië, symboliseren artikel 7(bis) van de Belgische Grondwet.
Giorgio Galleotti 3.0 Unported (CC BY 3.0)
Week na week roepen de klimaatscholieren het uit, steeds vaker en massaler gesteund door hun volwassen medeburgers: er is de voorbije legislaturen ongelooflijk geklungeld op vlak van klimaatbeleid, en dat moet héél dringend veranderen. Dat een kleine grondwetswijziging daarbij kan helpen, is nieuw. Dat de politieke partijen nu dinsdag kleur moeten bekennen, maakt het heel urgent.
Tempus nullius
Filosoof Roman Krznaric klaagt, in een recent opiniestuk op BBC, dat we de toekomst behandelen zoals onze westerse voorouders de Amerika’s of Australië behandelden: ‘Toen Groot-Brittannië in de 18de en 19de eeuw Australië koloniseerde, maakte het gebruik van de juridische doctrine die we nu terra nullius noemen – het land dat niemand toebehoorde – om het grondgebied te veroveren en de inheemse bevolking te behandelen alsof ze niet bestond of ook maar enige aanspraak op het land kon maken. De houding van de hedendaagse mens of macht kan je samenvatten als een doctrine van tempus nullius: de toekomst als een lege tijd, een territorium dat niemand opeist en niemand toebehoort. Zoals in het verleden territoria bezet werden, eigenen we ons de toekomstige tijd toe om er onszelf van te bedienen.’
‘Zoals in het verleden territoria bezet werden, eigenen we ons de toekomstige tijd toe om er onszelf van te bedienen.’
Er is de voorbije jaren voldoende academisch werk geleverd om aan te tonen dat het plunderen van de toekomst moreel maar ook politiek en humanitair onaanvaardbaar is. Het besef dat alle jongeren op de wereld slachtoffer zijn van deze diefstal, zette Greta Thunberg, en Anuna en Kyra, en Adelaïde en Youna, aan tot staken, spijbelen en protesteren – met vorige vrijdag een voorlopige climax in de wereldwijde klimaatstaking van 15 maart, die in 110 landen meer dan 1,5 miljoen mensen op straat bracht.
Nochtans kreeg de zorg voor de toekomst in België al meer dan tien jaar geleden vorm in niet minder dan een nieuw grondwetsartikel, met name artikel 7bis: ‘Bij de uitoefening van hun respectieve bevoegdheden streven de federale Staat, de gemeenschappen en de gewesten de doelstellingen na van een duurzame ontwikkeling in haar sociale, economische en milieu-gebonden aspecten, rekening houdend met de solidariteit tussen de generaties.’
‘Een uitstekend stukje grondwet’, zegt David Van Reybrouck, die ook betrokken werd bij het Klimaatpanel dat de scholierenprotesten van Anuna De Wever en Kyra Gantois en anderen ondersteunt. Maar Van Reybrouck voegt er meteen aan toe: ‘En dit is het zinnetje dat er op advies van de Raad van State bij zou moeten: “Zij werken inzonderheid samen aan een doeltreffend klimaatbeleid overeenkomstig de doelstellingen, beginselen en modaliteiten vastgesteld bij een wet aangenomen met de meerderheid bepaald in artikel 4, laatste lid.” Ik heb het geteld. Dat zijn 214 tekens, spaties inbegrepen. Korter dan een tweet. Daarover gaat het dus! Daarmee leggen we de grondwettelijke sokkel voor een ambitieuze klimaatwet die na de verkiezingen moet opgesteld worden.’
Do the right thing
Volgens Van Reybrouck moet het parlement dan ook de moed opbrengen om dit nu te stemmen zodat de volgende legislatuur een ambitieuze klimaatwet kan opstellen. Europa dwingt ons tot een geïntegreerde aanpak. Dat betekent geen herfederalisering van de materie, maar een veel betere coördinatie van wat nu al gebeurt. ‘Politici moeten nu nog geen moeilijke knopen doorhakken of drastische maatregelen treffen. We vragen hen enkel om die ene, beperkte zin te stemmen. In essentie is het heel simpel: als onze politici volgende week dinsdag niet instemmen met een kleine aanpassing aan artikel 7bis van onze Grondwet, komt er naar alle waarschijnlijkheid geen fatsoenlijke klimaatwet voor 2024. En dat terwijl we tegen 2030 onze uitstoot met de helft moeten terugbrengen.’
David Van Reybrouck: ‘Weten dat je werkelijk iets goeds kan doen voor je land en voor de toekomstige generaties en het moedwillig nalaten omdat je partij er misschien schade kan van ondervinden: ik kan daar niet bij.’
In een brandend bezorgde Facebookpost betoogde Van Reybrouck op woensdag 20 maart dat zijn oproep geen eenmansvraag is: ‘Topjuristen van over het hele land vragen het. Magistraten van de Raad van State vragen het. Jongeren vragen het, nee, schreeuwen erom. Maar politici durven niet, want “Dit opent de doos van Pandora” en “Elke partij zal nu iets aan de Grondwet willen veranderen” of “Politiek ligt dit lastig.” Ja, dat zal wel. Een slecht geweten, dat ligt ook lastig. Weten dat je werkelijk iets goeds kan doen voor je land en voor de toekomstige generaties en het moedwillig nalaten omdat je partij er misschien schade kan van ondervinden: ik kan daar niet bij. Dat wil je als politicus toch niet op je geweten hebben? Sterker nog, ze zouden zelfs verkiezingen kunnen winnen met te zeggen: “Mensen, dit gaat ons misschien pijn doen, so be it, maar die moed moeten we gewoon tonen. Leefbaarheid gaat voor.”
Het is nu of nooit. Artikel 7bis werd op het einde van de vorige legislatuur, in 2014, voor herziening vatbaar verklaard. Die optie verloopt met het sluiten van het huidige parlement en dus zijn er nog maar enkele dagen om het artikel te stemmen. Dat kan gerust zonder de doos van Pandora op communautair vlak te openen: de andere openstaande artikels gaan niet over een nieuwe staatshervorming.
Om een grondwetsartikel te wijzigen, in dit geval dus artikel 7bis, moet in elke kamer, dus Kamer en Senaat, minstens tweederde van de leden aanwezig zijn (100 van de 150) en moet tweederde van hen een ja-stem geven. Zeven politieke partijen ondersteunen het voorstel, maar dinsdag bleek in de grondwetscommissie dat N-VA, CD&V, OpenVLD en MR heel erg twijfelen. Zij zijn samen goed voor 82 stemmen. ‘Hoe kunnen we een aantal van hen overtuigen?’ vraagt Van Reybrouck zich af. Wellicht komt er heel snel een campagne die de brede publieke steun voor een ambitieus en effectief klimaatbeleid op korte termijn probeert te vertalen in steun voor de oproep die Van Reybrouck in zijn bericht meermaals herhaalt: ‘Echt, gasten: sign 7bis!’
Geen koterij, maar grondige renovatie
Met de oproep om artikel 7bis aan te vullen hoopt Van Reybrouck dat de Belgische politici zich bevrijden uit wat Krznaric het heersende “tegenwoordigisme” noemt: de obsessie met het nu, met de volgende verkiezingen, met het volgende kwartaal, met de hele korte termijn. Krznaric: ‘De burgers van morgen krijgen geen rechten en in het overgrote deel van de landen zijn er ook geen instellingen die hun belangen vertegenwoordigen of hun proberen rekening te houden met hun mogelijke visie op beslissingen die hun leve ongetwijfeld zullen beïnvloeden.’ Die blinde vlek is zo enorm, zegt Krznaric, dat we haar nauwelijks opmerken. Hij geeft toe dat hijzelf, in de tien jaar dat hij actief was als politiek wetenschapper die zich specialiseerde in democratisch bestuur, nooit beseft heeft dat toekomstige generaties monddood gemaakt werden op een manier die helemaal vergelijkbaar is met wat vroeger gebeurde tegenover slaven of vrouwen. Toch is dat het geval, zegt hij.
De kans om de samenwerking rond klimaat echt helder te verankeren in de Belgische instellingen, is er nu dinsdag. De volgende keer is tegen 2024.
En daarom is het volgens een aantal klimaatwetenschappers en andere activisten in België echt nu of nooit meer: de kans om de samenwerking rond klimaat echt helder te verankeren in de Belgische instellingen, is er nu dinsdag. De volgende keer is tegen 2024. ‘Als artikel 7bis nu niet gestemd wordt, kan er geen bijzondere wet komen, enkel nog een samenwerkingsakkoord. Het verschil tussen die twee opties is enorm’, benadrukt Van Reybrouck in een aanvullende reactie.
‘Vergelijk het met een appartement verbouwen versus het oude huis behouden maar koterij erbij plaatsen. Een bijzondere wet schetst een helder kader van een gecoördineerde aanpak, een samenwerkingsakkoord is traag, log, niet transparant en in alle opzichten nadelig. We hebben geen behoefte aan Belgische bric-à-brac, maar aan toekomstgerichte helderheid.’