Aan boord van reddingsschip Ocean Viking
‘Iemand uit het water halen die zijn dood had aanvaard, dat vergeet je niet snel’
Adriaan Cartuyvels
04 maart 2024
De Ocean Viking redde 244 levens van verdrinking op de Middellandse Zee en kwam vervolgens twintig dagen aan de ketting te liggen in Italië. MO* ging twee weken mee aan boord van het reddingsschip. ‘We zijn een ambulance, geen taxiservice!’
© Adriaan Cartuyvels
De Ocean Viking redde 244 levens van verdrinking op de Middellandse Zee en kwam vervolgens twintig dagen aan de ketting te liggen in Italië. MO* ging twee weken mee aan boord van het reddingsschip. ‘We zijn een ambulance, geen taxiservice!’
‘Ruim een jaar lang werkte ik dag en nacht in Libië om een oversteek naar Europa te kunnen betalen. Ik werd ontvoerd, opgesloten en uitgebuit. Na ongeveer twaalf uur varen op een overvolle boot kwamen jullie ons redden. Smokkelaars hadden ons achtergelaten en niemand wist hoe de boot te besturen.’
Surav (30) betaalde bijna 10.000 euro aan een smokkelaar. Meteen voor twee ritten. Het was al de tweede poging die de jongeman uit Bangladesh ondernam om Europa te bereiken.
De eerste keer onderschepte de Libische kustwacht de boot. Surav zat een maand vast in het detentiekamp Triq-al Sika, waar elke dag mensenrechten worden geschonden.
‘De gevangenis was overvol en er was te weinig eten en drinken’, vertelt hij opgelucht maar aangedaan. ‘Ze sloegen ons met stokken en riemen en vroegen om geld.’
Surav is één van de 244 mensen die het schip de Ocean Viking tussen Kerstmis en Nieuwjaar redde. Bij aankomst in de haven van het Italiaanse Bari, enkele dagen later, staat er een leger van camera’s, politie en zorgpersoneel het schip op te wachten.
Terwijl alle overlevenden van boord gaan, moeten de kapitein en Anita, de Search & Rescue coördinator (SARCO), mee met de politie.
Er volgt slecht nieuws. De Italiaanse autoriteiten hebben beslist om het reddingsschip van ngo SOS Méditerranée twintig dagen aan de ketting te leggen onder het Piantedosi-decreet en het krijgt ook een boete van 3300 euro. De tweede keer al in 2023.
Piantedosi-decreet?
Sinds 2016 vaart de ngo SOS Méditerranée samen met enkele andere ngo’s tussen Italië, Tunesië en Libië om mensen in nood te redden – eerst met het schip de Aquarius en sinds 2019 met de Ocean Viking.
Specifiek gericht op deze ngo’s, voerde Italië in het begin van 2023 het Piantedosi-decreet in. Dat verplicht hen om ‘na één redding onmiddellijk en zonder vertraging’ naar de toegewezen Italiaanse haven te varen.
Ook moeten schepen de toestemming krijgen van de staat waar ze staan ingeschreven om reddingsacties uit te voeren. Daarnaast moeten ze alle geredde personen informeren over de mogelijkheid op internationale bescherming en informatie over hen delen met de Italiaanse autoriteiten.
De Italiaanse minister van Binnenlandse Zaken Matteo Piantedosi, naar wie het decreet is vernoemd, rechtvaardigt zijn beslissing door te zeggen dat deze ngo’s migranten zouden aantrekken.
Het Piantedosi-decreet zorgt ervoor dat de Ocean Viking telkens na één redding moet terugkeren. ‘Vroeger duurde het soms heel lang voordat Italië ons een haven toewees, maar we konden wel veel meer mensen redden’, zegt redder Jérôme.
‘We zouden de detentiecentra in Zuid-Italië overbelasten, maar we zijn een ambulance, geen taxiservice!’
‘Onder het decreet kiest Piantedosi systematisch havens in het noorden van het land, zoals Livorno’, verduidelijkt professor Eugenio Cusumano van de Universiteit van Messina.
‘Dat is problematisch, omdat de schepen van ngo’s daardoor veel verder moeten varen. Helaas kan de Italiaanse regering dat ongestoord doen, want haar minister is bevoegd voor de toewijzing van die havens. Die doet dus niets illegaals, maar gebruikt wel zijn macht om het leven van ngo’s moeilijker te maken.’
SOS Méditerranée berekende dat zijn schip sinds de invoering van het decreet al meer dan 21.000 kilometer extra moest varen. In totaal was het meer dan twee maanden langer onderweg met een extra brandstofkost van minstens 650.000 euro.
‘We zouden de detentiecentra in Zuid-Italië overbelasten, maar we zijn een ambulance, geen taxiservice!’, zegt Jérôme. ‘We werden een keer naar Ravenna gestuurd, in het noordoosten van het land. Stel je voor dat er brand is in Sevilla en de ambulance moet met gewonde mensen naar een ziekenhuis in Brussel, dat is exact dezelfde afstand.’
© Camille Beeken
Overvolle boot
Terwijl we vanuit Livorno naar het zuiden varen, zijn de dagen goed gevuld met uitleg en oefeningen over het leven aan boord van een reddingsschip. De crew is enorm gemotiveerd. Zelfs het schip schoonmaken is in geen tijd klaar.
Wanneer we na enkele dagen in het operatiegebied aankomen, is iedereen gefocust. Op de brug, het commandocentrum van de Ocean Viking, houden mensen met een verrekijker de horizon nauwlettend in de gaten.
En dan is het plots zover. ‘All crew, all crew, ready for rescue, ready for rescue’. Midden in de nacht wordt iedereen wakker gemaakt. Enkele minuten later scheuren drie opblaasbare boten onder de volle maan naar de doorgegeven coördinaten.
Kort erna verschijnt een houten bootje met meer dan honderd mensen. Het team inspecteert de boot en geeft de informatie door aan de brug: ‘De boot is overbevolkt, in slechte staat, er zijn geen reddingsvesten’.
Vanop de brug komt groen licht om de redding uit te voeren. 122 mensen, onder wie 8 minderjarigen, worden uit het donkere water gehaald.
Later die dag volgen nog twee andere reddingen. Een overvolle houten boot met 106 mensen in, onder wie zwangere vrouwen en kinderen, wordt gespot met verrekijkers vanop het dek. SARCO Anita licht opnieuw de autoriteiten in en krijgt ook nu groen licht om de redding uit te voeren.
Ten slotte spot een vliegtuig van ngo Pilotes Volontaires een kleine sloep met 16 mensen in. In totaal komen 244 mensen van onder meer Syrië, Bangladesh en Zuid-Soedan aan boord. Ze krijgen eten, warme kleren en een plek om tot rust te komen.
Sommigen kruipen dicht tegen elkaar aan en bidden, anderen dansen en zingen. Geen treurnis, maar opluchting en dankbaarheid heersen op het dek.
Sommige geredde mensen kruipen dicht tegen elkaar aan en bidden. Anderen dansen en zingen. Geen treurnis, maar opluchting en dankbaarheid heersen op het dek.
© Adriaan Cartuyvels
‘Jullie hulp is niet nodig’
De Ocean Viking patrouilleert vooral in de zogeheten SAR-zone (_search and rescu_e) van Libië. Hier zijn de Libische kustwacht én alle aangrenzende kustwachtgebieden (Italië en Malta) verantwoordelijk voor de coördinatie van de reddingen.
De ngo’s blijven altijd ver genoeg van de Libische kust in internationale wateren, waar het internationale maritiem recht geldt.
‘Elk vaartuig is volgens dat recht verplicht om mensen in nood te redden’, zegt redder Jérôme. ‘Dat is vastgelegd in verschillende conventies. Er staat duidelijk in dat we bij een redding niet moeten achterhalen wat de motieven van deze mensen zijn.’
‘De redding is pas volledig als mensen naar een veilige plaats zijn gebracht’, vult Anita aan. ‘Als het Libische coördinatiecentrum ons een haven in Libië toewijst, zeggen wij, met het nodige bewijs, dat het daar niet veilig is.’
‘Bovendien mag je volgens de Conventie van Genève (het VN-vluchtelingenverdrag, red.) mensen op de vlucht nooit terugbrengen naar een plaats waar hun leven bedreigd kan worden. De dichtstbijzijnde veilige plaats voor ons is daarom Italië.’
‘Omdat de autoriteiten het ons zo lastig maken, doen we alles volgens het boekje. Zo kunnen we bewijzen dat we niets illegaals doen.’
Na de eerste redding wijzen de Italiaanse autoriteiten de haven van Bari toe. De Ocean Viking zet meteen koers naar het noordoosten.
Maar na de derde redding krijgt Anita nog een oproep van een boot in nood. Dit keer weigert Italië toestemming te geven. ‘De autoriteiten mailden dat we al genoeg reddingen deden,’ zegt ze, ‘en nu moeten terugkeren zoals het Piantedosi-decreet het voorschrijft. Jullie hulp is niet nodig, klonk het.’
Anita wil deze mensen niet achterlaten zonder informatie over hun veiligheid en past de koers aan zoals de maritieme wetgeving het volgens haar voorschrijft. Wanneer blijkt dat de coördinaten verder liggen dan eerst gedacht, hervat de boot haar aanvankelijke route. De geschatte aankomsttijd in Bari blijft onveranderd.
Toch is het die koerswijziging die onder het nieuwe decreet tot een aanhouding leidt. De boot mag twintig dagen niet op zee en de ngo krijgt een boete van 3300 euro. Al de tweede keer voor SOS Méditerranée in 2023. In november passeerde de Ocean Viking na een eerste redding een boot in nood en besloot tot actie over te gaan.
SOS Méditerranée berekende dat zijn schip sinds de invoering van het decreet al meer dan 21.000 kilometer extra moest varen. In totaal was het meer dan twee maanden langer onderweg met een extra brandstofkost van minstens 650.000 euro.
© Adriaan Cartuyvels
‘Het was illegaal geweest om deze mensen niet te redden’, zegt Anita. ‘Drie aanhoudingen betekenen volgens het decreet een permanente inbeslagname, maar dat is nog niet gebeurd. Andere ngo’s zijn al vaker vastgehouden en gingen telkens in beroep.’
Ook SOS Méditerranée besloot beide aanhoudingen aan te vechten. Of het Italiaanse decreet in overeenstemming is met het internationaal recht, dat moet nog blijken uit onderzoek.
‘Door het nieuwe decreet hadden we veel overleg over wat te doen met boten die we van Italië niet mogen redden’, zegt Anita. ‘Nu ligt bijvoorbeeld vast in welke situaties we niet zullen gehoorzamen. Verder sturen we ook alles wat we doen nauwgezet door naar de bevoegde autoriteiten in Libië, Malta en Italië.’
‘Alle e-mails en bewijzen zou een containerschip nooit bewaren bij het redden van een kleine zeilboot. Maar omdat de autoriteiten het ons zo lastig maken, doen we alles volgens het boekje. Zo kunnen we bewijzen dat we niets illegaals doen.’
Onder de radar
Ngo’s begonnen in 2014 met reddingsoperaties toen Italië zijn grootschalige reddingsmissie Mare Nostrum stopzette. De Italiaanse regering was gefrustreerd over de passieve houding van Europa en de publieke opinie keerde zich tegen hen.
Europa nam de coördinatie op de dodelijkste migratieroute ter wereld over en begon met grensbewakingsagentschap Frontex de Operatie Triton.
Al snel werd duidelijk dat de focus niet op redden maar op bewaken lag. Ook ontbrak de financiering om grootschalige reddingsoperaties uit te voeren. ‘Mensenlevens redden op de Middellandse Zee is geen prioriteit’, zei de toenmalige Frontex-directeur.
‘Deze regering heeft een hekel aan het idee dat een buitenlandse organisatie haar land binnenkomt met migranten.’
Het aantal reddingen door ngo’s in de eerste jaren lag veel hoger dan vandaag. Waar ngo’s tijdens die eerste jaren nog met open armen werden ontvangen, veranderde de stemming vanaf 2016.
Ngo Jugend Rettet mag sinds 2017 niet meer uitvaren, en in 2019 werd kapitein Carola Rackete van ngo Sea-Watch bij aankomst in Italië gearresteerd.
‘In 2018 liet Italië geen enkel ngo-schip meer binnen in zijn havens’, zegt Cusumano. ‘Wie wel kwam, werd opgepakt.’
Daarop volgde een golf van solidariteit voor de ngo’s. Een openlijke strategie van criminalisering bleek dus niet te werken. ‘Daarom verschoof het Italiaans beleid naar meer administratieve bestraffingen’, zegt Cusumano. ‘Dat zorgt voor minder verzet en media-aandacht. Een vorm van criminalisering onder de radar.’
De verregaande focus van Italië op ngo’s noemt de professor absurd: ‘Zeker als je kijkt naar hoeveel procent van de reddingen zij tegenwoordig nog doen.’
In 2022 deden ngo’s volgens studiecentrum ISPI slechts 18% van alle reddingen, in 2023 was dat nog minder dan 10%. Of het Piantedosi-decreet daar iets mee te maken heeft, is moeilijk te zeggen, bevestigt Cusumano.
De meerderheid van de mensen die vandaag in Italië via de zee aankomen, wordt gered door de Italiaanse kustwacht of raakt er zonder tussenkomst. Het aantal aankomsten is door het decreet alleszins niet verminderd. Dat lag in 2023 50% hoger dan in 2022.
Het aantal doden op deze route gaat al enkele jaren in stijgende lijn. In 2023 verloren minstens 2498 mensen het leven op hun vlucht.
‘Het is een soort identiteitskwestie geworden,’ zegt Cusumano. ‘Deze regering is openlijk tegen ngo’s. Ze heeft een hekel aan het idee dat een buitenlandse organisatie zomaar haar land binnenkomt met migranten. Ze gelooft ook nog steeds graag in het valse verhaal dat ngo’s migranten zouden aantrekken.
Maar uit onderzoek van Cusumano blijkt dat er geen correlatie is tussen de aanwezigheid van ngo’s en migranten die de oversteek wagen. ‘Het idee resoneert nu eenmaal goed met de huidige politieke cultuur: we moeten onze grenzen beschermen, we kunnen niet iedereen opvangen, ons land wordt overspoeld.’
Redder Jérôme: ‘Hoe hoger je op de ladder klimt, hoe verder ze van de praktijk staan. En hoe meer ze te maken hebben met nummers in plaats van mensen. Ze vergeten dat elk nummer een individu is met een gezicht en een persoonlijk verhaal.’
© Adriaan Cartuyvels
Publieke druk
‘Veel mensen vertrekken vandaag ook uit Tunesië, tegenwoordig het grootste vertrekland van Noord-Afrika’, gaat Cusumano verder. ‘Een groot deel van hen komt gewoon op eigen houtje aan op Lampedusa.’
Ook Jérôme bevestigt dat SOS Méditerranée afgelopen zomer zeer actief was in de Tunesische corridor. De ngo werkte er nauw samen met de Italiaanse kustwacht en samen hebben ze een keer meer dan duizend mensen gered.
‘Ik wil naar Europa, papieren krijgen en zo snel mogelijk werk vinden.’
‘Vorig jaar was er een grote schipbreuk bij Crotone, dicht bij de Italiaanse kust. De bevolking was geschokt en de publieke opinie keerde even in ons voordeel. Italië vroeg ons regelmatig om hulp. Een groot scheepswrak voor zijn eigen kust wilde het absoluut vermijden.’
‘Ook rond Lampedusa doet de Italiaanse kustwacht veel reddingen en ons contact is meestal goed’, zegt Jérôme. ‘We maken dezelfde dingen mee. Iemand uit het water halen die had aanvaard dat hij ging sterven, dat vergeet je niet snel.’
‘Maar hoe hoger je op de ladder klimt, hoe verder ze van de praktijk staan. En hoe meer ze te maken hebben met nummers in plaats van mensen. Ze vergeten dat elk nummer een individu is met een gezicht en een persoonlijk verhaal.’
Zo’n individu met een gezicht en een persoonlijk verhaal is Surav. ‘Na meer dan een jaar in het land ben ik nu zeker dat ik niet terugkeer naar Libië. Ik wil naar Europa, papieren krijgen en zo snel mogelijk werk vinden.’
‘Mijn familie heeft alles opgegeven voor mij. Er rust een grote verantwoordelijkheid op mijn schouders, een keuze heb ik niet.’
Dit artikel kwam tot stand met de steun van het Fonds Pascal Decroos voor bijzondere journalistiek.