Volksopstand Nicaragua: ‘Barricades verdwenen, maar stabiliteit allesbehalve teruggekeerd’

Reportage

Volksopstand Nicaragua: ‘Barricades verdwenen, maar stabiliteit allesbehalve teruggekeerd’

Volksopstand Nicaragua: ‘Barricades verdwenen, maar stabiliteit allesbehalve teruggekeerd’
Volksopstand Nicaragua: ‘Barricades verdwenen, maar stabiliteit allesbehalve teruggekeerd’

Met een draconische terrorismewet en harde repressie wil president Daniel Ortega komaf maken met protest in het land. ‘Dit is nog maar het begin’, antwoorden betogers.

© Arthur Debruyne

© Arthur Debruyne​

Martha Solano (35) ontvluchtte afgelopen week de Nicaraguaanse hoofdstad Managua samen met haar dochter Fernanda (7). Ze lieten have en goed achter en trokken naar buurland Costa Rica. Studenten die universiteiten bezetten uit protest tegen het beleid van Ortega kregen regelmatig voedsel en medicijnen toegestopt van Solano, die haar brood verdient als journaliste.

‘Maar toen de regering een draconische antiterreurwet doorvoerde die straffen tot twintig jaar oplegt voor manifestanten en zelfs sympathisanten van het protest, drong het tot me door dat ik thuis niet meer veilig was’, zegt Solano aan de telefoon vanuit San José. ‘Op elk moment kon de politie binnenvallen, zoals al gebeurde bij talloze anderen.’ Alleen al in juli vroegen meer dan 5.000 Nicaraguanen asiel aan in Costa Rica. Normaal zijn dat er 120 per maand. Het land heeft voor de asielzoekers verschillende opvangcentra opgetrokken.

Ortega wil naar eigen zeggen ‘koste wat het kost’ komaf maken met de volksopstand die sinds 18 april volgens plaatselijke ngo’s meer dan 448 doden en 2.830 gewonden eiste, in het Midden-Amerikaanse van zes miljoen inwoners. Het graat grotendeels om ongewapende burgers.

Tot drie weken geleden waren in Nicaragua nog een honderdtal kleine en grotere verzetshaarden actief en werden zelfs grote snelwegen bezet. Na een grootscheepse ‘schoonmaakoperatie’ door zwaarbewapende politie en paramilitaire groepen loyaal aan Ortega staat geen enkele barricade nog overeind. De voorbije twee weken zijn nog eens 97 mensen omgekomen. Ook worden vier prominente verzetsleiders beschuldigd van terrorisme.

Ortega, oud-aanvoerder van de marxistische guerrilla die in 1979 de dictatoriale Somoza-dynastie verjoeg, gedraagt zich nu zelf als een despoot, zegt de oppositie.

Ortega, oud-aanvoerder van de marxistische guerrilla die in 1979 de dictatoriale Somoza-dynastie verjoeg, gedraagt zich nu zelf als een despoot, zegt de oppositie. Bij protesten tegen een voorgestelde pensioenhervorming werden half april in de eerste vijf dagen circa dertig betogers doodgeschoten door de politie. De politieke oppositie, mensenrechtenorganisaties, de Katholieke Kerk, het bedrijfsleven en studenten – verenigd in de zogenaamde Civiele Alliantie – eisen vervroegde verkiezingen in maart 2019. De Europese Unie roept hier ook toe op.

Sinds Ortega in 2007 verkozen werd heeft hij alle macht naar zichzelf en zijn familie toegetrokken en de democratie in het land uitgehold. Protest sloeg de president gewelddadig neer. De onvrede onder de bevolking heeft nu een kookpunt bereikt. Maar Ortega en zijn echtgenote en vicepresident Rosario Murillo willen aanblijven tot 2021 en kiezen voor nietsontziende repressie.

Arthur Debruyne

‘Daniel (president Ortega, nvdr.), je hebt dood gezaaid, geen vrede.’

Arthur Debruyne​

Gemaskerde paramilitairen

Buiten de wet trekken leden van paramilitaire milities, gemaskerd en gewapend, van deur tot deur om verzetsleden op te pakken. Velen van hen gaan naar El Chipote, een beruchte gevangenis in Managua waar onder de Somoza’s politieke gevangen gefolterd werden. De broers Alberto (27) en Byron (16) kennen twee strijdmakkers uit hun thuisdorp die er gevangengehouden worden, vader en zoon. Recent nog bemanden ze een barricade in Catarina, net buiten de symbolische verzetshaard Masaya, een stad iets zuiden van Managua.

Masaya werd kortgeleden heroverd door de regering na een intense belegering door een troepenmacht van 1.000 à 1.500 sterk. De broers namen de vlucht en zitten ondergedoken in Managua. ‘Had de regering ons niet meteen beginnen vermoorden, dan zou het allemaal niet zo snel geëscaleerd zijn’, zegt Byron, die om veiligheidsredenen niet wil dat zijn achternaam genoemd wordt. ‘We wilden enkel maar betogen. Dat is ons recht.’

‘De misbruiken van het regime blijven onbestraft, terwijl Ortega de macht verder centraliseert. Hij is een dictator geworden, zo simpel is het.’

‘De regering heeft de burger het zwijgen opgelegd’, zegt dokter Alvaro Leiva, hoofd van de Nicaraguaanse mensenrechtenorganisatie ANPDH. ‘Ortega heeft geleidelijk aan elke uiting van protest de kop ingedrukt, en betogen de facto geïllegaliseerd. De misbruiken van het regime daarentegen blijven onbestraft, terwijl Ortega de macht verder centraliseert. Hij is een dictator geworden, zo simpel is het.’

‘Wij willen stabiliteit en vrede’, vervolgt broer Alberto. ‘We zijn geen misdadigers, zoals de regering beweert: we hebben zelfs geen geld voor een pistool. Maar op een dag hadden we er genoeg van. Om in dit land een degelijke baan te vinden moet je een partijkaart voorleggen van de sandinisten van Ortega. Ben je het niet met ze eens? Vergeet je toekomst dan maar.’ Hoewel de broers nu op de vlucht zijn, sluiten ze niet uit opnieuw barricades op te werpen. ‘Dit is nog maar het begin’, zegt Byron.

Arthur Debruyne

Familieleden en vrienden begraven student Gerald Vasquez, die omkwam bij een aanval door politie en paramilitairen op de bezette UNAN-universiteit in Managua, 16 juli 2018

Arthur Debruyne​

‘CIA steunt het verzet’

Het land is inmiddels bijzonder verdeeld tussen opposanten en aanhangers van de president, die naar eigen zeggen belaagd wordt door rechtse putschisten.

Het land is inmiddels bijzonder verdeeld tussen opposanten en aanhangers van de president, die naar eigen zeggen belaagd wordt door rechtse putschisten. Nicaraguanen die op straat de kleur van hun kamp dragen riskeren afgeranseld of zelfs vermoord te worden. De woede zit diep.

‘Wat met de tientallen doden aan onze kant? Daar zwijgen de mensenrechtenorganisaties, de internationale gemeenschap en de pers mooi over’, zegt Yvonne Aguilar (26) tijdens een recente pro-regeringsbetoging in Managua.

Aanhangers van de sandinistische FSLN-partij van Ortega eisen tijdens de betoging gerechtigheid voor de 24 politieagenten en 40 paramilitairen die volgens lokale ngo’s sinds april omkwamen. De oppositie rekent doorgaans op zelfgemaakte bommen die voornamelijk als afschrikking dienen. Toch zijn sommige verzetsleden ook gewapend met zwaarder geschut zoals een kalasjnikov.

‘De regering beschermt ons tenminste tegen die wilden. Er was vrede, werk en veiligheid in dit land tot de rechtse coupplegers aan het vernielen gingen. Ze worden allen gemanipuleerd door neoliberale belangen.’ Anderen zeggen dat de Amerikaanse inlichtingendienst CIA het verzet steunt. Net als tijdens de Koude Oorlog, toen de VS de rechste contra’s steunden in hun burgeroorlog tegen de sandinisten.

Arthur Debruyne

Yvonne Aguilar (26), aanhanger van de sandinistische president Daniel Ortega, eist ‘gerechtigheid voor de slachtoffers van de terroristische coupplegers.’

Arthur Debruyne​

Het klopt dat een aantal oppositiestudenten in juni naar Washington reisden om de hulp van de Amerikaanse regering te vragen bij het afzetten van Ortega. Ze spraken met een aantal hoge ambtenaren en politici, onder wie de rechts-conservatieve senator Marco Rubio, die sindsdien scherpe kritiek uit op het regime van Ortega. De reis werd gesponsord door Freedom House, een ngo die met Amerikaans overheidsgeld democratische activisten in de wereld steunt.

Zulke verhalen voeden samenzweringstheorieën als zou de ‘imperialistische’ VS, in samenwerking met het grootkapitaal, actief op regime change uit zijn in Nicaragua. Ook alternatieve – doorgaans anti-Amerikaanse - media als het Russische RT onderschrijven die hypothese. Toch is er geen enkel bewijs voor dat het divers volksprotest eigenlijk een georganiseerde ‘couppoging’ is.

Zeker: lang niet alle opstandelingen zijn ‘vreedzaam’, zoals de communicatie wil, en er circuleren geverifieerde video’s van politieagenten die gruwelijk geëxecuteerd werden. Maar de bewijslast voor buitensporig geweld tegen ongewapende burgers, folteringen en verdwijningen door de regimetroepen is overweldigend.

© Arthur Debruyne

Aanhangers van de sandinistische FSLN-partij van president Daniel Ortega

© Arthur Debruyne​

Economische kost

De menselijke kost van de onrust in Nicaragua is hoog. Maar ook economisch bloedt het land. Nicaragua was al voor de crisis het op twee na armste land van het westelijke halfrond, na Haïti en Honduras. ‘Er zijn ongeveer 1,3 miljoen mensen die, hoewel ze momenteel niet arm zijn, het risico lopen in de armoede te belanden als ze hun baan verliezen of hun inkomen aanzienlijk wordt verminderd de komende maanden’, zegt Juan Chamorro, directeur van de Nicaraguaanse Stichting voor Economische en Sociale Ontwikkeling (Funides).

Sinds april zijn meer dan 215.000 mensen hun baan verloren.

Sinds april zijn meer dan 215.000 mensen hun baan verloren. Toerisme, een hoeksteen van de economie, is nagenoeg helemaal stilgevallen. Na zonsondergang valt het openbare leven in de steden stil omdat mensen bang zijn op straat te komen. De economie die volgens muntfonds IMF dit jaar 4,7 procent had moeten groeien, kijkt nu allicht tegen een recessie aan.

‘Ortega is moreel en politiek ongeschikt het land verder te besturen’, zegt Carlos Chamorro, hoofdredacteur van oppositiekrant Confidencial. ‘Er komt hoe dan ook meer chaos: politiek, economisch en sociaal. Hoe zijn vertrek zich precies zal voltrekken, is een andere vraag. Maar zijn presidentschap is niet meer houdbaar. Elke dag die voorbijgaat met Ortega aan de macht wordt het land minder leefbaar: dat weten de bedrijfsleiders en ook de bevolking.’

Arthur Debruyne

Arthur Debruyne​

‘We willen vrede’

‘We willen vrede, opdat het land blijft groeien’, speechte Ortega op 19 juli voor een menigte uitgelaten aanhangers in Managua. Ze vierden de 39ste verjaardag van de sandinistische revolutie. Naast de president en diens echtgenote en vicepresident Rosario Murillo zaten vertegenwoordigers van Cuba en Venezuela, de enige bondgenoten van het regime. Internationaal raakt Ortega immers steeds verder geïsoleerd.

Recent veroordeelden 21 landen van de Organisatie van Amerikaanse Staten de grove mensenrechtenschendingen in het land. De oppositie vierde: een mogelijk economisch isolement doet Ortega draagvlak verliezen. De Verenigde Staten legden recent economische sancties op aan drie vertrouwelingen van Ortega. De Senaat timmert aan bijkomende strafmaatregelen.

‘Als Ortega de repressie aanhoudt en vervroegde verkiezingen blijft weigeren, dan glijdt het land verder de chaos in.’

‘Hoewel de barricades verdwenen zijn, is de stabiliteit allesbehalve teruggekeerd’, zegt José Aguerri, directeur van koepelorganisatie van de bedrijvensector Cosep. ‘Als Ortega de repressie aanhoudt en vervroegde verkiezingen blijft weigeren, dan glijdt het land verder de chaos in. Nicaragua wordt elke dag minder leefbaar.’

Ondanks het risico hard aangepakt te worden door de regering blijven betogers bijna dagelijks op straat komen. ‘Maar mijn kleinkinderen, tieners, blijven thuis’, zegt Esperanza González (66), die in Managua een schoonheidssalon uitbaat. We spreken haar tijdens een betoging op een zondagochtend net voor ons vertrek. ‘De regering maakt de jacht op jonge mensen zoals hun. Ze worden gefolterd.’ De vrouw betoogt samen met haar man en zoon. ‘Ik betoog voor een betere toekomst voor mijn kleinkinderen, voor democratie. Maar met vlaggen alleen zal het niet lukken: we hebben jullie hulp nodig.’

Manuel Gómez López (83) hielp als strijder in de jaren ’70 de sandinisten het regime van dictator Somoza omverwerpen. Nu wil hij dat Ortega vertrekt, zegt hij tijdens de betoging. De ironie van de huidige situatie ontgaat hem niet ‘Ortega is erger dan Somoza: die laatste heeft niet zoveel ongewapende burgers neergeschoten. Het protest moet vreedzaam blijven, anders hebben ze een excuus om aan het moorden te gaan. Vlaggen en trompetten, dat zijn onze wapens.’

Arthur Debruyne

‘Weg met Daniel (president Ortega, nvdr.) de moordenaar’

Arthur Debruyne​