Pakistaans parlement stemt voor publieke ophanging voor kindermisbruik

© Pikrepo

In augustus 2015 kwam in Pakistan een groot politiek schandaal aan het licht. Van 2006 tot 2014, werden honderden jonge kinderen misbruikt door een netwerk van pedoseksuelen. De kinderen woonden in Hussain Khanwala, een arm dorp in het district Kasur in de provincie Punjab.  Er doken videobeelden op waarin meestal jongens gedwongen werden tot seksuele handelingen. De daders bedreigden de ouders van de jonge slachtoffers. Enkele ouders beslisten om toch klacht in te dienen bij de politie, maar die ondernam niets.

In januari 2018 staat Pakistan opnieuw in rep en roer. In Kasur verdwijnt een meisje van zes op weg naar de koranlessen in de naburige moskee. Haar oom slaat alarm, want haar ouders zijn op bedevaart naar Mekka. Ook hij wordt niet serieus genomen door de politie. De familie gaat op eigen initiatief op zoek naar het meisje. Ze vinden beelden waarin een onbekende bebaarde man met witte kleding de kleine Zeinab meeneemt. Vijf dagen later wordt zij vermoord en verkracht teruggevonden op een vuilnisbelt. Uiteindelijk wordt de dader opgepakt. Het gaat om Imran Ali, een man die ook zeven andere moorden in de regio op zijn geweten heeft.

Een nieuw Pakistan

De gebeurtenissen zorgen voor een massale volkswoede en leidden tot hevige debatten. Imran Khan, die later president van Pakistan werd en partijleider is van Tehreek-e-Insaf (PTI), vond toen al dat daders de ergst mogelijke straf moesten krijgen. In augustus 2018 werd Khan met een absolute meerderheid verkozen. Hij beloofde zijn landgenoten een nieuw ‘Naya’ Pakistan, zoals profeet Mohammed een nieuwe staat stichtte in de stad Medina: ‘Een land dat niet geteisterd wordt door armoede en corruptie’.

‘Seksueel misbruik en het vermoorden van kinderen zijn gruwelijke misdrijven, maar de doodstraf is niet de oplossing.’

In 2018 worden enkele daders van het in 2015 ontdekte misbruik veroordeeld tot de doodstraf. Ze worden opgehangen in de gevangenis. Maar daarbij stopt het niet. Ali Muhammad Khan, minister, parlementslid en lid van de partij PTI, diende recent een resolutie in waarin hij ijvert voor de publieke ophanging van daders van kindermisbruik. Dat voorstel kwam er zonder overleg binnen de partij, wat voor verdeeldheid zorgde. Voor sommigen gaat publieke ophanging te ver en spreken over ‘een middeleeuwse praktijk’. Medestanders beweren dat de doodstraf door ophanging voorgeschreven staat in de Koran, en dat de islamitische traditie tenminste gerespecteerd wordt. Uiteindelijk stemde meer dan de helft van het parlement voor de resolutie.

‘Seksueel misbruik en het vermoorden van kinderen zijn gruwelijke misdrijven, maar de doodstraf is niet de oplossing’, reageert de afgevaardigde van de Zuid-Aziatische afdeling van Amnesty International, Omar Waraich. ‘Publieke ophangingen zijn daden van ondoordachte gruwel en hebben geen plaats in een samenleving waarin mensenrechten gelden.’

PTI-leider en president Imran Khan zwijgt voorlopig. Zijn partij ligt al langer onder vuur omdat ze zou flirten met extremisten. In het grensgebied met Afghanistan werd recent een lokale partijleider betrapt op het uitdelen van Afghaanse boerka’s aan schoolgaande meisjes. Hij gebruikte hiervoor overheidsgeld.