Windenergie krijgt wind van voren in Colombia

Reportage

Colombia: een groen eldorado met een donker randje

Windenergie krijgt wind van voren in Colombia

Colombia staat voor een totale energietransitie. Het Zuid-Amerikaanse land trekt resoluut de kaart van hernieuwbare energiebronnen. Op het winderige schiereiland La Guajira, woonplaats van de Wayuu-gemeenschap, gaat dat niet zonder slag of stoot.

Op het Colombiaanse schiereiland La Guajira willen investeerders tientallen windparken bouwen, die de komende maanden en jaren operationeel zullen worden. Met zijn constante, krachtige wind lijkt La Guajira er de uitgelezen plek voor. Toch is niet iedereen even opgetogen over de plannen, en al zeker niet de 400.000 Wayuu die in het gebied wonen. Hun departement wordt al decennialang verwaarloosd en is het armste van het hele land.

De energiebedrijven vinden dat de Wayuu, de oorspronkelijke bewoners van het schiereiland, deze kans moeten grijpen om zo mee op te stoten in de vaart der volkeren. Het zou de perfecte hefboom zijn voor welvaart en ontwikkeling, klinkt het. Maar is dat ook zo? In realiteit maken de bedrijven handig misbruik van de armoede in het departement. Hun beloftes van materiële voordelen leggen bovendien de kiem voor conflicten, die niet zelden uitmonden in geweld.

‘Het land geeft ons voedsel, het is de rustplaats van onze voorouders. Dit land is onze identiteit.’
Rita Velázquez (Wayuu-autoriteit)

De regering, onder leiding van de voormalige linkse guerrillero Gustavo Petro, ziet zich inmiddels in een tweespalt gewrongen. Net zoals de vorige regeringen wil ze werk maken van de energietransitie.

Het grote verschil is dat Petro (en vooral diens vicepresidente Francia Marquez) in zijn campagne expliciet de steun vroeg (én kreeg) van de ‘uitgesloten, gemarginaliseerde, geracialiseerde en vergeten Colombianen’.

Tot die groep behoren ontegensprekelijk ook de Wayuu. Slagen Petro en Marquez erin om de energietransitie te voltooien mét respect voor de rechten van deze kwetsbare gemeenschap?

Het land is heilig

Op enkele kilometers afstand van de toeristische hotspot Cabo de la Vela ligt Jepirachi, La Guajira’s eerste windpark. Twintig jaar geleden lanceerde het Colombiaanse bedrijf Energías Públicas de Medellín het als een pioniersproject.

In de schaduw van het windpark ligt het dorp Casi Wolin. De bewoners, de kleurrijke Wayuu, zijn gesteld op hun persoonlijke ruimte: hun eenvoudige huisjes liggen dikwijls op honderden meters afstand van elkaar. Ze hoeden geiten en telen wat het land opbrengt. En dat is meer dan wat de dorre vlakte op het eerste gezicht doet uitschijnen.

‘Dit land is onze rijkdom’, klinkt het bij Rita Velázquez, een Wayuu-autoriteit. ‘Het land geeft ons voedsel, de planten gebruiken we als geneesmiddel. Het is de rustplaats van onze voorouders. Dit land is onze identiteit.’

Met lede ogen ziet Velázquez aan hoe energiebedrijven hun plannen steeds meer ontvouwen. Want ook in de nabije omgeving staan verschillende nieuwe windparken op de planning. Velázquez, en met haar vele Wayuu, vrezen dat het land waarvan ze leven en waaraan ze hun identiteit ontlenen, gefragmenteerd zal raken. Stel je maar eens voor: moeten de Wayuu binnenkort toegang vragen om te reizen door hun eigen land?

Bovendien houden de bedrijven er een andere kijk op na en dat zorgt voor conflict, ziet Velázquez: ‘Ze beschouwen de wind als een economische kans. Wayuu zien daarentegen niet één soort wind, maar verschillende soorten. Voor ons zijn het levende wezens met elk een eigen karakter.’

Dat het bedrijf EPM de inheemse naam voor een van deze windsoorten, de Jepirachi, gebruikte voor zijn eerste windpark, vindt Velázquez op zijn minst een geval van culturele toe-eigening.

Lokale inspraak

Volgens Camilo Paz, directeur van het gerenommeerde Colombiaanse onderzoeksinstituut Indepaz, eigenen bedrijven zich wel meerdere zaken onrechtmatig toe. ‘Ze maken aanspraak op land dat niet van hen is. Het is toch maar een woestenij, redeneren ze.’ Paz noemt dit een vorm van ‘groen extractivisme’, de ongebreidelde ontginning van de bodem.

Hij benadrukt dat bedrijven volgens de Colombiaanse wet eerst in dialoog moeten gaan met de inheemse gemeenschappen voordat ze projecten uitvoeren die een impact op hen kunnen hebben. Alleen, zegt hij, komt in de praktijk weinig in huis van die voorafgaande consultatierondes.

Hoe het dan beter kan? Paz ziet een oplossing in een democratisch, coöperatief model. Precies dat model zegt ook de regering-Petro verder te willen onderzoeken: publiek-private samenwerkingen, waarbij lokale gemeenschappen aandeelhouders worden van energieprojecten.

Maar hoe graag Petro zich ook uitspreekt over het thema en verschillende Wayuu-gemeenschappen al persoonlijk bezocht, de eerste actie voor zo’n coöperatief model begon met een valse noot. In juli 2023 kondigde het bedrijf EPM aan dat het Jepirachi-windpark zou worden overgedragen aan Casi Wolin en enkele omliggende dorpen.

‘De regering zet enerzijds de deur open voor dialoog met de inheemse gemeenschappen, maar anderzijds is er niets veranderd in haar houding tegenover de bedrijven.’
Camilo Paz (onderzoekscentrum Indepaz)

Ngo’s en onderzoeksinstituten als Indepaz stelden zich vragen bij die overdracht, maar onthaalden het nieuws niettemin enthousiast. Tot op 2 oktober plots het bericht kwam dat het windpark alsnog zou worden afgebroken.

Als reden verwees EPM naar strengere normen, waaraan het twintig jaar oude park niet meer zou voldoen. Wou het bedrijf zich over de ruggen van de Wayuu onttrekken aan de verantwoordelijkheid voor zijn afgeschreven rommel?

De Wayuu zelf vielen in elk geval uit de lucht: van de beide beslissingen werden ze niet rechtstreeks op de hoogte gebracht. Ze moesten ze via de media vernemen.

Het is vooralsnog niet duidelijk of de regering nieuwe coöperatieve projecten heeft gepland. Verschillende verzoeken om een interview bij de betrokken senator Martha Peralta Epieyú en bij het ministerie van Mijnen en Energie bleven onbeantwoord. Intussen zijn er al verschillende andere parken in aanbouw.Vele andere zitten nog in de planningsfase.

Joanna Barney, een collega van Camilo Paz bij Indepaz: ‘De regering spreekt met een gespleten tong. Ze zet enerzijds de deur open voor dialoog met de inheemse gemeenschappen, maar anderzijds is er niets veranderd in haar houding tegenover de bedrijven.’

Materiële voordelen

Voorlopig lijkt het dus van de energiebedrijven zelf af te hangen, in welke mate zij hun contacten met de Wayuu-gemeenschap onderhouden. Diego Patrón is beheerder van AES Colombia, een bedrijf dat verschillende windparken gepland heeft. Vanuit zijn kantoor in de provinciehoofdstad Uribia argumenteert hij dat de Wayuu de energiebedrijven moeten aangrijpen om hun verpauperde regio te ontwikkelen.

Patróns visie vertaalt zich alvast in de bedrijfscommunicatie. Op glossy affiches zijn gelukkige Wayuu te zien, die hun geiten hoeden onder de windmolens. Patron benadrukt graag hoeveel moeite zijn bedrijf heeft gestoken in de voorafgaande consultatierondes. Toch blijft het gissen naar het precieze voordeel dat de betrokken Wayuu zouden hebben, mochten ze met AES Colombia in zee gaan.

‘De grootste uitdaging is dat de Wayuu in clans zijn verdeeld. Elk van die clans zoekt zijn eigen voordelen, en niet zelden ten koste van elkaar.’
Ana Maria Sandoval (antropologe)

Op hun websites pronken de bedrijven graag met hoe goed ze lokaal ingebed zijn. Ze schermen lustig met de voordelen die hun komst zou hebben voor de Wayuu. Maar als die voordelen ergens zichtbaar moeten zijn, dan toch in Casi Wolin, waar EPM al twintig jaar actief is? Niets is minder waar.

Destijds bouwde EPM een ontziltingsmachine. Ook kregen de Wayuu van Casi Wolin geld in ruil voor het gebruik van hun grond. Zo’n ontziltingsmachine is niet onaardig: water is een groot probleem in het woestijnachtige La Guajira. Met de machine kunnen de dorpelingen zeewater filteren tot drinkwater.

Ana Maria Sandoval werkt als antropologe voor EPM. In die hoedanigheid reist ze regelmatig door de regio om de contacten met de gemeenschappen te onderhouden. ‘De grootste uitdaging is dat de Wayuu in clans zijn verdeeld. Elk van die clans zoekt zijn eigen voordelen, en niet zelden ten koste van elkaar.’

Van die realiteit lijken de bedrijven handig gebruik te maken. Ze beginnen te ‘shoppen’ in hun contacten met de verschillende Wayuu-clans. Als één clan niet wil onderhandelen of niet tevreden is met de voorwaarden, stappen ze gewoon naar de naburige clan.

‘Wettelijk gezien voldoen ze dan aan de voorafgaande consultatie_,_ maar in de praktijk zaaien ze alleen verdeling en onrust in de regio’, zegt ook Joanna Barney van Indepaz.

In verschillende Wayuu-dorpen kwam het al tot gewelddadige confrontaties tussen bewoners. Onder meer in het dorp Topia viel een dode, nadat het betrokken energiebedrijf lokale clans tegen elkaar had uitgespeeld.

Kruimels

Behalve dat de bedrijven conflicten uitlokken, is er nog iets fundamentelers aan de hand. José Silva, directeur van de lokale ngo Nación Wayuu, ziet tot zijn ontsteltenis hoe bedrijven karrenvrachten dollars investeren in het gebied, terwijl de oorspronkelijke bewoners zich tevreden moeten stellen met de schamele kruimels die van tafel vallen. ‘Kijk eens rond als je door La Guajira rijdt? Wat zie je niet?’, vraagt Silva retorisch.

‘De windmolens zullen werkgelegenheid creëren, wordt beweerd. Maar als zo’n park er eenmaal staat, is er amper werk aan.
José Silva (ngo Nación Wayuu)

Onder de hoge windmolens, die energie opwekken voor heel Colombia, zijn de Wayuu-dorpjes paradoxaal genoeg zelf verstoken van energie. Zelfs in het toeristische Cabo de la Vela wordt het, als de avond eenmaal is gevallen, behelpen met kaarslicht. Slechts hier en daar ronkt een generator. De quickest win, namelijk duurzame energie-infrastructuur voor de regio, ligt zelfs niet op tafel.

‘De windmolens zullen werkgelegenheid creëren, wordt beweerd. Maar als zo’n park er eenmaal staat, is er amper werk aan. Zelfs voor de aanbouw worden de Wayuu amper ingehuurd. Wil je voor zo’n bedrijf zelfs maar als chauffeur werken, dan vragen ze naar je rijbewijs. Dat heeft niemand hier, en dat weten ze donders goed. Ze vertrouwen ons gewoon niet, die westerlingen’, klinkt het bij Silva.

Zelf gebruikt de directeur het woord arijuna, wat ‘hij die problemen brengt’ betekent in de lokale taal Wayuunaiki. Intussen is het woord gemeengoed geworden voor iedereen die geen Wayuu is, inclusief Colombianen.

En wat dan met de giften, waar bedrijven als EPM zo graag mee schermen? ‘Die zijn er, ja’, zo stelt ook Silva. ‘EPM gaf een ontziltingsmachine cadeau aan het dorp Casi Wolin. Maar vergelijk dat eens met wat het bedrijf hier al twintig jaar aan het verdienen is? Hebben wij daarvoor ons land opgegeven?’

Een wind van verandering

Samen met Thomas Ceulemans maakte auteur Arne Gillis voor Vranckx en de nomaden de documentaire Een wind van verandering over de windkoorts in La Guajira.

Deze reportage is (licht ingekort) verschenen in het winternummer van MO*magazine. Vind je dit artikel waardevol? Word dan proMO* voor slechts 4,60 euro per maand en help ons dit journalistieke project mogelijk maken, zonder betaalmuur, voor iedereen. Als proMO* ontvang je het magazine in je brievenbus én geniet je tal van andere voordelen.