Raghu Rai
De blik van een fotograaf op een van de ergste industriële rampen ooit
“‘Terug naar Bhopal, dertig jaar na de tragedie’
Op 2 december 1984 stierven in Bhopal 10.000 mensen door een gaslek bij Union Carbide's pesticidenfabriek. Een half miljoen mensen werd vergiftigd, duizenden stierven later. Raghu Rai was een van de eerste fotografen ter plekke. Hij keerde dertig jaar later terug op de vraag van Amnesty International. Zijn relaas in woord en beeld.
Ik lag thuis in bed in Delhi toen de hoofdredacteur van India Today me wakker belde in het holst van de nacht. Zijn telefoontje werd snel gevolgd door een ander van het Parijse kantoor van fotoagentschap Magnum. Iedereen was bezig met het nieuws - om middernacht had een gigantisch gaslek plaatsgevonden bij de Union Carbide vestiging in Bhopal en duizenden mensen hadden het leven gelaten.
Ik heb niet geslapen, nam de eerste vlucht de volgende ochtend en stond in Bhopal om 8 uur.
Uit dat vliegtuig daalde een gigantische massa pers neer en veroverde de stad. We renden richting ziekenhuizen, op zoek naar dode lichamen. Achteraf zou ik me hier schuldig om voelen, maar toen was er geen tijd om na te denken, enkel om te fotograferen. Vanaf het moment dat ik aankwam in Bhopal tot de zon onderging.
© Raghu Rai / Magnum Photos
‘Ik had nog nooit iets als dit gezien, het was alsof een oorlog net was afgelopen.’
De chaos was overweldigend toen we in het Hamidia ziekenhuis toekwamen. Ik had nog nooit iets als dit gezien, het was alsof een oorlog net was afgelopen. De zieken werden binnengebracht terwijl de doden naar buiten gingen, mensen renden overal in het rond. Ik begon foto’s te nemen - legde alles en iedereen vast die m’n pad passeerde - opgeblazen lichamen en dode dieren lagen op straat. Er heerste een vreemd soort stilte - de stilte van de dood.
Als journalist probeer je emotie of sentiment uit te sluiten, maar ik werd overmand door een sterk verstikkend gevoel. De gevolgen van het lek waren zo overweldigend.
Ik legde me toe op het vastleggen van de tragedie en haar emotionele gevolgen - vrouwen die huilden terwijl ze hun kinderen zochten. Ouders die hun kinderen zagen wegglijden naar de dood.
© Raghu Rai / Magnum Photos
‘Hoeveel zieke en dode lichamen kan je werkelijk fotograferen?’
Ik at niet en stopte niet met foto’s nemen tot de zon onderging - het was nu of nooit en niemand wist wat ons de volgende dag te wachten stond. Ik bleef nog drie dagen voor ik Bhopal verliet. Het was een eindeloze zaak, maar hoeveel zieke en dode lichamen kan je werkelijk fotograferen?
Hoeveel foto’s je ook neemt, het is onmogelijk de schaal van de ramp te vatten. Je voelt je steevast inadequaat terwijl je slechts fragmentarische momenten weet vast te grijpen. Je verliest wat er links of rechts buiten beeld gebeurt en je verliest de ervaringen van het moment.
Toen ik naar mijn foto’s keek op het einde van de dag, zag ik de gigantische hoeveelheid expressie en intensiteit in de beelden, maar toch dacht ik enkel dit: ‘Het was zo enorm en ik heb enkel dit kunnen vastleggen.’
© Raghu Rai / Magnum Photos
‘Een geneesmiddel of tegengif werd niet naar buiten buiten gebracht omdat Union Carbide dit tegenhield.’
Een paar maanden later ging ik terug, een jaar later ook, en daarna nog eens twaalf of veertien keer. Het was pas later dat ik dieper kon beginnen graven en meer kon te weten komen over de ramp en het lijden.
Elke reis naar Bhopal was een nieuw verhaal. Ik herinner me hoe geschokt ik was dat er onderzoek naar dit gas was gedaan, maar dat er geen geneesmiddel of tegengif kwam omdat Union Carbide dit tegenhield.
© Raghu Rai / Magnum Photos
‘Een collectieve inspanning om het leven van deze mensen te verbeteren was afwezig.’
India is een land waar alles mogelijk is, maar ook een land waar alles zo chaotisch kan verlopen, dat niks nog mogelijk is. De volgende jaren overheerste het gevoel dat niemand iets gaf om de situatie. Ik kreeg niet het gevoel dat er voor de mensen die nog steeds aan het lijden waren, werd gezorgd. Een collectieve inspanning om het leven van deze mensen te verbeteren was afwezig.
Het was frustrerend over de materie te blijven berichten - alsof je met je hoofd keer op keer tegen de muur loopt, alsof niemand er iets om geeft, inclusief de ministers. Ze vroegen me waarom ik de skeletten bleef opgraven, de mensen waren namelijk dood en kwamen toch niet terug.
Ze begrepen niet dat de mensen die het gas hadden ingeademd, maar overleefden, erger af waren. Zij stierven een trage dood. De politici waren simpelweg niet klaar om dit te geloven. En ze gaven niet om de verworpenen der aarde in Bhopal.
© Raghu Rai / Magnum Photos
‘Deze mensen zullen nooit een gelukkig leven kunnen leiden.’
Maar ondanks de chaos en vele problemen slaagden de mensen erin hun dagelijkse leven te hervatten. Ze hadden de situatie aanvaard, maar je kan de dorre vermoeidheid nog steeds van hun gezicht aflezen. Deze mensen zullen nooit een gelukkig leven kunnen leiden.
De fabriek in Bhopal is nu aan het rotten en roesten, maar is omringd door groen. Het is een enorm kleurrijke plek: kinderen spelen er en mensen later er hun dieren grazen.
Dan zie ik plots een fijne, ogenschijnlijk kersverse, laag stof liggen. Ik buk me en steek mijn arm uit om het aan te raken. De bewaker houdt me tegen.
Het shockeert me dat dertig jaar later mogelijk gevaarlijke materialen nog steeds onaangeroerd blijven liggen. Je zou toch ten minste hopen op enige overheidsinterventie. Maar India is een land waar alles mogelijk is, en India is een land waar niks mogelijk is.
Deze tekst werd vertaald uit het Engels door Jago Kosolosky.