Hebben we een dating-app nodig om in contact te komen met vluchtelingen?

Reportage

Baanbreker

Hebben we een dating-app nodig om in contact te komen met vluchtelingen?

Hebben we een dating-app nodig om in contact te komen met vluchtelingen?
Hebben we een dating-app nodig om in contact te komen met vluchtelingen?

Studente Conflict & Development Karlijn Koek wil een app laten ontwikkelen die vluchtelingen in contact brengt met inwoners van het land van aankomst, en vice versa. Als een soort datingapp, zoals Tinder, stelde ze het voor op het Mondiaal Café donderdag. ‘Dit soort initiatieven vormen een laagdrempelige manier om het isolement te doorbreken’, klinkt het bij Vluchtelingenwerk Vlaanderen.

‘Wanneer komt die app er nu?’ Aan het woord zijn twee Syrische vluchtelingen uit Noorwegen, Saaid en Mohamed, die al een tweetal jaar in het land verblijven, maar het gevoel hebben dat ze niet in contact komen met ‘de Noor’. Ze ontmoetten de Nederlandse Karlijk Koek, die nu zo’n 2,5 jaar in Gent woont, toen zij eind december op reis vertrok naar Noorwegen om het nieuwe jaar goed in te zetten. Toevallig, op café.

‘Veel Europeanen spreken geen onbekenden aan op café. Vaak zitten we gewoon alleen, thuis, binnen. Zo gesloten zijn we wel’, stelt Karlijn. ‘Terwijl vluchtelingen wel in contact komen met psychologen, sociale werkers en vrijwilligers, maar moeilijk vrienden maken onder hun nieuwe landgenoten.’

Het antwoord van Karlijn op die jammerlijke tegenstelling? Elkaar terugvinden op Refinder.

Schaakmat op Tinder

‘Al die vriendinnen die me gek verklaren als ik op m’n eentje op café ga, gewoon om onder de mensen te zijn, hebben precies altijd een reden nodig om samen af te spreken. Samen gaan sporten of koken of eender wat. Waarom niet afspreken met een vluchteling om samen zo’n hobby te beoefenen?’

Dat kan volgens haar het best via een app, die ze Refinder zou noemen. ‘Van vluchtelingen, refugees, die iets of iemand moeten vinden, to find.’ Ze vergelijkt het met een datingapp, zoals Tinder. ‘Die heb ik vroeger nog vaak gebruikt, maar niet waarvoor je denkt’, aldus Karlijn. Toen zij 2,5 jaar geleden in Gent aankwam, kende zij niemand, behalve haar klasgenoten. ‘Het heeft 8 maanden geduurd om echt goede vrienden te maken.’ Met de app ging ze op zoek naar vrienden om mee te schaken, een hobby die ze in Utrecht beoefende.

‘Voor een schaakclub had ik niet genoeg tijd en mijn klasgenootjes konden niet goed genoeg schaken’, lacht Karlijn, die duidelijk op haar profiel vermeldde wat haar bedoelingen waren. ‘Natuurlijk zijn er mensen die dat verkeerd interpreteren en die willen afspreken om een andere reden. Maar ik heb nog steeds contact met zeven schakers die ik op zo’n laagdrempelige manier heb leren kennen.’

Laagdrempelig is een woord dat vaak terugkeert in het betoog van Karlijn. ‘Mensen willen zo weinig mogelijk moeite doen. Bekijk het zo: je gaat veel sneller op een datingapp als Tinder dan dat je je zou registreren op een datingsite. Hetzelfde geldt voor vrijwilligerswerk. Als je je daarvoor moet registreren en misschien zelfs langs moet komen eer je iets kan doen, haken velen af. Dat is al een (te) grote stap voor mensen die eigenlijk morgen gewoon wat willen schaken of – als er geen taalbarrière is – koffie willen drinken met een vluchteling en naar hun verhalen luisteren.’

Iedereen vrijwilliger

© Sarah Vandoorne

© Sarah Vandoorne​

Voor zo’n potje schaak of kopje koffie hebben vluchtelingen die pas aangekomen zijn in ons land volgens Didier Vanderslycke van Orbit vzw amper tijd voor. ‘Zij zijn te druk in de weer met erkenning te krijgen, te zoeken naar een huis, naar werk. Vaak een hopeloze zoektocht’, aldus Vanderslycke. ‘Het is fundamenteel dat iedereen op zoek is naar een of andere vorm van ontmoeting. Maar die eerste ontmoetingen staan in functie van zoveel taken tegelijk.’

Mensen die daarbij willen helpen, kunnen zich volgens Vanderslycke dus beter wel aansluiten als vrijwilliger. ‘Hen adviseren we eerst te kijken in de eigen omgeving en te gaan praten met wie al zicht heeft op de effectieve noden van vluchtelingen. Het is vrij eenvoudig om zo’n organisaties te vinden: even googelen en je weet meteen waarheen. Dat soort vrijwilligers, die de nodige vormingen krijgen om goed te kunnen helpen, volgen de “normale” weg en dat raden wij aan.’

‘Sluit je zoveel mogelijk aan bij bestaande initiatieven’, klinkt het advies van Hart Boven Hard. ‘Er zijn veel mensen die iets willen doen. Die vrijwilligers proberen wij met elkaar in contact te brengen.’

Karlijn kan zich daar niet helemaal in vinden. ‘Omdat ik het woord vrijwilliger best raar vind. Iedereen is toch altijd vrijwilliger? Je moet niet ingeschreven staan bij een organisatie en je verplicht voelen om elke week of elk halfjaar iets te doen. Misschien heb je een halfjaar geen zin, en doe je de weken nadien wel elke dag iets. Door het echt bottom-up aan te pakken, en niet af te hangen van een overkoepelende organisatie, ben je flexibeler en kan je meer mensen bereiken.’

‘Beschikken over een sociaal netwerk heeft een positief effect op het welbevinden en zorgt ervoor dat je sneller kunt inburgeren’

Volgens haar is het bovendien net belangrijk om ook die eerste stap naar contact te versimpelen. Dat is ook de visie op Vluchtelingenwerk Vlaanderen. ‘Vluchtelingen hebben vaak en vooral in het begin geen sociaal netwerk. Ze staan er alleen voor en voelen zich geïsoleerd. Zo’n app zou hier een deels een antwoord op kunnen bieden. Beschikken over een sociaal netwerk heeft immers een positief effect op het welbevinden en zorgt ervoor dat je sneller kunt inburgeren’, duidt Bieke Purnelle van Vluchtelingenwerk Vlaanderen.

Karlijn ziet mogelijkheden om ook via de app te helpen zoeken naar een huis of andere praktische zaken. ‘Via mijn eigen vrijwilligerswerk bij Intal kom ik vaak in contact met een Palestijnse vluchteling, Mahmoud, die hier al twee jaar woont en altijd meteen mij belt als hij ergens hulp voor nodig heeft. Zijn netwerk vergroten, kan toch alleen maar voordelen hebben?’

Tegen de angstcultuur in

Toch waarschuwt Vanderslycke voor de vele gevaren. ‘Vluchtelingen zijn een kwetsbare groep’, wil hij benadrukken. ‘Neem nu het fenomeen van zwart werk. Werkgevers die de regels niet zo nauw volgen, kunnen die app gaan gebruiken voor een klus links en rechts.’

Die kritiek komt niet uit de lucht vallen. ‘Een vriend van mij reageerde ludiek dat hij, als hij zou afspreken om zijn hobby te beoefenen met een vluchtelingen, gewoon zou doen alsof zijn hobby huizen schilderen was. Een gratis werkkracht, dacht die’, aldus Karlijn. ‘En dat is lang niet het enige gevaar waar mensen me op wijzen.’

‘De app kan een tegengewicht bieden voor het negatieve beeld van vluchtelingen in de media.

‘Stel je voor dat mensen de app gebruiken om af te spreken met vluchtelingen en ze vervolgens in elkaar te slaan?’, werd Karlijn al gewaarschuwd. ‘Je kan ervan uitgaan dat dat het uitgangspunt is van mensen, maar dat is net hetzelfde als ervan uitgaan dat datingapps alleen maar voor seks dienen, terwijl er daar ook relaties van komen. Daar gebeuren ook soms “slechte dingen”, die niet dagelijks voor negatieve berichtgeving zorgen in de kranten.’

Volgens Karlijn kan de app een tegengewicht bieden voor het negatieve beeld van vluchtelingen in de media. ‘Telkens weer wordt er verwezen naar die verkrachtingen. Er is precies maar een paar keer per jaar plaats is voor positief nieuws. Terwijl mensen dat ook nodig hebben. Je beeld kan helemaal veranderen omdat je de hele andere kant ziet. Mensen worden te snel in hokjes gestoken, iedereen zit op zijn eigen eilandje. Als je de mensen zelf kent, wordt het iets helemaal anders. Dus laat mij een andere vraag stellen: stel je voor, wat zou er gebeuren als de positieve ontmoetingen die ontstaan dankzij de app de negatieve overtreffen?’

Op gelijke voet

Positieve ontmoetingen ontstaan zodra er uitwisseling is. ‘Van elkaar leren is cruciaal. Er wordt vaak gepraat over vluchtelingen, maar niet met hen. Dit soort initiatieven zijn een laagdrempelige manier om het contact en de ontmoeting te bevorderen en het isolement te doorbreken’, klinkt het bij Vluchtelingenwerk Vlaanderen.

© Sarah Vandoorne

© Sarah Vandoorne​

‘De bedoeling is inderdaad om het isolement van vluchtelingen te doorbreken, maar ook om Europeanen uit hun huis, van hun eilandje te halen’, duidt Karlijn. ‘De app is niet meer voor de vluchteling dan voor de Europeaan of omgekeerd, ze staan op gelijke voet. Eigenlijk is het dus ongepast om de opdeling “Europeaan” en “vluchteling” te maken. Noem het liever de app voor nieuwkomers en thuisblijvers, zoiets.’

‘Vluchtelingen te veel aanzien als slachtoffers. Dat kan een self-fulfilling prophecy worden en dan gaan ze zich ook als slachtoffer gedragen.’

Om die tweedeling te doorbreken, wil ze dat de app meer biedt dan enkel de mogelijkheid om hulp aan te bieden. ‘Met de app zou je kunnen aangeven of je kleren of andere dingen te geef hebt, maar (materiële) hulp hoeft niet altijd. ”Voor wat, hoort wat” is niet de bedoeling.’

Vluchtelingen worden volgens Karlijn te veel aanzien als slachtoffers. ‘Dat kan een self-fulfilling prophecy worden en dan gaan ze zich ook als slachtoffer gedragen. Terwijl het net de bedoeling is autonomie te creëren: de nieuwkomers kunnen zelf muziekles geven of in de keuken iets aanleren. En, op het opnieuw in Tindertermen uit te leggen, als ze iets niet vertrouwen of zien zitten, kunnen ze altijd nee zeggen door naar links te swipen.’

Kracht van de (a)sociale media

‘We zijn duidelijk lid van de digitale generatie’, zegt Vanderslycke. ‘Apps hebben bepaalde functies, dat weten we, en vluchtelingen vertrouwen vaak op hun smartphones, net omdat die zoveel verbindingsmogelijkheden geven met het buitenland. Volgens ons moeten relaties zich in de werkelijkheid afspelen. Ik betwijfel of zo’n app daartoe zal bijdragen.’

Om open te staan om contacten te leggen, moeten we het internet volgens Karlijn echter op een andere manier gaan gebruiken. ‘Ik ben zelf enorm tegen het feit dat het internet, en dan vooral Facebook, precies al onze sociale contacten overnemen. Dat maakt van ons thuisblijvers en van hen dus eerder asociale media. Maar tegelijk kan je het ook gebruiken. Om je ideeën te verwoorden, bijvoorbeeld.’

Zo wint het idee van Karlijn aan fans op Facebook en LinkedIn. ‘Ik heb het op mijn Facebook gepost, Rudi Vranckx heeft het gedeeld en dat is zijn eigen leven beginnen leiden. Zonder dat ik daar bij wijze van spreken mijn eigen deur voor uit moest. Het doel was om iemand te vinden die het zou zien zitten om de app te ontwikkelen.’

Gentse studenten aan het werk

De oproep miste zijn effect niet. Karlijn staat in contact met meerdere webdevelopers die interesse hebben om het idee vorm te geven. Op dit ogenblik nemen zes laatstejaarsstudenten ICT aan de Technologiecampus Odisee in Gent volgen het idee alvast onder handen. Zij zullen morgen een prototype af hebben hoe de app er in werkelijkheid kan uitzien.

‘Ik zag het filmpje van Karlijn via de Facebookpagina van Rudi Vranckx passeren en vond het een leuk idee’, zegt lector Davy De Winne. ‘Ook ik wil graag iets doen voor vluchtelingen, maar weet niet goed hoe ik hen moet leren kennen. Het is als iemand een interessant boek zien lezen op de trein, maar hen niet durven aan te spreken. Ik kon mij volledig vinden in het verhaal dus en stelde het voor aan de studenten van het keuzevak ‘Web & Mobile Development’. Op zich is het geen moeilijke app om te ontwikkelen. Twee teams van drie – van de in totaal negen groepjes – kozen voor dit onderwerp.’

© Sarah Vandoorne

Lector Davy De Winne: ‘Ik kon mij volledig vinden in het verhaal dus en stelde het voor aan de studenten van het keuzevak ‘Web & Mobile Development’

© Sarah Vandoorne​

‘Het idee heeft een grote maatschappelijke meerwaarde’, zegt student Bram Scheerder, die samen met Vincent Vanopdenbosch en Sander De Bleecke een van de twee teams vormt. ‘De verdere uitwerking van het project kan er niet alleen voor zorgen dat mensen in contact komen met vluchtelingen, maar ook dat deze sneller geïntegreerd raken in onze maatschappij. Als Europeanen in contact kunnen komen met vluchtelingen, kan hun blik op de problematiek veranderen.’

‘In onze uitwerking van Refinder staat de privacy en de veiligheid van de vluchteling centraal’, aldus Bram. ‘Wie in contact wil komen met vluchtelingen, krijgt een overzicht te zien van alle geregistreerde vluchtelingen die zich binnen een straal van x-aantal kilometer bevinden, maar om misbruik te voorkomen wordt de exacte locatie van gebruikers nooit gedeeld.’ In dat overzicht kunnen gebruikers elkaar “in detail” gaan bekijken. ‘Zo kunnen Europeanen het verhaal achter de vluchteling te weten komen en kunnen ze ervoor kiezen om een connectie aan te gaan, die de vluchteling al dan niet aanvaardt. Daarna kunnen ze beginnen chatten.’

‘Ook willen we ervoor zorgen dat vluchtelingen ook in contact kunnen komen met andere vluchtelingen’, klinkt het.

‘Als Karlijn daarmee akkoord gaat, is het wel de bedoeling om de code beschikbaar te stellen via een open source-programma. Zo kan iemand anders er ook op verderwerken.’

Ook studenten Jasper Verschuere, Daniel Mir Heydari en Bjorn De Rijcke hebben voor dit project gestort. ‘In onze app zal je bij je registratie je hobby’s moeten invullen. Vervolgens kan je van elkaar zien wat de andere persoon graag doet en beslissen of je wil afspreken.’

‘De versie die de zes studenten morgen zullen aanleveren, zal zeker geen afgewerkt product zijn’, aldus De Winne. ‘Als Karlijn daarmee akkoord gaat, is het wel de bedoeling om de code beschikbaar te stellen via een open source-programma. Zo kan iemand anders er ook op verderwerken.’

‘Ik ben er altijd erg duidelijk in geweest dat ik daarmee akkoord ga, want ik wil dit idee niet commercieel uitwerken’, zegt Karlijn. ‘Het is niet eens mijn idee. Veel mensen hebben dit allicht weleens bedacht, dat zo’n app handig zou zijn. Een vriendin uit Nederland belde mij zelfs op na de oproep, dat zij dat idee al eens gehad heeft. Terwijl ik haar al maanden niet meer had gesproken. Het idee is dus niet van mij, ik heb het gewoon toevallig gepitcht. Het enige wat ik wil, is dat de app er komt, want ik wil ‘m zelf gebruiken.’

Karlijn Koek was een van de sprekers op het Mondiaal Café ‘Nieuwkomers in Gent: goede buur of concurrent?’ in de Zebrastraat in Gent op donderdag 21 april. Daar vroeg ze de gasten aan haar tafel om een enquête in te vullen over wat er zeker wel en wat niet in zo’n app moet. Je kan haar bereiken met bedenkingen op karlijn.koek@gmail.com.

Andere sprekers op het Mondiaal Café kunnen ook helpen met je in contact brengen met vluchtelingen. Daarbij waren Orbit, Hart Boven Hard, De Tinten, IN-Gent, Dienst Asiel- en vluchtelingenbeleid Stad Gent, Een hart voor vluchtelingen Gent, Hand-in-Hand Gent, OCMW Gent, Werkgroep Vluchtelingen Gent, ABVV-Oost-Vlaanderen en Leerpunt Gent aanwezig met goede raad en gouden vrijwilligersinitiatieven om ook in contact te komen met vluchtelingen.