‘Er is geen dekolonisatie, het koloniale fundament is hetzelfde gebleven’

Reportage

Kunstenfestivals Dansand! en SOKL gaan het gesprek over het kolonialisme aan

‘Er is geen dekolonisatie, het koloniale fundament is hetzelfde gebleven’

Een wit doek ontnam het standbeeld van koning Leopold II tijdelijk het zicht op “zijn” Oostende voor het festival Dansand! ‘Wat betekent het om de koning van de sokkel te stoten? En waarmee vervangen we hem?’
Een wit doek ontnam het standbeeld van koning Leopold II tijdelijk het zicht op “zijn” Oostende voor het festival Dansand! ‘Wat betekent het om de koning van de sokkel te stoten? En waarmee vervangen we hem?’

Joachim Hoste

11 juli 2023

Twee kunstenfestivals in Oostende openden onlangs het gesprek met artiesten over de koloniale publieke ruimte. Valt Leopold II bijna 115 jaar na zijn dood eindelijk van zijn sokkel?

De publieke ruimte in Oostende is al even onderwerp van discussie. Je kan er onmogelijk naast het gigantische ruiterstandbeeld van koning Leopold II aan de zeedijk kijken.

Dansand!, het tweejaarlijkse festival voor dans en beweging in Oostende, greep die koloniale publieke ruimte dit jaar aan voor het programma van zijn 15de editie, van 30 juni tot 2 juli. Het organiseerde vele dansvoorstellingen vóór het koloniaal monument en op het sportstrand. Voor die gelegenheid mocht de koning geen koloniale trots uitstralen, en daarom ontnam een wit doek Leopold tijdelijk het zicht op “zijn” Oostende.

De beeldengroep is natuurlijk al langer betwist. In 2004 zaagde de actiegroep De Stoeten Ostendenoare de hand van een van de Congolezen uit de beeldengroep af. De actiegroep wil de hand pas teruggeven als het koningshuis zich excuseert voor het koloniaal verleden. Dat zei Piet Wittevrongel, lid van de actiegroep, toen hij in 2019 tijdens een debatavond in Gent de hand nog eens bovenhaalde.

De stad Oostende levert intussen ook enkele inspanningen om met haar koloniale erfenis om te gaan. Ze plaatste infoborden bij het ruiterstandbeeld en maakte aan het Cardijnplein plaats voor een graffitimuur van Matthias Schoenaerts, waarin koning Leopold II onthoofd wordt afgebeeld — wat symbool moet staan voor ‘gevallen macht’.

Maar het is nog niet genoeg om de kritiek te stillen. Vorig jaar nog beschilderde de De Stoeten Ostendenoare het Leopold II-standbeeld met rode verf. Een duidelijke verwijzing naar de wandaden van Leopold II en de moorden en ander geweld dat gepleegd werd omwille van de rubberexploitatie.

Nkisi

De Congolese danseres Jolie Ngemi bracht op 30 juni, de dag van de Congolese onafhankelijkheid, haar voorstelling Nkisi op Dansand!. Ze groeide op in Kinshasa en volgde een opleiding aan de prestigieuze P.A.R.T.S.-dansschool in Brussel. Haar voorstelling maakte ze voor opvoering in een zaal, maar voor Dansand! bracht ze ze uitzonderlijk op het Oostendse strand.

‘Mensen denken dat het goed gaat in de wereld, maar dat is enkel schijn. Het koloniale fundament is hetzelfde gebleven.’ | © Joachim Hoste

Het was alsof ze het nooit anders had gedaan. Als bij een ritueel strooide ze zand over haar armen, liet ze de korrels wegwaaien met de wind en stampte ze stevig in het strand. Midden in de voorstelling stak ze fakkels aan, voor wie het strand en het uitzicht op zee nog niet genoeg sfeer zouden bieden.

Bovenal betrok ze het publiek opvallend vaak bij haar voorstelling. Nu eens begon ze met een toeschouwer te slowen, dan ging ze op iemands schoot zitten. De jongste toeschouwers helemaal vooraan kregen een plaats op strandhanddoeken.

Dat ze op het sportstrand stond en niet voor het ‘afschuwelijke’ standbeeld van koning Leopold danste, was geen toeval. Ngemi wil niet louter bij het kolonialisme blijven stilstaan. ‘Ik wil niet nóg meer de schijnwerper richten op de Belgen die zoveel vernietigden in Congo. Ze hebben al genoeg aandacht gekregen.’

‘Ik breng mijn voorstelling voor de nieuwe generatie, die niet beseft dat Congo al bestond, zichzelf was én rijk was vóór de Belgen. Onze voorouders waren intelligent, ze maakten maffe dingen’, vertelt ze aan MO*.

‘Nkisi beheersten de traditionele geneeskunde. Zij hebben enorm veel betekend voor de koning en voor Congo.’

Ze benadrukt haar Congolese roots aan de hand van de Nkisi waarnaar ze haar voorstelling vernoemde. Het begrip kan in het Lingala duiden op ‘medicijn’, ‘remedie’ of ‘hekserij’.

De term wordt in het Westen vooral gebruikt voor de spirituele beelden van het Kongo-volk. Nkisi waren voor hen geesten of de voorwerpen waarin die verbleven. Genezers gebruikten deze beelden en hun geesten onder meer om ziekten te bestrijden. Die genezers konden zowel mannelijk als vrouwelijk zijn.

Danseres Jolie Ngemi verwijst met ‘Nkisi’ ook naar die vrouwelijke genezers als sterke vrouwen. Ze beheersten de traditionele geneeskunde. Door vele ziektes te overwinnen hebben ze enorm veel betekend voor de koning en voor Congo.’

Taboes en angsten

Het was de Belgische kolonisator die de betekenis van het begrip ‘Nkisi’ veranderde, verduidelijkt Jolie Ngemi. ‘De generaties ná de komst van de Belgische kolonisatoren spraken over Nkisi-beelden als over hekserij. Maar vóór de Belgen kwamen, waren dit geen donkere zaken. De kolonisatoren namen ons onze kunst af en brachten ons Jezus Christus. Als we niet in hun God geloofden, zouden ze onze armen afhakken. Ze verjaagden onze cultuur en tradities uit de hoofden van onze betovergrootouders. ‘

63 jaar na de onafhankelijkheid is het belangrijk om daar eindelijk weer op een positieve manier mee om te gaan, vindt Ngemi. Dat doet ze in haar dansvoorstelling. ‘Het was onze cultuur. In Europese musea zie je oude dingen die als kunst gewaardeerd worden, maar ik kan niet aan mijn familie zeggen dat ik een stuk onder de naam Nkisi breng. De angsten en taboes zijn vanbinnen in de mensen gebleven.’

‘Mensen denken dat het goed gaat in de wereld, maar dat is enkel schijn. Het koloniale fundament is hetzelfde gebleven.’

Tijdens de voorstelling ligt een Nkisi-beeld samen met kaarsen op het strand. Door de koppige zeewind kon de danseres de kaars niet ontsteken. Maar Ngemi maakte van de Nkisi toch opnieuw iets van waar je creatief mee om kon gaan.

Nkisi is geen dekoloniaal stuk, zegt Ngemi. Ze gelooft ook niet in de dekolonisatie. ‘Er is nergens dekolonisatie. Ik verblijf in Zwitserland. De Zwitsers zeggen dat ze niet meededen aan de kolonisatie, maar ik heb er wel het vaakst racisme ondervonden. Dit jaar, in 2023, werd ik nog voor aap uitgescholden op het podium.’ Het is maar een van de vele racistische incidenten die ze meemaakte.

‘Mensen denken dat het goed gaat in de wereld, maar dat is enkel schijn. Het koloniale fundament is hetzelfde gebleven.’

© Joachim HosteEen beeld uit de performance “De Knoop” van Sara Oklobdzija: ‘We hebben onze weg uit de onderdrukking gedanst.’ | © Joachim Hoste

De knoop

Een grote, houten, lege sokkel aan de Drie Gapers trok van 9 juni tot 2 juli de aandacht. Het is een exacte replica van de sokkel van het Leopoldstandbeeld op het Brusselse Troonplein, een creatie van het dekoloniaal festival SOKL van het Belgisch-Congolese filmensemble Collectif Faire-Part.

‘Wat betekent het om de koning van de sokkel te stoten? En waarmee vervangen we hem?’

De lege sokkel moet de vraag stellen hoe we omgaan met koloniale beelden. ‘Wat betekent het om de koning van de sokkel te stoten? En waarmee vervangen we hem?’, vraagt Stephanie Collingwoode Williams, curatrice van SOKL.

Op het Dansand!-programma stond ook een andere SOKL-creatie: de performance De Knoop. De Brussels-Burkinese danser Koama Tierema verscheen tijdens de opvoering op de brug boven het Leopold II-standbeeld. Met touwen verstrengeld om hun lichaam riepen zijn Servische danspartner Vera Erac en hij het lijden dat het kolonialisme voortbracht op.

De Brussels-Servische doctoraatsonderzoekster en activistische kunstenares Sara Oklobdzija vervolledigde het drietal, waardoor de link met kolonialisme helemaal duidelijk werd. ‘Berlijn, 1884!’, riep zij door haar megafoon, verwijzend naar de koloniale conferentie in dat jaar, waarin Leopold II Congo-Vrijstaat als kolonie toegewezen kreeg.

De knoop staat vooral voor processen van dekolonisering. Dat is veel meer dan eenmalig het gezicht van koning Leopold bedekken’, vertelt kunstenares Sara Oklobdzija. ‘Het is een vorm van herinnering en herdenking. We hebben die herinnering in onze handen genomen en zijn door de knoop heen gegaan. We hebben onze weg uit de onderdrukking gedanst.’

Koloniale ketting

‘Werken en praten met Afrikanen is een trend, maar het is hypocriet’, vindt danseres Jolie Ngemi. Ze herinnert zich een cartoon met daarop twee boten. Op de ene boot zegt de Belgische koning dat Congo onafhankelijk is. Op de andere boot bedankt de Congolese president de koning en zegt die: ‘Nu zijn we vrij om te doen wat we willen.’ Maar de twee boten zijn aan elkaar vastgeketend. De ketting die de boten samenhoudt, is het kolonialisme.

‘Ze zeggen wel dat wij bevrijd zijn, maar de wereldwijde, illegale import van goud, diamanten en kobalt en koper voor smartphones gaat verder’, zegt Ngemi. ‘De terreur duurt verder in Oost-Congo (daar woedt een zwaar gewapend conflict, red.), waar alle mineralen zich bevinden.’

‘Elke vrouw die werkt, is voor mij een wonderwoman. Het gaat niet enkel over Congolese of zwarte vrouwen.’

Even voor Ngemi zelf haar dansvoorstelling aanvatte, voltrok zich alvast een symbolische verzetsdaad tegen die blijvende koloniale banden. Vera, Sara en Koama knipten op het slot van hun dans, De knoop, elk een stuk van een gigantische knoop van touwen af. Even later toverden ze plakkaten uit de lege sokkel tevoorschijn: ‘Un peuple qui dort est un peuple mort’, een volk dat slaapt is een dood volk.

‘Kunst moet ook politiek zijn’

Hoewel weinig gehoorde stemmen centraal stonden, was de kunst tijdens Dansand! en het SOKL-festival universeel. ‘Kunst moet ook politiek zijn om ons de weg vooruit te wijzen,’ zegt SOKL-curatrice Stephanie Collingwoode Williams.

© Joachim HosteJolie Ngemi: ‘Ik breng mijn voorstelling voor de nieuwe generatie, die niet beseft dat Congo al bestond, zichzelf was én rijk was vóór de Belgen. Onze voorouders waren intelligent, ze maakten maffe dingen.’ | © Joachim Hoste

Ook Ngemi geeft een universele invulling aan haar voorstelling Nkisi. ‘Nkisi zijn wonderwomen. Er is veel meer druk voor vrouwen. Elke vrouw die werkt, is voor mij een wonderwoman, het gaat niet enkel over Congolese of zwarte vrouwen.’

‘Als ik kijk naar alles wat ik als eenvoudige Congolese bereikt heb, ben ik een Nkisi. Ik danste in de straten en de getto’s van Kinshasa en drie jaar lang wist ik ‘s ochtends niet wat ik die dag zou eten.’