Aaron Van Poecke
Het Zuiden krijgt de zwaarste klappen, het Noorden moet actie ondernemen
“‘‘Tijd om onze historische verantwoordelijkheid recht in de ogen te kijken’’
De enorme hittegolf die de afgelopen maanden Pakistan en India teisterde, toont opnieuw hoe ernstig de klimaatcrisis nu al is. De toekomst oogt nog grimmiger als we de CO2-uitstoot niet drastisch inperken. Maar wie moet de meeste verantwoordelijkheid opnemen?, vraagt Aaron Van Poecke zich af.
De enorme hittegolf die afgelopen maanden Pakistan en India teisterde, toont opnieuw hoe ernstig de klimaatcrisis nu al is. De toekomst oogt nog grimmiger als we de CO2-uitstoot niet drastisch inperken. Maar wie moet de meeste verantwoordelijkheid opnemen?, vraagt milieuwetenschapper Aaron Van Poecke zich af.
14 mei 2022, Jacobabad, Pakistan. De thermometer toont een temperatuur van 51◦C. Meer dan een miljard mensen in India en Pakistan gaan dan al meer dan twee maanden gebukt onder een recordbrekende hittegolf, met temperaturen wekenlang en soms ver boven de 40◦C. India kende zijn warmste maand maart sinds het begin van de metingen, Delhi noteert zijn nieuwe hoogst gemeten temperatuur ooit op 49◦C.
Naast de tientallen tot honderden dodelijke slachtoffers daalde de tarweoogst met 10 tot 35 procent en kwam er een exportverbod, viel de elektriciteit in verschillende regio’s in Pakistan en India urenlang uit en droogden de waterreservoirs op. Een hittegolf die ons maar een glimp gaf van wat de regio te wachten staat in de komende decennia, zegt klimaatwetenschapster Arpita Mondal van The Indian Institute of Technology in Mumbai .
Allesbehalve rooskleurig
Een hittegolf van dit kaliber was ooit een zeldzaam gegeven. Hoe dan ook zal 2022 waarschijnlijk nog één van de koelste jaren zijn die de regio de komende decennia zal meemaken.
Volgens verschillende studies is de kans op zulke hittegolven vandaag de dag 30 tot 100 keer groter dan voor de industriële revolutie. De reden hiervoor is de toenemende concentratie CO2 en andere broeikasgassen in onze atmosfeer, voornamelijk veroorzaakt door de verbranding van fossiele brandstoffen. Naarmate die concentratie blijft toenemen, zal de intensiteit en frequentie van dergelijke hittegolven alleen maar blijven toenemen.
Het te volgen pad om dergelijke rampscenario’s af te wenden is al decennialang bekend.
Bovendien zijn bepaalde regio’s in het Zuiden van Azië vanwege hun vochtige klimaat extra kwetsbaar. Vanaf een bepaalde combinatie van hoge temperatuur en vochtigheid is het menselijk lichaam niet meer in staat zichzelf af te koelen en kunnen de gevolgen binnen enkele uren fataal zijn. Steden als Jacobabad benaderden deze bovengrens tijdens de hittegolf al akelig dicht. Het te volgen pad om dergelijke rampscenario’s af te wenden is nochtans al decennialang bekend: de CO2-uitstoot moet drastisch naar beneden.
Verantwoordelijkheid nemen
De kernvraag blijft hoe dat pad te bewandelen, en vooral wie daarbij vooraan loopt. Bij het antwoorden op die vraag wordt er door het Globale Noorden maar wat graag gewezen naar dichtbevolkte gebieden als China en India, regio’s die zonder twijfel hun steentje zullen moeten bijdragen. Desondanks stoot de gemiddelde Chinees nog niet de helft uit van de gemiddelde Amerikaan, de gemiddelde Indiër nog geen 13 procent.
Daarnaast berekende Jason Hickel dat het Globale Noorden historisch gezien verantwoordelijk is voor 92 procent van de klimaatcrisis, aangezien landen als Noord-Amerika en Duitsland decennialang systematisch veel meer hebben uitgestoten dan waar zij per inwoner “recht” op hadden. Het zuidelijk halfrond draagt in dat opzicht bitter weinig historische verantwoordelijkheid.
“Overbevolking”
‘We zijn simpelweg met te veel’, waarbij dan vooral naar Zuid-Azië en Afrika wordt gekeken, is die andere handige uitvlucht om toch maar geen doortastende maatregelen te moeten nemen. Los van het feit dat de bevolkingsgroei al jarenlang afneemt en de wereldpopulatie richting stagnatie evolueert, is die uitspraak naast goedkoop ook nog eens foutief.
Landen als India en Pakistan liggen geenszins aan de basis van de klimaatcrisis, maar bevinden zich wel in de hoek waar de zwaarste klappen (zullen) vallen.
De 2000-Watts Society becijferde dat er per wereldburger jaarlijks 2000 Watt aan energie beschikbaar is, wat voldoende is om aan alle behoeften te voorzien zonder verlies van de huidige (westerse) levenskwaliteit. Evolueren naar die hoeveelheid is noodzakelijk om een duurzame en rechtvaardige globale samenleving te realiseren. Ter vergelijking: de VS zit op dit moment aan 12.000 Watt, West-Europa 6000, China 1500, India 1000 en Zuid-Afrika 500.
Onderzoekers berekenden voor de Earth Overshoot Day dan weer dat er 5,1 aardes nodig zouden zijn als iedereen zou leven als de gemiddelde Amerikaan, voor een West-Europeaan schommelt dat rond de 3, China landt op een gemiddelde van 2,4 aardes, India dan weer op 0,8 en Pakistan op slechts 0,5.
Volgens het Instituut voor Europees milieubeleid stoot de armste 90 procent van de wereldbevolking nipt meer uit dan de rijkste 10 procent en is die laatste groep in staat om de wereld op eigen houtje boven de 1,5◦C opwarming te hijsen. En u raadt het al, die groep woont over het algemeen niet in de gebieden die met de vinger gewezen worden inzake overbevolking.
Landen als India en Pakistan liggen geenszins aan de basis van de klimaatcrisis, maar bevinden zich wel in de hoek waar de zwaarste klappen (zullen) vallen. Naast de levensgevaarlijke combinatie van hittegolven en een vochtig klimaat, is de regio gevoelig voor onder andere bosbranden en overstromingen en is nagenoeg niemand er verzekerd voor de gevolgen van dergelijk extreem weer.
Ten slotte rapporteert het wetenschappelijk tijdschrift The Lancet nog dat 92 procent van de wereldwijde doden als gevolg van vervuiling zich bevinden in lage-inkomenslanden.
Kop uit het zand
Het meest recente rapport van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) vertelt ons dat elk moment waarop we niet drastisch ingrijpen een gemiste kans is. Tijd om onze kop uit het zand te halen en het non-proliferatieverdrag op fossiele brandstoffen, voorgedragen door meer dan 2500 wetenschappers, te realiseren: geen expansie van fossiele brandstofproductie, uitfasering van de bestaande en een rechtvaardige transformatie richting hernieuwbare energie.
Een reductie van 10 procent CO2-uitstoot per jaar is daarbij een uitdagende maar noodzakelijke start. Iedereen zal zijn steentje moeten bijdragen, maar de bovenstaande cijfers van zowel het heden als het verleden maken duidelijk dat het ene steentje wel wat meer mag wegen dan het andere. Het is tijd om onze historische verantwoordelijkheid recht in de ogen te kijken en ernaar te handelen.
Aaron Van Poecke heeft een bachelor wiskunde en master sterrenkunde van de KU Leuven en heeft onlangs een master milieuwetenschappen afgerond aan de Universiteit van Antwerpen.