Geen verbetering op de Griekse eilanden, ondanks alle beloftes
Vluchtelingen op Griekse eilanden zinken weg in uitzichtloosheid
Bijna twee jaar nadat de EU en Turkije een deal sloten om de migratieroutes in de Egeïsche Zee af te sluiten, zijn de Griekse eilanden tot een eindeloze wachtkamer verworden voor vluchtelingen die toch nog de oversteek maken. De levensomstandigheden in de overvolle kampen blijven even miserabel, het excuus dat het om een noodsituatie gaat klinkt steeds ongeloofwaardiger.
© Toon Lambrecht
Hij moet ergens begin vijftig zijn, wat hem tot de oudste in het gezelschap maakt. Met een zakdoek wrijft hij over zijn vermoeid gezicht. Een paar ogenblikken, net te lang, kijkt hij naar de diepzwarte vegen die zijn gelaat heeft achtergelaten. ‘Moria…’, verzucht hij. De rest barst in lachen uit, hijzelf ziet er de humor niet van in.
De tent is een van de vele die opgetrokken werd tussen de olijfbomen omheen het vluchtelingenkamp Moria op het eiland Lesbos. Heel de site huisvest zo’n 6000 mensen, ver boven de initiële capaciteit van 2000 opvangplaatsen. Daarmee is het overbevolkte kamp Moria de tweede grootste stad van het eiland geworden, na de hoofdstad Mytilini. Een situatie die met de dag meer en meer onhoudbaar wordt. Want ondanks het feit dat de EU-Turkije deal de stroom mensen naar de Griekse eilanden drastisch inperkte, blijven er elke dag nog vluchtelingen aankomen.
Lesbos, Chios, Samos, Leros en Kos zijn de facto een nieuwe interne grens geworden, een soort tweede linie in de worsteling van de EU met migratie.
De deal tussen de EU en Turkije van maart 2016 stipuleert dat vluchtelingen heel hun procedure op de Egeïsche eilanden moeten uitzitten. De traagheid van de hele procedure maakt dat naar schatting zo’n 12.000 mensen vast zitten op de eilanden Lesbos, Chios, Samos, Leros en Kos. Die eilanden zijn daarmee de facto een nieuwe interne grens geworden, een soort tweede linie in de worsteling van de EU met migratie.
De bibliothecaris van Basra
Met z’n tienen zitten we rond een zaklamp al was het een kampvuur. Buiten de tent is het donker geworden, en het is zelfs even gestopt met regenen. Ahmed, de enige in het gezelschap die vlot Engels spreekt, wil wel zijn verhaal kwijt. Hij verliet Basra, een stad in het zuiden van Irak, reisde op zes dagen door Turkije, vond een smokkelaar in Izmir, en maakte drie maanden geleden de oversteek van Turkije naar Lesbos. Toen begon het wachten.
De registratieprocedure en het twee interview met de Griekse asielinstanties zijn al achter de rug, nu nog een antwoord. ‘Ik heb de indruk dat het nog wel even kan duren. Je doet je verhaal, maar het lijkt niet veel uit te maken. Sommige mensen vertrekken na een paar dagen al naar het vasteland, maar als man alleen zit je hier vast.’
Als ik hem vraag hoe het leven is hier in Moria kijkt hij me aan alsof de domste vraag ooit gesteld heb. ‘Moeilijk, echt moeilijk. Ik zou niet weten waar te beginnen met het opsommen van de problemen. Wacht, ik zal je straks de douche eens laten zien.’ Dat blijkt later een tuinslang tussen het afval, ergens in een veld verderop. ‘Het ergst is de verveling; Je leeft hier als een dier. Je wordt wakker, eet, je gaat naar het toilet en dan weer slapen, om dat de volgende dag weer over te doen.’
Toch, de deal tussen de Europese Unie en Turkije die van de Griekse eilanden een tweede buitengrens heeft gemaakt is al meer dan een jaar oud. Beelden en reportages over de kampen op de eilanden gingen heel de wereld rond. Had hij nog nooit iets opgevangen van de situatie in Moria? ‘Nee, ik was geschokt toen ik Moria voor het eerst zag. Ik had geen idee, anders was ik beter in Irak gebleven. Veel verschil is er niet.’
© Toon Lambrecht
Rellen voor een fles water
Echt rustig was het al niet buiten de tent, maar plots klinkt een luid, weinig vreedzaam geluid. Een kluwen mannenstemmen is het duidelijk ergens over oneens. ‘Hoor je dat?,’ vraagt Ahmed. ‘Het avondeten is aangekomen. Dat loopt elke keer opnieuw op een vechtpartij uit. De politie staat erbij en kijkt ernaar. Het is als in een zoo. De leeuw zal eten, de zwakkere dieren niet.’ Zijn metafoor is geen overdrijving. In november liep een dispuut over een fles water uit op een massale vechtpartij waarbij een deel van het kamp in vlammen opging en vijftien mensen naar het ziekenhuis werden afgevoerd. Iedereen zit op zijn tandvlees, een enkele vonk is genoeg om de boel doen te ontvlammen.
Dan komt een van Ahmed’s tentgenoten binnen. Hij heeft een plastiek zak bij, met daarin een plat brood, een hard gekookt ei, enkele beschuiten en een stuk kaas. ‘Mijn avondeten.’ Zijn vrienden hebben wat extra’s gekocht bij een van de geïmproviseerde winkeltjes aan de ingang van het kamp, en niet veel later zitten we samen te eten.
Op de vraag waarom hij Basra verlaten heeft, blijft Ahmed eerst wat op de vlakte. Pas later zal hij me toevertrouwen dat hij zich bekeerd heeft tot het christendom, iets wat in een islamistisch land als Irak extreem gevoelig ligt. ‘Bovendien is er niets meer wat me ginder bindt. Mijn moeder is enkele jaren geleden overleden, en mijn vader is als soldaat gesneuveld toen IS Mosoel onder de voet liep.’
Ahmed werkte als leraar in Basra, en is gepassioneerd door literatuur. Nu vult hij zijn dagen als vrijwilliger in de bibliotheek die net geopend werd in het kamp. ‘Het geeft me de mogelijkheid toch even met iets anders dan wachten bezig te zijn.’ Buiten blijft het geruzie ondertussen aanhouden.
© Toon Lambrecht
Ploeteren voor gevorderden
De plek waar Ahmed’s tent opgesteld gaat valt buiten het officiële kamp, want daar is geen ruimte meer over. Alleenstaande mannen krijgen daarom onderdak in de witte tenten in de olijfboomgaarden. De regen van de voorbije dagen heeft de site tot een modderpoel herschapen. Overal ligt afval, en branden er open vuurtjes met alles wat maar brandbaar is. Aan de randen van het kamp zijn groepen mannen bezig twee nieuwe tenten op te zetten. Nieuwelingen.
Ook binnen de omheining van het officiële kamp hebben de winterregens een ravage aangericht. Het is een geploeter door de modder en het afval. Een deel van het kamp bestaat uit containerwoningen, maar die zijn al lang niet meer toereikend. Ook de grote tenten van het UNHCR, het vluchtelingenagentschap van de VN, voldoen niet meer, en overal waar maar een beetje plek is staan er kleine geïmproviseerde etentjes opgesteld. Het sanitair valt met geen woorden te beschrijven, kuisen wordt er alleen maar gedaan als er een delegatie op bezoek komt. Moria is de schaamte ver voorbij, een oord waar de menselijke waardigheid met de voeten getreden wordt.
Excuses uitgeput
De Griekse overheid verschuilt zich achter hun standpunt dat de situatie op de Egeïsche eilanden een noodsituatie is. Maar hoelang blijft dat geloofwaardig? Vorige winter eiste de koude zes doden. De weersomstandigheden op de eilanden vallen milder uit dit jaar, maar dat is dan ook alles. Op een jaar tijd werd er maar bitter weinig ondernomen om de situatie op lesbos te verbeteren, of om de overbevolkte kampen te ontlasten.
Voor het begin van de winter kwam de Griekse minister van migratie Ioannis Mouzalas met de belofte dat tegen eind januari de situatie op Lesbos weer normaal zou zijn, en dat grote inspanningen gepland werden om de levensomstandigheden van de vluchtelingen te verbeteren. Ook lag er een plan op tafel om de meest kwetsbare mensen onder te brengen in leegstaande hotels. Lorraine Leete, advocate bij het Legal Centre Lesbos, heeft er niet veel vertrouwen in. ‘De situatie van vandaag valt niet zomaar recht te trekken in een paar weken. We zien inspanningen om kwetsbare mensen sneller te laten doorreizen, maar tegelijkertijd komen er nog dagelijks nieuwe vluchtelingen aan.’
In december alleen al maakten meer dan 1100 mensen de oversteek. In dezelfde periode werden 1700 vluchtelingen van het eiland afgehaald. Ook het plan om kwetsbare gevallen in hotels onder te brengen komt niet van de grond. Toch kan het, aldus Lorraine. ‘We zagen vorig jaar hoe snel dingen opgelost kunnen geraken, maar pas nadat er doden vielen.’
‘Athene zit vast tussen lokale politiek en een Europees beleid dat erop gericht is om zoveel mogelijk mensen buiten te houden of terug te sturen. Met de vluchtelingen als grootste slachtoffer van dit cynische beleid.’
‘Het regent al meer dan een volle dag. Ik wil er zelfs niet bij nadenken hoe Moria er op dit moment uitziet. De situatie zit volledig in een impasse, zowel als het gaat over de bewegingsvrijheid van vluchtelingen als over het verbeteren van de levensomstandigheden in de kampen.’ Dat is volledig te wijten aan politieke motieven, legt Lorraine uit. ‘De lokale overheden op de eilanden verzetten zich hevig tegen iedere verbetering of capaciteitsuitbreiding van de kampen. Tegelijk botsen pogingen van de centrale overheid in Athene om vluchtelingen in significante aantallen naar het vasteland over te brengen op weerwerk van Europa, dat vasthoudt aan het kader van de EU-Turkije deal. Athene zit dus vast tussen lokale politiek en een Europees beleid dat erop gericht is om zoveel mogelijk mensen buiten te houden of terug te sturen. Met de vluchtelingen als grootste slachtoffer van dit cynische beleid.’
Hotspot Samos
Net als Mytilini op Lesbos ligt Samos, de hoofdstad van het gelijknamige eiland, verscholen in een baai vanwaar de stad de hellingen opkruipt. Iets buiten het centrum, tussen de olijfboomgaarden op de bergflank, een beetje verdoken in een vallei, ligt opnieuw een vluchtelingenkamp. Camp Samos, een stuk kleiner Moria, maar in essentie niet veel verschillend. Ook hier rijen containerwoningen, die later werden aangevuld met verstevigde tenten, met ondertussen kleinere tentjes op ieder beschikbaar plekje. Ook hier te veel mensen opeengepakt, voor te lange tijd.
‘Welkom in mijn kasteel,’ zo begroet Abbas me als ik me neerzet voor zijn tent. Humor blijft een uitgelezen middel om met de situatie om te gaan, althans voor wie het nog kan opbrengen. De jonge Irakees uit Bagdad begint met een hele stapel papieren uit te spreiden. Doktersonderzoeken, ziekenhuisattesten, zijn diploma als leraar lichamelijke opvoeding,…
‘Hoeveel meer papieren heb je nog nodig? Sommige mensen hier komen uit landen waar geen oorlog woedt, en ze raken sneller van het eiland af dan ik. Mijn interview is opnieuw uitgesteld omdat ik ziek was. Dat lijkt me eerder een reden om er werk van te maken. Maar zo gaat het hier niet. Het management van het kamp maakt het allemaal niet uit.’
© Toon Lambrecht
Smokkelaarspraatjes
Abbas heeft zijn tent opgezet op een verloren hoek tussen de eerste en de tweede omheining van het kamp. Binnen, maar niet helemaal. ‘Het is niet altijd veilig in het kamp. Mensen lopen er soms dronken rond. En extra problemen kan ik missen op dit moment. Enkele weken na mijn aankomst heb ik mijn tent opgezet in de boomgaard buiten het kamp, maar de politie heeft ons twee maanden later bevolen weer binnen de omheining te bivakkeren.’
Abbas heeft dezelfde lange lijst klachten over de levensomstandigheden in Samos Camp als de vluchtelingen op Lesbos. Sanitair, watervoorziening, verveling, eten,… ‘Ik vraag niet om luxe, maar Griekenland krijgt heel wat geld van de EU om dit kamp open te houden, dus het moet wel iets beter kunnen.’
Net als voor Ahmed in Morai Camp op Lesbos, kwamen de wooncontainers, de tenten en de prikkeldraad van Samos Camp als een verrassing voor Abbas. ‘Ik dacht niet dat zoiets bestond in Europa. Toen ik hier de eerste ochtend wakker werd kon ik mijn ogen niet geloven. Ik had wel hier en daar iets opgevangen voordat ik de oversteek maakte, maar dit had ik nooit verwacht.’
Smokkelaars zullen het wel laten om de kampen ook maar te vermelden aan hun potentiële klanten. Niet goed voor de zaken.
Smokkelaars zullen het wel laten om de kampen ook maar te vermelden aan hun potentiële klanten. Niet goed voor de zaken. ‘Ze maken je om het even wat wijs. Ik vond een smokkelaar in Izmir, net als iedereen. Die nam maar al te graag mijn geld aan, en zei dat ik met enkele anderen de oversteek zou maken. Maar eens op het strand werden we met meer dan 80 mensen op een bootje gepropt. Het was de eerste keer dat ik op zee was.’
Dat liep bijna slecht af, want de overvolle boot viel zonder brandstof ergens tussen de Turkse kust en Samos en begon water te maken. ‘Ik zag land, maar had geen idee welk eiland het kon zijn. Gelukkig pikte de Griekse kustwacht ons op na een twintigtal minuten. Ik raakte al mijn spullen kwijt op zee, maar in de eerste plaats ben ik blij dat ik nog leef.’
Even op adem komen
Samos is een klein eiland, met maar weinig economische mogelijkheden behalve toerisme. In de wintermaanden biedt het een verlaten indruk. Er valt maar weinig volk op straat te bespeuren, behalve voor de deur van Alpha, het sociaal centrum van Samos Volunteers. De vrijwilligersorganisatie organiseert er onder andere taallessen, sportactiviteiten, en kinderanimatie. Samos Volunteers verdeelt ook kleding, sanitaire producten en voeding in het kamp. Maar bovenal is eht een plek waar vluchtelingen even op adem kunnen komen en het kamp vergeten.
Samos Volunteers is de laatste ngo die nog actief is op het eiland, want de aandacht voor de vluchtelingen in de op de Egeïsche eilanden is weggeëbd, en de Griekse overheid poogt om de opvang zelf in handen te nemen ‘Al de aandacht gaat naar Lesbos, omdat daar veel meer mensen vast zitten,’ vertelt Sabine Klasen, een van de vrijwilligers in Alpha. ‘Maar dat betekent niet dat de situatie op Samos veel beter is. Er verblijven momenteel 1600 vluchtelingen, meer dan het dubbele dan wat de capaciteit toelaat. De sanitaire voorzieningen zijn ondermaats, de stroom en het water vallen regelmatig weg, en de medische voorzieningen – vijf dokter voor 1600 mensen – is ontoereikend.’
Eilanden opgeofferd door Europa
Ook op Samos botsen plannen om de capaciteit van het kamp uit te breiden op hevige tegenstand van lokale politieke verantwoordelijken. Meer dan op andere eilanden is de situatie op het eiland gespannen. De economische situatie op de eilanden is al belabberd, zelfs naar Griekse standaard, en de toestroom van de vluchtelingen heeft het toerisme geen goed gedaan. Maar het is vooral het beleid dat in voege trad na de EU-Turkije deal dat kwaad bloed zet. Het gevoel leef dat de eilanden worden opgeofferd.
‘Zowel de eilandbewoners als de vluchtelingen zitten vast in een situatie waar geen van beide partijen voor gekozen heeft, en waar ook niemand beter van wordt,’ legt Sabine uit. ‘De spanning is soms voelbaar. Het toerisme lijdt onder de situatie, en dat leidt tot xenofobie. Je ziet dat vluchtelingen op veel plekken de toegang geweigerd worden bijvoorbeeld.’
‘We zien dat veel mensen, en niet alleen minderjarigen of kwetsbare personen, lijden onder de situatie en er mentaal onderdoor gaan.’
Net als op Lesbos werden er ook hier onvoldoende voorbereidingen getroffen voor de winter, aldus Sabine. ‘Met de hevige regens van de laatste dagen ligt het kamp er belabberd bij. Veel geïmproviseerde tenten zijn niet waterdicht. De instanties hadden de nodige maatregelen moeten treffen, maar dat is niet gebeurd.’ Nog problematischer is het gebrek aan aangepaste opvang voor niet-begeleide minderjarigen en kwetsbare personen.
‘Er zitten mensen in het kamp die daar niet zouden mogen zitten, zeker zonder ondersteuning. Het kan er ruw aan toe gaan. We zien dat veel mensen, en niet alleen minderjarigen of kwetsbare personen, lijden onder de situatie en er mentaal onderdoor gaan. Daarom dat ik blij ben dat we hier bij Alpha mensen de mogelijkheid kunnen aanbieden om hun dagelijks leven toch wat beter te maken.’
Net voor ik vertrek wil Abbas me nog iets laten zien. Een kopie van een artikel dat enkele jaren geleden verscheen in een Brits magazine. ‘Bagdad Hipsters’, zo luidt de titel, en de foto toont Abbas strak in het pak, keurig gekapt. ‘Herken je me nog?’ Dat wel, maar het contrast is groot. ‘Misschien komen we elkaar nog wel eens tegen,’ hoopt Abbas wanneer we afscheid nemen. ‘Maar niet hier.’