Demonstranten eisen de vrijlating van oud-premier Imran Khan
Pakistaanse onvrede barst als etterbuil open: ‘Het geweld zal nog escaleren’
© Akhtar Soomro / Reuters
© Akhtar Soomro / Reuters
Willem De Maeseneer
06 december 2024 • 17 min leestijd
In de nacht van 26 op 27 november bereikten de politieke instabiliteit en sluimerende onvrede in Pakistan een dodelijke climax. Duizenden aanhangers van de oppositiepartij PTI trokken naar de hoofdstad om de vrijlating te eisen van hun leider, voormalig premier Imran Khan. Wat begon als een vreedzame betoging eindigde in een bloedige confrontatie met de veiligheidsdiensten, met minstens twaalf doden tot gevolg.
‘Soldaten gooiden een ongewapende, biddende man van drie containers hoog tegen het asfalt. Vlak ervoor riepen ze nog via luidsprekers om dat het leger nooit zijn eigen burgers zou bestrijden. Dat contrast vond ik huiveringwekkend’, zegt Usman*, een demonstrant.
Toen op zaterdag 23 november de politieke partij Pakistan Tehreek-e-Insaf (PTI) haar achterban opriep om te verzamelen in de hoofdstad om de vrijlating van voormalig premier en partijleider Imran Khan te eisen, begon Islamabad erg op een conflictgebied te lijken.
De voormalige cricketster en oud-premier is ondanks zijn gevangenschap, en de vele aanklachten tegen hem, nog steeds de kampioen van het volk. Vanuit verschillende delen van het land trokken dan ook lange colonnes aanhangers naar Islamabad.
Het belangrijkste konvooi kwam uit de stad Peshawar, in de woelige grensprovincie met Afghanistan Khyber Pakhtunkhwa, een bolwerk van de partij. Het werd opmerkelijk genoeg aangevoerd door Khans vrouw Bushra Bibi, die doorgaans teruggetrokken leeft en apolitiek is.
Golf van protest
Sinds het parlement Imran Khan (Pakistan Tehreek-e-Insaf - PTI) in april 2022 uit zijn functie als premier heeft ontzet, regende het beschuldigingen tegen zijn persoon, gaande van corruptie tot terrorisme. Er zijn intussen zo’n 150 rechtszaken tegen hem opgestart.
Critici van de huidige regering van premier Shehbaz Sharif (Pakistaanse Moslimliga – PML) zeggen dat hij afgezet werd omdat hij uit de gratie was gevallen van de legertop, een machtige politieke speler in Pakistan. De rechtszaken zouden dienen om een comeback van hem, of van zijn PTI-partij, te verhinderen.
Het politieke speelveld in Pakistan is sinds de afzetting van Khan zeer gepolariseerd. De voormalige sportvedette – nog steeds heel populair – uitte sindsdien vanuit de gevangenis meermaals kritiek op de regering en het leger.
Zijn arrestatie in mei 2023 veroorzaakte een golf van protest onder zijn aanhangers in het hele land. Dat mondde niet zelden uit in geweld. Daarop volgde harde repressie door de autoriteiten in Islamabad. Honderden lokale PTI-leiders werden gearresteerd of gedwongen om af te treden. Overheidsmedewerkers die banden hadden met de partij werden ontslagen.
De partij moest ook haar verkiezingssymbool – een cricketbat – opgeven. Dat is een serieuze opdoffer in een land waar bijna zes op de tien inwoners analfabeet is. Bij de verkiezingen in februari, waarbij de PTI werd verboden en kandidaten als onafhankelijken moesten deelnemen, behaalde de partij alsnog de meeste stemmen.
Toch werden Imran Khan en zijn partij uitgesloten van regeringsdeelname. De PTI eist dat de verkiezingsuitslag wordt herzien omdat het de stemming als gemanipuleerd beschouwt. De overheid wijst deze beschuldiging af. Maar internationale waarnemers zijn het erover eens dat de stembusgang ‘niet vrij, niet eerlijk en niet transparant’ verliep.
Goed geplande militaire operatie
De Pakistaanse overheid schoot in een kramp en arresteerde preventief meer dan 4.000 PTI-aanhangers in heel het land. Islamabad ging in volledige lockdown. Alle hoofdwegen en toegangsroutes naar de hoofdstad werden geblokkeerd met opeengestapelde zeecontainers om de toestroom van demonstranten te verhinderen. Op verschillende plaatsen in Pakistan werden internetdiensten en mobiele netwerken gedeeltelijk uitgeschakeld.
Vier dagen lang was Islamabad de facto een belegerde stad. ‘Er waren voedseltekorten, groenten en melk waren niet beschikbaar en tankstations waren gesloten’, zegt Usman. De twintiger is sociaal werker en lid van de PTI. Hij woont in de buurt van de hoofdstad en is gefrustreerd door de gebrekkige Pakistaanse rechtsstaat en het gebrek aan openbare dienstverlening. ‘In mijn dorp wonen veel PTI-aanhangers en vonden er in aanloop van de protestactie al nachtelijke invallen van de plaatselijke politie plaats.’
‘De demonstranten werden van twee kanten ingesloten door de veiligheidstroepen die het vuur openden en traangas gebruikten.’ - Veiligheidsexpert Imtiaz Gul
Ondanks de harde maatregelen wisten op maandag 25 november toch minstens 10.000 PTI-leden zich te verzamelen op D-Chowk, een plein waar vaak wordt geprotesteerd, nabij de zwaarbewaakte Red Zone van Islamabad, waar het parlement en andere belangrijke overheidsgebouwen zich bevinden.
De demonstranten waren vastbesloten om er een sit-in te houden tot hun leider opnieuw op vrije voeten zou komen. Maar op basis van grondwettelijke bepalingen die verwijzen naar ‘externe agressie of oorlogsdreiging’ had de overheid intussen het leger ingeschakeld.
Imtiaz Gul is directeur van het Pakistaanse Centrum voor Onderzoek en Veiligheidsstudies en woont in de buurt van de Red Zone. Hij vertelt hoe de sfeer op dinsdagavond zeer grimmig werd.
‘Omstreeks 18.30 uur schakelden militaire eenheden in een straal van anderhalve kilometer rond D-Chowk de straatverlichting uit. Winkels moesten verplicht sluiten. Toen de meeste lokale mensen tegen middernacht naar huis waren en alleen de demonstranten uit verre gebieden nog aanwezig waren, begon het geweld.’
Als onafhankelijke waarnemer volgde Gul de protesten tussen twee rondes van geweld door.
‘Behalve het licht van een autolamp hier en daar was het pikdonker. De demonstranten werden van twee kanten ingesloten door de veiligheidstroepen die het vuur openden en traangas gebruikten. Het was duidelijk een goed geplande militaire operatie.’
Discussie over dodentol
Volgens adjunct-regionaal directeur bij Amnesty International Babu Ram Pant tonen het escalerende geweld, de afsluiting van mobiele internetdiensten, massale arrestaties en de ‘alarmerende retoriek’ tegen PTI-demonstranten een patroon van intolerantie voor vreedzaam protest. Hij wijst erop dat eerder dit jaar ook Beloetsje en Pathaanse demonstranten het doelwit waren van soortgelijke repressie.
Het harde optreden miste zijn doel niet. De niet-lokale demonstranten werden de stad uitgejaagd en het PTI-leiderschap schortte het protest op ‘vanwege de wreedheid van de overheid en het plan van de regering om de hoofdstad in een slachthuis te veranderen’.
Sindsdien woedt er een felle discussie tussen overheid en oppositie over de tol van die bewuste nacht. Beide partijen legden tegenstrijdige verklaringen af.
Premier Shehbaz Sharif gaf de demonstranten op dinsdag de schuld voor de dood van drie soldaten, nadat ze tegen hoge snelheid waren aangereden door een jeep op de autosnelweg. Op maandag zou een politieagent bezweken zijn aan verwondingen na een aanvaring met demonstranten.
‘Er werden AK-47’s en andere machinegeweren gebruikt’, getuigt Abdul*, een demonstrant die dinsdagavond aanwezig was op D-Chowk. ‘Ik raakte zelf gewond terwijl ik gewonden probeerde te helpen.’
De regering ontkent echter dat er met scherp geschoten werd en beweerde aanvankelijk dat er geen demonstranten waren omgekomen. De cijfers die in de dagen daarop werden vrijgegeven, verschillen naargelang de overheidsbron.
De minister van Informatie stelt dat er geen aanwijzingen zijn dat er doden zijn gevallen onder de manifestanten, de woordvoerder van de premier sprak van ‘vier tot vijf’ dodelijke slachtoffers, en de minister van Defensie hield het bij ‘minder dan tien doden’. De Pakistaanse minister van Binnenlandse Zaken Mohsin Naqvi blijft echter categorisch beweren dat er geen doden zijn gevallen bij de militaire actie om de demonstranten uiteen te drijven.
Het PTI-bestuur sprak eerst van ‘tientallen doden’, maar paste dat op een persconferentie aan naar twaalf bevestigde dodelijke slachtoffers. Al voegden de oppositieleiders er wel aan toe dat de werkelijke tol waarschijnlijk hoger ligt.
Bij rellen, aanslagen, of natuurrampen richten ziekenhuizen in Islamabad een informatiecentrum in om lijsten met overledenen en gewonden te delen, zodat familieleden en de media betrouwbare informatie krijgen. Nu blijft het vanuit die hoek opvallend stil. Verschillende bronnen zijn onbereikbaar of weigeren elke commentaar.
Zowel The Guardian als de BBC meldden echter dat de twee ziekenhuizen nabij D-Chowk dinsdagnacht overspoeld werden met patiënten met schotwonden, en dat medische hulpverleners werden gedwongen om de cijfers te manipuleren.
‘Ik heb die avond vijf lichamen gezien in het Polyclinic-ziekenhuis’, zegt PTI-aanhanger Abdul. Hij werkt zelf in de medische sector en hielp die nacht gewonden vervoeren. ‘Het echte bloedbad vond echter plaats rond 2 à 3 uur ’s nachts.’
Doofpotoperatie
‘De overheid heeft strikte informatiebeperkingen opgelegd aan de twee grootste ziekenhuizen in de buurt van de protestlocatie. Dat creëert verwarring en tegenstrijdige berichten over het aantal slachtoffers’, zegt veiligheidsexpert Imtiaz Gul.
Volgens Usman worden families die lichamen van dodelijke slachtoffers komen opeisen in zulke gevallen vaak gedwongen om een verklaring te ondertekenen dat het slachtoffer overleden is als gevolg van een ongeval en niet door een kogel. Wie toch een autopsie eist, wordt gelinkt aan de protesten en beschuldigd van terreur. ‘Dan kunnen de ordediensten hun huizen binnenvallen en hen dwingen om te zwijgen’, aldus de activist.
‘De demonstranten waren ongewapend en de protestacties verliepen grotendeels vreedzaam’, geeft Gul nog mee. ‘Natuurlijk kunnen emoties hoog oplopen wanneer demonstranten worden geconfronteerd met traangas en geweld van de veiligheidstroepen.’
‘We moeten voorzichtig zijn met het noemen van aantallen, maar het is duidelijk dat er op dinsdagnacht zware clashes plaatsvonden’, zegt Gul nog. ‘De overheid probeert zaken in de doofpot te stoppen en zet tegelijkertijd de families van de overledenen onder druk om de doodsoorzaak niet naar buiten te brengen.’
Voormalig Pakistaans premier Imran Khan op het World Economic Forum in 2011.
© World Economic Forum / Jolanda Flubacher
Marionettenregering
De directe aanleiding van de protestactie was de opsluiting van PTI-leider Imran Khan. Maar de onvrede zit dieper.
‘De bevolking voelt zich steeds minder verbonden met de twee politieke dynastieën, de Bhutto- en de Sharif-dynastie, die Pakistan al decennialang regeren’, legt Imtiaz Gul uit.
‘Daarnaast zien steeds meer mensen het militaire establishment als een belangrijke oorzaak van de democratische achteruitgang en de slechte sociaaleconomische situatie van Pakistan’, aldus de onderzoeker.
Nalatenschap van corruptie
De familie van Zulfikar Ali Bhutto, oprichter van Pakistan People’s Party (PPP), vormt al sinds de jaren ’70 een belangrijke macht, met Benazir Bhutto als eerste vrouwelijke premier in 1988. De Sharif-familie geniet vanaf de jaren ‘90 veel invloed, geleid door pater familias Nawaz Sharif van de PML-N.
Beide families wisselen elkaar af in de macht en proberen hun invloed te behouden door zich te laten opvolgen door hun naasten. Zo vervult huidig premier Shabaz Sharif momenteel de leiderschapsrol in de plaats van zijn oudere broer Nawaz, een van de rijkste mannen van Pakistan.
De politieke nalatenschap van beide geslachten wordt gekenmerkt door beschuldigingen van corruptie en nepotisme. Opvallend: sinds het ontstaan van Pakistan heeft nog nooit een premier zijn ambtstermijn volledig uitgezeten. Het leger heeft meerdere keren ingegrepen en burgerregeringen afgezet, ofwel moesten ze aftreden vanwege schandalen en politieke druk.
Sinds de motie van wantrouwen tegen Imran Khan in april 2022, waarna hij moest aftreden als premier en de periode van politieke instabiliteit begon, hebben deze dynastieën de macht van het leger nog vergroot door controversiële grondwetswijzigingen.
Onlangs nog werd Amendement 26 goedgekeurd, dat volgens critici de controle van het parlement op het Hooggerechtshof vergroot. Daarnaast beperkt de wetswijziging de juridische controle op militaire acties, met name op het gebied van nationale veiligheid. De maatregel verzwakt de checks-and-balances in het land en vergroot de invloed van het leger op het bestuur. Het amendement kreeg bovendien de steun van alle partijen die trouw zijn aan de krijgsmacht, wat wijst op een gecoördineerde inspanning om wetgeving door te voeren die gunstig is voor het militaire establishment.
Tegelijkertijd beleeft Pakistan de donkerste dagen uit zijn 76-jarige geschiedenis. De economische malaise is compleet, terreuraanslagen teisteren het land bijna dagelijks, en de klimaatcrisis zaait chaos en verderf.
De politiek is niet in staat deze uitdagingen het hoofd te bieden. De winnaar van de verkiezingen zit nog steeds gevangen op bevel van het leger, dat een marionettenregering zonder mandaat van het volk heeft geïnstalleerd. Terwijl de militaire elite zichzelf bedient, groeien de rijen voor voedselbedelingen. De Pakistanen zijn boos, maar er is steeds minder ruimte om uiting te geven aan dat misnoegen.
Naast de slechte sociaaleconomische- en veiligheidssituatie, is vooral het gebrek aan een functionerende rechtsstaat een grote bron van frustratie. Zo werd Usman onlangs met de dood bedreigd omdat hij als milieuactivist een luis in de pels van sommige bouwbedrijven is. Toen hij naar de politie ging om aangifte te doen, weigerde de agent van dienst alle hulp omdat de jongeman geregistreerd stond als PTI-lid. ‘Met ontberingen leer je leven, maar zonder rechtssysteem kan je niet functioneren, zegt hij.
(Het artikel gaat verder na de leestips)
Lees meer over Pakistan
Repressie onder mom van antiterreur
Hoewel internationale waarnemers ook tijdens Imran Khans ambtstermijn als premier corruptie en wanbestuur vaststelden, ging Khan wel in tegen de almacht van het leger. Daarmee werd hij al dan niet terecht een symbool van verzet tegen de status quo en de verandering waar Pakistanen zo hard naar snakken.
‘Behalve Imran Khan is niemand te vertrouwen’, zegt Usman. ‘De gewone burger zal blijven lijden, terwijl de elite er alles aan doet om het huidige systeem te beschermen. Ze zullen elke mogelijke tactiek gebruiken om mensen te ontmoedigen om gerechtigheid te eisen.’
Net als vele PTI-aanhangers zijn Usman en Abdul na de demonstraties ondergedoken. De overheid startte sindsdien namelijk een strafcampagne op waarbij mensen die gelinkt kunnen worden aan de protesten beschuldigd worden van terreur.
Boven op de preventieve arrestatiegolf zijn na de straatprotesten minstens 1400 mensen opgepakt in de buurt van Islamabad. De twee jonge activisten overwegen beiden om het land te verlaten, maar dat is niet evident.
‘Duizenden mensen zijn ontvoerd en worden vermist. De overheid dreigt aanklachten in te dienen tegen iedereen wier telefoon in de buurt van de protesten gelocaliseerd kon worden. Hun identiteitskaarten, bankrekeningen en paspoorten worden geblokkeerd’, aldus Usman.
Imtiaz Gul noemt het ‘absurd’ dat politieke demonstranten worden aangeklaagd onder antiterreurwetten.
Geweld zal escaleren
De confrontatie van vorige week kent geen winnaars. De PTI lijdt gezichtsverlies, want Imran Khan sprak voordien van ‘de ultieme oproep’, en had zijn achterban gevraagd om het plein te blijven bezetten ‘tot alle eisen werden ingewilligd’.
Maar ook de overheid maakt geen goede beurt. De acties tegen de PTI, waaronder de repressie en strafzaken tegen hun leden, ondermijnen het vertrouwen van het publiek in de regering en staatsinstellingen. Het vergroot de kloof tussen de bevolking en de staat.
‘Het geweld zal in de nabije toekomst blijven escaleren. Steeds meer Pakistanen komen in opstand, wat zal leiden tot chaos en nog meer brute onderdrukking.’ - Demonstrant Abdul
De minachting van de overheid voor mensenlevens en fundamentele rechten wordt voor steeds meer mensen zichtbaar. Dat voedt de haat tegen de heersende elite en versterkt de vervreemding tussen de bevolking en de machtsstructuren in Pakistan
‘Ik denk dat het geweld in de nabije toekomst nog zal escaleren’, zegt Abdul. ‘Steeds meer Pakistanen komen in opstand, wat zal leiden tot chaos en nog meer brute onderdrukking.’
De spanning is alvast toegenomen. In een toespraak op vrijdag 29 november zei één van de PTI-leiders: “Vrees de dag dat we terugslaan. Wij kunnen ook de wapens opnemen.”
De overheid lijkt vastbesloten om geen enkele toegeving te doen aan de eisen van de PTI, waaronder de vrijlating van Imran Khan, de rechtzetting van de verkiezingsvervalsing en het terugdraaien van enkele controversiële grondwetswijzigingen. De macht van het leger blijft intussen toenemen en er is geen bereidheid tot compromis.
‘Ik hoop op een toekomst waarin gerechtigheid heerst’, zegt Usman mistroostig. ‘Maar het voelt alsof ik die wens zal meenemen in het graf.’
* Usman en Abdul zijn schuilnamen om hen te beschermen tegen mogelijke represailles. Hun identiteit is bekend bij de redactie. Het Pakistaanse ministerie van Binnenlandse Zaken en het kabinet van de premier reageerden niet op ons verzoek om commentaar of haakten de telefoon in toen we naar de protesten vroegen.
Word proMO*
Vind je MO* waardevol? Word dan proMO* voor slechts 4,60 euro per maand en help ons dit journalistieke project mogelijk maken, zonder betaalmuur, voor iedereen. Als proMO* ontvang je het magazine in je brievenbus én geniet je van tal van andere voordelen.
Je helpt ons groeien en zorgt ervoor dat we al onze verhalen gratis kunnen verspreiden. Je ontvangt vier keer per jaar MO*magazine én extra edities.
Je bent gratis welkom op onze evenementen en maakt kans op gratis tickets voor concerten, films, festivals en tentoonstellingen.
Je kan in dialoog gaan met onze journalisten via een aparte Facebookgroep.
Je ontvangt elke maand een exclusieve proMO*nieuwsbrief
Je volgt de auteurs en onderwerpen die jou interesseren en kan de beste artikels voor later bewaren.
Per maand
€4,60
Betaal maandelijks via domiciliëring.
Meest gekozen
Per jaar
€60
Betaal jaarlijks via domiciliëring.
Voor één jaar
€65
Betaal voor één jaar.
Ben je al proMO*
Log dan hier in