Massale uittocht uit het op één na meest corrupte land van het Amerikaanse continent
‘Verdienen Nicaraguanen geen mooi toekomstperspectief?’
De exodus die de herverkiezing van de Nicaraguaanse president Daniel Ortega in november vorig jaar op gang bracht blijft duren. Een tiende van de inwoners van Nicaragua leeft intussen in het buitenland, voornamelijk in buurland Costa Rica. Maar daar raakt het migratiesysteem stilaan verzadigd.
© Arnaud De Decker
De herverkiezing van de Nicaraguaanse president Daniel Ortega in november vorig jaar stimuleert een verdere exodus van de bevolking. Een tiende van de inwoners van Nicaragua leeft intussen in het buitenland. De meesten steken de grens over met buurland Costa Rica, bakermat van stabiliteit in de regio, maar daar raakt het migratiesysteem stilaan verzadigd en loert de marginaliteit meer dan ooit om de hoek.
Het is zaterdagmiddag. De zon, hoewel verscholen achter dreigende wolken, is genadeloos.
‘Opgepast, daar komen mensen aan, maak jullie klaar’, beveelt Jorge (37) drie tieners die bengelen in een hangmat. De twee jongens en het meisje springen uit het zeildoek, trekken hun slippers aan en reppen zich in de richting van de schaduwen in de verte.
Een familie, zo blijkt: een man, een vrouw en twee kinderen. Ze zijn zwaarbeladen, doorweekt en wringen zich een weg door de laatste meters die ze van Costa Rica scheiden, dwars door de jungle.
De familie komt uit Veracruz, een dorpje op 10 kilometer van hoofdstad Managua in buurland Nicaragua. Na een tocht van goed 7 uur – deels te voet, deels op krakkemikkige motorfietsen – steken ze hier de grens over met Costa Rica, illegaal.
‘De politie tuurde al enkele dagen voor ons huis. Het was vertrekken of ik zat nu ongetwijfeld in de gevangenis.’
‘We hebben lang getwijfeld of dit wel de juiste beslissing was’, zegt vader en politiek activist Antonio Guteres (60), terwijl de drie tieners alle hebben en houwen van de familie overnemen. ‘Maar we hadden geen andere keuze. We konden niet langer in het land blijven, dat kon ik mijn familie niet aandoen. De politie tuurde al enkele dagen voor ons huis. Het was vertrekken of ik zat nu ongetwijfeld in de gevangenis.’
De tocht is voor de familie Guteres nog niet voorbij. ‘Maar we zijn uitgeput. Kijk maar, mijn kinderen staan nog amper op hun benen.’ De smokkelaar knikt meelevend en gunt de familie een halfuur respijt.
Naast de aanzienlijke risico’s die de oversteek met zich meebrengt – het is een helse tocht door de ongerepte natuur – is het ook nog eens peperduur. Ongeveer 200 dollar per persoon moet je ervoor neertellen. Een fortuin voor de straatarme bevolking in Nicaragua waar volgens de VN-Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) 1,3 miljoen mensen ondervoed is.
‘En je hebt niet eens een garantie op slagen’, zegt smokkelaar Jorge. ‘We liepen verschillende grensbewakers tegen het lijf,’ staat Antonio hem bij. ‘Het scheelde niet veel of ze hadden ons te pakken.’
Mensensmokkelaars aan de grens tussen Costa Rica en Nicaragua
© Arnaud De Decker
Emigratiegolf
Sinds 2018 woedt in Nicaragua een humanitaire crisis. Een hervorming van de sociale zekerheid en het pensioenstelsel leidde tot een ware volksopstand tegen president Daniel Ortega (76) en zijn vrouw. Gewapende groepen onderdrukten de protesten hardhandig, meer dan 300 mensen lieten het leven tijdens bloedige demonstraties.
Door zich aan de oversteek naar Costa Rica te wagen treden Antonio en zijn gezin in de voetsporen van duizenden families die sinds 2018 vertrokken. Want de humanitaire crisis zorgde voor een massale emigratiegolf.
Volgens de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) leven meer dan 718.000 Nicaraguanen in het buitenland. Op een totale bevolking van 6,6 miljoen is dat goed 10%, en dat aantal blijft stijgen.
Op 7 november vorig jaar won Ortega, aan de macht sinds 2007, opnieuw de verkiezingen in “zijn” land. Maar de winnaar stond al van tevoren vast. Ortega, nog steeds bijgestaan door zijn echtgenote en vicepresident Rosario Murillo, liet in de aanloop naar die verkiezingen maar liefst 159 politieke persoonlijkheden opsluiten, waaronder 7 andere presidentskandidaten. De oppositie had geen schijn van kans.
Offensief van de staat
Journalisten en activisten werden de mond gesnoerd. Tijdens een inval op oppositiekrant La Prensa, de enige krant in het land met een gedrukte editie sinds de sluiting van een andere oppositiekrant in 2019, werden journalisten opgepakt en beschuldigd van ‘douanefraude en het witwassen van geld’. De kantoren stonden wekenlang onder politiebewaking.
De Amerikaanse president Joe Biden noemde de verkiezing een ‘pantomime’ en internationale mensenrechtenorganisaties omschrijven Nicaragua al langer als openlijk dictatoriaal.
Ook bij de Europese Commissie is men bijzonder kritisch: de hoge vertegenwoordiger voor buitenlands beleid, Josep Borrell, hekelde het ‘autocratische regime’ in Managua. De presidentsverkiezingen verliepen ‘zonder democratische garanties’, zei hij daags nadat de verkiezingsuitslagen bekend raakten.
Nicaragua is het meest corrupte land van Centraal-Amerika en het op één na meest corrupte van het Amerikaanse continent.
In januari vaardigde de Raad van de Europese Unie nieuwe sancties uit tegen familieleden van de president voor ernstige schendingen van de mensenrechten, verkiezingsfraude en ondermijning van de democratie en de rechtsstaat.
In de Corruption Perceptions Index van Transparency International, bengelt Nicaragua zelfs helemaal onderaan de corruptielijst en deelt het samen met onder andere Haïti en Soedan de 164ste plaats in de lijst van 180 onderzochte landen. Het is daarmee het meest corrupte land van Centraal-Amerika en het op een na meest corrupte van het Amerikaanse continent. Enkel Venezuela scoort slechter.
Zwitserland der Amerika’s
De keuze voor Costa Rica is voor veel Nicaraguanen voor de hand liggend. Dat hoeft niet te verbazen, want de aantrekkingskracht van het Midden-Amerikaanse land is erg groot.
Het is in veel opzichten een buitenbeentje in de regio. Zo investeert de centrumlinkse regering van president Carlos Alvarado er massaal in onderwijs, gezondheidszorg en andere publieke voorzieningen als telefonie en internet en heeft het de reputatie asielzoekers met open armen te verwelkomen.
Costa Rica is een baken van stabiliteit vergeleken met andere landen in de regio.
Ook op vlak van duurzaamheid is Costa Rica, dat wel eens het “Zwitserland der Amerika’s” wordt genoemd, een voortrekker. Het land mocht in 2019 nog de hoogste milieuprijs van de Verenigde Naties in ontvangst nemen. Het is bovendien een baken van stabiliteit vergeleken met andere landen in de regio.
‘Vroeger was het profiel van de Nicaraguaanse migrant in Costa Rica puur economisch. Het ging om boeren of bouwvakkers. Maar sinds de crisis van 2018 in Nicaragua zijn de motieven vaker politiek en komen ook studenten, journalisten, activisten en zelfs artsen en leraren er massaal bij’, legt Gonzalo Carrion uit bij een kop koffie in San José. Hij is lid van Nicaragua Nunca Plus, een ngo die de rechten van Nicaraguaanse migranten in Costa Rica bewaakt.
Onder de radar
Na de pauze, temidden van de Costa Ricaanse jungle, springen Antonio en de zijnen samen met smokkelaar Jorge in een bouwvallige bestelwagen die hen naar een busstation brengt op de hoofdweg, vlakbij het officiële grenspunt in Peñas Blancas. Die route – net als alle andere officiële oversteekpunten – bleef een jaar lang dicht om een verdere verspreiding van het coronavirus tegen te gaan.
Vandaag zijn de grenzen weer open maar worden die grenspunten nog altijd steevast gemeden. Niet alleen omwille van de administratieve rompslomp, maar ook omdat een negatieve covid-test nog steeds verplicht is om de grens over te steken.
‘Die zijn onbetaalbaar’, verdedigt Antonio zijn keuze. Veel Nicaraguanen verkiezen bovendien een illegale oversteek omdat ze zo onder de radar van de staat kunnen blijven.
‘Steeds meer Nicaraguanen zien hun vrijheid en leven bedreigd en kiezen noodgedwongen voor ballingschap.’
De landschappen tijdens de korte rit naar de hoofdweg zijn idyllisch en verraden een fractie van de prachtige natuur die Costa Rica te bieden heeft: exotische fruitbomen domineren het vergezicht en in de verte hullen bergtoppen en vulkanen zich in het groen.
Plots remt de auto fel. Jorge draait het stuur kordaat om en we vliegen de bossen in. Uit zijn walkietalkie knarst een onduidelijke stem in een Spaans dialect. ‘De politie patrouilleert. Bukken!’ fulmineert Jorge, duidelijk gespannen. ‘Ik wil geen woord meer horen.’
Het tafereel duurt om en bij de twintig minuten maar voelt aan als een eeuwigheid. Als de politie de familie vindt, worden ze stante pede teruggestuurd naar Nicaragua. Jorge riskeert een celstraf. Maar de weg is weer vrij en we rijden door richting het busstation.
Parallelle wereld
Vanuit Peñas Blancas is het nog eens twee uur rijden naar grensstad Liberia waar de familie bij valavond zal toekomen en ook de nacht zal doorbrengen. Het is de aankomststad bij uitstek voor Nicaraguanen die de oversteek naar Costa Rica maken.
Het land kampt met een achterstand van meer dan 89.000 onopgeloste asielaanvragen. Toch blijven families massaal toestromen.
Een groot deel van de economische activiteit in de stad is hierop gericht – inclusief twee rechtstreekse buslijnen per dag naar hoofdstad San José, de eindbestemming van familie Guteres. Een rit van 200 kilometer die makkelijk een volledige dag in beslag neemt.
Volgens Gonzalo Carrion bestaat er geen twijfel dat de repressie in Nicaragua de oorzaak is van recente de uittocht: ‘Nicaragua is een politiestaat met onophoudelijke onderdrukking van eenieder die zich verzet tegen het schrikbewind van de Ortega’s. Steeds meer Nicaraguanen zien hun vrijheid en leven bedreigd en kiezen noodgedwongen voor ballingschap.’
Maar de vele vluchtelingen die de grens met Costa Rica oversteken op zoek naar een beter leven stuiten steeds meer op de harde realiteit. Het land kampt met een achterstand van meer dan 89.000 onopgeloste asielaanvragen.
Toch blijven families massaal toestromen, vaak legaal, maar een groot deel ook via schemerige netwerken waar mensensmokkelaars schaamteloos de plak zwaaien. ‘Dat maakt dat ze uiteindelijk illegaal in het land verblijven en in een parallelle wereld terechtkomen zonder al te veel uitzicht op verbetering’, aldus Carrion.
Little Managua
Die parallelle wereld is goed zichtbaar in de buitenwijken van hoofdstad San José. Op zondag – marktdag in La Carpio, een achterbuurt van de hoofdstad – spreken we af met Angélo Ruiz (62). Hij vluchtte samen met zijn vrouw en drie kinderen uit het Nicaraguaanse platteland in november 2018 en kwam hier terecht, in een der grootste migrantennederzetting van heel Centraal-Amerika.
Angélo Ruiz (62) leeft met zijn familie in een bouwvallig huis in La Carpio, een achterbuurt van San José.
© Arnaud De Decker
De wijk – die ook wel Little Managua wordt genoemd – heeft zich doorheen de jaren ontwikkeld tot dé aankomstplek voor Nicaraguaanse migranten. Ongeveer 25.000 Nicaraguanen wonen hier, samengehokt op een totale oppervlakte van slechts 23 vierkante kilometer in bouwvallige hutten gemaakt uit oude gipsplaten.
‘We zouden ons moeten verenigen, maar neen, hier is het is ieder voor zich.’
Muziek knalt uit de megafoons van de vele straatverkopers. ‘Hier voel ik me thuis,’ zegt Angélo, terwijl hij rondkijkt tussen kraampjes waar groenten, tortilla’s en fritangas worden verkocht.
‘Het enige wat radicaal verschilt met mijn geboortestad is de samenhorigheid, de solidariteit, die zijn hier nagenoeg onbestaand. Vergis je niet, het leven hier is zwaar,’ zegt hij. ‘Er gelden geen regels. De politie komt hier amper waardoor drugbendes conflicten op straat uitvechten. Mensen worden vermoord.’
Hij wijst naar het kruispunt waar hij een week eerder op klaarlichte dag een schietpartij zag. ‘De drugs zijn overal en verdelen onze gemeenschap. Wat een schande. We zouden ons moeten verenigen, maar neen, hier is het is ieder voor zich.’
Het kruispunt waar Angélo Ruiz een week eerder op klaarlichte dag een schietpartij zag.
© Arnaud De Decker
Xenofobie
Hoewel Costa Rica een beleid handhaaft dat openstaat voor asielzoekers en andere migranten, worden nieuwkomers vaak geconfronteerd met sociale uitsluiting, discriminatie en stigmatisering. ‘De vijandigheid is van oudsher prominent aanwezig tussen de Costa Ricanen en de Nicaraguanen’, stelt een rapport van het Migration Policy Institute.
Vooral sinds 2018 lijken die spanningen opnieuw aangewakkerd. Te midden van een groeiende instroom van asielzoekers marcheerden in augustus van dat jaar duizenden Costa Ricanen naar een park in San José dat bekend staat als een ontmoetingsplaats voor Nicaraguanen. ‘Overal weerklonken racistische en xenofobische liedjes’, herinnert Angélo zich.
Die mars, beschreven als de eerste anti-immigrantenbijeenkomst in de moderne geschiedenis van Costa Rica, verbaasde de wereld en leek in strijd met de populaire perceptie van het gastvrije land.
Volgens Angélo bleven de spanningen vanaf dat moment toenemen en werden die zelfs nog verergerd door de coronacrisis. Terwijl Costa Rica goed in staat was om de besmettingen tijdens de eerste golf onder controle te houden, nam de Nicaraguaanse regering de maatregelen niet al te serieus. Toen de besmettingen vervolgens tijdens de tweede golf ook in Costa Rica de pan uit rezen, gaven velen de Nicaraguanen de schuld.
Huidskleur en accent
De discriminaties sijpelen door tot het onderwijssysteem in Costa Rica en zelfs verder tot op de arbeidsmarkt. ‘Nicaraguaanse leerlingen krijgen te maken met sociale uitsluiting en pesterijen, vanwege hun accent of hun huidskleur,’ schrijft onderzoekster Mariá Jesús Mora, die de relaties tussen Nicaraguanen en Costa Ricanen onder de loep nam.
‘In schoolomgevingen blijven pejoratieve grappen, opmerkingen en graffiti tegen Nicaraguanen vaak onbestraft, of ze worden door leerkrachten zelf in stand gehouden.’ Uit een onderzoek uit 2018 blijkt dat bijna 60% van de leerlingen met roots in Nicaragua zich afgewezen voelt, vergeleken met slechts 9% van de Costa Ricanen.
Hetzelfde geldt op de werkvloer. Angélo, die aanvankelijk als verkoper aan de slag kon in San José, werd ontslagen nadat hij het vertrouwen van klanten verloor en deals misliep door zijn accent en meer donkere huidskleur. ‘Mijn baas merkte het probleem relatief snel op en besloot mij de laan uit te sturen.’
Volgens Mariá Jesús Mora werpen de ervaringen van Nicaraguaanse migranten licht op duidelijke maar ook moeilijk meetbare obstakels die een verdere integratie belemmeren. ‘Het probleem is niet nieuw en zal in de toekomst alleen maar groter worden’, stelt ze.
Officieel zijn de wettelijke kaders van Costa Rica genereus wat betreft de toegang van migranten en asielzoekers tot onderwijs en de arbeidsmarkt. ‘Maar de statistieken geven geen volledig beeld van hoe Nicaraguanen en andere migranten de realiteit percipiëren. De overheid zou haar beleid moeten uitbreiden met strategieën rond sociale cohesie om de almaar groeiende groep Nicaraguanen eerlijke kansen te bieden op school en op de arbeidsmarkt. Waarom hebben zij geen recht op een mooi toekomstperspectief?’
Deze reportage kwam tot stand met de steun van het Fonds Pascal Decroos voor Bijzondere Journalistiek.