Precies twee maanden geleden, op vrijdagavond 18 oktober, barstte in het anders zo stabiel gewaande Chili de bom. In politieke kringen wordt erover gedebatteerd of het nu een revolutie is, een revolte of burgerlijke ongehoorzaamheid. Maar over één ding zijn de meeste Chilenen het eens: ‘Wat we de afgelopen twee maanden hebben meegemaakt heeft ons en ons land veranderd. Zoals voorheen wordt het nooit meer.’
CC Diego Correa (CC BY 2.0)
Precies twee maanden geleden, op vrijdagavond 18 oktober, barstte in het anders zo stabiel gewaande Chili de bom. In politieke kringen wordt erover gedebateerd of het nu een revolutie is, een revolte of burgerlijke ongehoorzaamheid. Maar over één ding zijn de meeste Chilenen het eens: ‘Wat we de afgelopen twee maanden hebben meegemaakt heeft ons en ons land veranderd. Zoals voorheen wordt het nooit meer.’
President Piñera had pas nog zijn land geroemd als een oase van rust en stabiliteit in een door opstanden ontwrichte regio. Tien dagen later ontplofte ook in Chili de volkswoede. De schade die de afgelopen weken in verschillende grote steden is aangericht, is gigantisch en de rust is nog lang niet weergekeerd. Metrostations werden in brand gestoken, muren met graffiti beklad en standbeelden van de koloniale erfenis met verf besmeurd of neergehaald.
“Chili is wakker geworden”, staat in grote letters op de muren van de hoofdstad Santiago te lezen. Het vuur van de protesten verspreidde zich over het hele land. Valparaíso, Concepción en Temuco liggen in puin. Supermarkten werden geplunderd, banken, hotels en tientallen kerken werden in brand gestoken. Vooral het eerste weekend was bijzonder heftig en gewelddadig. President Piñera sprak over ‘een oorlog tegen een vijand die sterk is en goed georganiseerd.’ Hij kondigde de noodtoestand af en stuurde het leger de straat op. De VN-Klimaatconferentie van begin december en de APEC top van half november werden geannuleerd.
‘Wij zijn niet in oorlog’
Bij de oudere generatie doemden de schrikbeelden van de Pinochet-dictatuur weer op maar de jonge betogers lieten zich niet afschrikken door het leger. Ze negeerden de avondklok en mobiliseerden op vrijdag 25 oktober de “grootste betoging ooit”, met meer dan een miljoen manifestanten in de straten van Santiago. “Wij zijn niet in oorlog, wij zijn verenigd”, was hun antwoord op Piñera’s noodtoestand en oorlogstaal. De maandag daarop werd de noodtoestand weer ingetrokken en keerden de militairen terug naar hun kazernes.
Op het Plein van de Waardigheid, zoals de manifestanten het Italiëplein herdoopten, hangt de geur van traangas nog in de lucht en wordt het vuur van de strijd brandend gehouden. Mapuchevlaggen zijn alom aanwezig en worden met fierheid in de lucht geheven en het feminisme wordt in deze fase als het kloppende hart van de beweging gezien. Vooral op vrijdagen is de toeloop massaal, zoals op het concert van de oude rakkers Inti Illimani en Los Bunkers vorige week, waar traditionals weerklonken zoals Victor Jara’s El derecho de vivir en paz, “Het recht om in vrede te leven”. Of Hermano, dame tu mano, Broeder, reik me je hand, van Mercedes Sosa.
Het intussen iconische plein is slechts het topje van de ijsberg. Daaronder bruisen in alle segmenten van de samenleving de commentaren, analyses en voorstellen. Waar dit alles naartoe zal leiden, is nog volkomen onduidelijk. Een vrouw verwoordde het zo: ‘De barensweeën zijn begonnen, maar of het kind ook levensvatbaar zal zijn, is een grote onbekende.’
Het standbeeld van Generaal Baquedano op het Italiëplein in santiago, Chili, dat door de demonstranten ondertussen werd omgedoopt tot Plein van de Waardigheid
© Alma De Walsche
Van verontwaardiging naar woede
De aanleiding voor de volkswoede was de verhoging van een metroticket met dertig pesos (3,5 eurocent). Intussen scanderen de Chilenen: ‘Geen dertig pesos, maar dertig jaar!’
Dertig jaar van opgekropte frustraties, omdat de terugkeer naar de democratie in 1990 zoveel verzuchtingen niet inloste. En omdat het extreem neoliberale economische model miljoenen Chilenen de das heeft omgedaan. De privatisering van het onderwijs, de gezondheidszorg en de pensioenen hebben jong en oud in het nauw gedreven en in een uitzichtloze situatie gebracht.
Jongeren hypothekeren hun toekomst met studieleningen die ze tot twintig jaar na het behalen van hun diploma moeten afbetalen. Ouderen moeten rondkomen met een pensioen van minder dan 200 euro in een land waar de levensduurte gelijk is aan die van Europa. Alle domeinen van het dagelijks leven zijn toevertrouwd aan de markt, tot de waterlopen en de bronnen, de kustlijn en de autostrades.
De extreme kloof tussen de elite die in een andere wereld leeft en de doorsnee man en vrouw die tot op hoge leeftijd door het systeem worden uitgeperst, is de Chilenen niet ontgaan.
Het model heeft vruchten afgeworpen: de extreme armoede is de laatste decennia gedaald van 40 procent naar 10 procent van de bevolking. Maar de ongelijkheid is gigantisch. 19 families bezitten de meer dan 4000 km Chileense kustlijn, voor de lokale vissers schiet er nauwelijks wat over. Een ander tiental zijn eigenaar van de grootste bedrijven, die kartels vormen met de pensioenfondsen en de ziekteverzekering.
Daar bovenop komt de arrogantie waarmee de elite neerkijkt op het volk. Toen de bevoegde minister de prijsverhoging van het metrokaartje aankondigde, zei hij erbij: ‘Wie vroeger opstaat, geniet van een kortingstarief, dus wat is het probleem?’. Terwijl mensen al om 5 of 6 uur hun huis verlaten om twee uur te reizen om op hun werk te geraken. Of de minister van Economie, die informeerde over de indexverhoging van de maand en droogweg stelde: ‘Ik heb goed nieuws voor de romantici: alles is duurder geworden, behalve de bloemen.’
De minachting voor het gewone volk in deze manier van communiceren, en de extreme kloof tussen de elite die in een andere wereld leeft en de doorsnee man en vrouw die tot op hoge leeftijd door het systeem worden uitgeperst, is de Chilenen niet ontgaan.
Dit is geen revolutie van de armen, het is een revolutie van de nieuwe middenklasse die geproefd heeft van de consumptiemaatschappij, maar zich in een heel precaire situatie bevindt en door de minste tegenspoed weer in de armoede kan terugvallen. Een middenklasse die voortaan wil gezien worden en wil meetellen.
© Alma De Walsche
Op volle zee, zonder land in zicht
‘Als de rivier buldert, draagt ze stenen mee’, is een spreekwoord dat deze dagen in Chili veel over de tongen gaat. De explosie was onverwacht maar zat er aan te komen. Al jaren voeren leerlingen en studenten, in de zogenaamde optochten van de Pinguins, actie voor kwaliteitsvol betaalbaar onderwijs voor iedereen.
Ook de strijd om de grond in de Mapuche-gemeenschappen is een open wonde. Precies een jaar geleden werd er in de buurt van Valdivia Camilo Catrillanca, een Mapuche jongeman op een wederrechtelijke manier door de politie vermoord. De moord bracht de strijd van deze inheemsen het voorbije jaar opnieuw op het voorplan. In maart dit jaar was er de grootste vrouwenmars ooit, met een miljoen vrouwen in de straten van Santiago. ‘Je kon bijna geen stap vooruit zetten, zo waren de straten gevuld,’ herinnert Pia zich, een vrouw van 66 die erbij was. ‘Alleen op 26 oktober, met “de grootste mars ooit”, waren we met meer.’
En net als Brazilië en andere Latijns-Amerikaanse landen had ook Chili zijn corruptieschandalen: er was de corruptie rond het chemisch bedrijf SQM eigendom van de familie Piñera; er waren de corruptieschandalen in twee takken van het leger, corruptie in de evangelische kerken en pedofilieschandalen in de katholieke kerk. Geen enkele morele instantie bleef nog overeind.
‘Welke samenleving is in staat om zoveel onrecht, zoveel vergif te verwerken zonder zelf ziek te worden en in woede uit te barsten?’ vroeg Agustin Squella zich af. Squella is professor in de Rechten aan de Universiteit van Valparaiso en columnist. Hij was aan het woord bij een boekvoorstelling over Chili’s oktoberrevolutie, het eerste boek over het thema. ‘Een situatie van onrecht die jarenlang aanhoudt, veroorzaakt frustratie en vervolgens woede. Die verontwaardiging heeft zich vertaald in geweld,’ zo verwoordde Squella het. Het revolutionaire klimaat van dit ogenblik vatte hij als volgt samen: ‘We varen op volle zee, en op volle zee is er geen vasteland te bespeuren. De oase waar we ons inwaanden, was niet meer dan een hersenspinsel.’
Puin ruimen en branden blussen
Terwijl het stof langzaam gaat liggen en het puin wordt geruimd, blijft 95 procent van de Chilenen zich achter de protesten scharen en is de populariteit van de president gedaald tot onder de 10 procent.
Mensenrechten vormen een gloeiend thema en de rapporten van Human Right Watch en de VN-Mensenrechtencommissie klagen de cultuur van geweld bij de politie aan en maken zich zorgen om de grove overtredingen. Vijfentwintig mensen lieten het leven in de protesten. Duizenden raakten gewond en 300 verloren een oog, een emblematisch fenomeen in deze strijd. Acht politieagenten werden gedegradeerd omdat ze het protocol overschreden en buitensporig geweld gebruikten.
“Moorddadige politie” staat doorheen heel de stad in grafitti op de muren geklad.
© Alma De Walsche
Vijf ministers werden ontslagen omwille van hun provocerende uitspraken over de prijsverhogingen. De minister van Binnenlandse Zaken Chadwick werd niet alleen ontslagen maar ook veroordeeld voor het gewelddadige optreden van de politie.
Ook president Piñera zelf werd in het parlement aangeklaagd voor schendingen van mensenrechten bij het uitroepen van de noodtoestand, maar die motie werd uiteindelijk weggestemd.
Revolutie binnen de grenzen van de wet?
Ik ben met Francisca onderweg naar het Wapenplein. Daar wordt het intussen viraal verspreide nummer van Lastesis, Un violador en tu camino, uitgevoerd door moeders en dochters.
Francisca is 34, doctoraatsstudente in de sociologie en politiek actief in de partij Revolución Democrática. (RD). Die partij is in 2012 opgericht uit de studentenprotesten onder leiding van Camila Vallejo (Partido Comunista) en Jiorgio Jackson (RD). De partij heeft intussen zes parlementsleden en een senator en maakt deel uit van het Frente Amplio (FA), een bundeling van linkse partijen.
‘Dit is voor mij een historisch moment, iets wat ik maar één keer zal meemaken in mijn leven,’ zegt Francisca geëmotioneerd. Ze heeft een reis naar Groot-Brittannië, waar ze moest deelnemen aan een conferentie, afgelast, hoewel het ticket al betaald was. ‘Ik heb zoveel theorie gestudeerd en onderzoek gedaan. Dit is de gelegenheid om ook in de praktijk van Chili een meer rechtvaardige samenleving te maken, om het land te bouwen waar we van dromen.’
Toen ik haar een week eerder ontmoette, was Francisca nochtans moe en ontmoedigd. Haar partij had een wetsvoorstel om blokkades en plunderingen te verbieden, mee goedgekeurd, al was er intern grote verdeeldheid. Voor sommigen, waaronder ook Francisca, komt de wet neer op het criminaliseren van het protest.
De goedkeuring van de wet brengt drie problemen mee, legt Francisca me uit: het bemoeilijkt de hulpdiensten tijdens de protesten om de gewonden te helpen; nu al respecteert de politie de hulpdiensten niet terwijl die slachtoffers ter hulp komen. De wet verhoogt ook de straffen voor wie opgepakt wordt. En het maakt het haast onmogelijk om op publieke plaatsen barricades op te werpen, terwijl dit nu eenmaal een onderdeel is van de dissidentie, vindt de jonge militante. ‘Hoe moeten we bij de achterban onze houding nu gaan uitleggen?’ vraagt ze zich vertwijfeld af.
Het feit dat het Frente Amplio deze wet mee heeft goedgekeurd, was voor de links-ecologische Humanistische Partij (PH) een van de redenen om de coalitie te verlaten.
Anderen, ook binnen RD, zijn van mening dat er een duidelijk onderscheid moet worden gemaakt tussen vandalisme en geweld enerzijds, en protesten anderzijds.
![© Alma De Walsche](//images.mo.be/sites/default/files/styles/portrait/public/field/image/62845_125453_BvXurW.jpg?itok=8IiCsqds " Francisca Gallegos (centraal op de foto), bij de uitvoering van "el violador". links van haar staat haar moeder Ana Maria.")
Francisca Gallegos (centraal op de foto), bij de uitvoering van “el violador”. links van haar staat haar moeder Ana Maria.
© Alma De Walsche
Ook links moet het geweld ernstig nemen
Patricio Fernández, hoofdredacteur van het progressieve weekblad The Clinic en eveneens militant in het Frente Amplio voor Revolución Democrática, staat helemaal achter de wet tegen de plunderingen. ‘Het thema van de veiligheid kan nauwelijks onderschat worden en ook links moet dit thema ernstig nemen. De mensen die nu op het Plein voor de Waardigheid geweld gebruiken, behoren tot een heel andere sociologische groep dan bij het begin van de protesten. Toen had 92 procent van de mensen die opgepakt werden, geen criminele precedenten. Nu heeft 60 procent van wie opgepakt wordt, dat wel. Bij de plundertochten op de supermarkten zijn drugsdealers actief die hun territoria afbakenen en die baat hebben bij chaos.’
‘De laatste tijd worden ook systematisch politiecommisariaten aangevallen. Daar moet tegen opgetreden worden want anders gaan mensen vrágen om militairen op straat. Zo is Bolsonaro in Brazilië aan de macht gekomen. In Centraal-Amerika en in Mexico vertrekken mensen, omwille van armoede maar nog meer omwille van de onveiligheid. We bevinden ons hier op de rand van zo’n situatie en daarom is het belangrijk dat ook links de plunderingen en het geweld veroordeelt. Wij, progressieve politici, staan voor democratie en sociale hervormingen, maar niet via plunderingen en geweld.’
‘Intussen verliest de politie haar legitimiteit en haar prestige en ook dat is gevaarlijk. Want je kan geen democratie overeind houden zonder dat iemand de publieke orde bewaakt. Als de politie die niet opneemt, nemen malafiede groepen die taak op zich. En dat kan ook in Chili gebeuren, vooral in de armere wijken.’
Er staat heel veel op het spel, beklemtoont Fernández nog eens voor hij afscheid neemt om naar een vergadering te gaan. ‘We hebben hier een uitbarsting gezien van hoop, en een van barbarij. Een uitbarsting van beschaving en tegelijk van ontworteling.
Van poëtische dromen over een betere samenleving en van vandalisme en agressie.
Dit proces heeft nood aan heel veel generositeit van alle partijen, van heel veel empathie. En wellicht komen we dan uit bij een centrum-democratische formatie en dat zou al heel veel zijn. Sommigen doen hierover alsof dit een futiliteit is maar ik zou dit al een buitengewoon resultaat vinden.’
**
Deel 2: Het Chileense model van de Chicagoboys: ‘Wat in Chili vandaag gebeurt, moet een waarschuwing zijn aan ieder land in de wereld dat nog meer neoliberalisme wil.’
Deel 3: Bouwen aan een nieuwe grondwet. ‘Niet de economie is het probleem, maar de politiek.’