Hoe historisch is de nieuwe EU-duurzaamheidswet voor bedrijven?

De ontwikkelaars

Hoe historisch is de nieuwe EU-duurzaamheidswet voor bedrijven?

Na een politieke thriller die meer dan twee jaar duurde, is de langverwachte EU-Richtlijn over de zorgplicht van bedrijven eindelijk een feit. Maar betekent de wet ook de verhoopte mijlpaal op weg naar een duurzamere economie? vraagt Wies Willems, beleidsmedewerker bij Broederlijk Delen zich af.

Aan het begin van deze zomer slaakten activisten over heel Europa een zucht van opluchting. Eindelijk publiceerde de Offical Journal van de EU (het Europese staatsblad) zwart op wit de langverwachte EU-Richtlijn over Corporate Sustainability Due Diligence (CSDDD), ofwel de ‘zorgplicht’ van bedrijven op vlak van mensenrechten en milieu.

Het is een tekst waar tal van ngo’s, Europese parlementsleden en onderhandelaars twee jaar op zwoegden – net als het leger bedrijfslobbyisten dat in Brussel elke vorm van duurzaamheidsregelgeving traditioneel zoveel mogelijk probeert af te blokken. Dat de onderhandelingen alsnog tot een goed einde kwamen, is een pluim op de hoed van het Belgisch EU-voorzitterschap.

Grote bedrijven worden door de nieuwe richtlijn verplicht om risico’s op het vlak van mensenrechten en milieu doorheen hun wereldwijde waardeketens in kaart te brengen, aan te pakken en te herstellen. Daarnaast zullen ze ook klimaattransitieplannen moeten opstellen.

Door het principe van due diligence op deze schaal verplicht te maken is de CSDDD zonder meer baanbrekend.

De wet voorziet bovendien in sancties (zoals boetes) en juridische aansprakelijkheid, waardoor het in bepaalde gevallen makkelijker moet worden om zaken van schendingen voor Europese rechtbanken te brengen. Door het principe van due diligence op deze schaal verplicht te maken (alle EU-lidstaten moeten de richtlijn tegen juli 2026 omzetten in nationale wetgeving) is de CSDDD zonder meer baanbrekend en zal de impact ervan voelbaar zijn in de productieketens van bedrijven overal ter wereld.

Broodnodig

Dat zo’n verplichte aanpak broodnodig is, toont een recente studie van de World Benchmarking Alliance nog maar eens aan: een teleurstellende 20% van de 2000 meest invloedrijke bedrijven wereldwijd past uit eigen initiatief, tot op zekere hoogte, due diligence toe. Slechts 9% gaat met getroffen gemeenschappen in dialoog over de impact van economische projecten. Nog al te vaak worden duurzaamheidsinspanningen met de dooddoener “bureaucratische last” van tafel geveegd. Veelzeggend was de reactie van lobbygroep BusinessEurope, die de nieuwe regels alarmistisch 'de grootste hervorming van het vennootschapsrecht in de geschiedenis van de EU' noemde, 'met verregaande verplichtingen, aansprakelijkheden en sancties voor Europese bedrijven'.

De uiteindelijke tekst is een verwaterde versie van het oorspronkelijke ambitieniveau.

Maar ondanks haar historische karakter roept de wet, en de manier waarop ze tot stand is gekomen, ook verschillende terechte vragen en bezorgdheden op. Ten eerste is er de inhoud: de richtlijn is een minimum, maar verre van perfect. De uiteindelijke tekst is een verwaterde versie van het oorspronkelijke ambitieniveau, zeker ten opzichte van de positie die het Europees Parlement in juni 2023 innam.

Zo werd bijvoorbeeld het toepassingsgebied drastisch afgezwakt tot enkel de allergrootste Europese bedrijven (minstens 1000 werknemers en 450 miljoen euro netto jaaromzet), of niet-Europese bedrijven die actief zijn op de EU-markt en die aan diezelfde criteria beantwoorden. In totaal zou het in de EU om zo’n 5400 bedrijven gaan.

De richtlijn zal bovendien pas volledig van kracht worden in 2029, alsof het klimaat en de mensenrechten nog wel even kunnen wachten. De financiële sector wordt voorlopig vrijgesteld van de meeste verplichtingen, al voorziet een herzieningsclausule de mogelijkheid om die fundamentele poot van de economie binnen twee jaar mee aan boord te brengen.

Ook wat betreft de specifieke rechten en milieunormen die bedrijven moeten naleven, is de CSDDD onvolledig: verwijzingen naar verschillende cruciale internationale instrumenten ontbreken. Daarnaast zijn ook bepaalde activiteiten in het zogenaamde downstream-gedeelte van de waardeketen, zoals het leveren van goederen en diensten aan derden, niet mee opgenomen in de wet (denk bijvoorbeeld aan de export van schadelijke pesticiden).

Belangrijk is dat de wet ook maatregelen omvat om slachtoffers betere toegang te geven tot rechtspraak en remediëring, zoals een verjaringstermijn van minimum vijf jaar, betere toegang tot informatie en bewijsmateriaal over bedrijfsprojecten en de mogelijkheid voor slachtoffers om zich in de rechtbank te laten vertegenwoordigen door ngo’s of vakbonden. Maar de voorwaarden om een bedrijf juridisch te kunnen aanklagen, zijn eng gedefinieerd. De schade moet het gevolg zijn van een duidelijke fout tegen de zorgplicht, opzettelijk of door nalatigheid.

Kortom: de CSDDD is een degelijke minimale basis, maar in de omzetting naar nationale wetten zal het zaak zijn om deze belangrijke tekortkomingen aan te pakken, in lijn met wat onder meer internationale richtlijnen van de VN voorschrijven. De lidstaten krijgen daartoe de ruimte. Daar ligt in ons land dus alvast een duidelijke opdracht voor de nieuwe federale regering.

Wrange nasmaak

Ten tweede laat het politieke proces, en dan vooral de vele onverwachte manoeuvres in de voorbije maanden, een wrange nasmaak na. Na een politiek akkoord over de wet, eind 2023, moesten de lidstaten dat compromis onder het Belgisch voorzitterschap van de EU in principe alleen nog formaliseren.

Het lukte de Belgen maar net om een débacle af te wenden en alsnog een nipte meerderheid te vinden voor de wet.

Maar onder invloed van verkiezingskoorts, conservatieve bedrijfslobby’s en nationale belangen kwamen verschillende lidstaten plots met nieuwe bezwaren – te beginnen met Duitsland. Het lukte de Belgen maar net om een débacle af te wenden en alsnog een nipte meerderheid te vinden voor de wet (nota bene zonder de steun van België, dat zich vanwege verzet door de Vlaamse regering moest onthouden bij de stemming).

Welk precedent schept die ongeziene gang van zaken voor de komende Europese legislatuur? In een rechtser Europa zal de civiele samenleving naast verworvenheden op vlak van mensenrechten-, natuur- en milieuwetgeving ook de democratische besluitvorming an sich moeten verdedigen.

Voor kleinere spelers is het vaak moeilijker om aan strengere duurzaamheidsvereisten te voldoen dan voor grote multinationals.

Tot slot is er de discussie over de implementatie, vooral in landen buiten Europa. Vanwege nieuwe duurzaamheidsregels zoals de CSDDD, maar ook de ontbossingswetgeving (die producten gelinkt aan ontbossing moet weren van de EU-markt) en een importverbod op producten uit dwangarbeid, krijgt de EU geregeld de kritiek protectionistisch te handelen en haar eigen normen te willen opleggen aan de rest van de wereld. Bovendien is het voor kleinere spelers (met name in het globale Zuiden) vaak moeilijker om aan strengere duurzaamheidsvereisten te voldoen dan voor grote multinationals.

Om die kritiek op een geloofwaardige manier te kunnen counteren, zal de EU overheden en kleinere bedrijven actief mee moeten ondersteunen, én een brede groep stakeholders (in het bijzonder lokale gemeenschappen, middenveldorganisaties en vakbonden) moeten betrekken bij de voorbereidingen op de implementatiefase. Werk genoeg aan de winkel dus na de zomervakantie, om ervoor te zorgen dat deze historische wet een reëel verschil maakt voor mensenrechten, milieu en klimaat – in Europa, maar ook ver daarbuiten.

Word ProMO*

Vind je MO* waardevol? Word dan proMO* voor slechts 4,60 euro per maand en help ons dit journalistieke project mogelijk maken, zonder betaalmuur, voor iedereen. Als proMO* ontvang je het magazine in je brievenbus én geniet je van tal van andere voordelen.

Je helpt ons groeien en zorgt ervoor dat we al onze verhalen gratis kunnen verspreiden. Je ontvangt vier keer per jaar MO*magazine én extra edities.

Je bent gratis welkom op onze evenementen en maakt kans op gratis tickets voor concerten, films, festivals en tentoonstellingen.

Je kan in dialoog gaan met onze journalisten via een aparte Facebookgroep.

Je ontvangt elke maand een exclusieve proMO*nieuwsbrief

Je volgt de auteurs en onderwerpen die jou interesseren en kan de beste artikels voor later bewaren.

Per maand

€4,60

Betaal maandelijks via domiciliëring.

Meest gekozen

Per jaar

€60

Betaal jaarlijks via domiciliëring.

Voor één jaar

€65

Betaal voor één jaar.

Ben je al proMO*

Log dan hier in