Een Commissie van Europees eigenbelang?

De ontwikkelaars

Als eigen economische belangen de toetssteen worden van Europese beleidskeuzes

Een Commissie van Europees eigenbelang?

Belangrijke wetgeving van de Green Deal terugschroeven en ons blindstaren op het Europese economische eigenbelang zijn niet de juiste oplossingen voor de vele mondiale uitdagingen, meent Wies Willems, beleidsmedewerker bij Broederlijk Delen. Toch is dat exact wat de nieuwe Europese Commissie lijkt te zullen gaan doen.

De postjes in de nieuwe Europese Commissie zijn verdeeld. Voorlopig althans, want de genomineerden moeten nog hun ondervragingen door het Europees Parlement doorstaan. Hoe dan ook neemt voorzitter Ursula von der Leyen de touwtjes nog wat strakker in handen. Veiligheid en competitiviteit zijn de sleutelbegrippen in de strategische agenda van de nieuwe Commissie. Voor haar beleid laat de Commissie zich de komende jaren inspireren door onder meer de aanbevelingen van Mario Draghi, ex-voorzitter van de Europese Centrale Bank.

Steun voor de civiele samenleving en menselijke ontwikkeling komt in de nota van het Departement Internationale Partnerschappen amper aan bod.

Maar wie zal er binnen het nieuwe College van von der Leyen nog onvoorwaardelijk opkomen voor internationale solidariteit, mensenrechten en duurzaamheid? Deze doelstellingen dreigen in de marge van het politieke debat te belanden. De eigen Europese (economische) belangen worden daarentegen meer dan ooit de toetssteen van beleidskeuzes en bijhorende budgetten. Dat is zorgwekkend.

Neem de nieuwe visie van de Commissie op internationale samenwerking. In april dit jaar lekte al een nota van het Departement Internationale Partnerschappen (DG INTPA) over de koers die het departement de komende jaren wil varen. De nota herleidt internationale “samenwerking” met landen in het globale Zuiden grotendeels tot handel en investeringen, en dan vooral met het oog op de toevoer van (kritieke) mineralen.

Nieuwe vehikels zoals Global Gateway en Team Europe moeten, in ruil voor die grondstoffen, privégeld mobiliseren voor infrastructuur-, energie- en digitaliseringsprojecten. Maar steun voor de civiele samenleving en menselijke ontwikkeling komt in de nota amper aan bod.

De nominatie voor de INTPA-portefeuille ging naar Jozef Síkela, de huidige minister van industrie en handel van Tsjechië, die carrière maakte in het bankwezen. Hij krijgt in de geloofsbrief van Von der Leyen ook letterlijk de opdracht om partnerschappen aan te gaan met het oog op het veiligstellen van de Europese bevoorrading. ‘We must hit the ground running on day one’, schrijft de commissievoorzitter er nog bij: er is met andere woorden geen tijd te verliezen in de geopolitieke race.

Race-to-the-bottom

Diezelfde haast blijkt ook uit de ijver van de Commissie om verschillende handelsdeals af te sluiten. Eerder dit jaar was er al het memorandum of understanding over strategische mineralen met Rwanda. Die overeenkomst leidde binnen het middenveld in zowel Centraal-Afrika als in de EU tot veel verontwaardiging: volgens Global Witness is tot 90 procent van de zogenaamde conflictmineralen die Rwanda exporteert immers afkomstig uit de Democratische Republiek Congo. De grootschalige schendingen van de mensenrechten in dat land, waarbij de ontginning en handel in mineralen een belangrijke rol spelen, lijken de EU niet veel te deren.

Ook nog dit jaar wil de Commissie trouwens de aanslepende onderhandelingen over het felomstreden handelsakkoord met de grondstoffenrijke Mercosur-landen uit Zuid-Amerika (Argentinië, Brazilië, Paraguay, Uruguay en Bolivia) afronden. Terwijl bosbranden deze landen harder dan ooit teisteren en het voorgestelde akkoord allesbehalve in lijn is met de klimaatdoelstellingen, stelt von der Leyen cynisch een nieuwe deadline voorop: de bijeenkomst van de G20 in november, die in Brazilië plaatsvindt.

Bovendien staan ook verworvenheden van de Green Deal uit de vorige legislatuur op de helling. De Commissie, daarbij geïnspireerd door Mario Draghi, wil immers ook de zogenaamde “lasten” voor bedrijven aanpakken (lees: meer deregulering).

Draghi neemt in zijn rapport expliciet twee belangrijke wetten onder vuur: de Europese richtlijn inzake due diligence (zorgplicht voor bedrijven) en de richtlijn over duurzaamheidsrapportage. Die wetten leggen respectievelijk verplichtingen op aan ondernemingen inzake respect voor mensenrechten, milieu en klimaat in hun wereldwijde bedrijfsvoering, én de rapportage hierover.

Onder druk van de industrie riep de Duitse bondskanselier Scholz recent al op tot uitstel van de Europese ontbossingsverordening.

Draghi stelt dat de nieuwe wetten een enorme “regeldruk” leggen op bedrijven (zoals veel extra kosten en rompslomp bij de rapportering), maar dat is nogal kort door de bocht. Het is nu vooral aan de Commissie zélf om snel werk te maken van de beloofde begeleiding en aanvullende ondersteuningsmaatregelen voor (kleinere en middelgrote) bedrijven, zodat zij de wetten tijdig en correct kunnen uitvoeren.

Hetzelfde geldt overigens voor de Europese ontbossingsverordening. Die verplicht ondernemingen die producten zoals soja, koffie en palmolie op de EU-markt brengen of vanuit de EU exporteren, om te bewijzen dat deze niet afkomstig zijn van recent ontbost land of hebben bijgedragen aan de achteruitgang van de bossen.

Normaal gezien wordt de verordening eind dit jaar van kracht. Maar onder druk van de industrie (en kritiek vanuit producerende landen) riep de Duitse bondskanselier Scholz recent al op tot uitstel van de regels. Nog vóór de implementatie van al deze cruciale instrumenten een kans krijgt, dreigt de nieuwe Commissie ze met andere woorden al af te zwakken of op de lange baan te schuiven.

De bezorgdheid om de toekomst van de Europese industrie, welvaart en veiligheid is terecht. Maar duurzaamheidswetgeving terugschroeven en ons blindstaren op het Europese economische eigenbelang zijn niet de juiste oplossingen voor de vele mondiale uitdagingen. Het druist bovendien in tegen de internationale engagementen van Europa, zoals de SDGs, mensenrechtenverdragen en klimaatdoelstellingen.

In plaats van een race-to-the-bottom hebben we een coherente EU nodig die op wereldniveau écht de leiding neemt om te werken aan een economie met respect voor mens en planeet, en daarbij ook solidair is met andere landen – met concrete ondersteuning voor de meest kwetsbare groepen, het middenveld én (vooral kleinere) economische spelers. Het zal de EU op lange termijn alleen maar competitieve voordelen opleveren. Inspiratie genoeg dus voor onze Europarlementsleden om de kandidaat-commissarissen, waaronder ook onze Belgische genomineerde Hadja Lahbib, straks het vuur aan de schenen te leggen.

Word proMO*

Vind je MO* waardevol? Word dan proMO* voor slechts 4,60 euro per maand en help ons dit journalistieke project mogelijk maken, zonder betaalmuur, voor iedereen. Als proMO* ontvang je het magazine in je brievenbus én geniet je van tal van andere voordelen.

Je helpt ons groeien en zorgt ervoor dat we al onze verhalen gratis kunnen verspreiden. Je ontvangt vier keer per jaar MO*magazine én extra edities.

Je bent gratis welkom op onze evenementen en maakt kans op gratis tickets voor concerten, films, festivals en tentoonstellingen.

Je kan in dialoog gaan met onze journalisten via een aparte Facebookgroep.

Je ontvangt elke maand een exclusieve proMO*nieuwsbrief

Je volgt de auteurs en onderwerpen die jou interesseren en kan de beste artikels voor later bewaren.

Per maand

€4,60

Betaal maandelijks via domiciliëring.

Meest gekozen

Per jaar

€60

Betaal jaarlijks via domiciliëring.

Voor één jaar

€65

Betaal voor één jaar.

Ben je al proMO*

Log dan hier in