De Poolse gastvrijheid voor Oekraïners maakt steeds meer plaats voor xenofobie

Reportage

‘We mogen anti-Oekraïense uitspraken niet langer onderschatten’

De Poolse gastvrijheid voor Oekraïners maakt steeds meer plaats voor xenofobie

De Poolse gastvrijheid voor Oekraïners maakt steeds meer plaats voor xenofobie
De Poolse gastvrijheid voor Oekraïners maakt steeds meer plaats voor xenofobie

Aangevuurd door extreemrechtse groeperingen en partijen klinkt de anti-Oekraïense retoriek in Polen steeds luider. Activisten, hulpverleners, journalisten en academici luiden de alarmbel: ‘We riskeren pas wakker te worden wanneer de haat uit de hand is gelopen.’

© Marek Kowalczyk

Viktoria en haar broer Maks namen deel aan een solidariteitsmanifestatie in het centrum van Szczecin, een grensstad in het noordwesten van Polen, in februari.

© Marek Kowalczyk

Aangevuurd door extreemrechtse groeperingen en partijen klinkt de anti-Oekraïense retoriek in Polen steeds luider. Activisten, hulpverleners, journalisten en academici luiden de alarmbel: ‘We riskeren pas wakker te worden wanneer de haat uit de hand is gelopen.’

Viktoria (25) wiebelt naar voren en naar achteren om warm te blijven. Ze houdt een stuk karton omhoog zodat het opschrift in het Engels goed zichtbaar is: ‘Give Ukraine ATACMS and F16’. Dat is haar boodschap tijdens een solidariteitsmanifestatie op 24 februari in het centrum van Szczecin, een grensstad in het noordoosten van Polen.

Ze ging erheen om niet alleen te zijn. De energie van de menigte geeft haar hoop. En ze ziet dat de Polen Oekraïne niet zijn vergeten. ‘Heroiam Slava’, glorie aan de helden, roepen ze als antwoord op de ‘Slava Ukraini’ die vanop het podium weerklinkt. Lokale Poolse politici bedanken er de bewoners van Szczecin voor alle hulp bij de opvang van Oekraïners.

Op een zo groot mogelijke afstand staat een klein groepje mensen dat niet meedoet aan de manifestatie. Zij roepen dat Polen Pools moet blijven. ‘We willen hier geen Ukropol_,_ de grenzen moeten dicht’, antwoordt een van de mannen op de vraag wat hen dwarszit bij de solidariteitsmanifestatie.

Op zijn jas prijkt een patch van de lokale ultranationalistische beweging Vrij, Verenigd West-Pommeren. Op het hoogtepunt van de coronapandemie protesteerden ze tegen vaccins en restricties. Vandaag treden ze op tegen wat ze de ‘Oekraïenisering van Polen’ noemen.

Het aantal xenofobische uitspraken in Polen neemt toe.

Al bij de start van de Russische invasie doken complottheorieën op uit extreemrechtse hoek over de vermeende Oekraïenisering van Polen. Oekraïense vluchtelingen zouden privileges krijgen ten koste van de Polen. Die geluiden weerklonken vooral vanuit de politieke partij Konfederacja en ultranationalistische digitale tv-kanalen. Vandaag circuleren de anti-Oekraïense uitspraken in Facebook-groepen, op TikTok-kanalen en nieuwssites.

© Marek Kowalczyk

Leden van de lokale ultranationalistische beweging Vrij, Verenigd West-Pommeren protesteert tegen de aanwezigheid van Oekraïners in Polen. ‘We willen hier geen Ukropol, de grenzen moeten dicht.’

© Marek Kowalczyk

Anti-Oekraïense propaganda bestond al voor februari 2022 in Polen, weet de factcheck-ngo Demagog. Op die manier werd al geprobeerd verdeeldheid te zaaien onder Polen en Oekraïners, om zo de steun aan Oekraïne vanuit Polen te beperken. Tussen februari 2022 en februari 2023 verschenen bijna 400.000 xenofobische uitspraken op sociale media van Konfederacja en drie nationalistische televisies, gericht tegen Oekraïners. Deze berichten werden ongeveer 547 miljoen keer bekeken.

Het aantal xenofobische uitspraken blijft ook toenemen. Meer dan 70 Telegram-kanalen verspreiden inhoud vanuit Russische belangen. Op Facebook duiken groepen met duizenden volgers op die zich openlijk tegen de ‘Oekraïenisering van Polen’ verzetten.

Feiten en zorgen

Ksenia Borodin (41) vernam tot nu toe nog niets over die vermeende Oekraïnisering. Maar toen ze in maart 2022 in Szczecin arriveerde, hoorde ze van Poolse vrijwilligers wel verwijten over een historische kwestie die blijkbaar nog diep ingebakken zit in de Poolse samenleving.

Polen verwijten Oekraïners soms nog een etnische zuivering die plaatsvond tussen 1943 en 1945. De zuivering werd uitgevoerd door de fractie van de Organisatie van Oekraïense Nationalisten op een Poolse minderheid in Wolynië. Vandaag is er nog steeds geen consensus over wat er zich toen precies heeft afgespeeld.

Desondanks verbeterden de Pools-Oekraïense relaties de laatste drie decennia. Voor de Russische invasie woonden iets meer dan een miljoen Oekraïners in Polen. Een groot deel vertrok na 24 februari 2022.

Vrouwen vertegenwoordigen drie vierde van de 1,4 miljoen Oekraïners in Polen. Zes op de tien heeft kinderen. Zoals Borodin, die Lviv met de eerste evacuatietrein verliet. Voorlopig denkt ze niet aan terugkeren. ‘Mijn kinderen gaan hier op een normale manier naar school. In Oekraïne worden de lessen voortdurend onderbroken door luchtalarmen. De ene dag vinden ze online plaats, dan weer op de school. Er zijn ook voortdurend onderbrekingen van stroom- en watertoevoer.’

Borodin was in Lviv universitair docente. Zowat de helft van de Oekraïense vluchtelingen in Polen is hoogopgeleid. Afgelopen zomer werkte ze aan een Duitse universiteit. In Polen kan ze geen werk vinden dat overeenkomt met haar opleidingsniveau. Ze schreef verschillende universiteiten aan waarin de Oekraïense taal wordt gedoceerd, maar voorlopig zonder succes.

‘Iedereen kampt met trauma’s. Het zal lang duren voor onze wonden zijn geheeld.’

Vanop afstand blijft ze daarom voor de universiteit van Lviv werken. ‘Mijn collega’s vragen waarom ik niet terugkom. Zij hebben nu een goede baan omdat er minder concurrentie is. Maar ik kan me dat niet voorstellen, de veiligheid van mijn kinderen gaat voor.’

Toch vond zeker 60% van de Oekraïense vluchtelingen in Polen werk. Een deel van hen richtte zelf een bedrijf op. Tussen januari en september 2022 alleen al kwamen er het land zo’n 14.000 bedrijven met Oekraïens kapitaal bij. Vooral vrouwen richtten eenmanszaken op, van kap- en schoonheidssalons, tot handels- en softwarebedrijven.

Sommige Polen vrezen voor een negatieve impact van Oekraïense vluchtelingen op de arbeidsmarkt, de economie en het staatsbudget. Dat bleek uit een opiniepeiling uitgevoerd door Robert Staniszewski, hoogleraar Politieke Wetenschappen en Internationale Studies van de Universiteit van Warschau. En dat terwijl de werkloosheid in Polen daalde (tot 2,9%) en zelfs lager ligt dan het gemiddelde in de EU (van 6,1%).

Het omgekeerde klinkt dan ook weer. ‘Sommigen klagen dat Oekraïners niet willen werken, en zeker niet tegen het minimumloon. Dat klopt uiteraard niet, want de realiteit is complexer’, vertelt Viktoria. Zelf werkt ze in een distributiecentrum voor auto-onderdelen, samen met Oekraïners en Belarussen. ‘Sommige vrouwen laten hun kinderen 12 uur alleen om te komen werken.’

Toch is niet iedereen in staat om te werken, weet Viktoria. ‘Iemand die uit Marioepol komt is vaak nog te gestresseerd om werk te zoeken of te werken. Een collega die hier al jaren woont en uit de stad afkomstig is, nam op een gegeven moment ontslag omdat ze zich zorgen maakte om familieleden tijdens de bezetting van de stad. Het zicht van de vernielde gebouwen kon ze niet verdragen.’

Zelf zou ze ook graag van werk veranderen. Het optillen van zware kartonnen dozen leverde gezondheidsproblemen op. Een diploma psychologie heeft ze al, en ze overweegt om een cursus in Kiev te gaan volgen om als therapeut in Oekraïne aan de slag te gaan. ‘Dat is broodnodig. Iedereen kampt met trauma’s. Het zal lang duren voor onze wonden zijn geheeld.’

Helpen, maar niet uit eigen zak

Voor de overgrote meerderheid in Polen zijn Oekraïense vluchtelingen geen bedreiging. De steun aan Oekraïne en aan vluchtelingen blijft hoog. Bijna 90% van de Polen vindt dat ze vluchtelingen moeten helpen, blijkt uit een opiniepeiling die door de Universiteit van Warschau werd uitgevoerd.

© Marek Kowalczyk

Bijna 90% van de Polen vindt dat ze vluchtelingen moeten helpen, blijkt uit een opiniepeiling die door de Universiteit van Warschau werd uitgevoerd.

© Marek Kowalczyk

Toch is er ook een lichte verschuiving merkbaar. 17% van de respondenten werd negatiever ten opzichte van Oekraïners. Dat merkt Viktoria ook, die al drie jaar in Szczecin woont. Aanvankelijk hoorde ze niets discriminerends. Pas het laatste jaar – sinds de oorlog uitbrak – hoort ze wel eens dat er ‘in Polen te veel Oekraïners zijn’. ‘Ze bekritiseren het beleid, herhalen dan dat Polen geen rijk land is en dat andere landen meer zouden kunnen doen.’

Dat blijkt ook uit de peiling van de Universiteit van Warschau. Bijna de helft van de bevraagden aanvaardt niet dat Oekraïners recht hebben op gezinsbijlagen, zoals de kinderbijslag.

‘We doen gewoon wat er gedaan moet worden om de integratie te bevorderen. Zo is het overal. Iedereen doet maar wat.’

Meer en meer Polen vinden dat ‘Oekraïners na een jaar maar hun plan moeten trekken’, merkt ook Withold Klaus op. Klaus is onderzoeker aan het Centrum voor Migratieonderzoek aan de Universiteit van Warschau. ‘Waarom werken ze niet?’, hoort hij ondertussen zowat overal. ‘Er is de overtuiging dat Oekraïense vluchtelingen geen hulp van de staat meer zouden mogen krijgen. Er zijn geruchten over een bevoorrechte positie. Maar dat toont alleen hoe een anti-Oekraïense retoriek doorsijpelt in de maatschappij.’

Ook de regeringspartij Recht en Rechtvaardigheid (PiS) speelt in op die groeiende ontevredenheid, want in oktober trekken de Polen naar de stembus. Sinds 1 maart moeten Oekraïense vluchtelingen de helft van hun verblijfskosten in collectieve huisvestingslocaties betalen.

© Marek Kowalczyk

Withold Klaus (onderzoeker aan het Centrum voor Migratieonderzoek): ‘Een anti-Oekraïense retoriek sijpelt door in de maatschappij.’

© Marek Kowalczyk

‘Ik steun het idee dat mensen geactiveerd moeten worden en dat vermeden moet worden dat ze in aangeleerde hulpeloosheid verkeren. Maar in dit geval heeft de regering het mis’, zegt Anna Dąbrowska van Homo Faber, een ngo die rond multiculturaliteit en integratie werkt. ‘Het gaat om mensen die langetermijnsteun nodig hebben. Hen laten betalen voor verblijf gaat hen niet motiveren maar ervoor zorgen dat ze in een nog slechtere situatie belanden.’

Dąbrowska is net terug van een vergadering met de lokale overheid en kan haar woede en ergernis maar moeilijk verbergen. ‘Er is geen langetermijnvisie, er zijn geen oplossingen. Integratie is de verantwoordelijkheid van lokale overheden, zegt de overheid. Maar die lokale overheden hebben evenmin een visie, en zo is de cirkel rond.’

Dąbrowska wacht niet meer op decreten van bovenaf. Haar team opende onlangs het eerste integratiecentrum in Lublin, een grensstad in het zuidoosten van Polen. ‘Er is nog steeds geen integratiebeleid, laat staan een migratiebeleid. Er is geen duidelijk plan voor hoe het verder moet. We doen gewoon wat er gedaan moet worden om de integratie te bevorderen. Zo is het overal. Iedereen doet maar wat.’

Minder hulp

Homo Faber en andere ngo’s, net als sommige Polen die op vrijwillige basis helpen, blijven steun bieden aan Oekraïense vluchtelingen. Maar veel initiatieven zijn intussen gestopt. Schabben in de opslagplaatsen voor humanitaire hulp zijn leeg. Mensen doneren veel minder.

‘De samenleving is opgebrand’, vertelt Marta*, een bewoonster van Szczecin, die zich engageerde met hulp aan haar Oekraïense buren. ‘Eerst gingen we nog wildvreemde mensen ophalen aan het station en boden we hun onderdak. We dachten dat dit een maand of twee zou duren en de overheid intussen met een plan zou komen. Dat is niet gebeurd. Het enthousiasme is omgeslagen naar frustratie. Hoe moet het verder met Oekraïense kinderen op Poolse scholen? Hoe leren we samenleven? Daar zegt de regering niets over.’

Iwona Reichardt, hoogleraar Politieke Wetenschappen, ziet als oorzaak voor die afnemende steun de inflatie, die in Polen groter was dan in andere landen. ‘In het najaar van 2022 zagen we prijsstijgingen van 17% tot 18%.’

‘Polen hebben gewoon al veel gegeven’, zegt Serhij Piddubniak, een Oekraïner die vijf jaar in Szczecin woont. Vanaf het begin van de invasie hielp Piddubniak Oekraïense vluchtelingen. Hij voerde hen naar gastgezinnen in de hele regio en runt vandaag de ngo Boetsja voor Hulp. ‘Bovendien is iedereen gewend geraakt aan de oorlog. De eerste shock is voorbij.’

Piddubniak staat in een opslagplaats met kartonnen vol poedermelk en winterjassen. Hij coördineert de voorbereidingen voor het volgende transport met humanitaire hulp naar Oekraïne. Dat alles gebeurt na zijn shift in de bouw.

Piddubniak staat niet alleen Oekraïners maar ook hulpbehoevende Polen bij. Vaak is hij tot ’s avonds laat bezig. ‘Het is het beste wat ik kan doen. Ik ga mijn vrouw en kind hier niet achterlaten om me bij het leger te melden. Veel van mijn vrienden en kennissen zijn halsoverkop vertrokken. Nu zitten ze zonder werk in Oekraïne, want er zijn voorlopig genoeg geschoolde soldaten.’

© Marek Kowalczyk

Serhij Piddubniak: ’ Ik ga mijn vrouw en kind hier niet achterlaten om me bij het leger te melden. Veel van mijn vrienden en kennissen zijn halsoverkop vertrokken. Nu zitten ze zonder werk in Oekraïne, want er zijn voorlopig genoeg geschoolde soldaten.’

© Marek Kowalczyk

Polen hebben minder begrip voor Oekraïense mannen die in Polen blijven. ‘Waarom vechten ze niet? Waarom keren ze niet terug?’ Journalist Igor Isajew vreest dat zulke vragen makkelijk gemanipuleerd en gebruikt kunnen worden door politieke partijen die zich wil versterken met anti-Oekraïense retoriek. Zo geniet de partij Konfederacja vandaag de grootste steun uit haar geschiedenis: volgens verkiezingspeilingen zou vandaag bijna 10% van de respondenten voor de extreemrechtse partij stemmen.

In maart 2022 organiseerde partijleider Krzysztof Bosak in het Poolse parlement een persconferentie over de komst van vluchtelingen. ‘Ja voor hulp, nee voor privileges’, klonk het. In september 2022 tweette hij ‘dat het cruciaal is om een opengrenzenbeleid af te wijzen en geen bijslagen en Pools staatsburgerschap uit te delen. Ons land, onze regels. Geen multiculturalisme.’

‘Zulke xenofobische retoriek mogen we niet onderschatten’, zegt journalist Isajew. Al sinds 2010 strijdt hij tegen anti-Oekraïense, islamofobe en antisemitische uitspraken in de publieke ruimte. ‘Zolang we blijven beweren dat het om marginale stemmen gaat, riskeren we pas wakker te worden wanneer de haat uit de hand is gelopen.’

Ook Anna Tatar van de antiracistische ngo Nooit Meer wil meer inspanningen tegen de groeiende haatspraak. ‘Xenofobische propaganda verschijnt zo goed als onbestraft op het internet, televisie, in het parlement en tijdens manifestaties.’

* Vanwege privacyredenen is de naam van Marta gefingeerd. Haar echte naam is bekend bij de redactie.