Afrikaanse diaspora is zelf de spil in preventieve aanpak van genitale verminking

Reportage

Wat Vlaanderen nog kan leren van Brussel en Wallonië

Afrikaanse diaspora is zelf de spil in preventieve aanpak van genitale verminking

Afrikaanse diaspora is zelf de spil in preventieve aanpak van genitale verminking
Afrikaanse diaspora is zelf de spil in preventieve aanpak van genitale verminking

Een vakantie in het land van herkomst brengt voor sommige meisjes misschien ook een besnijdenis met zich mee. Vlaanderen kan wat preventie betreft wat leren van Franstalig België, waar de Afrikaanse diaspora zelf aan de kar trekt.

© Bea Uhart

In België lopen 8644 meisjes een risico op genitale verminking

© Bea Uhart​

Heel wat Belgen gaan in de grote vakantie de familie in het land van herkomst bezoeken. Voor een aantal jonge meisjes staat tijdens die reis misschien ook een besnijdenis op het programma. Zullen ze het advies van Brussels staatssecretaris Bianca Debaets (CD&V) opvolgen en alarm slaan door met een lepel in hun slip de metaaldetector te activeren? Hulpverleners denken van niet, maar wijzen ons wel graag op inspirerende voorbeelden uit Brussel en Wallonië waarmee de Afrikaanse diaspora zelf de toename van genitale verminking bij Belgische meisjes probeert te kenteren.

Het is druk in de Naamse helpdesks van GAMS (Groupe pour l’Abolition des mutilations sexuelles féminines). Halimatou Barry haalt opgelucht adem. Een vrouw uit Guinee, het land waar ze zelf uit afkomstig is, is pas terug van een bezoek aan het thuisland. Ze kwam op eigen initiatief langs om Halimatou te garanderen dat de dochters op reis dan toch niet besneden zijn. ‘Een maand geleden zagen de reisplannen er nog helemaal anders uit. Een schoolarts had mijn hulp ingeschakeld.’ De vrouw en haar echtgenoot wonen al twintig jaar in België, maar bleken toch moeilijk te overtuigen hun dochters niet aan deze onomkeerbare praktijk te onderwerpen.

‘Je mag gerust zeggen dat het er nog steeds de norm is. 97% van de vrouwen in Guinee wordt besneden.’

Guinee staat op de tweede plaats van landen waar meisjes en vrouwen een hoog risico lopen op genitale verminking. ‘Je mag gerust zeggen dat het er nog steeds de norm is. 97% van de vrouwen wordt er besneden’, bevestigt Halimatou. ‘Zelf dacht ik ooit dat je onbesneden nooit een echte vrouw kon zijn. Ik werkte in Guinee in een hospitaal en zag regelmatig de gevolgen van de praktijk. Een gedreven arts gaf me toegang tot goede informatie en op een dag besliste ik dat mijn dochter niet zou besneden worden. Een beslissing waarmee ik op veel weerstand botste.’

Vandaag overtuigt ze zelf families in België met deze oude traditie te breken. ‘De ouders zelf overtuigen is één stap. Maar uiteindelijk moeten zij hun familie thuis overtuigen deze oude, maar erg gangbare traditie niet verder te zetten. Deze moeder bracht ik in contact met een lokale arts in Guinee die samen met de ouders het moeilijke gesprek met de familie aanging. Een aanpak die ervoor heeft gezorgd dat de meisjes veilig en wel zijn teruggekeerd.’

Link

Lees hier de meest actuele cijfers over genitale verminking in België

Uit een onderzoek van het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen (2018) blijkt dat er in ons land 17 273 vrouwen en meisjes besneden zijn en 8644 meisjes risico lopen op genitale mutilatie. Een verdrievoudiging ten opzichte van tien jaar geleden. De meerderheid van de slachtoffers is afkomstig uit Guinee, Somalië, Egypte en Ivoorkust.

Meer dan 11 000 meisjes en vrouwen en meisjes die besneden zijn, of risico lopen op besnijdenis, wonen in Vlaanderen, tegenover 8000 in het Brussels Hoofdstedelijk gewest en 5500 in Wallonië. Hoewel de meerderheid van de slachtoffers dus in Vlaanderen woont, lijkt Franstalig België op vlak van een preventieve aanpak verder te staan.

‘Gezien de snelle toename van het aantal slachtoffers moet ook Vlaanderen dringend meer inzetten op preventie.’

Volgens Carolien Patyn van de Kinderrechtencoalitie in Vlaanderen is er zeker in onze regio dringend nood aan meer preventie en een kindvriendelijke ondersteuning om het tij te keren: ‘We wezen het Kinderrechtencomité in Genève (VN) al op het gebrek aan nationale coördinatie en het ontbreken van Vlaamse financiering om genitale verminking preventief te bestrijden. Organisaties zoals GAMS en Intact vzw leveren in Brussel en Wallonië sterk werk met hun cultuursensitieve en gezinsintegrale aanpak. Maar in Vlaanderen hebben ze nog geen structurele werkingsmiddelen om een gelijkaardige werking uit te bouwen. Gezien de snelle toename van het aantal slachtoffers moet ook Vlaanderen dringend meer inzetten op preventie.’

De diaspora zelf doet grote inspanningen om genitale verminking te bestrijden

Het einde van het schooljaar betekent voor Halimatou en haar collega’s veel extra telefoontjes van schoolartsen, leerkrachten en hulpverleners. ‘Na meer dan twintig jaar vinden professionele hulpverleners gelukkig al vlot de weg naar onze organisatie.’ GAMS ontstond in Franstalig België vanuit de Afrikaanse, oorspronkelijk Senegalese, diaspora. Veel van hun expertise is dan ook gegroeid vanuit de ervaringen binnen de gemeenschappen zelf.

Seydou Niangi verhuisde in 2013 van Senegal naar België. ‘In mijn dorp werden alle meisjes besneden. Toen een medewerker van een ngo vrouwenbesnijdenis als mishandling voorstelde, steigerde ik. Ik voelde me geraakt in het diepst van mijn identiteit, mijn cultuur, die van mijn gemeenschap. Ik verdacht Europeanen ervan met een campagne tegen vrouwenbesnijdenis onze Afrikaanse cultuur te willen vernietigen. Maar door te luisteren naar de verhalen van de trauma’s van jonge besneden meisjes, besloot ik mijn eigen argumenten beter te onderzoeken. Zo sprak ik met verschillende imams en priesters en was ik oprecht verrast toen ik vernam dat vrouwenbesnijdenis geen religieuze verplichting is, maar eerder een cultureel gebruik. Deze en vele andere gesprekken brachten me uiteindelijk tot andere inzichten.’

‘Het is een probleem van de hele gemeenschap, we moeten het samen aanpakken.’

Sinds 2015 leidt Seydou bij GAMS het programma “Men speak out”, waarmee mannen uit de diaspora uit landen met een hoog risico op genitale verminking worden gesensibiliseerd over de praktijk. ‘Vaak wordt er naar het probleem gekeken als een probleem van de vrouwen, dat door vrouwen moet worden opgelost. Maar het is een probleem van de hele gemeenschap, dat weliswaar de vrouwen treft, maar we moeten het samen aanpakken.’

© Bea Uhart

Tijdens de zomervakantie stijgt het risico op besnijdenis van meisjes in het land van herkomst.

© Bea Uhart​

Zoals in de andere projecten van GAMS werkt Seydou nauw samen met verenigingen uit de diaspora. Zijn eigen achtergrond is hierbij een troef. ‘Vanuit mijn eigen ervaring begrijp ik erg goed het wantrouwen van de diaspora. De defensieve reactie ten aanzien van blanke hulpverleners, alsof die onze tradities willen afnemen, is bij mensen hier niet anders dan bij mensen in Senegal zelf. Ook de angst om door je familie verstoten te worden, de religieuze argumenten, ik ken ze erg goed. Ik heb hun bezorgdheden ooit gedeeld en diezelfde argumenten ooit gebruikt om de traditie te verdedigen.’

Vandaag werken Seydou en Halimatou, net als de meeste van hun collega’s, haast uitsluitend in Franstalig België. ‘In Brussel, Luik en Namen hebben we praatgroepen voor mannen en vrouwen, waar we ervaringen uit de verschillende gemeenschappen uitwisselen en samen nadenken over een aanpak’, bevestigt Seydou.

‘Soms word ik door collega’s wel eens naar Vlaanderen geroepen. Zo ging ik er recent met een Nigeriaanse man praten. Zijn vrouw was zelf besneden, maar wilde de praktijk niet bij haar dochters verderzetten. Ze had aan de alarmbel getrokken. De man voelde zich verraden en bedreigd. Het conflict was al ernstig ontspoord. Ik begreep zijn defensieve reactie. Hij wilde naar me luisteren omdat ik vanuit het perspectief van een Afrikaanse man en vader naar de situatie keek. Onlangs liet hij me weten dat hij me erg dankbaar was, dat ik hem de ‘ogen had geopend.’ Zo’n bericht doet deugd. Dan weet je dat je werk een verschil maakt.’

Genitale verminking geen prioriteit?

Link

Bekijk het nationaal actieplan ter bestrijding van gendergerelateerd
geweld

Hoewel er in het nationaal actieplan ter bestrijding van gendergerelateerd geweld verwezen wordt naar ambities om genitale mutilatie preventief aan te pakken in samenwerking met Kind en Gezin en de Franstalige tegenhanger ONE, zijn de verschillen tussen de regio’s op vlak van preventie nog groot.

Katrien De Koster van GAMS coördineert de werking van de vzw in Vlaanderen. ‘Professionelen die alert zijn voor genitale verminking zijn dit vaak omdat ze ons ooit dankzij onze campagnes leerden kennen. Hoewel we geen structurele subsidies ontvangen staan we ook bij Kind en Gezin bekend voor onze preventieve aanpak van genitale verminking. Hulpverleners vinden al vaak de weg naar ons. In Gent en Antwerpen trokken de steden zelf aan de alarmbel en schakelden ze onze hulp in. Hier hebben we sinds kort een helpdesk’.

‘Een structurele samenwerking met Kind en Gezin stond in de stijgers, maar de financiering vanuit de Vlaamse overheid werd onverwacht opgeschort. Dat was een zwarer opdoffer.’

In andere provincies en gemeenten kan GAMS deze ondersteuning nog niet bieden. ‘Een structurele samenwerking met Kind en Gezin, zoals die in Franstalig België met ONE bestaat, stond weliswaar in de stijgers. Maar de financiering vanuit de Vlaamse overheid werd onverwacht opgeschort en uitgesteld tot volgend jaar. We moesten een collega laten gaan en roeien voorlopig verder met de riemen die we hebben. Dat was een zware opdoffer.’

‘Dat de preventiecampagnes in Franstalig België een stuk verder staan heeft voor een deel met de ontstaansgeschiedenis van spelers als GAMS te maken.’, stelt professor Els Leye van het International Center for Reproductive Health van de UGent. ‘De experten van GAMS en Intact doen knap werk en de organisaties proberen de laatste jaren ook voet aan grond te krijgen in Vlaanderen. Maar in tijden van besparingen is dat voor elke jonge speler een moeilijke opdracht.

Zelf merkt professor Leye ook dat het moeilijker wordt om onderzoeksvoorstellen over een dergelijk thema goedgekeurd te krijgen. ‘Ik denk gewoon dat de middelen schaarser worden en de subsidiegever keuzes moet maken en de macht van het aantal laat meespelen. Dat de slachtoffers maar uit 11.000 vrouwen en meisjes in Vlaanderen bestaat, maakt het probleem misschien minder prioritair. Seksuele intimidatie op de werkvloer of seksueel geweld treft meer vrouwen en in tijden van schaarste zal een onderzoek of campagne dat binnen dit thema valt misschien voorrang krijgen.’

‘Lepels zijn slechts een laatste reddingsmiddel’

Glijden meisjes voor wie preventie te laat komt dan toch best een lepel tussen de kleren? Meer dan een noodoplossing is Bianca’s lepel volgens Katrien De Koster niet: ‘Voor gedwongen huwelijken kan dit misschien wel een nuttig reddingsmiddel zijn. Maar de meisjes die besneden worden in het land van oorsprong zijn vaak erg jong en zijn zich niet bewust van wat hen te wachten staat. Indien ze dat wel zijn, geloven we niet dat je hen kan vragen hun eigen ouders te verraden.’

© Bea Uhart

De diaspora zelf trekt aan de kar om met goede informatie en eigen ervaring genitale verminking te stoppen

© Bea Uhart​

Meer dan van het lepelalarm houdt Halimatou zelf eerder van de informatie- en preventiecampagnes die Debaets in Brussel ook mee mogelijk maakt. ‘Het is misschien een manier om ter nauwer nood alarm te slaan, maar de echte oplossing is informeren en sensibiliseren.’ Al is ze blij dat de Brusselse staatssecretaris met haar voorstel de problematiek nog even onder de aandacht wist te brengen.

‘Ook grootouders willen de toekomst van hun kinderen en kleinkinderen niet op het spel zetten.’

Seydou sluit zich hierbij aan en vreest dat een oproep om de ouders aan te geven hun defensieve reflex zou versterken. ‘Een repressieve aanpak zou ouders misschien motiveren om de plannen zeker geheim te houden en ons werk bemoeilijken.’ Hij vindt het wel een goede zaak dat vrouwenbesnijdenis in België strafbaar is: ‘Het argument dat het hier een strafbare praktijk is, en ouders bij terugkomst misschien iets boven het hoofd hangt, helpt soms ouders de familie ter plaatse te overtuigen. Ook grootouders willen de toekomst van hun kinderen en kleinkinderen niet op het spel zetten.’

‘Zoals in elke cultuur kennen we andere oude tradities die om humane of praktische redenen reeds verlaten werden. Levende offers, traditionele tatoeages, … Mensen begrijpen vaak wel waarom we die vandaag niet meer toepassen. Wanneer we genitale verminking met die oude, stilaan uitgestorven tradities vergelijken, zijn mensen vaak ook meer bereid om deze traditie kritisch onder het licht te houden. Met een goed gesprek en goede argumenten kunnen we de vrouwenbesnijdenis ook tot het verleden laten behoren.’