Sibelco, de witzand-multinational van de steenrijke familie Emsens
Een multinational van 3,5 miljard per jaar, gebouwd op Kempische zandgrond
Sibelco: een Vlaams familiebedrijf, maar wel zomaar eventjes ‘s werelds nummer één van het kwartszand. De naam van hun hoofdaandeelhouder doet sneller een belletje rinkelen: de familie Emsens (die van Eternit en het asbest). SRC Sibelco weegt zwaar als mineralen-multinational. Het haalt in Noord-Limburg al vele decennia lang witzand of kwartszand uit de bodem, de kostbaarste Vlaamse grondstof.
Witzand voor de glasindustrie, keukentabletten, glasvezel, verven: de Belgische multinational Sibelco ontgint en levert het, en hoort bij de absolute internationale top.
Sibelco
Lommel, waar de witzandfabriek van de Belgische multinational Sibelco staat, boert niet slecht. Je voelt het overal in de stad. Neem het Huis van de Stad met de gemeentediensten, dat de volle lengte van het Hertog Janplein inneemt en waar je over een rode loper naar de eerste (en enige) verdieping loopt. Of neem SK Lommel, dat in tweede klasse voetbalt. De coach is een IJslander en debrieft in het Engels. Dat komt, zegt men mij, omdat de club pas door een Israëli is overgenomen en er buitenlandse spelers zijn gekocht.
Naast het voetbalstadion ligt het gemeentelijke Optisport-complex, met tussen de pijnbomen de ene sporthal of piste naast de andere. Een bouwwerk, opgehangen als aan de pijlers van een spanbrug, rijst daarnaast op. Er naderen zes politieagenten te paard: federale politie ‘uit Brussel’, maar ze weten wel dat dit gebouw de Lommelse concert- en spektakelzaal De Soeverein is. Voor grandeur draait Lommel de hand niet om.
De ruiters keren terug van een wandeling in de Sahara. Het gebied langs het Kempisch Kanaal krijgt intussen internationale bekendheid als wandelpark, vanwege zijn duinen, bossen en vennen.
Maar de Sahara ligt er nog niet lang zo mooi bij. Ruim een eeuw geleden vestigde de zinkindustrie zich in de streek. De Lommelse zinkfabriek stootte zware metalen uit, strakke wind dreef het gif naar hier en de heide veranderde in een dorre vlakte.
De vlakte leek voorgoed voor zinnig gebruik verloren. Want in de jaren 1960 kwam de munitiefabrikant PRB in de Sahara haar springtuigen testen. De bunkers zijn nog altijd te zien. En de stad Antwerpen dumpte er haar afval. Een enkel infobord langs de wandelroutes herinnert nog aan die geschiedenis.
Wie nu door de Sahara wandelt, geeft zich geen rekenschap van die historie. Het gebied is nu weids en groen. Dat zie je des te beter van bovenop de dertig meter hoge uitkijktoren. Bovenop het platform zijn bordjes aangebracht om markante plekken in de omtrek te identificeren. Een daarvan is de fabriek met de silo’s van Sibelco, op vier kilometer in vogelvlucht naar het westen. Een Vlaams familiebedrijf, maar wel zomaar eventjes ‘s werelds nummer één van het kwartszand.
De eerste witzand-producenten werden rond 1850 actief. Zij kochten uitgestrekte domeinen op en lieten er de putten uitgraven die nu van Mol-Dessel tot Lommel de streek markeren.
© Raf Custers
Zilvermeer
Het kwartszand of witzand in de streek werd ontdekt in de periode na de Belgische onafhankelijkheid (1831) toen het Kempisch kanaal werd gegraven, van Bocholt in Noord-Limburg naar Antwerpen. Boottrekkers zouden toen hebben opgemerkt dat het zand van de graafwerken, dat aan wal opgestapeld lag, veel zuiverder was dan het dekzand van de Kempen.
De putten uitgraven was aanvankelijk handenarbeid. Arbeiders schepten het zand met staken en jute zakken uit het slijk.
Daarop entte zich snel een industrie om witzand te winnen. De glasmakers waren sterk vragende partij, omdat witzand uiterst zuiver is. Het bestaat nagenoeg uitsluitend uit kwarts en heeft een laag ijzergehalte.
De eerste witzand-producenten werden rond 1850 actief. Zij kochten uitgestrekte domeinen op en lieten er de putten uitgraven die nu van Mol-Dessel tot Lommel de streek markeren. De put van het Zilvermeer, het huidige recreatiedomein in Mol, werd al voor 1870 uitgegraven.
Aanvankelijk was dat handenarbeid. Arbeiders schepten het zand met staken en jute zakken uit het slijk. Maar nog voor de eeuwwisseling werd het labeur gemechaniseerd. In 1872 werd de Sablières et Carrières Réunies opgericht, de spil van de huidige wereldgroep SCR-Sibelco. Deze onderneming had haar eerste putten in Dessel. Rond 1900 verscheen een nieuwe nijveraar in de sector, Stanislas Emsens († 1912), die in Lommel aan de slag ging.
Kort na de Eerste Wereldoorlog schoven SCR en de familie Emsens hun zandactiviteiten in elkaar. De familie, toen al een echte grootgrondbezitter, kreeg een belang van circa dertig procent in SCR, naast hoofdaandeelhouder Brufina.
Maar eind de jaren 1940 verkocht Brufina zijn belang in SCR aan de Emsens-familie. Sindsdien is Sibelco synoniem met Emsens. Hoe groot vandaag het belang van de familie in SCR-Sibelco is, is niet precies bekend. Het wordt op vijftig à zestig procent geschat. Sibelco is ‘een hyper-discrete miljardengroep’ (dixit zakenkrant De Tijd), die graag over zijn realisaties communiceert, maar liefst niet over zijn zaken.
Baggerboot door de straat
Ik fiets van het kanaal Bocholt-Herentals naar het zuiden, tussen twee Sibelco-plassen door, naar het Lommelse gehucht Stevensvennen. Daar ligt de Blauwe-Keistraat, pal op de gemeentegrens tussen Lommel en Mol. Rechts ligt een oude zandwinningsput (de Rauwse Put), links de nieuwe (Blauwe Kei).
‘Ons streven is dat we twintig jaar verder kunnen, zodat we onze klanten bestaanszekerheid kunnen garanderen.
Uit de Rauwse Put aan de rechterkant (in Mol) wordt al twee decennia geen zand meer gewonnen. Sibelco heeft er een doorsteek door de plas aangelegd met een wandelpad naar De Maat, een natuurgebied dat het samen met Natuurpunt-Vlaanderen beheert.
Maar de Rauwse Put is biologisch dood. Er wordt me verzekerd dat hij te diep is, te donker en te koud voor plantengroei. Er zit bijgevolg ook geen vis in deze plas. Maar volgens onderzoekers van de KU Leuven zijn de Sibelco-plassen wel perfect geschikt om er visfarms in te richten, en Sibelco wacht tot zich daarvoor investeerders melden.
Sibelco-manager Bert Van Herck, die operaties in België, Nederland en Frankrijk leidt.
© Raf Custers
Toen Sibelco ermee ophield zand uit de Rauwse Put te zuigen, nam de firma prompt aan de overkant van de straat (in Lommel) een nieuw winningsgebied in gebruik, de Blauwe Kei. Dat ging gepaard met een sterk staaltje ingeniositeit. Er werd een geul gegraven van de oude plas naar de nieuwe, dwars door de straat. Zo kon de Vos-3, de baggerboot die dertig jaar dienst had gedaan in de Rauwse Put, door de geul naar de Blauwe Kei varen. Daar zuigt hij nu alweer twintig jaar zand op.
‘Ons streven is dat we twintig jaar verder kunnen, zodat we onze klanten bestaanszekerheid kunnen garanderen.’ Dat zegt Bart Van Herck, Sibelco’s operations manager voor België, Nederland en Frankrijk. De onderneming is dus voortdurend met vergunningen in de weer.
Keukentabletten en zonne-energie
Van Sibelco-manager Van Herck en woordvoerder Ibn Delaet krijg ik tekst en uitleg in Dessel, op een van de drie productiesites in Vlaanderen. Deze fabriek krijgt zand binnen via pijpleidingen uit drie actieve groeven: Donk en Pinken (in de gemeente Dessel) en Schans (in de gemeente Mol). De fabriek in Dessel doet aan zandveredeling.
De fabriek in Dessel veredelt kwartszand voor engineered stones, die in Lommel levert het in bulk aan de glasindustrie.
Witzand wordt er vermalen en deels in cristobaliet getransformeerd, in ovens die tot 1000 graden Celsius worden opgestookt. Cristobaliet, ‘het zuiverste zand’, is het hoogwaardigste eindproduct. Er worden engineered stones (keukentabletten) mee gemaakt. Het kwartsmeel uit de maalmolens dient voor voor industriële toepassingen zoals glasvezel en verven.
Een belangrijke klant is vlakbij gevestigd. Het is de Japanse Asahi Glass Company, het vroegere Glaverbel, in Mol. Andere glasproducenten, zoals Pilkington, gebruiken de laag-ijzerproducten van Sibelco voor toepassingen in zonne-energie.
Twee andere fabrieken staan op de productiesites Maatheide in Lommel (naast de Sahara) en in Maasmechelen.
De fabriek in Lommel krijgt zand uit de groeven Blauwe Kei en Maatheide Rechts. Lommel levert het witzand in bulk aan de glasindustrie.
Een boot aan de laadkaai van de Sibelco-fabriek in Lommel. De fabriek in Lommel levert het witzand in bulk aan de glasindustrie.
© Raf Custers
In Maasmechelen is het witzand nog zuiverder, omdat het uit een andere geologische afzetting komt. Daar draait de groeve Mechelse Heide-Zuid, terwijl de groeve Berg wordt afgebouwd. ‘Gaandeweg worden we daar omringd door natuur’, zegt Bart Van Herck, en door het aanpalende Nationaal Park Hoge Kempen. Daarom heeft Sibelco haar fabriek in de Salamander, een gehucht van Maasmechelen, gesloten en een eind naar het westen verplaatst.
Een bijeengekochte multinational
Het familiebedrijf SCR-Sibelco moet in sneltempo transformeren. ‘Dit was een bijeengekochte multinational’, zegt Sibelco-manager Bart Van Herck. Een verbrokkeld bedrijf met internationaal zo’n 200 vestigingen, die soms onderling met elkaar wedijverden.
‘Sibelco opereert in de voorhoede van de grondstoffenlobby bij de Europese Commissie.’
Vijf jaar geleden begon een reorganisatie: het mondiale bedrijfsorganigram wordt strakgetrokken, en ook deze onderneming profileert zich nu als materialengroep. ‘Mineralen zijn material geworden’, zegt Bart Van Herck.
Bij de Europese Commissie opereert Sibelco in de voorhoede van de grondstoffenlobby. Afgevaardigd bestuurder Jean-Luc Deleersnyder neemt daar al jaren deel aan overleg op hoog niveau over de grondstoffenstrategie van de EU. Samen met die andere Belgische materialenmultinational Umicore overigens, waarvoor Deleersnyder eerder werkte.
De multinational Sibelco werkt dus minstens even naarstig op internationaal als op lokaal niveau. Vorig jaar versterkte hij nog fors zijn positie in de VS. Het Sibelco-filiaal Unimin smolt er samen met de specialist in fracking-zand Fairmount Santrol, om de nieuwe groep Covia te vormen. Fracking-zand wordt gebruikt bij het opboren van petroleum en schaliegas. In de VS noemen ze Covia a behemoth, een hele grote, die bij de top vier van de sector hoort.
De Rijkste Belgen-website schatte in 2015 het fortuin van de familie Emsens op 3,3 miljard euro.
Sibelco heeft een belang van 65 procent in Covia. Sibelco hoefde zichzelf voor deze operatie niet eens financieel pijn te doen. Want de groep draaide in 2018 een omzet van 3,5 miljard euro (tegenover 3,08 miljard euro over 2017) en de brutowinst kwam uit op 651 miljoen euro (na 541 miljoen euro over 2017).
Niet slecht voor een Vlaamse multinational.
De zandbaronnen
Met Sibelco’s cijfertjes houdt de doorsnee Lommelaar of Mollenaar zich vast niet bezig. Maar hij of zij weet wel dat er bij de eigenaars veel geld zit. De Rijkste Belgen-website schatte in 2015 het familiefortuin op 3,3 miljard euro. Dat is niet enkel met zand vergaard, maar ook met bouwmaterialen via de groepen Etex (het vroegere Eternit, de beruchte asbest-producent) en Aliaxis.
In de volksmond wordt gesproken over de ‘zandbaronnen’. Hoe ze daar in Lommel mee omgaan, doet soms denken aan de Heren van Zichem uit de heimatromans van Ernest Claes: de pastoor en de kasteelheer boezemen de dorpelingen enige angst in.
Een portret van Stanislas Emsens (die overleed in 2018), in het bezoekerscentrum van SRC Sibelco. ‘In de volksmond wordt gesproken over de zandbaronnen.’
© Raf Custers
De Emsens zijn echte kasteelheren. Aan het kruispunt van de Blauwe-Keistraat en Stevensvennen wonen ze in riante cottages in het midden van uitgestrekte domeinen. Daar vind je zowaar een (Walter) Emsensstraat, maar die is afgesloten — omdat een illuster lid van de familie er zijn domicilie heeft . Het doorgaand verkeer moet dan maar omrijden langs de Katoenstraat.
Vorig jaar bracht de zandbelasting exact 1.031.997 euro op voor de gemeente Lommel, of bijna 5 procent van de totale belastingopbrengst.
Lommel heeft de reputatie rijk te zijn dankzij de zandbaronnen. Wie in de gemeente zand, kiezel of klei produceert, betaalt daarop nu een zandbelasting van 0,75 euro per ton. Dat doen zij niet gedwee. Toen burgemeester Louis Van Velthoven in zijn tijd (de jaren 1990) deze belasting doorduwde, kreeg hij volgens insiders onmiddellijk af te rekenen met protest vanwege advocaten van Sibelco en zelfs met doodsbedreigingen.
Vorig jaar bracht de zandbelasting exact 1.031.997 euro op (bijna 5 procent van de totale belastingsopbrengst van 23 miljoen euro). Dit jaar, dat weet de gemeentelijke administratie nu al, zal ze 1.066.600 euro opbrengen.
Als we dat bedrag met de heffing verrekenen, dan zullen de producenten dit jaar tesamen 1,4 miljoen ton delfstoffen voortbrengen. Of er naast Sibelco nog andere producenten zijn, mag de gemeente Lommel niet zeggen omwille van de privacy.
Wanneer ik ernaar vraag, meldt Sibelco hoeveel witzand het de voorbije jaren heeft voortgebracht:
2,52 miljoen ton in 2015
2,64 miljoen ton in 2016
2,67 miljoen ton in 2017
en 2,63 miljoen ton in 2018
Ik som de tonnages hier in extenso op, omdat de onderneming enkele jaren geleden nog verkoos om deze informatie voor zichzelf te houden.
Dat ondervond de Vlaamse overheid. Zij schreef in 2014 nog: ‘Kwartszand is de meest waardevolle delfstof van Vlaanderen.’ Maar een jaar later vroeg zij voor een Monitoringrapport aan alle delfstoffenproducenten cijfers op. Bij Sibelco beet ze — excuseer de uitdrukking — in het zand. Het rapport van de Vlaamse overheid zei: ‘In Vlaanderen is één producent van kwartszand actief. (…) Omdat het om slechts één bedrijf gaat, kan de verwerking van de enquêteresultaten niet de vertrouwelijkheid bieden die is gewenst. Het bedrijf verkiest niet deel te nemen aan de enquête.’
‘Een opinie over Emsens? Sorry, liever niet’
Op de dag van mijn bezoek aan Lommel hangen de buien als donkere wolkenfronten boven de bossen. Ik maak me dus klaar om in één trek van Stevensvennen terug te fietsen naar Lommel-Station, om de volgende bui voor te zijn. Eén stop maak ik nog in Stevensvennen, aan het Sint-Jozefkerkje.
Weinigen in Lommelse verenigingen willen iets zeggen over Sibelco. ‘Dat zou zich weleens tegen ons kunnen keren’.
Stanislas ‘Stany’ Emsens, niet de stichter maar wel de man die Sibelco internationaal deed doorbreken, deed kerkje ooit aan de parochie cadeau. Hij stierf, 91 jaar oud, in januari 2018 in Lommel. Tijdens de rouwdienst in ‘zijn’ parochie was het kerkje barstensvol, maar buiten was een tent opgetrokken waar ‘honderden aanwezigen applaudisserend afscheid namen van baron Stany’.
Het kerkje is intussen ontwijd. De gemeente Lommel kocht het in september voor 75.000 euro en zou er een lokaal ontmoetingscentrum willen inrichten.
Zo graag als velen de zandbaron zagen, zo voorzichtig — en dat is toch opvallend — zijn mijn contacten in het Lommelse verenigingsleven om iets over Sibelco te zeggen. ‘Dat zou zich weleens tegen ons kunnen keren’, zegt iemand, zonder in detail te gaan. De zandgroep schijnt namelijk altijd zwaar op publieke dossiers te willen wegen.
August Feyen van de Limburgse Milieukoepel praat wel. ‘Zij willen winst maken. Dat mag. Maar ze willen zo weinig mogelijk beperkingen, zoals bijvoorbeeld informatie moeten verstrekken. Dat maakt het moeilijk om in te schatten of wat ze doen nodig is of niet.’
‘Een ander voorbeeld: hun plassen zijn ecologisch weinig waardevol. Om er volwaardige natuur te realiseren, waar het kan, dat kost wat geld.’ Maar dat is er volgens Feyen voor Sibelco te veel aan. Hij heeft ook een algemene bedenking bij de zandwinning: moet die zo nodig hier gebeuren? Feyen: ‘We hebben grondstoffen nodig, ok, maar kunnen die elders niet ontgonnen worden met minder hinder?’
Sibelco-baggerboot Vos-3 zuigt in zandput de Blauwe Kei (Lommel) al twintig jaar zand op.
Naar een hogere vlucht
SCR-Sibelco gaat prat op een nieuw project dat het samen met de energiefirma EDF Luminus en de Limburgse Reconversiemaatschappij en hun gezamenlijke firma Floating PV vormgeeft. Het project betreft een park van zonnepanelen die op de Schansheide-plas in Dessel zullen drijven.
Het park kost 8 miljoen euro, maar de Vlaamse regering zou een subsidie van 2 miljoen euro toekennen. De stroom van Floating PV gaat dan naar de veredelingsfabriek in Dessel, die nu al deels met stroom uit een eigen windmolen werkt en waar hitte van de ovens wordt omgezet naar energie.
In Lommel, in het Maatheide-gebied, is Sibelco betrokken bij nog een energieproject dat erg omstreden is. Daar zouden zeven windturbines komen, op initiatief van het tweespan EDF-Sibelco. Het plan stuitte meteen op tegenstand, omdat de windmolens pal op een belangrijke vogeltrekroute zouden oprijzen.
De argumenten vóór klinken bekend in de oren: meer groene stroom, een stap naar een koolstofarme economie. Dat zou dan wel een ‘regelrechte vogelslachting’ veroorzaken volgens Vogelbescherming Vlaanderen. Vogels zoeken de corridor massaal op in de herfst om naar warmere oorden te migreren, en in de lente om weer terug te vliegen.
Het is geen loze dreiging. Op een dag in november 2014, kennelijk wel de drukste dag ooit, trokken er 157.000 vogels langs deze route. Het cijfer komt van Vogelbescherming Vlaanderen. Wat een rol speelt, is dat Maatheide zo’n thermiek (warme luchtstroom) opwekt dat de passerende vogels er weer naar een hogere vlucht worden opgestuwd.
Vogelbescherming Vlaanderen diende samen met onder meer Natuurpunt-Limburg haar bezwaren in tegen de aanvraag van EDF Luminus om de nodige vergunningen te krijgen voor die zeven windturbines. De procedure loopt bij de Raad van State. De afloop zal leren of economie echt opweegt tegen natuur.
Zelf de fiets op naar Lommel?
Fietsers vinden hier overal hun gading, langs de plassen (‘de meren’) en kanalen en door de Lommelse pijnboombossen. Great walking, great cycling.
De meeste streekinformatie, zowel in Mol en Dessel als in Lommel, is sterk gekleurd. SCR Sibelco ontplooit veel toeristische initiatieven, dat laat zich voelen.
© Raf Custers
Meer over Sibelco en de regio:
Een kaart van de waterwegen in België;
Over SCR Sibelco verscheen een boek, uitgegeven door de firma maar geschreven door de historicus Jean-Louis Moreau. Het bevat veel illustraties, maar geen lopende tekst. Het boek bestaat in het Frans en het Engels:
Bâtir sur le sable. Histoire de Sibelco et de ses minéraux door Jean-Louis Moreau. Uitgegeven door Sibelco, Antwerpen, 2014.Sibelco heeft een bezoekerscentrum, ’t Kristallijn, in de Blauwe-Keistraat;
Ook het museum van Erfgoed Lommel kan je bezoeken.