“‘Wanneer onze vrijheid te groot wordt’
Veel mensen op de wereld hebben last van te weinig: te weinig eten, te weinig geld, te weinig dak boven hun hoofd. Daarnaast zijn er - wellicht meer en meer - mensen die kreunen onder te veel, schrijft Tobias Leenaert. Hij heeft het vooral over: te veel aanbod, te veel keuze.
Ik begin met iets triviaals: een film kiezen om naar te kijken. Vroeger kon ik na zeven kilometer fietsen een videocasette kiezen in de beperkte lokale videotheek. Vandaag zijn duizenden films en series slechts een paar klikken verwijderd, via Netflix of een andere digitale aanbieder. En het kost een fractie van wat je daar vroeger zou voor betaald hebben.
Dat het zo eenvoudig is geworden, maakt het ergens ook heel moeilijk. Wanneer ik Netflix open, word ik overrompeld door een hele hoop films, series en docu’s die me wel zouden kunnen boeien en waar ik nieuwsgierig naar ben. Ik moet een keuze maken. Dat valt me niet makkelijk. Ik bekijk wat recensies en toplijstjes op het web om te zien wat echt goed is, want met zoveel geweldigs heb ik geen zin om iets middelmatigs te zien.
Maar online gaan zoeken biedt vaak geen oplossing. Vaak spreekt iedereen elkaar tegen. Of blijkt dat alles wat ik nakijk heel goed is. Want jawel, het probleem is niet zozeer de parels tussen de rotzooi te vinden: het probleem is eerder dat er heel veel parels zijn. Mijn app met later te lezen artikels stroomt over, mijn “watch later” lijstje op mijn Youtube account is niet beter. En over mijn boekenlijst zwijg ik nog.
Ik heb een woelige geest die zelden neerstrijkt en rust vindt. Of het nu gaat om televisie, boeken of muziek kiezen (of ooo al die interessante TED-talks!), ik blokkeer en kreun onder het overaanbod. Wanneer ik één boek aan het lezen ben, ben ik aan het denken aan de vijf volgende die ik wil lezen, en de duizenden die ik nooit zal kunnen lezen. Rondlopen in een boekenwinkel vind ik fantastisch, maar tegelijkertijd word ik er zeer nerveus van.
“Satisficers” gaan voor “goed genoeg” en kijken na hun keuze niet meer om. Ze zouden volgens Schwartz een stuk gelukkiger zijn.
Blijkbaar heb ik iets van wat de Amerikaanse psycholoog Barry Schwartz, auteur De Paradox van Keuzes, een “maximizer” noemt: iemand die zeker wil zijn dat hij de best mogelijke keuze maakt. “Satisficers” gaan voor “goed genoeg” en kijken na hun keuze niet meer om. Ze zouden volgens Schwartz een stuk gelukkiger zijn.
Wat helpt - zo heb ik ondervonden - is wanneer mijn opties beperkt worden. Soms doe ik dat zelf: ik kies er bijvoorbeeld voor geen tv in huis te halen met vijftig verschillende zenders. Het feit dat ik veganist ben en veel dingen principieel niet eet, kan ook een en ander (zoals het bestuderen van menukaarten) vereenvoudigen.
Soms beperkt iets of iemand anders mijn keuzes voor mij, en dat mag. Als het regent bijvoorbeeld, worden automatisch een paar opties uitgeschakeld. Soms wacht ik zo lang met een beslissing te nemen dat ze voor mij genomen wordt. Het houdt geen steek natuurlijk, want de optie die het uiteindelijk is geworden, is niet noodzakelijk de beste voor mij. Maar ik heb tenminste niet het keuzewerk moeten doen, en soms is dat een verademing. Ik weet het, ik ben rijp voor de psychiatrie.
Luxeprobleem?
Het klinkt wellicht allemaal als een typisch westers luxeprobleem - het is mede het gevolg van onze koopkracht - waar we ons niet druk over moeten maken. Maar als u hier allemaal geen last van heeft - u bent misschien een “satisficer” - kijk dan eens verder, naar belangrijkere zaken. Op alle gebieden zijn er steeds meer opties. Dat wil zeggen dat we steeds vaker keuzes moeten maken. En daar zijn vele mensen niet goed in.
Neem, voor een jongere, zijn of haar studiekeuze. Vroeger was die een stuk simpeler. Vandaag kan je bij wijze van spreken elke richting met elke andere richting combineren. Je studeert niet meer noodzakelijk in je eigen stad, maar kan naar eender welke universiteit of hogeschool gaan. Je kan je studies combineren met je werk en individueel aangepaste programma’s kiezen. En zo voort.
Of kijk wat er gebeurt wanneer iemand getroffen wordt door een ernstige aandoening. De dokter vertelt niet meer wat er zal gebeuren, maar hij biedt de patiënt verschillende opties voor behandelingen en medicatie. Als de keuze voor een film of een boek je geen stress bezorgt, dan krijg je die wellicht wel in een situatie als deze.
Individuele vrijheid is geweldig, maar vrijheid is misschien niet iets waarvan we zoveel mogelijk moeten hebben.
Individuele vrijheid is geweldig, maar vrijheid is misschien niet iets waarvan we zoveel mogelijk moeten hebben. Volgens voornoemde Schwartz is het niet bevorderlijk voor onze mentale gezondheid wanneer alles mogelijk is en er geen grenzen meer zijn. In zo’n situatie worden enorme verwachtingen gecreëerd, die vaak tot niets anders kunnen leiden dan ontgoocheling. En bij die ontgoocheling zullen we dan - precies omdat in principe alles kan - vaak de schuld bij onszelf leggen. Schwarz gelooft dan ook dat het probleem van overaanbod en keuzes maken in belangrijke mate mee verantwoordelijk is voor de toename van depressies.
Wees gerust, ik pleit niet voor een of andere “terugkeer naar de natuur”, naar een wifi-loze, winkelloze, pastorale maatschappij waar we al die problemen niet hebben. Nee, ik denk dat we, op een of andere manier, moeten leren omgaan met het overaanbod. Misschien kunnen technologische ingrepen ook helpen. Als IT systemen onze voorkeuren en noden zodanig goed kunnen leren kennen dat we niet zo vaak meer moeten kiezen, maar wat goed en leuk voor ons is automatisch voorgeschoteld zouden krijgen, dan zou dat al heel wat zijn. Al brengt het natuurlijk weer andere problemen met zich mee.
Als keuzes verlammend kunnen werken - en als kiezen steeds moeilijker wordt - denk dan eens aan de implicaties voor situaties waarin we willen dat mensen van gedrag veranderen en goede keuzes maken. Keuzes in verband met gezond eten of duurzaam leven, bijvoorbeeld. Hoe moeilijker die keuzes, hoe minder er zal veranderen en gebeuren.
Af en toe de keuzes aan banden leggen is dus misschien niet zo slecht. Er bestaat zoiets als te veel opties en te veel vrijheid. Zegt u me maar af en toe wat ik moet doen, alstublieft.