Van aparte klassen naar integratie op school: onderwijs voor Oekraïense kinderen in Roemenië
EU wil af van ‘gesegregeerd onderwijs’ voor Oekraïense kinderen
In de eetzaal van de Roemeense school Transylvania College krijgen gevluchte Oekraïense kinderen bijles volgens het Oekraïense leerplan. © Xander Stockmans
Door de vlucht voor de oorlog in Oekraïne zaten nooit eerder op zo’n korte tijd zoveel nieuwe kinderen en jongeren op de Europese schoolbanken. Dat gebeurt vaak in aparte opvangklassen voor Oekraïense vluchtelingen. Maar de Europese Unie wil af van dit ‘gesegregeerd onderwijs’. Nog te veel Oekraïense kinderen gaan niet naar de reguliere scholen, en dat kan schadelijke gevolgen hebben. MO*journalist Pieter Stockmans sprak in Roemenië met ouders, leerkrachten en schooldirecteurs.
Joe Barrick keek verbaasd op toen aan de overkant van zijn schoolgebouw tientallen vrouwen met bagagekoffers en kinderen uit een bus stapten. ‘Dat zouden onze echtgenotes kunnen zijn’, zei zijn collega.
Het was de eerste van vele bussen, het waren de eersten van vele moeders die zouden aankomen in de Roemeense stad Cluj-Napoca, op 200 kilometer van de Oekraïense grens. Op zoek naar veiligheid en onderwijs voor hun kinderen.
‘Plots overviel me het besef dat we een historisch moment beleefden, een nieuwe realiteit in Roemenië, en dat wij daarin een rol moesten spelen’, zegt Joe Barrick, directeur van de Royal School in Cluj-Napoca. ‘We beslisten meteen onze deuren te openen voor Oekraïense kinderen.’
Sinds het begin van de Russische invasie van Oekraïne op 24 februari 2022 kwamen intussen bijna 8 miljoen Oekraïners naar EU-landen. 4,9 miljoen van hen vroegen een officiële tijdelijke beschermingsstatus in de EU. De overgrote meerderheid van hen zijn kinderen en jongeren. De integratie van deze leerlingen in het onderwijssysteem van de EU-lidstaten wordt een van de meest cruciale uitdagingen voor 2023.
In Roemenië zijn er op dit moment 106.768 gevluchte Oekraïners. Het is niet enkel een transitland voor Oekraïners die naar andere Europese lidstaten willen, ze blijven er ook om tijdelijk of permanent een nieuw leven op te bouwen.
De autoriteiten in Polen, Moldavië en Roemenië voorspellen tijdens de komende wintermaanden een verdere toename van het aantal vluchtelingen. Oekraïense vluchtelingen in Oekraïens Transkarpatië, aan de grens met Roemenië, krijgen bovendien te maken met tekorten en onderbrekingen in de gas- en elektriciteitsvoorziening en wagen daardoor ook de stap naar Roemenië.
Opnieuw beginnen met kinderen
‘Zo wil ik mijn kinderen opvoeden: in diversiteit en met respect voor anderen.’
Een van de Oekraïense kinderen in de Royal School in Cluj-Napoca is Veronica. ‘Ik was blij dat ik haar een zo normaal mogelijke verderzetting van haar leven kon bieden’, zegt haar moeder, Alina Voronina. ‘Ze gaat nu naar school in het Engels en leert Roemeens. Ze bevindt zich in een internationale omgeving met veel nationaliteiten. Zo wil ik mijn kinderen opvoeden, in diversiteit en met respect voor anderen.’
Elke zondagvoormiddag gaat Veronica bovendien naar de theaterschool in Cluj. Het theater bood twintig gratis plaatsen voor Oekraïense kinderen.
Het waren de vrouwen van de International Women’s Club (IWC) die Alina hielpen met de zoektocht naar een school en buitenschoolse activiteiten voor haar dochter. IWC is een ontmoetingsplaats voor de buitenlandse en Roemeense vrouwen in Cluj. Daar horen nu ook Oekraïense vrouwen bij.
‘Het is niet makkelijk om er in een nieuw land alleen voor te staan met kinderen’, zegt Alina. ‘Ik wil hier een goede baan vinden, om voor mezelf en Veronika een flat te kunnen betalen. In Charkiv had ik een atelier voor trouwjurken. We voerden huwelijkskleding uit naar Polen, Tsjechië en Israël.’
De Oekraïense Alina Voronina met haar dochter Veronika in de theaterschool in Cluj-Napoca. Het theater in de Roemeense stad bood twintig gratis plaatsen voor gevluchte Oekraïense kinderen. © Xander Stockmans
Net zoals de Royal School maakte ook het Transylvania College snel de beslissing om Oekraïense kinderen op te nemen in de klassen, zoveel als mogelijk.
Directrice Roxandra Mercea vertelt hoe alles begon: ‘Tijdens de eerste dagen van de invasie riepen we alle leerlingen samen in onze sporthal. We hadden gastsprekers uitgenodigd om over de oorlog te praten. Op het einde vroeg een leerling in de zaal of onze school ook Oekraïense kinderen zou opnemen. Ik antwoordde bevestigend. Onmiddellijk brak heel de zaal uit in gejuich en applaus. Onze leerlingen waren zo trots.’
Mercea vroeg aan de ouders wie een handje wilde toesteken. Ze creëerde drie WhatsApp-groepen waarin taken verdeeld werden: de gevluchte Oekraïense moeders aan banen, huisvesting en taalonderwijs helpen.
Solidariteit op school
Het zijn voorbeelden van spontane solidariteit vanuit de Roemeense samenleving. Pas later, in maart 2022, tijdens het Franse voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie, kwamen de onderwijsministers van de EU-lidstaten samen. Het doel was om daar een ‘gecoördineerde Europese solidariteitsactie op het gebied van onderwijs in de context van de crisis in Oekraïne’ uit te werken. Ook de Oekraïense minister van Onderwijs was daarbij aanwezig.
‘Elke humanitaire crisis is ook een onderwijscrisis.’
Het voorbije jaar heeft het Oekraïense ministerie van Onderwijs gepoogd om de spontane solidariteitsacties in Oekraïne én in de buurlanden te ondersteunen met een officieel beleid voor onderwijs in oorlogstijd en ballingschap. De minister heeft regelmatig videogesprekken met de onderwijsministers van EU-lidstaten en met internationale organisaties zoals de Unesco en de VN-Vluchtelingenorganisatie UNHCR.
De noden zijn groot. De Unesco schrijft in een gemeenschappelijk statement met de Europese Commissie: ‘Elke humanitaire crisis is ook een onderwijscrisis. Onderwijs aan Oekraïense vluchtelingen omvat overgangsmaatregelen voor de integratie van leerlingen in het reguliere onderwijs, uitdagingen op het vlak van taal- en leerplannen, psychosociale steun, opleiding en accreditatie van leraren, certificering en financiële steun.’
Oekraïense opvangklassen in het buitenland
Met de ‘accreditatie van leraren’ doelen de Unesco en de Europese Commissie op gevluchte Oekraïense leerkrachten die in de buurlanden aan het werk konden. Zij zetten hun werk verder in aparte opvangklassen voor gevluchte leerlingen.
In Roemenië kunnen scholen Oekraïense leraren met een tijdelijke beschermingsstatus in dienst nemen op basis van kortlopende, hernieuwbare contracten. Polen versoepelde de regels: het beschouwt onderwijsdiploma’s die in Oekraïne behaald werden via een erkenningsproces als gelijkwaardig aan Poolse diploma’s.
‘De gevluchten kinderen een gevoel van stabiliteit bieden was in de beginfase van de oorlog belangrijker dan hun schoolresultaten.’
‘Maar het is niet makkelijk om verder te werken’, zegt Olga Semornikova, een van de Oekraïense leerkrachten die lesgeeft aan het Transylvania College. ‘Sommige Oekraïense scholen kunnen niet verder, omdat de leerkrachten hun laptops niet konden meenemen in de paniek van de vlucht.’
Het Oekraïense ministerie van Onderwijs werkt samen met de regeringen van onder andere Roemenië, Polen en Tsjechië om Oekraïense leerlingen in die landen afstandsonderwijs aan te bieden in de lokalen van scholen.
Deze Oekraïense opvangklassen zijn geen officiële scholen. Ze vervangen het reguliere onderwijs niet, maar zijn wel belangrijk om de kinderen een gevoel van stabiliteit te bieden. ‘Dat was in de beginfase belangrijker dan schoolresultaten’, zegt Semornikova. ‘Het reguliere onderwijs even op pauze zetten is geen tragedie.’
‘Maar het is wel een tragedie als de kinderen langdurige trauma’s oplopen’, vervolgt ze. ‘Dan wordt leren later ook moeilijker.’ Veel Oekraïense kinderen moeten immers omgaan met de scheiding van hun vaders, het verlies van geliefden, de ontworteling en vernieling van hun vertrouwde thuisomgeving.
Iryna was leerkracht aardrijkskunde in Marioepol. Haar leerlingen zijn nu in Polen, Hongarije en Rusland.
Directrice Mercea getuigt: ‘De eerste dagen waren onze Oekraïense kinderen erg bang. Een veertienjarige jongen durfde bijvoorbeeld urenlang de receptie niet verlaten. We moesten lang op hem inpraten voor hij naar de klas wilde gaan. Deze kinderen hebben vooral nood aan een normale schoolomgeving en normaal sociaal contact met andere kinderen.’
Leerkrachten op de vlucht
Olga Semornikova (links op foto hieronder) staat opnieuw voor de klas in het Transylvania College. Semornikova gaf in Oekraïne wiskunde aan een privéschool, in een voorstad van Kiev, en vluchtte voor de oorlog. Ze heeft een tijdelijke beschermingsstatus in Roemenië en geeft nu in Cluj les aan gevluchte Oekraïense kinderen. Haar klas is de eetzaal. Tien Oekraïense kinderen van verschillende leeftijden en onderwijsniveaus zitten er rond één tafel.
De gevluchte Oekraïense leerkrachten Olga en Iryna konden aan de slag in Oekraïense opvangklassen in de eetzaal van de Roemeense school Transylvania College. © Xander Stockmans
Iryna (rechts op foto hierboven) was leerkracht aardrijkskunde in Marioepol, waar ze na de invasie verschrikkingen moest doorstaan. Haar vroegere leerlingen zijn nu verspreid over Polen, Hongarije en Rusland. Ook zij kon in Cluj aan de slag in de eetzaal van het Transylvania College.
Ze geeft les in aardrijkskunde volgens het Oekraïense leerplan. ’s Middags moeten de lessen stoppen, wanneer de kinderen van de Roemeense school hier hun middagmaal komen verorberen.
Directrice Mercea legt uit: ‘Wij zijn een internationale school voor kinderen van expats in Cluj. We hebben 686 leerlingen en bieden nu onderdak aan 80 Oekraïense leerlingen. De school biedt zijn infrastructuur aan, de rest is Oekraïens: de leerkrachten, de leerlingen en het curriculum.’
‘Toch zitten al 14 Oekraïense kinderen in onze reguliere klassen, omdat het niveau van hun Engels voldoende hoog is. In onze school worden immers alle lessen in het Engels gegeven.’
‘Alle Oekraïense leerlingen leren ook Roemeens’, vertelt de directrice. ‘We zijn de enige school in Roemenië die altijd al Roemeens heeft geleerd aan internationale leerlingen.’
Afstandsonderwijs: van corona naar de oorlog
Het Transylvania College in Cluj was een pionier van de eerste dagen. Directrice Mercea nam contact op met het Roemeense ministerie van Onderwijs om hun systeem in Roemeense staatsscholen in te voeren.
Dat gebeurde: nu bestaat het in de Roemeense staatsscholen voor alle 50.000 Oekraïense leerlingen in Roemenië. Het ministerie van Onderwijs coördineert de beschikbare plaatsen en verdeelt de Oekraïense kinderen over de scholen. Hun ouders moeten gewoon een formulier invullen.
Roxandra Mercea, directrice van Transylvania College in de Roemeense stad Cluj-Napoca. © Xander Stockmans
Nu kunnen Oekraïense leerlingen ook in Roemeense staatsscholen ondersteuning krijgen van gevluchte Oekraïense leerkrachten, om de online cursussen van het Oekraïense ministerie van Onderwijs te volgen.
Veel kinderen in Oekraïne zelf moeten ook thuisblijven van school, dit keer niet door een pandemie maar door de Russische invasie. De Oekraïense regering kan nu terugvallen op de investeringen in digitaal afstandsonderwijs die ze deed tijdens de coronapandemie. Alle materialen staan verzameld op het platform ‘All-Ukrainian Online School’.
‘De kinderen en leerkrachten waren dit afstandsonderwijs al gewend’, zegt Semornikova. ‘Ze blijven via hun laptops lessen volgen aan hun Oekraïense school. Op het einde van het schooljaar moeten ze immers examens afleggen. In deze Roemeense school geven wij gewoon bijles zodat ze dat goed kunnen doen.’
Zoeken naar geld
Ook in de Royal School van directeur Joe Barrick proberen gevluchte Oekraïners de kinderen te helpen om bij te blijven. Wanneer ik er langskom, mag ik een twintigtal kinderen tussen tien en vijftien jaar vertellen over mijn ervaringen als journalist in Oekraïne. Ze stellen heel wat kritische vragen.
De Oekraïense activiste Kseniia Shurayeva richtte de ‘UA Educational Hub’ op in Royal School Transylvania College in de Roemeense stad Cluj-Napoca. © Xander Stockmans
Achteraf spreek ik met Kseniia Shurayeva, een Oekraïense activiste. Voor de oorlog werkte ze in de marketingwereld, in de Oost-Oekraïense stad Dnipro. In Cluj richtte ze de UA Educational Hub op, ook al had ze geen eerdere ervaring met het opzetten van een school. 130 Oekraïense leerlingen krijgen drie keer per week les, in de voormiddag, in de klassen van de Royal School.
‘We mogen niet alleen terugvallen op digitaal afstandsonderwijs. Tijdens de pandemie hebben we gezien dat écht contact belangrijk is.’
Het begon al in maart 2022. Toen nam de Royal School contact op met Shurayeva. Ze konden klaslokalen ter beschikking stellen om Oekraïense kinderen huiswerkbegeleiding te bieden. Shurayeva polste naar de interesse bij Oekraïense ouders in Cluj en vond 85 ouders die bevestigden dat ze hun kind naar haar ‘school’ zouden sturen.
Op een paar weken tijd wierf ze leerkrachten, vrijwilligers en vertalers aan, zonder financiële steun. Die vond ze uiteindelijk bij de Amerikaanse hulporganisatie Mercy Corps. Met de hulp van Patrir, het Roemeense Vredesinstituut dat baanbrekend werk verrichtte om alle solidariteitsacties van het maatschappelijke middenveld in Cluj te bundelen in het consortium All For Ukraine.
Shurayeva trok meermaals naar de Roemeense hoofdstad Boekarest om gesprekken te voeren met Unicef. Het VN-Kinderfonds steunt haar UA Educational Hub nu financieel, waardoor ze lonen kunnen uitbetalen aan de leerkrachten en schoolboeken en andere educatieve materialen kunnen aankopen. Het Oekraïense ministerie van Onderwijs stuurt de schoolboeken.
Kai Jacobsen, directeur van Patrir (het Roemeense Vredesinstituut) verrichtte met zijn team baanbrekend werk om alle solidariteitsacties van de civiele maatschappij in Cluj te bundelen in het consortium ‘All For Ukraine’. © Xander Stockmans
Een school officieel laten accrediteren als Oekraïense school is niet mogelijk buiten Oekraïne. Dit zijn tijdelijke opvangklassen, geen echte scholen. ‘We noemen onszelf een onderwijshub’, zegt Shurayeva. ‘We geven bijles om het Oekraïense leerplan beter te leren beheersen. We bieden kans op normaal sociaal contact voor de kinderen en we bieden extraatjes zoals gastlezingen.’
‘We mogen niet alleen terugvallen op digitaal afstandsonderwijs. Dat is een goede basis en het is goed dat we kunnen terugvallen op de ervaring die we tijdens de covidpandemie opgebouwd hebben. Maar tijdens de pandemie hebben we ook gezien dat dit digitaal afstandsonderwijs een negatieve impact heeft als het niet gekoppeld wordt aan écht contact met andere leerlingen en leerkrachten. Voor deze kinderen die trauma’s hebben doorstaan, is dat nog belangrijker.’
De Europese Commissie bevestigt dit in haar strategie: ‘Een les van de COVID 19-crisis is dat virtuele contacten niet in de plaats kunnen komen van face-to-face-interactie. Voor het welzijn van de kinderen moeten zij met anderen kunnen communiceren, een gevoel van verbondenheid en een persoonlijke identiteit ontwikkelen.’
Vrees voor te snelle integratie
Het aparte Oekraïense onderwijs in Roemenië is spontaan gegroeid vanuit solidariteit en bestaat tot vandaag als een soort bijlessysteem. De Europese Commissie is dit gaandeweg gaan ondersteunen, met financiering uit onder andere het Cohesiefonds. Ook internationale hulporganisaties zoals Plan International bieden hulp, met schoolmaterialen.
Scholen zoals het Transylvania College en de Royal School konden Oekraïense leerkrachten aanwerven met geld van het European Pact for Integration. Dat is een samenwerkingsverband van de EU dat Europese steden ‘vriendelijker’ moet maken voor buitenlanders op de arbeidsmarkt en in het onderwijs.
Hoe langer de tijdelijke noodoplossing van apart onderwijs aanhoudt, hoe verder de leerlingen achteropraken.
Deze initiatieven boden oplossingen op korte termijn, vooral voor leerlingen die naar Oekraïne hopen terug te keren. Maar veel ouders hebben die verhoopte terugkeer nu al meermaals uitgesteld. Hoe langer de tijdelijke noodoplossing van apart onderwijs aanhoudt, hoe verder de leerlingen achteropraken. En hoe langer hun noodzakelijke integratie in Roemenië uitgesteld wordt.
Sommige Oekraïnse ouders aarzelen om hun kinderen in te schrijven in de reguliere scholen van het gastland. Ze vrezen dat hun kinderen te snel zullen integreren in het gastland, en dat een terugkeer naar Oekraïne daardoor moeilijker wordt. Dat is de belangrijkste reden waarom ze hun kinderen in het Oekraïense onderwijsstelsel houden.
Zolang Alina Voronina wist dat haar appartement er nog was, dacht ze aan terugkeren. Recent werd haar appartement vernield. Sindsdien richt ze zich honderd procent op een toekomst in Roemenië. © Xander Stockmans
De Europese Commissie schat dat de overgrote meerderheid van de 150.000 Oekraïense leerlingen in Polen buiten het reguliere Poolse onderwijs blijven. Ze blijven aangesloten op het platform voor afstandsonderwijs van de Oekraïense regering, met eventuele ondersteuning in Oekraïense klassen in Poolse scholen.
Meetellen voor de schoolloopbaan
‘Wat de kinderen hier doen, moet kunnen meetellen in hun toekomst. Want niemand weet hoe lang de oorlog zal duren.’
Een probleem met apart onderwijs, ook in Roemenië, is de certificering van wat de leerlingen in deze ‘onderwijshubs’ leren. Opdat hun schoolloopbaan en hun toekomst zo weinig mogelijk in het gedrang komen.
‘We zijn op zoek naar manieren om officieel te attesteren wat de kinderen hier leren, zodat het toch niet voor niets is’, zei Royal School-directeur Joe Barrick maanden geleden al aan MO*. ‘Wat ze hier doen, moet kunnen meetellen in hun toekomst. Want niemand weet hoe lang de oorlog zal duren.’
‘Onze Oekraïense ouders namen afzonderlijk contact op met de Oekraïense school van hun kind om het kennisniveau van de kinderen online te controleren en een Oekraïens certificaat te kunnen ontvangen. Het Oekraïense ministerie van Onderwijs bekijkt hoe ze kunnen attesteren wat de kinderen hier in Roemenië doen. We geven de ouders al een soort van attest.’
De Europese Commissie adviseert om dit aparte onderwijs niet langer dan drie maanden te laten duren. ‘Vanaf 2022-2023 moeten alle ontheemde kinderen een plaats krijgen in de scholen van het gastland’, klinkt het. ‘Parallelle onderwijssystemen kunnen schadelijk zijn voor de sociale en taalkundige integratie van ontheemde kinderen en voor hun toekomstige onderwijssucces. Kinderen in parallelle systemen lopen het risico minder goed onderwijs te krijgen en hun leerprestaties niet te laten certificeren.’
In deze gewone klas in Royal School in de Roemeense stad Cluj-Napoca zitten een paar Oekraïense kinderen. © Xander Stockmans
De Europese Commissie zegt lessen te hebben getrokken uit het aparte onderwijs voor Syrische kinderen in Turkije. Ze wil een soort parallelle Oekraïense samenleving in ballingschap in de EU vermijden. Oekraïense kinderen moeten geïntegreerd worden in de landen waarin ze leven, het leerplan van het gastland volgen en de onderwijstaal van het gastland leren.
Ondersteuning blijft nodig
Dat betekent niet dat de Oekraïense onderwijshubs zoals die van Kseniia Shurayeva in de Royal School moeten verdwijnen. Oekraïense leerkrachten zoals Olga en Iryna in het Transylvania College hoeven ook niet aan de deur gezet te worden, zij kunnen blijven optreden als cultureel bemiddelaars.
De vraag naar Oekraïense leerkrachten zal groot blijven. Scholen in de EU en Oekraïense leerkrachten kunnen elkaar vinden via de EU Talent Pool, een online platform waar gevluchte Oekraïners hun cv kunnen uploaden en waar werkgevers vacatures plaatsen. De Europese Commissie zette dit platform op in de zomer van 2022 om Oekraïners met een tijdelijke beschermingsstatuut in de EU aan banen te helpen. Roemenië doet niet mee met de EU Talent Pool, het heeft zijn eigen platform, ‘Jobs4Ukr’.
Ook al moeten Oekraïense kinderen in Roemenië Roemeens leren, toch zullen Oekraïense leerkrachten ondersteuning in de moedertaal blijven bieden. Dit lijkt de eerste vluchtelingencrisis waarbij de Europese Commissie hamert op ondersteuning in de moedertaal. Bij Syrische kinderen werd nooit hard getild aan het feit de kennis van de moedertaal verwaterde, ook al heeft de wetenschap aangetoond dat dit een impact heeft op de algemene taalvaardigheden van de kinderen.
Als er een lerarentekort zou zijn, zal het Roemeense ministerie van Onderwijs universiteitsstudenten en gepensioneerde leraren toestaan om les te geven. De Roemeense overheid biedt extra financiële steun, met de hulp van Europese middelen, aan scholen om leerkrachten aan te werven, het extra aantal studenten op te vangen en psychosociale steun en Roemeense taallessen aan te bieden.
Hoger onderwijs
De Roemeense regering moedigt universiteiten aan om hun beschikbare plaatsen aan te vullen met 20% van hun capaciteit. Oekraïense studenten kunnen zich naar eigen keuze inschrijven in het hoger onderwijs. Als zij hun eerdere studies niet met documenten kunnen staven, zullen de universiteiten en hogescholen hen ad hoc beoordelen. Daarna kunnen zij overdraagbare studiepunten toekennen, zodat studenten hun studie kunnen voortzetten.