‘De Europese Unie: payer, geen player?’
Israël vernielt Europese hulpprojecten, EU laat begaan
Israëlische kolonisten en soldaten viseren Europese hulpprojecten op de Westelijke Jordaanoever. Ze vernielden Palestijnse scholen, ziekenhuizen en huizen gefinancierd door de EU en België. Ons land speelde voor en tijdens zijn voorzitterschap van de EU een voortrekkersrol om de druk op Israël te verhogen. Maar vooralsnog doet de EU weinig inspanningen om het belastinggeld terug te krijgen en de aanhoudende etnische zuiveringscampagne te stoppen. Dat blijkt uit onderzoek van MO*journalist Pieter Stockmans die onlangs in het gebied was.
295.000 euro, dat is de onvolledige schatting van de schade. Maar sinds de Palestijnse aanslag van 7 oktober 2023 richtten Israëlische kolonisten een veelvoud aan schade aan die het West Bank Protection Consortium (WBPC) nog niet kon inschatten.
Het WBPC is een strategisch partnerschap van het Verenigd Koninkrijk, EU Humanitarian Aid, tien EU-lidstaten waaronder België, en vijf internationale ngo's onder leiding van Norwegian Refugee Council (NRC).
Projecten gefinancierd door het WBPC worden actief tegengewerkt en gedemoniseerd in Israëlische media en politiek. Europese diplomaten en hulpverleners werken in een onveilige situatie. Israël doet niets om hen te beschermen.
België grote bijdrager
In 2023 droeg België 1,25 miljoen euro bij aan het WBPC. Tussen 2015 en 2020 was dat in totaal 6,3 miljoen euro. ‘Na het bureau voor humanitaire hulp van de EU is België een van de grootste donoren van het WBPC. We waarderen zijn voortdurende steun’, zegt Allegra Pacheco, hoofd van het WBPC.
Onder premier Alexander De Croo (Open Vld) en minister van Ontwikkelingssamenwerking Caroline Gennez (Vooruit) nam België het binnen de EU steeds op voor het WBPC en de noden van de Palestijnen. Het is niet zeker of ons land dat zal blijven doen onder een volgende regering. Bovendien neemt de sterk pro-Israëlische Hongaarse regering vanaf 1 juli het EU-voorzitterschap over.
In 2022 liet het Belgische ministerie van Buitenlandse Zaken de strategie voor humanitaire hulp evalueren. ‘Ondanks de toename van geweld door kolonisten realiseert het WBPC geleidelijk zijn doelstelling om de gedwongen verdrijving van kwetsbare Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever te voorkomen’, klonk het.
Dat was voor 7 oktober 2023. Maar toen kregen kolonisten land, subsidies en wapens van de Israëlische regering om voorposten op te richten nabij Palestijnse boerendorpen, en de Palestijnen van daaruit aan te vallen en te verdrijven.
‘Palestijnse en Europese initiatieven schieten wortel en brengen de voortzetting van de zionistische onderneming in gevaar. Er mag geen Palestijnse staat komen.’De Yesharaad, koepel van de Israëlische nederzettingen in de bezette Palestijnse gebieden
Slechts twee kolonisten werden administratief aangehouden, geen enkele werd in staat van beschuldiging gesteld. De Israëlische overheid verdreef in 2022 en 2023 zelf ook 2384 Palestijnen.
MO* was getuige van de totale vernieling in de uitgestrekte bergen van de Jordaanvallei en de Zuidelijke Hebronheuvels. De vernielingen zijn deel van een campagne van de Israëlische overheid om uit bepaalde gebieden van de Westelijke Jordaanoever zo veel mogelijk Palestijnen te verdrijven naar omsingelde getto’s. Zo willen ze ‘plaats maken’ voor nieuwe joodse nederzettingen.
Op zijn website viseert de Yesharaad, die de Israëlische nederzettingen in de bezette Palestijnse gebieden vertegenwoordigt, uitdrukkelijk de EU: ‘Palestijnse en Europese initiatieven schieten wortel en brengen zo de voortzetting van de zionistische onderneming in gevaar. Er mag geen Palestijnse staat komen. De Palestijnse Zones A en B moeten onder controle van Jordanië komen. Sommige Palestijnen die in Zone C leven, kunnen Israëlisch staatsburgerschap aangeboden worden. Als ze niet in Israël willen leven, kunnen ze elders gaan wonen.’
Zone C
De kolonisten en de huidige Israëlische regering willen de zogenaamde Zone C aanhechten bij Israël met zo weinig mogelijk Palestijnen erin. Het doel van de Europese ontwikkelingssamenwerking staat hier haaks op. Het WBPC steunt de Palestijnen juist om de levensvatbaarheid van een Palestijnse staat, ook in Zone C, overeind te houden.
De Oslo-akkoorden van de jaren ’90 gaven Israël tijdelijk de volledige controle over dit deel van de Westelijke Jordaanoever. De 700.000 joodse kolonisten die er wonen, zijn Israëlische staatsburgers zoals andere Israëli’s. De 300.000 Palestijnen worden aan hun lot overgelaten: het is de Palestijnse Autoriteit verboden om voor hen in te staan en de Israëlische bezettingsmacht weigert zo goed als alle bouwvergunningen (98,6% tussen 2016 en 2018). Bouwen de Palestijnen toch, dan volgt een bevel tot sloop en kan Israël op elk moment de bulldozers laten aanrukken.
Daarom besliste de Europese Raad in 2014 te erkennen dat de Israëlische bezettingsmacht niet tegemoetkomt aan de sociale en economische rechten van de lokale bevolking, zoals huisvesting, water, sanitaire voorzieningen, gezondheidszorg.
In de afgelopen tien jaar hielp de EU-vertegenwoordiging Palestijnse dorpen om 105 voorstellen voor ruimtelijke structuurplannen in te dienen bij de Israëlische autoriteiten. Die keurden geen enkele aanvraag goed.
In de afgelopen tien jaar hielp de EU-vertegenwoordiging Palestijnse gehuchten om 105 voorstellen voor ruimtelijke structuurplannen in te dienen bij de Israëlische autoriteiten. Die keurden geen enkele aanvraag goed. De Israëlische regering beweert vervolgens dat het WBPC en de EU ‘illegale nederzettingen’ bouwen. En dat de EU ‘een kant kiest in het dispuut’, door de ‘demografie van door Israël gecontroleerd gebied te veranderen’.
Dat is exact wat Israël zelf doet. Bovendien bestaat over het statuut van de Westelijke Jordaanoever geen dispuut in het internationale rechtssysteem. Als bezettingsmacht heeft Israël geen soevereiniteit over de Westelijke Jordaanoever.
Regavim, een kolonistenorganisatie opgericht door de extreemrechtse minister Bezalel Smotrich, bedreigde de EU. ‘Als Europese regeringen zouden begrijpen dat hun geld tevergeefs is, zouden ze de financiering misschien stopzetten’, zei Naomi Kahn van Regavim in The Irish Times. Dat is de motivatie achter de vernielingen.
Israëlische propaganda en opruiing
Het Internationale Gerechtshof oordeelde dat de Israëlische regering dringend actie moet ondernemen tegen opruiing, die op het terrein kan leiden tot genocide in Gaza. Maar ook op de Westelijke Jordaanoever is dit een dagelijkse realiteit. Regavim is een belangrijke schakel.
In pseudojuridische rapporten vol verdraaiingen van de realiteit stelt Regavim de Palestijnse boeren voor als ‘de wortel van het kwaad’ en ‘voorposten van een Palestijnse annexatie van Joods land’. EU-gefinancierde scholen noemt het ‘een wapen om buitenlandse donaties te werven en grondgebied in Zone C te annexeren’.
Op de website van Regavim staat een kliksysteem: ‘Heb je illegale EU-structuren opgemerkt of andere verdachte activiteiten gezien? Stuur ons de details en wij trekken op onderzoek uit.’
Jarenlang stelden ze de Israëlische overheid voor als slap en mak. Zo wakkerden ze bij de kolonisten ook het wantrouwen tegen de eigen overheid aan. Toen de politieke partijen achter Regavim toetraden tot de regering, voelden ze dat ze de macht grepen.
Na 7 oktober 2023 kwam daar de boodschap bij dat Palestijnse boeren ‘potentiële Hamas-terroristen’ zijn. ‘Wij zijn de volgende, wij leven hier onbeschermd tegen de Palestijnse vijand’, klinkt het in WhatsApp-groepen van kolonisten die MO* kon inkijken. Palestijnse dorpen noemen ze ‘tienduizend basissen om 7/10-aanvallen te lanceren op Israëli’s’. Ze eisen de onmiddellijke vernieling van deze dorpen.
De opgehitste kolonisten werden vervolgens als reservisten opgeroepen voor het leger en bewapend.
Kolonistenaanvallen en slopen door leger
Sinds 2009 vernielden kolonisten en leger minstens 10.452 Palestijnse eigendommen op de Westelijke Jordaanoever (waarvan 1717 structuren gefinancierd werden door internationale donoren) en verdreven ze 16.000 Palestijnen.
In 2018 ontvingen 36 Palestijnse scholen in Zone C (verschillende gefinancierd door het WBPC) een bevel tot sloop, waardoor het onderwijs van 3708 leerlingen bedreigd werd.
In 2022 en 2023 werden respectievelijk 1032 en 1352 Palestijnen verdreven als gevolg van de sloop van huizen door de Israëlische autoriteiten.
In 2021 was er 1 kolonistenaanval per dag, in 2022 2 per dag, in 2023 (voor 7 oktober) 3 per dag. Na 7 oktober steeg dit tot 5 per dag. Dit is het hoogste dagelijkse gemiddelde sinds de VN in 2006 deze gegevens begonnen bij te houden. Alleen in 2023 waren er 1229 kolonistenaanvallen. Bij 913 aanvallen werd schade aangericht, bij 163 aanvallen vielen doden of gewonden.
Na 7 oktober 2023 schoten kolonisten 12 Palestijnen dood en verwondden ze er 117. In de helft van de aanvallen waren er soldaten bij die gewoon toekeken of de aanvallers zelfs hielpen.
Na 7 oktober 2023 gebeurden minder officiële slopen, maar eens te meer verdrijvingen door kolonisten. 1208 Palestijnen werden verdreven na 7 oktober (ongeveer evenveel als de twee voorgaande jaren samen).
In december 2023 gingen de officiële slopen door de overheid plots opnieuw de hoogte in.
Palestijnse doden Westelijke Jordaanoever
2023 was voor 7 oktober al het dodelijkste jaar voor Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever sinds het begin van de Israëlische bezetting.
Van 7 oktober 2023 tot februari 2024 doodden Israëlische troepen nog eens 365 Palestijnen en verwondden ze er 4288 (de overgrote meerderheid van hen bij incidenten waarbij geen enkele gewapende Palestijn betrokken was). De VN spreken van ‘onevenredig en onwettig geweld’.
Verdrijvingen en vernielingen van WBPC-infrastructuur
Het WBPC steunt 195 Palestijnse gemeenschappen en financierde in totaal al 5000 structuren voor Palestijnen in Zone C. De meeste van die structuren hebben een bevel tot sloop gekregen van de Israëlische overheid. MO* ontving geen volledig overzicht van alle gemeenschappen waar het WBPC actief is en waar infrastructuur vernield werd.
Voor 7 oktober 2023 (2022 en 2023) was al 10% van alle structuren gefinancierd door het WBPC afgebroken en vernield door overheid en kolonisten. Vier gemeenschappen waren verdreven.
Sinds 7 oktober 2023 werden 9 nieuwe gemeenschappen verdreven en nog meer gefinancierde structuren vernield of uit angst achtergelaten door de bewoners.
Het WBPC stuurde België dit cijfer: in september, oktober en november 2023 richtten kolonisten voor 38.761 euro schade aan in gefinancierde structuren.
Gedurende heel 2023 vernielde de Israëlische overheid 83 gefinancierde structuren, kolonisten 18. De geschatte schade bedroeg 295.000 euro. Veel schade kon het WBPC nog niet evalueren.
Bronnen: Bureau van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties over het jaar 2023 (en andere VN-cijfers hier, hier, hier en hier), West Bank Protection Consortium, Belgische regering
Bescherming na vernieling?
Het doel van de rechtsstaat is om burgers te beschermen tegen machtsmisbruik van de overheid. De meeste rechtssystemen beschermen ook het recht op eigendom. Zolang de bezetting duurt, is het de Israëlische bezettingsmacht die verplicht is om het recht op eigendom van de bezette bevolking te beschermen.
Maar de Palestijnse begunstigden van de donaties van het WBPC kunnen hun eigendomsrecht nergens laten gelden als zij het slachtoffer worden van kolonistengeweld.
Israël biedt geen rechtsbescherming. Dat blijkt uit onderzoek van de Israëlische mensenrechtenorganisatie Yesh Din. Bijna de helft van de Palestijnse slachtoffers van kolonistenaanvallen dient geen klacht in bij de Israëlische politie omdat zij geen vertrouwen heeft in die politie. 92% van de gerechtelijke dossiers van de Palestijnen die wél klacht indienden, werd tussen 2005 en 2021 immers geseponeerd zonder inbeschuldigingstelling.
In de resterende 8% van de dossiers waar er wel een inbeschuldigingstelling en vervolging volgden, kregen de meeste daders slechts lichte straffen. Sinds 2005 volgde er in slechts 3% van de gerechtelijke dossiers een veroordeling.
‘We vragen compensatie aan Israël, maar er is geen manier om het af te dwingen behalve via sancties. En die worden geblokkeerd door bepaalde lidstaten.’EU-diplomaat
Ook de EU biedt geen rechtsbescherming. Dat blijkt uit de uitleg van Europese ambtenaren aan MO*. Als bijvoorbeeld een gefinancierde school wordt verwoest, begint de procedure bij het opmeten van de schade. Daar liep het na 7 oktober 2023 al spaak. Tot maanden na de vernielingen konden noch medewerkers van het WBPC, noch de EU-vertegenwoordiging in de Westelijke Jordaanoever de schade gaan opmeten.
‘Sinds de oorlog weigert Israël vergunningen aan diplomatiek personeel en medewerkers van hulporganisaties om rond te reizen’, zegt een anonieme bron bij de EU. ‘We moeten ook onze eigen beveiligingsbedrijven overtuigen.’
Dan neemt de EU-delegatie in Tel Aviv contact op met de Israëlische bezettingsmacht, soms met het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken. ‘We vragen compensatie, maar er is geen manier om het af te dwingen behalve via rechtbanken en dat is onwaarschijnlijk', liet een EU-diplomaat ons weten. 'Of door sancties die de unanimiteit van alle lidstaten zouden vereisen, wat we op dit moment niet hebben.'
In 2020 vroeg de Belgische regering compensatie aan Israël voor de vernieling van huizen in de Zuidelijke Hebronheuvels. De gebouwen werden gebouwd met Belgisch geld, als onderdeel van humanitaire hulp uitgevoerd door het WBPC.
Israël weigerde te betalen.
Sancties tegen kolonisten?
Het WBPC en de EU-vertegenwoordiging in de Palestijnse gebieden sturen al jarenlang informatie over het kolonistengeweld van op het terrein naar de EU-instellingen en de lidstaten. De EU-vertegenwoordigers ontmoetten bijvoorbeeld al medewerkers van de Palestijnse overheid die gemarteld werden door Israëlische kolonisten, en zagen beelden van deze martelingen.
Toch duurde het tot 19 april 2024, vier maanden nadat eurocommissaris Josep Borell het had voorgesteld, vooraleer de Europese Raad de joodse terreurorganisatie Heuveltopjeugd, en kolonistenleiders Neria Ben-Pazi en Yinon Levi op EU-sanctielijst plaatste wegens betrokkenheid bij folteringen en pogroms tegen Palestijnse gehuchten in Zone C. Op dat moment waren de meeste verdrijvingen al gebeurd.
‘Neria Ben Pazi (31) heeft in 2019 vier van de meest gewelddadige nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever gesticht’, staat te lezen in de Europese verordening. En verder: ‘Hij is een van de belangrijkste daders van de gedwongen ontheemding van de bedoeïnengemeenschap Wadi Seeq bij Ramallah. Hij is verantwoordelijk voor foltering.’
Over Levi zei de verordening: ‘Yinon Levi (32) heeft vanuit zijn huis in de illegale landbouwnederzetting Meitarim deelgenomen aan meerdere gewelddadigheden tegen naburige dorpen. Het betrof onder meer de bestorming en beschadiging van huizen van Palestijnse families, het ophitsen van honden tegen Palestijnse herders en tegelijkertijd zijn eigen kudde laten grazen op hun particuliere grond.'
'Hij is verantwoordelijk voor ernstige en wijdverbreide schendingen van de mensenrechten, gericht tegen het recht van de Palestijnen op lichamelijke en geestelijke integriteit, hun recht op eigendom en hun recht op eerbiediging van privéleven, familie- en gezinsleven.’
Hun tegoeden in de EU worden bevroren en ze krijgen een reisverbod naar de EU. Het is bovendien verboden om hen te financieren.
Dat heeft gevolgen voor het transnationale financieringsnetwerk van zionistische stichtingen in de EU en de VS, waar de regering-Biden eerder al een vergelijkbare maatregel nam. Ook al had de Israëlische regering de Israëlische banken opgeroepen de sancties te negeren, toch volgden zij deze sancties op. Zo bevroren de banken van Yinon Levi en andere kolonisten op de sanctielijst hun privé- en zakelijke rekeningen.
Op 19 april waren de VS al toe aan de tweede sanctieronde. De regering-Biden overwoog sancties tegen de ministers Ben-Gvir en Smotrich, wegens betrokkenheid bij aanvallen op Palestijnse burgers, maar besloot dit (nog) niet te doen. De mogelijkheid blijft wel open om het in de toekomst te doen.
Toch speelde Biden een eerder destructieve rol. In 2022 verwijderde hij de extremistische kolonistenorganisatie Kahane Chai van de Amerikaanse sanctielijst ‘omdat ze niet meer actief was’. Daardoor kon Kahane Chai opnieuw financiering aantrekken. Een jaar later was het minister Ben-Gvir, die actief was binnen Kahane Chai, die kolonisten bewapende om Palestijnen te verdrijven na 7 oktober.
Tsjechische Piratenpartij helpt Israël
De Europese beslissing had heel wat voeten in de aarde. MO* leerde dat het kabinet van Josep Borell zwaar gefrustreerd is over de ellenlange discussies tussen de EU-lidstaten over sancties tegen extremistische kolonisten.
Frankrijk sprak zich in februari 2023 uit voor sancties, maar vooral België speelde een voortrekkersrol. Op de informele raad van ministers van Ontwikkelingssamenwerking van 9 september 2023 kaartten we het kolonistengeweld aan’, zegt de Belgische minister van Ontwikkelingssamenwerking Caroline Gennez (Vooruit). ‘We vroegen meer rapportage van de impact van de vernielingen, en om de informatie te laten doorstromen op Europees niveau. Maar sinds 7 oktober worden de vernielingen op de Westelijke Jordaanoever niet meer gezien als een prioriteit.’
Naast usual suspect Hongarije paste ook Tsjechië vertragende mechanismes toe. Het Tsjechische ministerie van Buitenlandse Zaken gaf de volgende uitleg aan MO*: ‘Waar we tegen zijn, is dat sancties tegen Hamas en tegen Israëlische kolonisten aan elkaar gekoppeld worden in één sanctiepakket. Het is ongepast om een terroristische aanslag op hetzelfde niveau te plaatsen als de daden van individuele kolonisten. Wij geloven dat sancties tegen individuen die betrokken zijn bij terroristische aanvallen op Israël onze prioriteit moeten zijn.’
Met deze boodschap zijn er twee problemen.
Met haar eis voor aparte sanctiepakketten, wat van louter symbolisch belang is, functioneert de Tsjechische regering als belangenbehartiger van Israël. Israël beschouwt het immers als een pr-ramp als het gelijkgesteld wordt met Hamas.
De Tsjechische minister van Buitenlandse Zaken Jan Lipavský behoort tot de Tsjechische Piratenpartij, een partij die in eigen land nochtans een beslissende rol speelde in de strijd tegen de corrupte ex-premier Andrej Babiš, en die in het Europees Parlement behoort tot de groene fractie.
‘Die kolonisten en hun voorposten zijn er nog steeds. De oplossing is om de daders te verwijderen.’Allegra Pacheco, hoofd van het West Bank Protection Consortium
Bovendien hebben de Israëlische personen en organisaties die uiteindelijk de sanctielijst haalden, wel degelijk een terroristisch verleden volgens het eigen Israëlische rechtssysteem.
‘Die kolonisten zijn er nog steeds', zegt Allegra Pacheco van het WBPC. ‘De oplossing is om de geweldplegers te verwijderen en de voorposten te sluiten van waaruit ze hun aanvallen plannen en lanceren. De wortel van het probleem is de voortdurende illegale aanwezigheid van de kolonisten vlak naast of op land dat toebehoort aan Palestijnse gemeenschappen.'
'We hebben de Belgische minister van Buitenlandse Zaken Hadja Lahbib zo'n gewelddadige voorpost laten zien tijdens haar bezoek aan WBPC-projecten op de Westelijke Jordaanoever eind maart.’
De Israëlische activist Arik Ascherman bereidt een rechtszaak voor het Israëlische Hooggerechtshof voor, om de gewelddadige joodse voorposten naast een aantal Palestijnse gehuchten te laten verwijderen. Met de Amerikaanse ambassade overlegt hij achter de schermen over de stappen die nodig zijn opdat de verdreven Palestijnen zouden kunnen terugkeren. Dat is nog altijd niet gebeurd. En het is maar de vraag of het ooit zal gebeuren.
Het WBPC gaat er nog altijd officieel van uit dat de verdrijvingen tijdelijk zijn en dat de ontheemden zullen kunnen terugkeren. Voorlopig leven de verdreven Palestijnen in tenten die ze kregen van het WBPC. De kosten van die tenten worden niet op de daders verhaald.
Sancties tegen Israël?
De doelstelling van het WBPC, de gedwongen verdrijving van kwetsbare Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever voorkomen, is een politieke doelstelling en impliceert Israël als agressor. Maar als Israël effectief optreedt als agressor, kijkt de EU machteloos toe. Is humanitaire hulp aan Palestijnse boeren dan wel duurzaam als ze op EU-niveau niet gekoppeld wordt aan politieke druk op Israël?
‘Aan Israël geeft Europa wapens, aan de Palestijnen simpele onderkomens. Bescherm die dan, tenminste’, zegt Azzam Nawaja van Susiya, waar dorpelingen al jaren kampen met kolonistengeweld. ‘Europese regeringen moeten tussenkomen en zeggen: raak het niet aan, dit is van ons.’
Het voorbeeld van Duitsland is het meest frappant: via het WBPC steunt Duitsland de Palestijnen om ‘gemakkelijker om op hun land te blijven’, terwijl het de op één na grootste leverancier is van wapens aan Israël, waarmee Palestijnen van hun land verdreven worden.
De EU zou Israël kunnen dwingen het internationale recht toe te passen - de verdrijvingen stoppen, reeds verdreven Palestijnen laten terugkeren en compenseren voor geleden schade, en de daders berechten – door wapenleveringen aan Israël voorwaardelijk te maken.
Er zal immers grote druk op Israël nodig zijn omdat de staat zelf betrokken is bij de verdrijvingen. De Israëlische regering bewapende de kolonisten, gaf hen landbouwsubsidies om vlak naast de Palestijnse doelwitten voorpostboerderijen op te zetten, sluit deze voorposten aan op het water- en elektriciteitsnet, laat de voorposten beschermen door het leger, en rust de kolonistenorganisaties uit met drones om Palestijnse bouw en Europese hulpprojecten in Zone C te filmen en te rapporteren.
Dankzij deze omkadering konden de kolonisten de EU-gefinancierde projecten vernielen.
‘Kolonisten, het leger en de regering vormen één hand, een gemeenschappelijk project om Palestijnen te verdrijven en steeds meer land op de Westelijke Jordaanoever over te nemen’, zegt Sarit Michaeli van de Israëlische mensenrechtenorganisatie B'Tselem.
EU-vertegenwoordigers op het terrein zijn zich hier ten volle van bewust. ‘Het is structureel geweld’, zegt ook minister Gennez. ‘Vaak staat het Israëlisch leger er gewoon bij terwijl de kolonisten de vernielingen aanrichten.’
Het WPBC wil meer zijn dan een pleister op de wonde, maar daarvoor heeft het de steun van de EU-lidstaten en de hele Europese Commissie nodig.
Handelsakkoord
De EU heeft wel degelijk hefbomen over Israël. Zo is er het handelsakkoord tussen de EU en Israël. In februari 2024 vroegen Ierland en Spanje aan Europees Commissievoorzitter Ursula von der Leyen om ‘dringend na te gaan of Israël zijn verplichtingen in het kader van de handelsovereenkomst nakomt’, wegens Israëlische schendingen van het oorlogsrecht in Gaza. Het akkoord bepaalt immers dat de handelsbetrekkingen tussen de partijen ‘gebaseerd zijn op de eerbiediging van de mensenrechten en de democratische beginselen’.
In april maakte de Belgische regering bekend dat België op EU-niveau het voortouw zou nemen om de handelsovereenkomst met Israël te ‘herevalueren’. Het is verre van zeker of België dat onder een nieuwe centrumrechtse regering ook nog zal doen.
'Je hebt sowieso al 27 potentiële veto’s rond de tafel, en via Hongarije zit eigenlijk Netanyahu zelf aan tafel, mét een vetorecht.’EU-medewerker in Brussel
Bovendien gaf een EU-medewerker in Brussel MO* meteen een realiteitscheck: ’We weten allemaal dat dit niet gaat gebeuren. Spanje, Ierland en België willen het Von der Leyen en de lidstaten terecht zo moeilijk mogelijk maken om dit toe te dekken. Maar de besluitvorming in het buitenlands beleid van de EU gebeurt bij unanimiteit. Elke lidstaat kan zijn veto stellen. Voor sommige lidstaten betekent de mensenrechtenclausule in het handelsakkoord niks. Je hebt sowieso al 27 potentiële veto’s rond de tafel, en via Hongarije zit eigenlijk Netanyahu zelf aan tafel, mét een vetorecht.’
De Belgische regering had in juni 2023 al aan de Europese Commissie gevraagd om een inventaris op te maken van alle relaties tussen de EU en Israël op het vlak van handel, ontwikkelingssamenwerking, diplomatieke vertegenwoordiging, academische samenwerking en andere relaties. Met andere woorden: een overzicht van alle geldpotjes waar Israël deel van uitmaakt.
‘Om te weten hoe we druk kunnen zetten, moeten we weten welke hefbomen we hebben’, zegt minister Gennez daarover. Maar de bevoegde Eurocommissaris, de Hongaar Olivier Varhelyi, schoof het op de lange baan. Tot vandaag heeft de Belgische regering deze inventaris niet ontvangen.
Zeker na 7 oktober werd het dossier van kolonistengeweld niet meer prioritair behandeld door de situatie in Gaza. ‘Na 7 oktober viel iedereen over elkaar om Israël te steunen, zodat dit een groen licht werd voor Israël om te doen wat het wil’, zegt de Israëlische activist Arik Ascherman. ‘Tot vandaag is er geen daadkrachtige inspanning om de verdrijvingscampagne van de kolonisten te stoppen, laat staan een duurzame oplossing voor Zone C uit te werken.’
De zoektocht naar manieren om druk te zetten op Israël door mínder geld te geven, veranderde in een situatie waarin de EU juist méér geven aan Israël zou geven. Sommige Eurocommissarissen en lidstaten wilden de humanitaire hulp aan de Palestijnen helemaal stoppen. Uiteindelijk kon de financiering aan de Palestijnen toch verdergaan. Maar ook Israël zou 18 miljoen euro extra aan EU-geld krijgen.
België was de enige lidstaat die tegen stemde.
Duurzame oplossing
‘De hulp maakt het voor Palestijnse inwoners gemakkelijker om op hun land te blijven, maar is geen vervanging voor duurzame oplossingen’, zegt de Norwegian Refugee Council, die de juridisch aspecten van het WBPC coördineert, op haar website.
Wat is die duurzame oplossing? ‘Eigenlijk willen wij niet alleen doekjes voor het bloeden’, zegt Ameer Dawood van het documentatiecentrum van de Palestijnse overheid dat samenwerkt met het WBPC. ’Palestijnen in Zone C willen zelfbestuur, een overheid die hun sociale en economische rechten organiseert, ruimtelijke structuurplannen opmaakt, bouwvergunningen toekent volgens de noden van de bevolking.'
'Nu dweilen we met de kraan open. De voorbije vijftien jaar leverde Israël amper 84 bouwvergunningen af aan Palestijnen, terwijl het in dezelfde periode in hetzelfde gebied meer dan 40.000 wooneenheden in joodse nederzettingen bouwde.’
‘De hulp lenigt de dagelijkse humanitaire noden die door Israël worden gecreëerd, in plaats van de Palestijnen onafhankelijk te maken.’De Palestijnse juridische ngo Al Shabaka
De Palestijnse juridische ngo Al Shabaka publiceerde een vernietigend rapport over het WBPC. ’De humanitaire hulp die Palestijnen van internationale donoren hebben ontvangen, versterkt de status quo van de Israëlische territoriale expansie’, klinkt het. ‘De hulp lenigt de dagelijkse humanitaire noden die door Israël worden gecreëerd, in plaats van de Palestijnen onafhankelijk te maken of druk te zetten op Israël om de verdrijvingen te stoppen.’
Een EU-diplomaat die we anoniem spraken, is het niet eens met die analyse: ‘Moet onze hulp dan stoppen zolang de EU-lidstaten geen politieke druk op Israël uitoefenen? Ik denk dat landen als Hongarije daar heel blij mee zouden zijn. Zij willen “ons belastinggeld” beschermen door de hulp aan de Palestijnen gewoon helemáál te stoppen.’
Meer uit dit dossier
Meer zoals dit
Alle ogen op de Westelijke Jordaanoever
Word ProMO*
Vind je MO* waardevol? Word dan proMO* voor slechts 4,60 euro per maand en help ons dit journalistieke project mogelijk maken, zonder betaalmuur, voor iedereen. Als proMO* ontvang je het magazine in je brievenbus én geniet je van tal van andere voordelen.
Je helpt ons groeien en zorgt ervoor dat we al onze verhalen gratis kunnen verspreiden. Je ontvangt vier keer per jaar MO*magazine én extra edities.
Je bent gratis welkom op onze evenementen en maakt kans op gratis tickets voor concerten, films, festivals en tentoonstellingen.
Je kan in dialoog gaan met onze journalisten via een aparte Facebookgroep.
Je ontvangt elke maand een exclusieve proMO*nieuwsbrief
Je volgt de auteurs en onderwerpen die jou interesseren en kan de beste artikels voor later bewaren.
Per maand
€4,60
Betaal maandelijks via domiciliëring.
Meest gekozen
Per jaar
€60
Betaal jaarlijks via domiciliëring.
Voor één jaar
€65
Betaal voor één jaar.
Ben je al proMO*
Log dan hier in