Malta blijft grijpen naar gevaarlijke en illegale maatregelen om migranten op zee tegen te houden
Migranten na foltering en gevangenschap in Libië: ‘Beter sterven op Middellandse Zee dan terugkeren’
De Maltese regering probeert koste wat het kost migranten op zee te houden — soms wekenlang — of terug te sturen naar Libië. Dat het land daarbij wetten, schendingen van de mensenrechten in Libië en menselijke drama’s negeert, lijkt een vervelende bijkomstigheid.
Vluchtelingen wachten voor de kust van Malta om toegelaten te worden op de Maersk Etienne, 4 augustus 2020. Pas 38 dagen later konden de opgeviste migranten overstappen naar een reddingsschip van een ngo en uiteindelijk aan land gaan in Sicilië.
© Reuters
De Maltese regering wil koste wat het kost migranten van over de Middellandse Zee tegenhouden. Het land houdt hen wekenlang vast op zee of stuurt hen terug naar Libië, een land waar hen mogelijk detentie, geweld, slavenarbeid of verkrachting wacht.
‘Elke ochtend, rond zeven, acht uur ‘s ochtends. Ze kwamen met grote stokken. Ze hingen mensen op, met hun voeten aan het plafond. Ze sloegen ons. Ik was zes maanden niet in staat om rond te lopen.’
Mohamad Hassan Ali praat langzaam. Hij springt van de hak op de tak: het zijn flashbacks van Libië die zijn verhaal steeds binnendringen. ‘Er zijn zo veel mensen gestorven. Door ziektes, uitputting, martelingen. Elke dag iemand anders. We huilden, we vroegen: “Kijk, deze man gaat sterven. Help hem!” “Dan is dat zo”, zeiden ze. “Laat hem maar sterven.”’
Wanneer we hem spreken, schuilt Hassan Ali voor de brandende zon op Malta, in de schaduw van een gebouw tegenover een open centrum voor asielzoekers in het stadje Marsa. Daar verblijft hij sinds maart.
‘De Libische militie die mij oppakte, wilde dat ik 8000 dollar betaalde. Dat kon ik niet. Ze zeiden: “Je blijft hier tot je sterft.”’
Voor die tijd zat hij twee jaar in Libië vast, zoals veel andere migranten. Een Libische militie had hem opgepakt toen hij in Libië aankwam vanuit Kenia, waar zijn vrouw en hij in een vluchtelingenkamp leefden.
Hassan Ali belandde “ondergronds”, zoals hij de plek noemt waar hij samen met meer dan tweehonderd andere migranten werd vastgehouden. ‘Ze vroegen 8000 dollar. Mijn familie in Somalië zou zo’n bedrag nooit bijeen kunnen sprokkelen, en mijn vrouw zit nog steeds in het kamp in Kenia. Toch wilden ze me niet geloven. Ze dachten dat ik loog. Dat ik familie heb in de Verenigde Staten of Europa. Ze zeiden: “Je blijft hier tot je sterft.”’
EU-landen sluiten deals met Libië
‘De bedragen die men migranten afperst variëren, afhankelijk van de nationaliteit en locatie van het detentiecentrum in Libië’, stelde het rapport The Political Economy of Migrant Detention in Libya van het Global Initiative Against Transnational Organized Crime eind 2019.
Migranten vasthouden in detentiecentra en inkomsten genereren door losgeld te eisen, dat begon tijdens het regime van oud-president Khadaffi. De gedetineerden moesten toen een boete en repatriëringskosten betalen. Toen de Eerste Libische Burgeroorlog uitbrak in 2011, vielen detentiecentra van de overheid in handen van de milities. Die profiteerden van de gelegenheid en persten er migranten af. De lucratieve business wordt tot op de dag van vandaag in stand gehouden.
Sinds 2017 is het aantal migranten in (zowel officiële als niet-officiële) detentiecentra toegenomen. Toen sloten Italië en Libië een overeenkomst over ontwikkelingssamenwerking, bestrijding van irreguliere migratie, mensenhandel, brandstofsmokkel en versterking van de grensbeveiliging. De Libische kustwacht kreeg meer bevoegdheden en begon meer migrantenboten tegen te houden.
Sinds deze zomer heeft ook Malta een officiële deal met Libië. De Maltese premier Robert Abela rekent op ‘een betere bescherming, minder mensensmokkel, minder criminele activiteiten en vooral minder verlies van levens’, zei hij begin juli nog bij een bezoek aan Libië.
De geheime onderhandelingen over de deal waren vorig jaar al bezig, zo onthulde het dagblad Times of Malta. De VN-Vluchtelingenorganisatie (UNHCR) vroeg toen om een verklaring, gezien de lange lijst van beschuldigingen tegen de Libische kustwacht: van schendingen van de mensenrechten, waaronder marteling, tot het belemmeren van vrijwillige reddingsoperaties en banden met smokkelbendes.
De Maltese regering rechtvaardigde de deal met Libië door te verwijzen naar het vergelijkbare akkoord tussen Libië en Italië.
Vijf dagen stuurloos op zee
Na anderhalf jaar gevangenschap werd Hassan Ali op een dag naar buiten gebracht. Hij was ervan overtuigd dat het zijn einde betekende. Maar hij werd gedwongen om te werken, op een veld. Een half jaar lang. ‘Daarna hebben ze me vijftig euro gegeven en op een boot geduwd’, een houten schip waarop Hassan Ali uiteindelijk meer dan 500 kilometer tussen Libië en Malta aflegde.
De boot kwam niet op de radar van de Libische kustwacht, maar er doken andere problemen op. ‘Er braken gevechten uit. We waren met 120 mensen, terwijl er ruimte voor 80 was. We hadden honger. Het water was op. We zaten in the middle of nowhere. We wisten niet waar we heen gingen. Zonder reddingsvesten. Met kinderen aan boord en zwangere vrouwen.’
Zo voeren de migranten op de houten boot vier dagen. ‘Je kon je benen geen seconde strekken. Als je naar het toilet moest, dan deed je het gewoon in de boot, zittend.’
Toen ze de Maltese binnenwateren bereikten, was de brandstof op. Ze dobberden rond op zee en wachtten. Vijf dagen lang. Drones zoemden boven hun hoofden. Uiteindelijk kwam er ‘een grote boot uit Malta’: de redding.
Weken wachten aan boord
De Maltese autoriteiten dralen regelmatig om toestemming geven aan de (commerciële) schepen met migranten aan boord om aan te meren in Maltese havens. ‘Mensen langdurig vasthouden op zee vergroot het trauma dat migranten opliepen tijdens de reis’, zegt Diana Tudorancea, uitvoerend directeur van de ngo Tama en psychologe. Al drie jaar ondersteunt ze de slachtoffers van seksueel en gendergerelateerd geweld in Malta.
Recent nog zaten 27 mensen vast op een Deense tanker, de Maersk Etienne. De Maltese regering had het schip op 4 augustus gevraagd om mensen in nood te redden die zich in de Maltese territoriale wateren bevonden. Maar de Maltese en de Deense regering talmden na de redding om een oplossing te vinden. Pas 38 dagen later konden de geredde migranten overstappen naar een reddingsschip van een ngo en uiteindelijk aan land gaan in Sicilië.
Een gelijkaardig verhaal was er in mei: toen duurde het langer dan een maand vóór 150 migranten het cruiseschip Captain Morgan mochten verlaten. Terwijl mensen aan boord zelfmoordpogingen en hongerstakingen ondernamen, onderhandelde de Maltese premier Robert Abela met de Europese Commissie over de voorwaarden voor relocatie in andere EU-lidstaten.
Uiteindelijk moest de Maltese premier de handdoek in de ring gooien. De officiële reden was de bedreiging van het leven van de bemanning. ‘Over de psychische toestand van migranten werd er geen woord gerept’, herinnert activist en blogger Emanuel Delia zich.
Trauma’s
‘Ean aantal mensen heeft tijdens hun reis naar Europa een posttraumatische stressstoornis (ook gekend als PTSD, red.) ontwikkeld. Voor hen is de ervaring op de boot waar ze op een beslissing van de autoriteiten wachten dezelfde als die op de boot waarvan ze gered zijn en waar ze bijna op stierven’, legt Tudorancea uit. ‘Ze zien geen verschil meer tussen de nieuwe bestemming en de hel waar ze van weggelopen zijn. Het verblijf op een boot is een trigger die het trauma voortdurend terug boven haalt.’
‘Bedankt. Ik apprecieer het dat je geluisterd hebt. Het helpt om hierover te praten.’
Europa draagt op deze manier bij aan het ontwikkelen van langdurige psychische aandoeningen bij migranten, volgens Tudorancea. ‘Tegelijkertijd wordt er verwacht dat die mensen gaan participeren in de samenleving. Maar PSTD kan een slopende ziekte zijn die, in combinatie met psychosociale problemen, kan leiden tot asociaal gedrag, een hoger niveau van hulpeloosheid, depressie en zelfs psychotische stoornissen. Dit kan een negatieve weerslag hebben op hun vermogen om te integreren.’
Psychologische hulp voor migranten met trauma’s is er in Malta nauwelijks. Hassan Ali moet zijn plan trekken. Hij herhaalt dat hij geluk had omdat hij niet dood ging, niet in Libië, niet op de Middellandse Zee.
Hassan Ali is asielzoeker en krijgt daardoor sinds kort financiële steun, 130 euro per maand. Hij haalt een bevestiging daarvan uit zijn zak. In de linkerbovenhoek van het document zie ik een foto die net na zijn aankomst in Malta is gemaakt. Een 24-jarige man met ingevallen gezicht, grijs haar, stoppels en holle wangen kijkt me aan. ‘Dank je’, zegt hij plots. ‘Ik apprecieer het dat je geluisterd hebt. Het helpt om hierover te praten.’
Geluk
Hassan Ali beschouwt het als geluk bij een ongeluk dat hij niet werd teruggebracht naar Libië. Want dat gebeurt, en een aantal van die zogeheten pushbacks zijn intussen goed gedocumenteerd. Het meest recente rapport van Amnesty International vermeldt zo’n pushback die in maart plaatsvond, in dezelfde periode dat Hassan Ali zijn reis ondernam.
Ook in maart vorig jaar probeerden de Maltese autoriteiten migranten terug te sturen naar Libië. Ze stelden die vraag toen aan de kapitein van de Turkse tanker El Hiblu 1. Die voerde de reddingsactie uit en zette koers richting Libië. Toen mensen aan boord van beseften dat de verlichte stad die ze zagen niet aan een Europese kust lag maar aan de Libische, brak er protest uit.
‘In een Libische gevangenis kan je verkrachting niet vermijden’, zegt een vrouw die deze poging tot illegale pushback meemaakte, in een korte film op de website van de actie Free El Hiblu 3.
Een andere man die gered werd vertelt: ‘Ze schieten in Libië mensen gewoon voor je ogen neer, en je kan niets doen. Het is beter om op zee te sterven dan terug te keren naar Libië, waar je wordt doodgeslagen. En als je het overleeft, dan zal ziekte je doden.’
De kapitein van El Hiblu 1 beloofde uiteindelijk om de mensen die hij redde naar Malta te brengen, zoals hij oorspronkelijk ook had aangekondigd. Maar de Maltese autoriteiten kregen een andere versie van de feiten te horen: de kapitein zou de controle over zijn schip verloren hebben, bij wat media en politici omschreven als een opstand van “piraten” en “ontvoerders”.
Doordat ze protesteerden tegen hun dreigende overbrenging naar Malta brachten drie jonge migranten van de El Hiblu 1 sindsdien acht maanden door in de gevangenis. De 15-jarige jongen uit Ivoorkust en twee jongens uit Guinee, 16 en 19 jaar oud, worden onder andere van terrorisme beschuldigd. Ze kunnen voor de rest van hun leven in een gevangenis belanden.
Malta blijft intussen grijpen naar gevaarlijke en illegale maatregelen om de komst van migranten over zee tegen te houden, koste wat het kost.