‘Energietransitie mag niet ten koste gaan van biodiversiteit’
India’s groene dromen botsen met natuurbeschermers
IPS / Thomson Reuters News Foundation / Athar Parvaiz
16 februari 2022
De Indiase regering heeft grote haast om hernieuwbare energieprojecten uit te rollen, maar stuit op confrontaties met milieuactivisten en lokale bevolking. Zij vinden dat de energietransitie niet ten koste mag gaan van de biodiversiteit, bossen en lokale gemeenschappen.
Een vrouw wandelt langs de afsluiting rond een zonnepark nabij Gajner, Rajasthan, in India
© Thomson Reuters Foundation/Athar Parvaiz
Natuurbeschermers kanten zich tegen hoogspanningsleidingen om zeldzame vogels te beschermen, betogers houden een windenergieproject tegen om het lokale bos te redden en boeren willen niet dat een zonneproject hun weiland wegkaapt. De ambitieuze plannen van de Indiase regering zijn moeilijk te rijmen met de bescherming van wilde dieren en bosgebied.
De regering heeft de energietransitie als topprioriteit bestempeld, maar milieuactivisten en lokale gemeenschappen vinden dat de natuur als collateral damage wordt behandeld in de nationale zucht naar groene stroom.
Elektriciteitsleidingen
‘We zijn niet tegen hernieuwbare energie. We zeggen alleen dat het niet mag leiden tot het uitsterven van vogelsoorten’, zegt MK Ranjitsinh, die via het Hooggerechtshof het ministerie van Energie wist te dwingen om elektriciteitsleidingen ondergronds te leggen. Voor de petitie die Ranjitsinh in april 2021 indiende, baseerde hij zich op rapporten van het Wildlife Institute of India (WII), waaruit bleek dat talloze vogels omkomen door zonne- en windleidingen in de Thar-woestijn, als gevolg van botsingen of elektrocutie.
WII-onderzoekers die een jaar lang 80 kilometer aan bovengrondse hoogspanningslijnen onderzochten, vonden bijna driehonderd karkassen van ongeveer veertig soorten, waaronder ook de grote en de kleine Indische trap, die al ernstig bedreigd worden.
‘De trap wordt door verschillende bedreigingen verder naar uitsterven geduwd, maar hoogspanningskabels lijken de grootste boosdoener te zijn’, zo stelt het rapport. Het Hooggerechtshof oordeelde dat eventuele toekomstige leidingen die door bestaande of potentiële leefgebieden van beide soorten lopen ondergronds moeten worden aangelegd.
Als een door de rechtbank aangestelde commissie besluit dat dit haalbaar is, zal meer dan 300 kilometer aan kabels ondergronds moeten gaan en moet nog eens 1300 kilometer aan kabels worden uitgerust met felgekleurde of reflecterende apparaten die vogels helpen de leidingen te ontwijken.
Vooruitgang geremd
Verschillende ministeries gingen in december in beroep tegen de uitspraak en zeiden dat de kosten voor ondergrondse kabels de voortgang zou afremmen van de nationale doelstelling om de CO2-uitstoot tegen 2070 tot nul terug te brengen.
De hoogspanningskabels ingraven zou een ‘enorme taak’ zijn, tien keer duurder dan bovengrondse lijnen, zegt Subrahmanyam Pulipaka, ceo van de Indiase zonne-energiefederatie, waar ook bedrijven onder vallen die hoogspanningslijnen in Thar aanleggen. ‘We voelen sympathie voor vogels’, zegt hij. ‘Alleen moet men ook begrijpen dat groene energie niet alleen cruciaal is voor India, maar voor de hele wereld.’
Windturbines in Jaisalmer, Rajasthan
© Thomson Reuters Foundation/Athar Parvaiz
Vorig jaar beloofde premier Narendra Modi dat India tegen 2030 voor de helft van de energiebehoeften gebruik zou kunnen maken van hernieuwbare energiebronnen, door de capaciteit van zonne-, wind- en andere schone energie flink op te voeren.
Momenteel maken hernieuwbare energiebronnen iets meer dan een kwart van het nationale elektriciteitsaanbod uit, en de vraag stijgt snel. Het Internationaal Energieagentschap stelde in een rapport uit 2021 dat de energiebehoefte van India tussen 2019 en 2030 naar verwachting met 35 procent zal stijgen naarmate de economie zich verder ontwikkelt.
Volk in opstand
Debajit Palit, directeur van het rurale energieprogramma van The Energy and Resources Institute in New Delhi, zegt dat vooral voldoende ruimte vinden een van de grootste uitdagingen is voor de snelgroeiende hernieuwbare energiesector. De regering zegt dat het voor infrastructuur voor hernieuwbare energie voornamelijk braakliggend land gebruikt. In de meest recente atlas met beschikbare gebieden voor dergelijke projecten werd bijna 17 procent van het land als ‘woestenij’ aangewezen.
‘Maar’, zegt Palit, ‘Land is nooit zomaar “woestenij”, het kan altijd waarde hebben voor lokale biodiversiteit, als graasgebied van vee of andere activiteiten.’
Dat vinden ook de inwoners van het dorp Sangnara in Gujarat, die afgelopen augustus in opstand kwamen om een nabijgelegen bos te redden dat de regering had verpacht aan vier bedrijven voor een gepland windmolenpark. De lokale bevolking beschermt het bos al vijfhonderd jaar, nadat er zes turbines waren gebouwd dienden de dorpsbewoners een verzoekschrift in bij de belangrijkste milieurechtbank van India om het project een halt toe te roepen.
Voor het project, inclusief de aanleg van nieuwe wegen, zouden meer dan twintigduizend bomen gekapt worden en veel grasland en bos moeten wijken, zeggen de dorpsbewoners. Een van hen, boer Shankarbhai Limbani, erkent dat het land eigendom is van de regering. ‘Maar het is voor ons een natuurlijke hulpbron die ons niet alleen een goed leefmilieu biedt, maar ons ook in levensonderhoud voorziet omdat ons vee daar graast. Hernieuwbare elektriciteit is goed, maar we kunnen er niet aan denken om ons bos daarvoor te verliezen.’
Jeetendra Nalawade, woordvoerder van de Suzlon Group, een van de bedrijven achter het project, wilde geen commentaar geven zolang de zaak nog bij de rechtbank ligt. ‘We volgen de aanwijzingen van de rechtbank in deze zaak op’, laat hij per mail weten. De andere drie betrokken bedrijven reageerden niet op verzoeken om commentaar.
In een soortgelijk geval afgelopen september koos het hooggerechtshof van Rajasthan de kant van de bewoners van het dorp Gajner en moesten de autoriteiten de bouw van een zendmast en wegen naar een nabijgelegen zonne-energiecentrale stilleggen.
De dorpelingen hadden 220 dagen geprotesteerd tegen het project, waarvoor 124 hectare grasland van de overheid zou worden gebruikt. Dorpshoofd Geeta Kumhar, die de protesten leidde, laat weten dat de bewoners groene energie steunen, maar er hun weiland niet voor willen opofferen. ‘Wij eisen dat alle inbreuken op ons land onmiddellijk worden beëindigd’, zegt ze.
Geeta Kumhar, dorpshoofd van Gajner, in de deelstaat Rajasthan, waar bewoners een protestactie hielden om de installatie van een zendmast voor zonne-energie op tegen te houden.
© Thomson Reuters Foundation/Athar Parvaiz
Onrechtvaardig
Om dergelijke botsingen bij de uitrol van hernieuwbare energieprojecten te voorkomen, zeggen sommige experts dat India zich moet richten op kleinere projecten. ‘Bij grote installaties loop je tegen land- en milieuproblemen aan. Daarom is zonne-energie op daken bijvoorbeeld logischer’, zegt Rangan Banerjee, energiedeskundige bij het Indiase Institute of Technology.
Abi Tamim Vanak, universitair hoofddocent Biodiversiteit en Natuurbehoud, vindt dat de infrastructuur voor schone energie aan dezelfde milieurisicoanalyses onderworpen moet worden als andere grote bouwprojecten. ‘De meeste ontwikkelde landen hebben zeer strenge milieu- en sociale regels voor hernieuwbare energie.’ Dat is in India niet het geval.
Om het gebruik van hernieuwbare energie te versnellen, stelde de Indiase regering in 2006 ontwikkelaars van groene energie vrij van de verplichting om de potentiële milieu- en sociale effecten van geplande projecten in kaart te brengen.
Terwijl natuurbeschermers en gemeenschappen zich blijven inspannen om de natuur om hen heen te beschermen tegen de groene dromen van India, ziet Gajners dorpshoofd Kumhar de ironie van het verhaal: ‘Hoe oneerlijk is het dat de regering ons milieu vernietigt – en ons bovendien graasland voor ons vee ontzegt – en daarbij zegt dat we het doen vanwege de klimaatverandering?’
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen bij IPS-partner Thomson Reuters News Foundation.