Vervangt soefisme het salafisme als dominante strekking in de mondiale islam?
Verweven mystiek. Andalusisch soefisme toont verstrengeling van historische culturen
Kurt Deruyter
10 april 2019
Kurt De Ruyter ging op zoek naar het mystieke dimensie van de islam en bezocht daarvoor verschillende soeficentra. Vandaag het het kloppende hart van het soefisme in Andalusië.
© Kurt Deruyter
“Je bent hier niet toevallig.
Dit is geen plaats waar je zomaar even passeert.
Er bestaat een lijst — niet op papier of zo, niet zo’n lijst — van mensen
die hier verwacht worden.
Als je naar hier komt, dan sta je op die lijst…”
Geïnspireerd door ontmoetingen met soefi’s, voor zijn HalfwayHome project, in Brussel en Parijs, reisde Kurt De Ruyter naar Andalusië, Marokko, Algerije en Senegal, om er te ontdekken wat er aan de bron ligt van de revival van het soefisme.
In het eerste deel van deze driedelige reeks bezoekt hij het soefisme in Andalusië.
Deel 2: Het soefisme in Marokko
Deel 3: Het soefisme in Senegal
Ik bevind me in het kloppend hart van het Marokkaanse soefisme, in Madagh in het spiritueel centrum van de Tariqa (soefi-orde) Qadiriyya Boutchichiyya en samen met enkele honderden volgelingen vier ik hier het einde van de Ramadan.
We maken vaak de fout om soefi’s te zien als een soort sekte binnen de islam of een islam light
Mijn naam staat blijkbaar op die bewuste lijst, maar het zijn twee Brusselse jongeren die me hier brachten. Ik geef me volledig over aan de sfeer, probeer te vergeten waar ik vandaan kom en laat de verhalen en de spiritualiteit van de plek over me heen komen. Het is nu twee uur ’s nachts, in de zaouia van Madagh hangt een schimmige duisternis. Hier hangt een rauwe, broeierige energie. Uit de moskee hoor ik het meeslepende ritme van een wadifa, op het binnenplein staan groepjes mannen in lange mantels ontspannen koffie te drinken en uit de keuken is men druk bezig de maaltijd te serveren op grote ronde tafels. Welkom in hardcore Marokko.
Het soefisme fascineert me al van toen ik een tijdje in Istanbul woonde en er in contact kwam met de Mevlevi orde (die van de Draaiende Derwisjen). Het soefisme is de mystieke dimensie van de islam. We maken vaak de fout om soefi’s te zien als een soort sekte binnen de islam of een islam light maar eigenlijk is het meer een dimensie of een facet van de islam dat je zowel in de soennitische als de sjiitische islam aantreft en wereldwijd verspreid is.
© Kurt Deruyter
Onze kennis van de wereld van de islam is over het algemeen vrij beperkt. Dat is een probleem. Wat er gebeurt in de brede moslimwereld heeft immers een rechtstreekse impact op onze samenleving via de migrantengemeenschappen. De opkomst van het salafisme heeft dat pijnlijk duidelijk gemaakt. Die moslimwereld gaat in de 21ste eeuw door een fundamentele omwenteling waar we de uiteindelijke gevolgen nog niet van kunnen voorspellen. Een van de aspecten van die ontwikkeling is dat het soefisme in heel wat landen waar het in de twintigste eeuw wat op de achtergrond was geraakt, terug aan belang wint. Dat heeft ook weer zijn gevolgen bij ons.
Granada is een plaats waar de invloedssferen van Marokko en Europa naadloos in elkaar grijpen
De tochten die ik de laatste twee jaar ondernam naar Marokko, Algerije en Senegal zijn geïnspireerd door ontmoetingen in Brussel en Parijs. Maar de reis begint eigenlijk in Granada. De stad waar het Alhambra een stille getuige is van een tijd dat moslims de controle hadden over het Iberisch schiereiland en Al-Andalus een centrum van de wereld was.
Stenen zijn niet de enige getuigen van deze tijd. Wanneer je door de straten van Granada dwaalt, besef je dat de stad misschien meer verwantschap heeft met zijn Marokkaanse buren dan met het verre Europa. Het is een plaats waar beide invloedssferen naadloos in elkaar grijpen.
© Kurt Deruyter
Granada
‘Ik werd onweerstaanbaar aangetrokken door dat gebouw. Hoewel verboden voor niet-moslims, moest ik er binnen. Niemand legde me een strobreed in de weg. Eenmaal in het mausoleum sprak een oude man me aan in vrij goed Engels. ‘Daar ben je eindelijk, waarom ben je zo laat? Ik wacht hier al lange tijd op je’.
Aan het woord is Zacharias, secretaris van de Mezquita Major van Granada. Hij vertelt het verhaal hoe zijn vader in de jaren zestig vanuit de Verenigde Staten op de hippie-trail in Marokko bij het mausoleum van Moulay Iddriss Zerhoun terechtkwam en er een man ontmoette die hem initieerde in de islam en zijn leermeester werd in het soefisme. Later trouwde hij met een Spaanse, is de hele familie naar Mexico verhuisd, waar Zacharias is opgegroeid, om uiteindelijk in Granada te belanden.
De moslimgemeenschap van de Mezquita Major in Granada is vrij bijzonder omdat ze is opgericht door Spaanse moslims
De moslimgemeenschap van de Mezquita Major in Granada is vrij bijzonder omdat ze is opgericht door Spaanse moslims. Spanjaarden die bekeerd zijn tot de islam, geen migranten die in Spanje zijn komen wonen. De oprichters zijn nu van een oudere generatie en zijn allemaal opgegroeid in Granada in een gezin met op zijn minst een van de ouders die moslim was. Vaak gemengde gezinnen, maar soms ook door en door Spaans of teminste Andalusisch. Het toont de verstrengeling van de historische culturen in Andalusië. Die cohabitatie die zijn oorsprong vindt in de middeleeuwse situatie van Al-Andalus is nog steeds actueel. Niet dat alles koek en ei is, ook hier is er soms onbegrip en spanning maar Samira, een Brusselse Marokkaanse die naar Granada trok, vertelt dat het klimaat er toch een pak moslimvriendelijker is dan in Brussel, waar ze geboren en getogen is.
De moskee zelf bevindt zich in de Albaicin wijk, met zijn kronkelige straatjes een overblijfsel van de Moorse cultuur in Granada. De wijk is verspreid tegen de heuvels van Granada aan. De moskee heeft een piekfijn verzorgde tuin die een prachtig uitzicht geeft op het Alhambra. De ingang van de moskee zelf is discreet achter een binnenpleintje. De tuin is vrij toegankelijk maar de moskee wordt wat afgeschermd van al te nieuwsgierige (toeristen)blikken.
© Kurt Deruyter
Mijn eerste bezoek aan de moslimgemeenschap dateert van 2017. Ik kom op een fortuinlijk moment, die avond is er net een ‘sama’ gepland, een rituele bijeenkomst die alle soefi-ordes in een of andere vorm kennen.
Wat je niet meteen merkt, is dat de moslimgemeenschap deel uitmaakt van de Darqawiyya orde. Een van oorsprong Marokkaanse tariqa, volgelingen van Muhammad Al-Arabi Al-Darqawi (1760-1823). Zeker in de negentiende eeuw was dit een heel invloedrijke tariqa. Hun leer onderscheidde zich vooral door hun streng ascetisme en discipline. Elk tijdsgewricht heeft zo’n beetje zijn ‘belangrijkste’ tariqa. Soefi’s geloven dat ze niet alleen voor zichzelf moeten leven maar dat ze ook een functie vervullen in een groter geheel, de maatschappij. Die maatschappij vraagt naargelang de tijd een specifieke spirituele aanpak en dat weerspiegelt zich in de opkomst en neergang van specifieke tariqa’s. Heden zou de tijd zijn van de tariqa Qadiriyya Boutchichiyya.
Ik bezoek de soefi’s van Granada opnieuw, een jaar later, tijdens de Ramadan en verblijf er een kleine week. Elke avond tijdens de Ramadan is er een maaltijd om de vasten te breken en ik ontmoet er de gebruikelijke Spaanse gemeenschap maar ook een Iraakse vluchteling, een Marokkaanse student, een Amerikaanse filmmaker… op een of andere manier vindt dit bont gezelschap zijn weg naar deze moskee. Veel van hen zijn helemaal niet op de hoogte dat deze gemeenschap ook een soefi connectie heeft. Een mooi bewijs dat soefi’s geen aparte sekte zijn binnen de islam maar qua praktijk en beleving veel gemeen hebben met traditionele moslims.
Ze nodigen me nog uit op een groots evenement, een open iftar (breken van de vasten ’s avonds) in het stadscentrum van Granada in aanwezigheid van de burgemeester en andere notabelen van de stad. Enthousiast vertellen ze me dat het de eerste keer is dat het stadsbestuur zo’n initiatief van de moslimgemeenschap toelaat en actief steunt. Ik vertrouw er op dat het een geweldige avond zal zijn, maar ik moet helaas vertrekken omdat ik afspraak heb met de Tariqa Qadiriyya Boutchichiyya voor de viering van de ‘Nuit du Destin’ in hun Zaouia in Madagh.
Deze reportage werd mede mogelijk gemaakt door de steun van het Fonds Pascal Decroos voor Bijzondere Journalistiek
Het tweede deel van dit drieluik verschijnt op woensdag 17 april.