Sven Calluy (ECoOB)
Geef energiedelen een échte kans
“‘‘We betalen de netbeheerder toch ook niet wanneer we onze gloeilampen vervangen door LED-lampen?’’
Sven Calluy, bestuurder bij Energiecoöperatie Oost-Brabant, begrijpt niet waarom gebruikers van een collectieve zonnestroominstallatie alle netkosten moeten blijven betalen. ‘Door het onaantrekkelijk maken van energiedelen missen we een gigantische opportuniteit aan hernieuwbare energieproductie’.
‘Energiedelen klinkt als een ongelooflijke kans. In de eerste plaats voor het klimaat, maar ook voor elke dakeigenaar én de consument, want lokaal geproduceerde stroom is de goedkoopste stroom. Eigenaars van zonnepanelen zien hun elektriciteitsfactuur dalen. Ook met een digitale meter.’
Solarimo / Pixabay (CC0)
Sven Calluy, bestuurder bij Energiecoöperatie Oost-Brabant, begrijpt niet waarom gebruikers van een collectieve zonnestroominstallatie alle netkosten moeten blijven betalen. ‘Door het onaantrekkelijk maken van energiedelen missen we een gigantische opportuniteit aan hernieuwbare energieproductie. De maatschappelijke kost van een aanmodderend energiebeleid dat geen beslissingen durft te nemen is bijzonder groot.’
Het is recent door veel experts gezegd en geschreven: van alle energiebronnen wordt elektriciteit vandaag het zwaarst belast. Liefst 68% van de elektriciteitsfactuur bestaat uit taksen, heffingen en netwerkkosten.
Ruben Baetens (3E) maakte de vergelijking: een gezin betaalt vandaag €100 aan Vlaamse en Federale heffingen bij de aankoop van 1 MWh elektriciteit. Met die €100 kan het 1,9 MWh aardgas of 2,1 MWh stookolie kopen.
Elektriciteit is de energiebron bij uitstek die we klimaatvriendelijk kunnen opwekken, maar de heffingen zijn tweemaal hoger dan die van de brandstoffen die we willen uitfaseren. België belast vandaag de energietransitie kapot, Vlaanderen op kop.
Energiedelen klinkt als een ongelooflijke kans. In de eerste plaats voor het klimaat, maar ook voor elke dakeigenaar én de consument.
Vele oplossingen werden besproken. Eén werd echter nog onvoldoende belicht: energiedelen. Het Vlaamse parlement buigt zich nu over het decreet met betrekking tot energiedelen. Eindelijk. De Vlaamse regering zet daarmee Europese regelgeving om in regionale wetgeving. De EU wil de energiemarkt vrijmaken en de burger een centrale rol geven.
Energiedelen, of de burger naast energieconsument ook energieproducent maken, geeft een enorme hoeveelheid onbenutte dakoppervlakte vrij om zonnepanelen te plaatsen en hernieuwbare energie te produceren.
Scholen zullen hun groene stroom tijdens de zomervakantie kunnen verkopen aan omwonenden. Jeugdbewegingen kunnen hun lokalen volledig bedekken met zonnepanelen en hernieuwbare energie leveren aan buurtbewoners. Particulieren kunnen de groene stroom die ze overdag opwekken, maar niet verbruiken, verkopen aan de lokale KMO. Landbouwers kunnen de volledige dakoppervlakte van hun loods benutten om omwonenden van groene stroom te voorzien.
Het klinkt als een ongelooflijke kans. In de eerste plaats voor het klimaat, maar ook voor elke dakeigenaar én de consument, want lokaal geproduceerde stroom is de goedkoopste stroom. Eigenaars van zonnepanelen zien hun elektriciteitsfactuur dalen. Ook met een digitale meter.
Dit kan toch niet?
Met het voorstel dat nu op tafel ligt zal dit echter niet gebeuren. Reden: ook al passeert er geen elektron over het elektriciteitsnet, toch moeten dezelfde taksen, heffingen en netwerkkosten nog altijd betaald worden.
Stroom van een collectieve zonnestroominstallatie op een dak van een appartementsgebouw in Herent (een vorm van energiedelen), meteen verbruikt onder hetzelfde dak, zal dezelfde heffingen en netwerkkosten betalen als elektriciteit die uit Doel of een windmolenpark op de Noordzee komt. Dit kan toch niet?
Van een gemiddelde prijs voor de levering van elektriciteit van €300 per MWh gaat bij energiedelen nog altijd €23 naar Elia voor het (niet) gebruiken van het hoogspanningsnet. €87 Gaat naar Fluvius. De helft van dit bedrag is voor het distributienet, dat bij energiedelen nauwelijks gebruikt wordt. De andere helft gaat naar zogenaamde openbare dienstverplichtingen, een verdoken belastingssysteem.
Het wegvallen van de distributienetvergoeding kunnen we bij energiedelen vervangen door een CO2-taks.
Tot slot ontvangen onze overheden via de btw €81 aan belastingen. Ongeveer €100 blijft nog over om via energiedelen een gemeenschappelijke zonnepaneleninstallatie te financieren. Dat maakt het financieel rendement van een collectieve installatie op een appartementsgebouw zeer klein tot onbestaande. Het gevolg is dat niemand de stap zet om zonnepanelen op daken van appartementsgebouwen te leggen.
Kan er in het geval van energiedelen voor het bedrag van openbare dienstverplichtingen geen vermindering of vrijstelling komen? We weren ze trouwens best sowieso uit de elektriciteitsfactuur. Het zijn vooral particulieren en KMO’s die dit betalen, niet de grote verbruikers. Het wegvallen van de distributienetvergoeding kunnen we bij energiedelen vervangen door een CO2-taks.
Vooral voor de 218.000 appartementsblokken in België is dit zeer jammer. Het eigenverbruik van een zonnestroominstallatie binnen zo’n appartementsgebouw is immers hoger dan van een particuliere woning. Een hoog eigenverbruik betekent een lage belasting van het distributienet. De stroom wordt lokaal opgewekt en verbruikt en hoeft dus niet getransporteerd te worden. Als we voldoende zonnepanelen plaatsen op daken van appartementsgebouwen zou het gebruik van het net minstens met 1% dalen.
Bewoners van appartementsgebouwen zien zonder tariefwijziging een jaarlijkse besparing van miljoenen euro aan hun neus voorbijgaan.
Dit is vergelijkbaar met een andere energiezuinige ingreep in het appartementsgebouw. We betalen de netbeheerder toch ook niet wanneer we onze gloeilampen vervangen door LED-lampen? Je kunt je dus afvragen waarom gebruikers van een collectieve zonnestroominstallatie alle netkosten moeten blijven betalen. Europa schrijft net voor dat de lidstaten een regeling moeten uitwerken die gebruikers van gedeelde energie een vergoeding toekent voor het ontlasten van het elektriciteitsnet. In Oostenrijk en Portugal hoeven collectieve zonnestroominstallaties niet te betalen voor de transmissienetvergoedingen en Italië voorziet een gedeeltelijke terugbetaling van de netgerelateerde kosten.
Door het onaantrekkelijk maken van energiedelen missen we een gigantische opportuniteit aan hernieuwbare energieproductie. Appartementsdaken bieden ons plaats voor 1GWp aan zonnepanelen. Goed voor een jaarlijkse opbrengst van 1.000.000.000 KWh. Dit is een conservatieve schatting. Het totaal vermogen van zonnepaneleninstallaties in Vlaanderen zou stijgen met 25%. Vergelijkbaar met een derde van de jaarlijkse stroomproductie van Doel 1. Bewoners van appartementsgebouwen zien zonder tariefwijziging een jaarlijkse besparing van miljoenen euro aan hun neus voorbijgaan.
De maatschappelijke kost van een aanmodderend energiebeleid dat geen beslissingen durft te nemen is bijzonder groot. De winst voor een energiedelende maatschappij zou daarentegen zeer groot zijn. We boeken sociale winst. Bewoners van appartementsgebouwen zijn gemiddeld minder kapitaalkrachtige burgers en zouden kunnen genieten van de energietransitie door een lagere elektriciteitsfactuur. Ze hoeven niet eens zelf te investeren.
Nieuwe kansen
Burgercoöperaties staan klaar om op deze markt actief te worden en hun sociale rol te vervullen. We boeken winst voor de lokale economie. Plaatselijke installateurs kunnen aan de slag. Burgers die mee investeren krijgen een hoger rendement op hun spaargeld. Een energiecoöperatie als Ecopower betaalde afgelopen jaar 4% dividend aan hun 60.000 aandeelhouders. We verlagen onze afhankelijkheid van grote, veelal buitenlandse energiebedrijven. Inwoners en bedrijven van Leuven betalen jaarlijks 250 miljoen aan energiekosten. Een deel van dat bedrag kan in de lokale samenleving blijven.
Een doordacht beleid van energiedelen biedt nieuwe kansen voor integratie van nieuwe duurzame technologieën als warmtepompen en elektrische mobiliteit. Door decentrale productie die we lokaal verbruiken vermijden we zware investeringen in het elektriciteitsnet. We zetten een grote stap vooruit in het bereiken van onze klimaatdoelstellingen. Dit allemaal nagenoeg zonder enige vorm van subsidiëring.
Als er geen stimulans komt voor lokaal energiedelen, krijgen we situaties zoals bij het nieuwbouwproject De Nieuwe Dokken in Gent. Het project wordt geroemd voor zijn ecologisch concept. Er is een warmtenet en er zijn elektrische deelwagens, maar men slaagt er niet in om de opbrengst van de zonnepanelen (80 kWp) te delen met de bewoners van de appartementen. De zonnepanelen die er liggen dienen alleen voor de gemeenschappelijke delen en voor publieke laadpalen. In de kelder staat een grote batterij om het eigenverbruik te verhogen. Terwijl de batterij overtollige elektriciteit opslaat, halen honderden appartementen, in hetzelfde gebouw waar de zonnepanelen op het dak liggen, elektriciteit uit het net. Dit kan toch veel efficiënter?
In onze strijd tegen klimaatverandering moeten we alle zeilen bijzetten om naar een drastische verlaging van de CO2 uitstoot te gaan. Dat kan door massale elektrificatie van industrie, vervoer en verwarming. We zullen heel veel groene stroom nodig hebben. Energiecoöperaties die groeien als kool, werken daar vandaag al heel hard aan met heel veel gedrevenheid en inzet.
Daarom, vanuit ECoOB (Energiecoöperatie Oost-Brabant) en bij uitbreiding alle Vlaamse energiecoöperaties en koepelorganisatie REScoop Vlaanderen, een oproep aan onze beleidsmakers: wees inventief, wees vooruitstrevend, toon ambitie! Garandeer een betaalbare elektriciteitsfactuur door lokale energieproductie en energiedelen een échte kans te geven.
Sven Calluy is bestuurslid bij ECoOB, Energiecoöperatie Oost-Brabant