In 40 jaar tijd verdween al een derde van de gletsjers door klimaatverandering
Australische bosbranden hebben desastreuze gevolgen voor gletsjers Nieuw-Zeelandse Alpen
De voorbije vier decennia verdween een derde van de gletsjers in Nieuw-Zeeland door de klimaatverandering. De bosbranden in Australië, 2000 kilometer verderop, bespoedigen dat proces. De dooi gaat sneller, de sneeuw wordt instabieler en daardoor krimpen de gletsjers verder, zelfs als het vuur in Australië gedoofd wordt.
De Franz Josef Glacier, of wat er overblijft en tegen het einde van de eeuw dreigt te verdwijnen.
© Fien Van den Steen
Australië brandt en dat merkt Nieuw-Zeeland. Ondanks de 2.000 kilometer afstand steken de rookpluimen de Tasmanzee over. De impact reikt verder dan luchtverontreiniging en een oranje horizon, want ze laten een roetlaag achter. Die bedreigt het voortbestaan van de Nieuw-Zeelandse Alpen, die op hun beurt al zwaar bedreigd zijn door klimaatverandering.
De laatste vier decennia verloren de gletsjers van Nieuw-Zeeland een derde van hun ijsmassa. De meeste van deze gletsjers bevinden zich in de Zuidelijke Alpen, een bergketen die zich uitstrekt over meer dan 500 kilometer op het Zuidereiland van Nieuw-Zeeland. Je treft er de beroemde Franz Josef Glacier en Fox Glacier.
Australië smeult, Nieuw-Zeeland smelt
Jaarlijks schuift de sneeuwlijn zo’n 3,7 meter op, waardoor sommige gletsjers drastisch krompen of versnipperden, terwijl andere zelfs compleet verdwenen. De komende decennia zullen de overgebleven gletsjers nog zo’n 50 tot 60 procent van hun ijs verliezen.
Het dooien van gletsjers zet een desastreuze kettingreactie in gang. De sneeuw- en ijsmassa’s op aarde vormen een grote koelkast en houden de temperaturen laag, doordat de witte laag sneeuw warmte van de zon reflecteert. Wanneer de sneeuw smelt en aarde komt bloot te liggen, stopt dit proces. Sterker, de vrijgekomen aarde absorbeert de warmte in plaats van warmte te reflecteren. Hierdoor stijgen de temperaturen nog meer.
Dat speelt zich nu in Nieuw-Zeeland af. De Australische rook zette een roetlaag af op de gletsjers van de Zuidelijke Alpen. De gekaramelliseerde gletsjers van Nieuw-Zeeland absorberen daardoor de hitte in plaats van ze te reflecteren, waardoor lokale temperaturen stijgen en de dooi versnelt. Hierdoor komen er weer meer donkere oppervlaktes vrij die op zich het smeltproces versnellen. Een vicieuze cirkel voor de sneeuwmassa’s is ingezet.
De lege rivierbedding die ooit gevuld was met het ijs van de Franz Josef Glacier.
© Fien Van den Steen
Van onderen…
Bovendien versnelt die roetlaag niet alleen het smelten, maar verhoogt ze ook de sneeuwinstabiliteit. ‘Elke dag verwijder ik een laag roet van mijn bus’, vertelt Nathan van touroperator Real Journeys. Dagelijks neemt hij toeristen mee door de regio van Milford Sound, het zuidelijke tipje van Zuidereiland. Maar de afgelopen dagen bleef zijn bus aan de kant. Te gevaarlijk. De Australische rook vergrootte de kans op lawinegevaar.
‘De roetlaag die zich neerzet op de gletsjers vormt een onstabiele ondergrond voor de verse sneeuw’, legt hij uit, ‘Als er nieuwe sneeuw valt, neemt de kans op lawines toe.’ Daarom werden er de voorbije dagen preventieve lawines veroorzaakt, om de onstabiele sneeuw te verwijderen voordat die spontaan naar beneden schuift en slachtoffers maakt.
‘De roetlaag die zich neerzet op de gletsjers vormt een onstabiele ondergrond voor de verse sneeuw.’
Hoewel er elke zomer een deel sneeuw smelt, zal er deze zomer dus extra veel sneeuw smelten, waardoor de laag die volgende winter gecompenseerd zou moeten worden veel groter is. Hoogstwaarschijnlijk krimpt de sneeuwmassa dus ook in 2020 een beetje meer, tenzij een strenge winter daar verandering in brengt.
‘De voorbije weken hebben we 10 centimeter sneeuw gehad, terwijl het eigenlijk al lente is’, zegt Nathan. ‘Ondertussen is het aan de westkust plots 24 graden, wat veel warmer is dan normaal.’ En het ergste van al? De echte hitte en het seizoen van warmte en bosbranden moet eigenlijk nog komen. ‘Het startte dit jaar veel vroeger dan normaal’, benadrukt Nathan. ‘De echte hitte zet meestal pas in in januari of februari.’
De bergtoppen van Milford Sound zijn nu nog bedekt in sneeuw.
© Fien Van den Steen
De Australische bosbranden woeden al sinds oktober. Klimaatverandering zorgde voor een vervroegde start van het jaarlijkse bosbrandseizoen en maakte de omstandigheden nog erger dan voorgaande jaren. Hitterecords in december volgden op de droogste lente sinds het begin van de metingen. Daar werd nog een extreem droge en warme wind aan toegevoegd, wat Australië veranderde in een oncontroleerbare brandhaard.
In totaal brandde al zeker 10 miljoen hectare af. Dat is drie keer de oppervlakte van België. Ondertussen lieten al meer dan 25 mensen het leven, waaronder verschillende vrijwillige brandweermannen, alsook een half tot een miljard dieren. In New South Wales, waar de branden het lelijkst huishouden zou zo al een derde van de koalapopulatie gestorven zijn.
Verschillende steden en staten kondigden de noodtoestand af, waarbij de hulptroepen vrijgeleide kregen om alles te doen wat nodig is om levens te redden. Apocalyptische beelden voeden de nieuwsstroom, ellenlange files van mensen die het vuur trachten te ontvluchten, terwijl anderen zelfs per boot moeten geëvacueerd worden omdat de wegen ontoegankelijk zijn geworden. ‘Zijn jullie nog veilig?’, is de vraag van de dag, die met een opgeluchte zucht of een angstige blik beantwoord wordt.
Gletsjers, een dynamisch systeem
Het jaarlijks krimpen en groeien van de gletsjers is een natuurlijk proces. Tijdens de zomer smelt ieder jaar een deel van de sneeuw, wat in de winter gecompenseerd wordt door verse sneeuwval. In veel landen is dit smeltwater een belangrijke bron van drinkwater en/of stuurt het hydro-elektrische centrales aan. Gletsjers zijn daarom niet alleen een cruciaal ecosysteem voor plant en dier, maar ook voor de mensen rondom.
Door klimaatverandering wordt die natuurlijke dynamiek verstoord. Er valt minder sneeuw tijdens de winter, terwijl het percentage sneeuw dat smelt tijdens de zomer verhoogt. Het resultaat: krimpende gletsjers.
De zomer van 2018 was de derde warmste zomer op een rij in de Nieuw-Zeelands geschiedenis. Alle verse sneeuw en sneeuw van vorige jaren smolt op meer dan de helft van 51 gemonitorde gletsjers weg. Als de zomer van 2019 die trend verder zet, ziet het er niet goed uit voor de gletsjers.
Terug naar af
Naast het globale temperatuursysteem, spelen ook lokale meteorologische factoren een grote rol in het voortbestaan van gletsjers. Een studie gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Nature toont hoe de massa van meer dan 50 van de meer dan 3000 gletsjers in de Zuidelijke Alpen toenam tussen 1983 tot 2008 door lokale koude en natte winters. Onder hen: de Fox Glacier en Franz Josef Glacier.
Helaas werd die groei in het laatste decennium tenietgedaan door de stijgende globale temperaturen. De huidige stand van zaken toont een verlies van de gletsjers ten opzichte van 1983. Zo kromp Fox Glacier is 1,5 kilometer sinds 2008, waarvan 300 meter alleen al na de warme zomer van 2014-2015.
De schade die de Franz Josef Glacier geleden heeft alleen in de laatste 10 jaar.
© Fien Van den Steen
Bovendien gold de stijging tussen 1983 en 2008 alleen voor een specifiek type gletsjers, waartoe de Franz Josef en Fox Glacier behoren. Gletsjers van het type Tasman Glacier, met een lagere hellingsgraad en die uitmonden in een meer zijn overal gekrompen. Zo kromp de Tasman Glacier, Nieuw-Zeelands grootste gletsjer, al 5 kilometer gekrompen sinds de jaren 1980. Dit type vertegenwoordigt meer dan de helft van Nieuw-Zeelands gletsjers, wat wil zeggen dat de totale ijsmassa sinds de jaren 1980 drastisch afnam.
Als sneeuw voor de zon
En de toekomst oogt niet rooskleurig. Mede-auteurs van de studie in Nature, Andrew Mackintosh en Brian Anderson van de Victoria University of Wellington, werkten scenario's uit voor de toekomst van de gletsjers op basis van de gegevens van het IPCC (Intergovernmental Panel on Climate Change) van de VN. Als de broeikasgasuitstoot verder toeneemt zoals nu het geval is, zal het merendeel van Nieuw-Zeelands ijs tegen 2100 gesmolten zijn. De Fox Glacier en Franz Josef Glacier zullen er beiden niet meer zijn.
Als de broeikasgasuitstoot verder toeneemt, zal het merendeel van Nieuw-Zeelands ijs tegen 2100 gesmolten zijn.
Zelfs als we broeikasgassen kunnen laten pieken tegen dit jaar, nadien laten afnemen en de klimaatopwarming kunnen beperken tot 2 graden, zullen de gletsjers nog met 30 procent krimpen. Met alle gevolgen van dien voor fauna, flora en mens, ook in termen van drinkwatervoorziening en hydro-elektrische energie. Niets doen wat klimaatverandering betreft, zal leiden tot het verlies van de Zuidelijke Alpen.
Het is het lot dat alle gletsjers ter wereld staat te wachten. Het recente IPCC-rapport over de impact van klimaatverandering op de oceanen en de cryosphere (het bevroren water op aarde) toont aan dat wereldwijd kleinere gletsjers, zoals die in de Europese Alpen, meer dan 80 procent van hun massa zullen verliezen tegen 2100 als er weinig bijkomende maatregelen genomen worden om klimaatverandering te beperken (zoals omschreven in het RCP8.5 scenario uit het IPCC). Bovendien zullen veel gletsjers verdwijnen ongeacht welk uitstootscenario gevolgd wordt.
Tot hier reikte de Franz Josef Glacier nog in 1908.
© Fien Van den Steen
Stijgende zeespiegel
Dit smelten van de gletsjers heeft ook een impact op het stijgen van de zeespiegel. Een studie van een internationaal team wetenschappers uit Science, onderzocht dat het wereldwijd smelten van de gletsjers verantwoordelijk is voor bijna een derde van het stijgen van de zeespiegel tussen 2003 en 2009. Zo zou de zeespiegel 60 centimeter stijgen als alle gletsjers ter wereld zouden smelten. Dit is zonder de ijslagen van Groenland erbij gerekend. Als die volledig zouden smelten, zou de zeespiegel 6 meter stijgen.
Naast gletsjers, smelt ook de seizoensneeuw die in de winter de bergtoppen bedekt, maar in de zomer smelt. Hetzelfde IPCC-rapport toont hoe elke 10 jaar het sneeuwseizoen met gemiddeld vijf dagen vermindert, met lokale uitschieters tot 10 dagen. Bovendien neemt ook de bedekte oppervlakte en sneeuwdiepte af tijdens het sneeuwseizoen.
Zelfs als de hemel in Nieuw-Zeeland straks weer opklaart en het Australische vuur gedoofd raakt, is het kwaad geschied: Australië zal nog lange tijd smeulen, terwijl de gletsjers verder smelten. De gletsjers hebben het zwaar te verduren gehad, met mogelijks onherstelbare schade tot gevolg. De Australische bosbranden bespoedigen de negatieve spiraal waarin klimaatverandering de gletsjers gebracht heeft, en de zomerse hitte moet nog komen in januari en februari.