Vooral graven jezidislachtoffers krijgen prioriteit
Vermist in Irak: het ene massagraf is het andere niet
© Reuters / Thaier Al-Sudani
© Reuters / Thaier Al-Sudani
Irak heeft een van de hoogste aantallen vermisten ter wereld. De schattingen zijn hallucinant: ze lopen uiteen van 250.000 tot een miljoen mensen. Onder andere terreurgroep ISIS liet honderden massagraven achter, maar tijd en geld ontbreken om die allemaal te ruimen.
Geen enkel ander land heeft zoveel vermisten als Irak. En er zijn honderden massagraven, onder andere achtergelaten door terreurgroep ISIS. Buitenlands geld bepaalt welke graven worden geruimd, en daardoor gaan jezidigraven voor. Soennieten in de Iraakse steden als Hawija blijven in onzekerheid over hun vermiste geliefden.
‘Mijn broer werd opgepakt. Hij had voor een ministerie gewerkt, en Daesh beschuldigde hem van spionage voor het Iraakse leger. Het was een nepreden.’ Abdullah Ramadan Mohamed is een van de duizenden mensen die in de Iraakse stad Hawija zoeken naar een familielid dat werd opgepakt tijdens de driejarige bezetting door de terreurgroep ISIS, of Daesh in het lokale taalgebruik.
Het was 2014, de terreurgroep had nog maar net de macht gegrepen in één derde van Irak.
Na de nachtelijke arrestatie van zijn broer liep Ramadan maandenlang de ISIS-gevangenissen af in de hoop informatie over zijn broer te krijgen. ‘De Daesh die hem oppakten kwamen van buitenaf, uit Diyala. Er is hier niemand aan wie ik het nu nog kan vragen’, zegt hij moedeloos.
De bevrijding van ISIS kwam, eind 2017, maar Ramadans broer werd niet gevonden. ‘Ik vergeet hem niet, maar wat kan ik doen?’
Massagraven
Het lichaam van de broer ligt vermoedelijk in een massagraf van ISIS bij het dorp Bagara, een paar kilometer buiten Hawija. Het is een militaire basis die de Amerikanen in 2011 hadden verlaten, en die ISIS gebruikte om er gevangenen te executeren. De lichamen werden daarop in openlucht werden achtergelaten. Hier zouden zowel Iraakse militairen, politiemensen als burgers zijn geëxecuteerd. Volgens de verhalen uit Hawija begroef een schaapsherder hen stiekem, tot ISIS hem betrapte en oppakte, zo vertelt Ramadan in een klein kantoortje in het centrum van Hawija.
Maar burgers in de stad vertellen dat er op die plek nu niets meer te zien is. Na de bevrijding zouden er bulldozers over het terrein gegaan zijn. Een verzoek van MO* om er een kijkje te mogen nemen, werd afgewezen door de Iraakse veiligheidsdienst, de Mukhabarat.
Ramadans broer kan natuurlijk ook in een van de andere massagraven liggen, zoals die bij het naburige dorp Riath, waar ISIS lichamen dumpte in oude waterbronnen die voor irrigatie werden gebruikt. Of in het bos daar.
Volgens de Verenigde Naties zijn in Irak tot nu toe meer dan 200 massagraven uit de ISIS-tijd ontdekt, met vermoedelijk meer dan 12.000 lichamen.
Maar dr. Dheya Kareem Saidi, het hoofd van de Directie Massagraven (MGD) van de Iraakse overheid, vertelt dat zijn team voorlopig alleen plannen heeft om een vierde, kleiner massagraf aan de voet van het Hamrin-gebergte te ontruimen. Daarin liggen jezidivrouwen die ISIS gevangenhield en tijdens hun vlucht uit Hawija vermoordde.
Volgens de Verenigde Naties zijn in Irak tot nu toe meer dan 200 massagraven uit de ISIS-tijd ontdekt, met vermoedelijk meer dan 12.000 lichamen.
Genocide op jezidi’s
In een gesprek via WhatsApp spreekt Kareem met ons over locaties, die meerdere graven kunnen bevatten. Hij vertelt dat van de 114 locaties waar slachtoffers van ISIS liggen, zijn team er nog maar 29 heeft geruimd. Op die locaties vonden ze 81 massagraven, en daaruit zijn de resten van zo’n 3000 lichamen geborgen.
Dat zijn vooral massagraven van jezidi’s, de religieuze minderheid waarop ISIS een genocide pleegde. De graven bevinden zich vooral in de jezidiprovincie Sinjar. Van duizenden lichamen is inmiddels de identiteit vastgesteld, en ze zijn onder grote belangstelling herbegraven.
In Hawija, waar Ramadan nog altijd naar zijn broer zoekt, stemt het familieleden van vermisten bitter dat jezidi-graven blijkbaar voorrang krijgen. Volgens dr. Kareem heeft dat minder te maken met de prioriteiten die zijn team stelt dan met de financiën. Zijn team telt maar 45 medewerkers en kampt voortdurend met een geldtekort.
‘We hebben de fondsen van Unitad en de ICMP nodig om te kunnen werken’, legt hij uit. Hij verwijst daarmee naar de VN-organisatie die enkele jaren geleden werd opgericht om de misdaden van IS te onderzoeken en naar de Internationale Commissie voor Vermiste Personen. Daarmee bepalen die twee organisaties in feite welke graven prioriteit hebben, en dat zijn voor hen vooral die van de slachtoffers van de genocide.
Irak heeft een van de hoogste aantallen vermisten ter wereld. Schattingen lopen uiteen van 250.000 tot een miljoen.
Tegelijkertijd is er nog een achterstand weg te werken. Dictator Saddam Hussein liet na zijn val in 2003 op 98 locaties massagraven achter, waarvan er nog altijd 21 niet zijn geruimd. Kareem rekent het voor: samen met de 85 locaties waar ISIS-massagraven liggen, is dit ‘een enorm erfgoed voor ons’.
Hij bedoelt: dat kunnen we onmogelijk allemaal in korte tijd wegwerken. Want zijn team kan door corona en door weersomstandigheden lang niet altijd werken.
Bovendien speelt ook de veiligheid mee. Veel graven liggen in afgelegen gebieden. Het vrouwengraf bij Hawija bijvoorbeeld had al meer dan een jaar geleden geruimd moeten worden, maar dat moest worden uitgesteld na een melding dat het er niet veilig was. Dat kan ook voor de andere drie massagraven bij Hawija gelden: hier zijn nog steeds leden van ISIS actief. Ondanks de massale aanwezigheid van troepen en milities zijn er regelmatig aanslagen.
250.000 tot een miljoen vermisten
Eind 2017 werd Hawija bevrijd van ISIS. De stad telde toen zo’n 7000 doden en 5000 vermisten.
Volgens het Internationale Comité van het Rode Kruis heeft Irak een van de hoogste aantallen vermisten ter wereld. Schattingen lopen uiteen van 250.000 tot een miljoen. Dat zijn slachtoffers van Saddams regime, van ontvoeringen tijdens de burgeroorlog na 2003 of van radicale groepen als Al-Qaida en later ISIS.
In zijn herbouwde familiehuis legt stamhoofd Sjeik Ahmed al-Muheiri uit hoe verlammend de onzekerheid is. Onder de vermisten van Hawija zijn z’n vader en ooms.
‘De familie heeft nog steeds hoop dat ze terugkomen’, zegt de twintiger, die zich gedwongen zag veel te jong zijn vader op te volgens als hoofd van de stam. De kans dat zijn familieleden terugkeren is nihil, meent hij. ‘Mijn moeder en mijn zussen blijven hopen. We kunnen niet openlijk met hen bespreken wat er is gebeurd. Daardoor is het een taboe geworden.’
‘Mensen vinden en opgraven is voor de regering geen prioriteit. Ze vergeten liever wat er is gebeurd.’
De jonge sjeik vreest bovendien dat de lichamen onvindbaar zullen blijven. Na de bevrijding zag hij de drie massagraven van Hawija met eigen ogen, vertelt hij. Maar hij denkt niet dat zijn vader en ooms daarin liggen, vanwege zijn vaders als stamhoofd. ‘Ze waren geen gewone gevangenen. Dat bleek toen we met gevangengenomen ISIS-leden spraken.’
‘De informatie over hun executie is niet gedeeld. Er is geen enkel filmpje van de executie gevonden.’ ISIS maakte die filmpjes als waarschuwing aan de overlevenden. ‘Het is in het geheim gebeurd op een geheime locatie, zodat er vanuit de gemeenschap geen protesten zouden komen.’
Hij heeft veel navraag gedaan, ook bij diverse overheidsinstanties. ‘Met geen enkel resultaat. De reactie was: ISIS heeft vele duizenden mensen vermoord. Dit land behoort aan God, dus laat hen met rust.’ Naast het feit dat er een tekort aan menskracht is om de vele ISIS-graven te ruimen, ‘is het voor de regering geen prioriteit’, stelt hij vast. ‘Ze vergeten liever wat er is gebeurd.’
In soennitische gebieden
Ja, ook de jonge sjeik heeft gezien dat er in de jezidiprovincie Sinjar wel gewerkt wordt aan het ruimen van massagraven. Het aantal slachtoffers is in Hawija niet eens zoveel lager dan dat onder de jezidi’s, merkt hij op. ‘Maar wij zitten hier met het stigma dat de hele stad achter ISIS stond, terwijl dat in werkelijkheid maar een kleine minderheid was.’
Dat stigma blijft aan Hawija kleven, maar ook andere soennitische steden zijn ermee besmet. Veel soennieten dachten aanvankelijk dat ISIS een manier was om zelf weer aan de macht te komen in Irak. Ook toen ze zagen dat ze zich vergisten, waren velen gedwongen om onder de ISIS-bezetting te blijven leven. Dat ook zij door ISIS gestraft en gedood zijn, krijgt nauwelijks aandacht in de rest van het land.
De vele massagraven die nog niet onderzocht zijn, liggen vooral in soennitische gebieden die bezet waren door ISIS. Voor de sjiitische regering in Bagdad hebben die minder prioriteit.
Tegelijkertijd zijn wel de massagraven geruimd waarin sjiitische slachtoffers van ISIS lagen. Zoals de circa 1700 slachtoffers van de massamoord die ISIS in juni 2014 pleegde onder vooral sjiitische kadetten van de Speicher Luchtmachtbasis bij Tikrit. Ook de massagraven van de door ISIS vermoorde gevangenen van de Badoush-gevangenis in Mosoel zijn geruimd; dat waren vrijwel allemaal sjiieten die net als de kadetten vanwege hun geloof zijn gedood.
Een uitzondering vormt het massagraf met 322 leden van de soennitische Al-Bu Nimr-stam in de Anbar-provincie. Dat werd in oktober geruimd, met steun van Unitad. Maar ISIS doodde deze geloofsbroeders omdat zij zich actief tegen zijn bewind verzetten.
Daarnaast zijn er ook tal van graven met ISIS-strijders. In Hawija wordt gesproken over een massagraf met ISIS-leden die zouden zijn omgekomen bij de enorme explosie in juni 2015. Die verwoestte een deel van de stad, en werd veroorzaakt door een luchtaanval van een Nederlands toestel, als onderdeel van de internationale coalitie tegen ISIS. Of het graf echt bestaat is onduidelijk, want niemand in Hawija zegt de locatie ervan te kennen. In het dodental van de ramp (meer dan zeventig) zijn zij hoe dan ook niet meegerekend.
Internationale hulp
Het lange wachten op zekerheid heeft grote gevolgen voor de families van de slachtoffers. Zoals voor het gezin van Ramadans broer, die getrouwd was en twee kinderen had. Zijn vrouw keerde terug naar haar ouders en wacht jaren later nog steeds op een weduwenuitkering. Officieel kon ze die krijgen toen haar man vier jaar vermist was, maar de autoriteiten haasten zich niet om haar toe te kennen.
De gouverneur van Mosoel, Najm al-Jabouri, drong onlangs via de media aan op meer internationale hulp om al die graven sneller te kunnen ruimen. Ook in en rond de voormalige ISIS-hoofdstad Mosoel liggen er nog veel. ‘Er zijn honderden, zo niet duizenden families die vermiste familieleden hebben’, zei hij. ‘Ze blijven zich zorgen over hen maken. Daarom moeten we zo snel mogelijk alle lichamen uit de massagraven identificeren.’
IS, ISIS of Daesh?
In dit artikel is sprake van terreurgroep ‘ISIS’, die in Vlaamse media de voorbije jaren voornamelijk bekendstaat onder de naam ‘IS’. Voor journaliste Judit Neurink, die Irak en het Midden-Oosten al jarenlang volgt, is dat een bewuste keuze: ‘IS staat “Islamitische Staat”, terwijl die staat niet erkend is. Door die naam te gebruiken, geef je die staat toch indirect erkenning. Ik wil de terreurgroep niet de erkenning geven die ze met geweld probeert af te dwingen.’
ISIS staat voor Islamic State of Iraq and Syria. ‘Het is de naam van de terreurgroep die een kalifaat opzette: die heet de Islamitische Staat in Irak en Syrië. Dat is ook wat Daesh, de lokale Arabische naam, betekent. In al mijn artikelen en ook mijn boeken hou ik daarom consequent de naam ISIS aan.’