Sensibiliseren of realiseren? De klimaatzaak in Ecuador

Reportage

Steden Guayaquil en Quito maken er werk van

Sensibiliseren of realiseren? De klimaatzaak in Ecuador

Sensibiliseren of realiseren? De klimaatzaak in Ecuador
Sensibiliseren of realiseren? De klimaatzaak in Ecuador

Het zijn cruciale tijden voor het klimaat, in Katowice komen de wereldleiders samen voor de 24ste Conferentie van de Partijen, kortweg COP24. De kloof tussen wat er in het Parijs-akkoord beloofd werd en wat er echt gedaan moet worden is groot, dat bewijst het IPCC-rapport. In Zuid-Amerika viel mijn oog op de Ecuadoraanse steden Guayaquil en Quito, waar de stadsbesturen hard inzetten op het sensibiliseren van hun burgers, maar leidt dit ook tot realisaties?

© Fien Van den Steen

Quito — Een sorteerstraatje in plaats van een logistiek moeizaam proces van huisafvalophaling

© Fien Van den Steen

Het zijn cruciale tijden voor het klimaat, in Katowice komen de wereldleiders samen voor de 24ste Conferentie van de Partijen, kortweg COP24. De kloof tussen wat er in het Parijs-akkoord beloofd werd en wat er echt gedaan moet worden is groot, dat bewijst het IPCC-rapport. In Zuid-Amerika viel mijn oog op de Ecuadoraanse steden Guayaquil en Quito, waar de stadsbesturen hard inzetten op het sensibiliseren van hun burgers, maar leidt dit ook tot realisaties?

Ecuador is een van de weinige landen die de natuur rechten heeft toegekend, en waar water bij wet beschermd is als een nationale strategische grondstof.

Wat milieubeleid betreft, is Ecuador een interessant geval. Het is een van de weinige landen die de natuur rechten heeft toegekend, zoals de rechten van de mens, en waar water bij wet beschermd is als een nationale strategische grondstof. Ecuador heeft als land een uitzonderlijk grote biodiversiteit, niet verwonderlijk dat Darwin zo veel onderzoek aan de Galapagoseilanden wijdde.

Ook in de steden wordt die biodiversiteit hoog in het vaandel gedragen, door verschillende lokale projecten, maar ook door groter engagement. Zo was de hoofdstad Quito in 2016 de gaststad voor de UN Habitat, het programma van de Verenigde Naties rond sociale en duurzame stedenbouw, en recent in mei vonden er de regionale Talanoa-dialogen plaats, waarmee de lokale beleidsmakers hun stempel willen drukken op de nationale NDC aan de vooravond van de COP24.

Op lokaal vlak werken de Ecuadoraanse steden actief aan klimaatbeleid, waarbij ze veel belang hechten aan sensibiliseren, opdat de burgers actief betrokken worden en zouden participeren. ‘Ons milieubeleid is er niet voor de beleidsvoerders, maar wel voor de drie miljoen inwoners van de stad,’ zegt ingenieur Bolívar Coloma, directeur van het secretariaat voor Milieu van Guayaquil.

© Fien Van den Steen

Quito — Een effectief afvalbeleid kan niet zonder actieve burgerparticipatie

© Fien Van den Steen

De macht aan het volk

Bolívar Coloma verkeert in opperste feeststemming, het milieuplan van Guayaquil bestaat net een jaar en dat wordt gevierd. De stad werkte al langer aan milieu, maar een jaar geleden werden alle initiatieven samengebracht in een overzichtelijk, gestructureerd en doelgericht beleidsplan.

‘We vieren het met veel media-aandacht, omdat we de mensen actief willen betrekken,’ benadrukt hij. Voor de conferentie waarin het plan geactualiseerd zal worden ontvingen ze meer dan 800.000 inschrijvingen, zelfs van mensen buiten de stad. ‘Mensen willen niet meer alleen geïnformeerd worden, maar ook echt deelnemen,’ verklaart hij de hoge opkomst, ‘De nieuwe strategie is om mensen te emanciperen zodat ze mee verantwoordelijk zijn voor de stad.’

Leren recycleren

Een van de cruciale strategieën hierbij is het opzetten van educatieve projecten rond natuurbescherming en -behoud en rond recycleren. Hiervoor werkt Guayaquil samen met scholen en jeugdbewegingen. Met hen gaat de stad soms op pad om bossen aan te planten of brandgangen te creëren. Dit wordt belangrijker nu door aanhoudende droogte ten gevolge van de klimaatverandering de kans op bosbranden toeneemt. Het Secretariaat neemt vooral een ondersteunende houding aan, verduidelijkt Coloma, ‘We geven de richting aan, maar we voeren de projecten niet zelf uit.’

Daarnaast heeft de stad een specifieke recyclageschool opgericht op een drukbezochte openbare plaats, de Malecon 2000. ‘We willen de kinderen aanleren dat ze de natuur moeten beschermen,’ legt Coloma uit, ‘Elk jaar kunnen we zo 120.000 kinderen bereiken via de school op de Malecon.’ Al mag de stad sinds kort niet meer samenwerken met openbare scholen vanuit de nationale overheid, waardoor ze een deel van de kinderen niet langer kunnen bereiken.

© Fien Van den Steen

Guayaquil — De recyclageschool op de Malecon

© Fien Van den Steen

Naast het sensibiliseren zet de stad zich ook actief in om het afvalbeheer te verbeteren. Hiervoor wordt er samengewerkt met de informele recycleerders, mensen die op straat het afval sorteren en een kleine vergoeding ontvangen per hoeveelheid afval. Al kan Coloma geen precies cijfer geven over het exacte percentage afval dat er uiteindelijk gesorteerd wordt.

Bovendien gaat een groot deel van het afval naar stortplaatsen, al heeft de stad dit probleem aan het zicht ontnomen door er het Stadspark [Parque Metropolitano] van Guayaquil bovenop aan te planten. Maar Coloma geeft toe dat het een moeilijk thema is, en dat er nog veel werk aan de winkel is. ‘Net daarom werken we samen met de kinderen, en hopen we dat ze die kennis ook mee naar huis zullen nemen,’ verduidelijkt hij.

Publiek-Privaat

Een ander complex thema binnen het milieubeleid is het thema van vervoer. Dit legt meteen twee belangrijke pijnpunten boven binnen het lokale duurzaamheidsbeleid. Beperkte financiële middelen en daardoor het moeten samenwerken met private partners.

Zo wil de stad inzetten op milieuvriendelijker openbaar vervoer, maar omdat dit geprivatiseerd is, moet de stad met de bedrijven overeenkomen en hen vragen om de veranderingen te implementeren. Al geeft Coloma aan dat het niet anders kan, omdat de stad te weinig middelen heeft om deze diensten zelf aan te bieden.

Nieuwe openbare gebouwen zoals shoppingcentra, zullen laadpalen voor elektrische wagens moeten voorzien. Door publiek-private samenwerkingen aan te gaan, hoopt Coloma de plannen te verwezenlijken.

Wat de stad wel binnen haar bereik heeft, is het stimuleren van elektrisch privévervoer. Met een nieuw decreet wil Guayaquil de uitbouw van het elektrisch wagenpark stimuleren. Zo zullen nieuwe openbare gebouwen, zoals shoppingcentra, laadpalen voor elektrische wagens moeten voorzien.

Door publiek-private samenwerkingen aan te gaan, hoopt Coloma de plannen te verwezenlijken. ‘We hebben erg beperkte [financiële] middelen, waardoor we niet zelf kunnen investeren in de nodige infrastructuur,’ zegt Coloma, ‘Maar we kunnen wel de terreinen ter beschikking stellen en privé-partners faciliteren om hierin te investeren.’

Coloma zegt dat de publieke-private partnerschappen voor dit soort initiatieven toenemen omdat de bedrijven verplicht zijn een sociaal- en milieubeleid uit te werken. Bovendien organiseert de stad ook elk jaar een wedstrijd voor duurzame bedrijven en projecten, waarbij $10.000 gewonnen kan worden dat gebruikt moet worden om het voorgestelde project uit te voeren.

© Fien Van den Steen

Quito — Het electrificeren van bussen en taxi’s is een belangrijk onderdeel om de oude binnenstad emissievrij te krijgen

© Fien Van den Steen

Op weg naar duurzaamheid

In Quito, de hoofdstad van Ecuador, klinken een aantal gelijkaardige verhalen. Bovendien werd Quito in 2018 nog door haar eigen inwoners verkozen tot meest duurzame stad in de WWF City Challenge. Al stelt het stadsbestuur zich heel erg bescheiden op. ‘We geloven niet dat er al duurzame steden bestaan,’ zegt Verónica Arias, milieusecretaris van Quito, ‘maar wel dat sommige steden op weg zijn om duurzaam te worden.’

Quito heeft het duurzaamheidsbeleid grosso modo opgedeeld in vier grote lijnen: (1) natuurbeheer, cruciaal gezien de unieke biodiversiteit van Quito, en om de natuur onder andere te beschermen tegen de mijnbouw; (2) waterbeheer, tegen de verontreiniging van de rivieren, waarvoor er al een waterzuiveringsstation is in het zuiden van de stad, maar er nog een moet komen in het centrum en een in het noorden van de stad; (3) afvalbeheer, vooral recyclage; en (4) klimaatverandering.

Voor een van de initiatieven ter adaptatie aan de klimaatverandering won Quito in 2017 nog de Momentum for Change prijs van de Verenigde Naties. Het specifieke project leert vrouwen duurzame landbouwtechnieken aan om zowel de voedselzekerheid te vergroten als de koolstofuitstoot te verminderen en zo de ecologische voetafdruk te verkleinen. Op deze manier worden verschillende problemen tegelijkertijd aangepakt, van gendergelijkheid tot voedselzekerheid.

© Fien Van den Steen

Guayaquil — Op de Malecon werden verschillende educatieve projecten aangelegd, rond afvalbeheer, maar ook rond natuurbehoud

© Fien Van den Steen

Van sensibiliseren naar realiseren

Een ander plan waarin verschillende problemen tegelijkertijd zullen worden aangepakt, is het emissievrij willen maken van de historische binnenstad tegen 2020. Dit zal niet alleen resulteren in een lagere broeikasgasuitstoot, maar ook in minder luchtvervuiling en een verbeterde volksgezondheid. ‘Alleen al het voorlopig sluiten van enkele straten in het oude stadscentrum heeft al geleid tot 30% minder luchtvervuiling,’ zegt Arias ‘En tegen het einde van het jaar moeten de eerste elektrische bussen in de straten rijden.’

De huidige trolleybussen zijn hybride exemplaren, ze rijden dus deels elektrisch, maar ook deze zouden uiteindelijk alleen elektrisch moeten rijden. Bovendien drukt Arias haar hoop ook uit voor elektrische taxi’s. ‘We hebben al in kaart gebracht waar we de laadpunten zullen installeren, maar praktisch is het moeilijk te realiseren.’

Voor Quito is het betrekken van de burgers bij het duurzaamheidsbeleid cruciaal, zowel in de vorm van controles als in de vorm van onderwijs. Daarom werken ze samen met scholen, en gaan ze langs in de wijken en op de markten. ‘Niet met grote campagnes, want die zijn te duur en te occasioneel, maar op dagelijkse basis en in directe communicatie met de mensen,’ verduidelijkt Arias. ‘Je moet een constante hebben om effectief nieuwe gewoontes te creëren. Want mensen weten het meestal wel, maar passen het niet toe. Bewustzijn is hierbij cruciaal. En dit groeit. Het thema is niet langer exclusief voor milieugoeroes.’

Visie

Tekenend in deze opvatting is Quito’s Visie 2040, het nieuwe beleidsplan voor de toekomst van de stad, dat met inspraak van burgers gemaakt is met het doel op een leefbare stad, zowel sociaal, economisch als ecologisch.

Diezelfde visie draagt Quito ook uit naar andere steden. Naast gaststad voor de UN Habitat in de regionale Talanoa-dialogen, zetelt Quito in meerdere internationale stedengemeenschappen, zoals ICLEI en het Globale Burgemeensterconvenant, waar de stad ervaringen en kennis uitwisselt met steden wereldwijd. ‘Het is een politieke beslissing om ook op dit vlak leiderschap te tonen,’ benadrukt Arias, ‘hiervoor ontving Quito dan ook 6 internationale erkenningen, waaronder de City Challenge [van het WWF] en de Momentum [for Change tijdens de COP23 in Bonn].’

Ook nationaal stelt Quito zich op als een leider en toonaangevend voorbeeld voor de andere steden. ‘Zo heeft Ecuador geen plannen voor bosbehoud, maar Quito heeft dit wel. Net zoals voor zuivering van de rivieren, of een programma voor de beren, en klimaatverandering,’ legt Arias uit, ‘Veel van deze initiatieven ontstaan bottom-up en die delen we dan met andere steden.’ Daarnaast werkt Quito ook samen met wetenschappelijke en internationale instellingen en met privébedrijven om deze visie te realiseren.

Gebouwen langs transporthubs, zoals de metrolijn, mogen meer verdiepingen tellen als ze energie-efficiënt gebouwd zijn.

Een voorbeeld van een geïntegreerde visie waarbij de 3P’s (planet, profit, people) worden nagestreefd, is het decreet ter bevordering van de energie-efficiëntie, waarbij gebouwen langs transporthubs, zoals de metrolijn, meer verdiepingen mogen tellen als ze energie-efficiënt gebouwd zijn. Op die manier verhogen ze de dichtheid van de stad rond het openbaar vervoer en verlagen ze tegelijkertijd het energieverbruik. Daarnaast moeten grote projecten voor ze goedkeuring krijgen voldoen aan milieucriteria, zoals energie-efficiëntie, waterverbruik, afvalbeheer en zelfs groene daken en groene ruimtes.

Het resultaat van al deze beleidsmaatregelen, of net de urgentie ervan, kunnen de burgers zelf zien via het online platform van het secretariaat van milieu, waar ze hun ecologische voetafdruk kunnen berekenen of ze de luchtkwaliteit in de stad kunnen nagaan. Op die manier hoopt de stad de burgers meer te betrekken en bewuster te maken.

Stappen vooruit

Het WWF in Ecuador benadrukt de inspanningen die de verschillende steden leveren. ‘De vier grote steden, Quito, Guayaquil, Cuenca en Loja, hebben de laatste jaren grote stappen gezet,’ zegt Hugo Arnal, Directeur van WWF-Ecuador. Zo werd Quito verkozen als nationale winnaar van de WWF City Challenge 2018. ‘Niet omdat het een duurzame stad is, maar wel omdat ze grote stappen gezet heeft en belangrijke beslissingen genomen heeft die de stad in de juiste richting duwen,’ verduidelijkt hij, ‘En dat moet je aanmoedigen!’

Al ontbreekt er nog veel. Zo rijdt het openbaar vervoer nog op diesel, die niet eens voldoet aan de Europese normen. Al zijn er plannen op lange en op korte termijn om dit te veranderen.

Volgens Arnal speelt het stadsbestuur samen met het secretariaat van milieu een belangrijke rol in het duurzaamheidsbeleid. Zo heeft het stadsbestuur van Quito enkele kleine recyclagecentrales opgericht, waar het nationaal niveau te kort schiet. ‘De meerderheid van de gemeentes werkt niet rond recyclage,’ stelt Arnal vast.

Toch merkt hij een groeiend bewustzijn op bij de mensen, en ziet hij ook dat de industrie mee begint te denken in de nieuwe thema’s. ‘Vroeger stonden andere thema’s hoger op de agenda, zoals ontbossing en landrechten van de inheemse gemeenschappen; waardoor milieu vaak overschoot,’ legt hij uit, ‘Vandaag is er wel meer aandacht voor milieu.’

© Fien Van den Steen

Guayaquil — Samenwerkingen met privépartners moeten het beleid praktisch uitvoerbaar maken, zoals dit shoppingcentrum in Guayaquil dat inzet op milieuvriendelijk vervoer

© Fien Van den Steen

‘Het is hierbij cruciaal om een mechanisme te ontwikkelen waarbij de maatschappij meer betrokken wordt,’ zegt Arnal, ‘Want de samenleving heeft het vermogen om druk uit te oefenen op het politieke niveau.’ Bovendien kan die samenwerking heel breed gaan: niet alleen tussen burger en overheid, maar ook tussen overheid en onderwijs, het middenveld, de wetenschap, en zelfs de bedrijven. ‘“Samen slagen we” is de slogan van het WWF, want alleen gaat het niet’, vat Arnal het samen, ‘Bovendien is het de uitdaging om zo veel mogelijk te doen met de weinig beschikbare middelen.’

Al opereert Quito niet in een vacuüm, er zijn internationale en nationale wetgevingen waarbinnen het beleid gevoerd moet worden. De verstrengde internationale milieucriteria ziet Arnal als een goed punt, want om bepaalde producten te kunnen exporteren moeten ze wel voldoen aan strengere kwaliteits-, maar ook milieunormen. Al blijft het grote belang van de petroleumindustrie in het land een heikel punt. ‘De transitie van een petroleumeconomie naar een zonder is economisch en politiek uiterst complex,’ betreurt Arnal, ‘En dat zal niet op korte termijn veranderen.’

Politiek klimaat om in te gedijen

Het belang van het nationale kader onderstreept ook Gustavo Manrique Miranda, voorzitter van de milieuorganisatie Sambito. Hij organiseert elk jaar de Groene Prijzen van Latijns-Amerika, een wedstrijd voor duurzaamheidsprojecten in Latijns-Amerika. Door de variëteit van de inzendingen over de verschillende landen heen ziet hij het belang van een ondersteunend politiek kader.

© Fien Van den Steen

Guayaquil — een van de sorteerpunten op de Malecon, goed zichtbaar in het openbaar

© Fien Van den Steen

‘We zijn de milieuradiografie van Latijns-Amerika,’ zegt hij, ‘De inzendingen zijn een directe procentuele afspiegeling van het nationaal beleid. Zo krijgen we bijvoorbeeld veel projecten vanuit Costa Rica met betrekking tot hernieuwbare energie, omdat de nationale politiek er focust op CO2-neutraliteit tegen 2021. […] Ecuador heeft dan weer veel meer projecten die focussen op sociale ontwikkeling, omdat er gedurende een decennia een socialistische regering was [Van 2007 tot 2017 regeerde President Correa van de linkse partij Alianza PAIS]. Al komt ook het thema van recyclage veel voor, net omdat voormalig president Correa sterk heeft ingezet op afvalbeheer in het land.’

Dit jaar stond waterbeheer veel hoger in de ingezonden projecten, dat komt onder andere doordat Ecuador rechten heeft toegekend aan de natuur en het water als een nationale strategische grondstof heeft erkend.

De verschillende edities van de prijzen overschouwend, maakt Gustavo een cruciale bedenking: ‘Uiteindelijk ontstaan veel initiatieven van onderuit, maar ze hebben wel een goed politiek klimaat nodig om in te gedijen.’ Waarmee we terug keren naar Katowice dezer dagen, waar een gunstig politiek klimaat geschept moet worden om de klimaatverandering nog op de valreep tegen te gaan.

Steden als Guayaquil en Quito tonen aan dat ze daar niet op gewacht hebben, maar wel dat ze er nood aan hebben: het scheppen van een gunstig politiek klimaat waarin burgers actief betrokken worden en vanuit bewustzijn mee bouwen aan de duurzaamheid. Het is niet louter sensibiliseren of realiseren, maar wel beiden. Samen aan duurzaamheid werken, zoals Hugo Arnal van WWF Ecuador het zegt, in een gunstig politiek klimaat zoals Gustavo Manrique Miranda van Sambito het stelt. Al kan dat niet buiten een nationaal en internationaal kader waarin zowel politieke als financiële afspraken gemaakt worden om het lokale milieubeleid optimaal te laten gedijen. Afspraken die nu in de COP24 weer op tafel liggen en in het kader van het recente IPCC-rapport hopelijk zullen herzien worden.